Operation Manual
122
Hoofdstuk 10
Het klaar-lichtje
knippert geel.
De flitser is niet
opgeladen.
Wacht even. U kunt weer
foto's maken als het lichtje
niet meer knippert en groen
oplicht.
Automatische
belichting en auto-
matische scherp-
stelling zijn niet
vergrendeld.
Laat de sluiterknop los en
maak de foto opnieuw.
Het klaar-lichtje
knippert rood.
De batterij is leeg of
bijna leeg.
Laad de batterij op
(pagina 99) of plaats een
nieuwe batterij (pagina 5).
Het klaar-lichtje
brandt onafgebroken
rood.
Het interne geheugen
van de camera of de
kaart is vol.
Breng foto's naar uw
computer over (pagina 89),
verwijder foto's uit de
camera (pagina 62), wijzig
de opslaglocatie (pagina 12)
of plaats een kaart met
beschikbaar geheugen
(pagina 11).
Het verwerkings-
geheugen van de
camera is vol.
Wacht even. Als het lichtje
groen oplicht, kunt u weer
foto's maken.
De kaart is
alleen-lezen.
Gebruik het interne
geheugen als opslaglocatie
(pagina 12) of gebruik een
andere kaart.
Status Oorzaak Oplossing










