Operation Manual
63
Hoofdstuk 9
De foto is vaag. De lens is vuil. Maak de lens schoon
(pagina 82).
Het onderwerp was te
dichtbij toen de foto
werd gemaakt.
Ga verder weg staan zodat er
minstens 0,3 m afstand is
tussen de camera en het
onderwerp, of schakel
Close-up in (pagina 18).
Het onderwerp is te ver
weg om goed scherp te
kunnen stellen, ook al staat
de camera in de Close-up-
modus (pagina 18).
Zet Close-up uit (pagina 18).
Het onderwerp of de
camera bewoog tijdens
het maken van de foto.
Houd de camera stil tijdens
het fotograferen, en ten minste
een seconde nadat u de
sluiterknop hebt ingedrukt.
Het onderwerp is zo ver
weg, dat het buiten het
bereik van de flitser valt.
Ga dichter naar het te
fotograferen onderwerp toe,
zodat de afstand niet groter
is dan: 3 m.
De diapresentatie
werkt niet op een
extern
videoapparaat.
De instelling voor Video
Out (video-uitgang) is
onjuist.
Wijzig de instelling voor de
video-uitgang van de camera
(NTSC of PAL,
pagina 42).
Het externe apparaat is
niet correct ingesteld.
Raadpleeg de handleiding
van het externe apparaat.
De diapresentatie
werkt niet op het
LCD-scherm.
De camera opent
mogelijk de verkeerde
opslaglocatie.
Controleer welke
opslaglocatie is ingesteld
(pagina 11).
Camera
Probleem Oorzaak Oplossing










