Operation Manual
Problemen oplossen
5-5
5
Afdrukken lukt niet. Zit de stekker van het
apparaat in het stopcontact?
Stop de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
—
Staat het apparaat aan? Zet de hoofdschakelaar aan. 2-7
Is de printerkabel of
netwerkkabel aangesloten?
Sluit de juiste printerkabel of
netwerkkabel goed aan.
2-5
Stond het apparaat aan voor
de printerkabel werd
aangesloten?
Zet het apparaat aan nadat u de
printerkabel heeft aangesloten.
2-5
2-7
Is de afdruktaak
gepauzeerd?
Druk op [Doorgaan] (de
linkerkeuzetoets) om verder te
gaan met afdrukken.
—
Documenten worden
slecht afgedrukt.
Zijn de
softwaretoepassingsinstelling
en op de pc correct
ingesteld?
Controleer of de instellingen van
het printerstuurprogramma en de
softwaretoepassing correct zijn.
—
Afdrukken vanaf het
USB-geheugen lukt
niet.
Is de USB-host geblokkeerd? Selecteer Ontgrendelen in de
USB-host-instellingen.
—
— Controleer of het USB-geheugen
goed aangesloten is op het
apparaat.
—
Als een afbeelding,
verstuurd van het
apparaat naar de pc,
weergegeven wordt,
dan is de horizontale
of verticale afmeting
verkleind.
Heeft u 200×100dpi Normaal
of 200×400dpi Superfijn als
scanresolutie geselecteerd?
Selecteer bij het verzenden van
een afbeelding een andere
scanresolutie dan 200×100dpi
Normaal of 200×400dpi Superfijn.
—
Het USB-geheugen
wordt niet herkend.
— Controleer of het USB-geheugen
goed aangesloten is op het
apparaat.
—
Is de USB-host geblokkeerd? Selecteer Ontgrendelen in de
USB-host-instellingen.
—
Scheve
kleurafdrukken.
— Voer een kleurregistratie uit via het
bedieningspaneel.
—
Voer een kleurkalibratie uit via het
bedieningspaneel.
—
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Pagina