Operation Manual

Wat te doen in noodgevallen
66
5. Sluit vervolgens één klem van de
andere kabel aan op de minpool
van de hulpaccu (
3
) en de andere
klem op een metalen onderdeel
(bijvoorbeeld het motorhijsoog) uit
de buurt van de accu (
4
). Sluit de
startkabel niet aan op of in de
buurt van draaiende onderdelen.
Sluit de startkabel verbonden met
de minpool (-) van de hulpaccu
niet aan op de minpool (-) van de
lege accu.
Zorg ervoor dat de startkabels uit-
sluitend contact maken met de juis-
te accupolen of de juiste massaver-
binding. Leun bij het aansluiten niet
over de accu.
6. Start de motor van de auto met de
hulpaccu en laat deze met 2.000
omw/min draaien. Start vervol-
gens de motor van de auto met de
lege accu.
Laat uw auto controleren door een
officiële Kia-dealer als de oorzaak
van de lege accu niet duidelijk is.
Aanduwen of aanslepen
Een auto uitgerust met een handge-
schakelde transmissie mag niet wor-
den aangeduwd of aangesleept
omdat hierdoor het emissieregelsys-
teem beschadigd kan raken.
Auto's die uitgerust zijn met een
automatische transmissie kunnen
niet worden aangeduwd of aange-
sleept.
Volg de aanwijzingen in dit gedeelte
voor het starten met een hulpaccu.
OPMERKING
Probeer nooit een auto door
middel van slepen te starten.
Wanneer de auto plotseling
naar voren schiet als de motor
aanslaat, kan een aanrijding
veroorzaakt worden.