Operation Manual
Foto's en video's maken
17
NL
Flitsercompensatie—bepaalt de helderheid van de flitser (+0,5, +1,0,
-0,5, -1,0). U dient zich binnen het flitsbereik te bevinden. Niet
beschikbaar als de flitserinstelling op Off (uit) staat.
ISO—bepaalt de gevoeligheid van de camerasensor (100, 200, 400, 800).
Hogere instellingen zijn gevoeliger voor licht, maar kunnen ongewenste
ruis veroorzaken in een foto. U kunt ISO 800 alleen gebruiken als het
fotoformaat op 1,7 MP is ingesteld. (Zie Picture Size (fotoformaat),
pagina 26.)
Instellingen gelden alleen in de modi P, A, S, M en C
Instellingen die u in de modi P, A, S en M verandert, worden alleen toegepast
op foto's die in deze modi worden gemaakt. Instellingen die u in de C-modus
verandert, worden alleen toegepast op foto's die in deze modus worden
gemaakt.
Als u bijvoorbeeld in de modi P, A, S, en M de kleurmodus wijzigt naar sepia,
behouden de auto- en scènemodus hun standaardinstelling voor kleur.
OPMERKING: De instellingen, waaronder die van de flitser, blijven actief voor de modi P, A en S,
zelfs wanneer u een andere modus instelt of de camera uitzet. Gebruik de optie
Reset to Default (herstellen naar standaardinstellingen) (zie pagina 29) om de modi
P, A, S, M, en C
terug te zetten naar de standaardinstellingen.
Met het keuzewieltje de instellingen van de modi P, A, S,
en M wijzigen
1 Zet de keuzeschakelaar in de modi P, A, S, M, of C.
De modusopties worden weergegeven.
te bewegen of de
Draai om de cursor
instellingen te
Druk om de
te openen of op
Keuzewieltje
veranderen.
instellingen
te slaan.










