Technical data

126
Automatische of met de hand in te stellen flit-
sopname-parameters
De in het parametermenu opgevoerde instellingen zijn beslissend voor
de sturing van de flitsbelichting. Afhankelijk van de ingestelde flitserfunctie (zie
bladz. 128) worden in dit menu verschillende van de in totaal 7 parameters
aangegeven:
Detail met betrekking tot de flitsparameters 4-7 vindt u in de betreffende para-
grafen op bladz. 131 (4), 134 (5), 133 (6) en 133 (7).
Set
Afhankelijk van het type camera worden de flitsparameters 1-3 automatisch op
de flitser ingesteld, of ze moeten met de hand (manual) op de flitser worden
ingevoerd:
1
alleen met R-objectieven, die met een ROM-geheugen en de betreffende con-
tacten uitgerust zijn.
2
afhankelijk van de uitrusting van het objectief
3
alleen met M-objectieven, die met 6-Bits codering uitgerust zijn.
Lichtgevoeligheid1
2
3
4
5
6
7
Diafragmawaarde
Brandpuntsafstand /reflectorstand
Manual correctie op de flitsbelichting
Manual ingesteld deelvermogen
Stroboscopisch, aantal flitsen
Stroboscopisch, flitsfrequentie
ISO
-HSS
A
TTL
TTL
-HSS
M
M
F
A/M/Zoom
EV
ISO
F
A/M/Zoom
P
ISO
F
A/M/Zoom
P
N
f
LEICAR 8/R9
LEICAM 8/M8.
2
LEICAM 7
LEICAM 6TTL
LEICA MP
Automatisch
ISO
(gevoelig-
heid)
Diafragmawaarde
(door de camera automatisch gestuurd of
met de hand aan het objectief ingesteld)
Brand-
punts-
afstand
Automatisch
Automatisch
Automatisch
Met de hand
Automatisch
1
Met de hand
Met de hand
Met de hand
Met de hand
Automatisch
1,2
Automatisch
2
Met de hand
Met de hand
Met de hand