Operation Manual

323
Kennismaken met uw auto
Verwarmen van de voorstoe-
len (indien van toepassing)
De voorstoelen kunnen onafhanke-
lijk van elkaar worden verwarmd als
het contact in stand ON staat. De
schakelaar kan in stand 1 t/m 5 wor-
den gezet, waarbij stand 5 het
warmst is.
Zet de schakelaar in stand 0 om de
verwarming uit te schakelen.
De stoelverwarming wordt uitge-
schakeld zodra de stoel de ingestel-
de temperatuur heeft en wordt weer
ingeschakeld op het moment dat de
temperatuur te laag wordt.
AANWIJZING
Gebruik voor het reinigen van de
stoelen geen organisch oplosmid-
del, zoals thinner, alcohol of was-
benzine. Hierdoor kunnen de
stoelverwarming en de stoel zelf
beschadigd worden.
Plaats geen dekens, kussens of
stoelhoezen over de stoel als de
stoelverwarming is ingeschakeld.
Dit kan leiden tot oververhitting.
Plaats geen zware of scherpe voor-
werpen op stoelen die zijn voor-
zien van stoelverwarming. Hier-
door kunnen de onderdelen van de
stoelverwarming beschadigd ra-
ken.
WAARSCHUWING
Rijden met de rugleuning van
een voorstoel neergeklapt, kan
bij een aanrijding leiden tot ern-
stig letsel. Als de rugleuning
van een voorstoel neergeklapt
is, kan de persoon op de desbe-
treffende stoel onder de gordel
doorglijden, waardoor de onder-
buik en nek zwaar belast kun-
nen worden. Hierdoor kan
inwendig letsel ontstaan. Houd
de rugleuningen daarom tijdens
het rijden altijd zo comfortabel
mogelijk rechtop.
OMG035024