User Manual
HandleidingHandleiding
NL
NL
46 47
BEDIENING
Aan / uit
Om het toestel aan of uit te zetten drukt u op de STANDBY-knop. Het apparaat
schakelt over naar de laatst gebruikte modus.
Stand-by
Om in stand-by modus te gaan, houdt u de STANDBY toets ingedrukt. Het rode
lampje geeft de ECO-modus aan.
Opmerking: na 15 minuten inactiviteit gaat het apparaat automatisch naar de
stand-bymodus (behalve FM / DAB-radio en Bluetooth-modus met een extern
apparaat aangesloten).
Timer
Het apparaat heeft een timerfunctie. Indien deze wordt geactiveerd, zal de
toren na een vooraf bepaalde tijd automatisch in standby-modus gaan.
• Wanneer het apparaat aan staat, drukt u op de Sleep-knop om een
ingestelde tijd (in minuten) te kiezen.
Aansluiten FM / DAB-antenne
1. Sluit de radioantenne aan op de FM /
DAB-antenneaansluiting aan de
achterzijde van het toestel.
2.Als de ontvangst slecht is, sluit dan
een externe antenne aan.
Opmerking: om ruis te voorkomen dient u
de antennes ver van het toestel, het
aansluitsnoer en het netsnoer te
plaatsen.
De stroom aansluiten
Let op:
• Voordat u het apparaat op het lichtnet
aansluit, dient u te controleren of de
voedingsspanning overeenkomt met de
spanning die op de onderzijde van het
apparaat staat vermeld.
• Sluit dit toestel pas op het stroomnet
aan wanneer alle andere snoeren zijn
aangesloten.
Klok instellen
Instellen helderheid display
1. Houd in de stand-by modus de knop CLOCK op de afstandsbediening
ingedrukt om de klokinstellingen te activeren.
2.Gebruik de track-wisseltoetsen om de gewenste waarde te kiezen.
3.Druk op de knop CLOCK van de afstandsbediening om naar de volgende optie
te gaan.
Druk in de stand-bymodus verschillende keren op de DIM-knop om het
gewenste helderheidsniveau te selecteren.
• Om deze functie uit te schakelen drukt u verschillende keren op de Sleep-
knop totdat "OFF" wordt weergegeven.
AFSPELEN VANAF EEN BLUETOOTH-APPARAAT
Om tracks af te spelen van een extern Bluetooth-apparaat, koppelt u de
apparaten vóór het eerste gebruik. Koppelen hoeft maar één keer te gebeuren.
1. Om apparaten te verbinden, schakelt u de Bluetooth-modus op dat
apparaat in met de Bluetooth-knop op de afstandsbediening of de
moduskeuzeknop op de hoofdeenheid.
2.Schakel de Bluetooth-functie op het externe apparaat in.
3.Zoek naar beschikbaar Bluetooth-apparaat.
4.Selecteer "KM1961" uit de lijst van te koppelen apparaten.
5.Voer zo nodig het standaardwachtwoord "0000" in.
6.Om de koppeling te wissen houdt u de knop PAIRING ingedrukt.
Het toestel heeft ook een NFC-verbindingsmodule, zodat u ook een extern
apparaat aan de toren kunt koppelen zonder het te moeten zoeken in de
beschikbare Bluetooth-apparaten. Om dit te doen, zet u NFC aan op het
externe apparaat en plaatst u het tegen de plaat bovenaan de toren, waarna u
de koppeling accepteert op het scherm van het externe apparaat.
Let op:
• Het bereik tussen dit apparaat en een Bluetooth-apparaat bedraagt
maximaal 8 m.
• De fabrikant garandeert geen compatibiliteit met alle Bluetooth-apparaten.
• Obstakels tussen dit apparaat en een Bluetooth-apparaat kunnen het
communicatiebereik beperken.
• Dit apparaat mag niet in de nabijheid van andere elektronische apparaten
worden geplaatst. Dit kan namelijk storingen veroorzaken.
• Als de afstand tussen de apparaten groter is dan het communicatiebereik,
zullen de apparaten de verbinding verbreken. Om de apparaten opnieuw te
verbinden, dient u ze binnen bereik te plaatsen.