Operation Manual
Rijden met uw auto
444
Bediening van het kompas
Het kompas is een handige voorzie-
ning die de rijrichting van de auto
aangeeft.
Druk op de AAN/UIT-knop (1) op de
onderzijde van de spiegel om de rij-
richting van de auto weer te geven.
Druk nogmaals op de AAN/UIT-knop
(1) om de weergave uit te schakelen.
Weergave rijrichting (2)
- E: Oost
- W: West
- S: Zuid
- N: Noord
Voorbeeld) NE: Noordoost
Kalibratieprocedure
Als het kompas is gekalibreerd of als
een onjuist zonenummer is inge-
steld, of als u op een bepaalde
plaats rijdt (tunnel, parkeergarage,
ondergrondse parkeerplaats, in de
buurt van transformatorhuisjes,
enz.), kan een van de volgende situ-
aties zich voordoen:
• Het display geeft C weer.
• De kompasrichtingen worden
onnauwkeurig.
• De kompasrichting verandert niet.
• Sommige kompasrichtingen wor-
den niet weergegeven.
• De kompasrichtingen zijn onnauw-
keurig wanneer u lange afstanden
rijdt.
Dit kompas kalibreert zichzelf auto-
matisch als met de auto volledige
rondjes worden gereden.
Als de kompasrichtingen voortdu-
rend onnauwkeurig worden, dient
het kompas als volgt handmatig te
worden gekalibreerd:
1) Rijd de auto uit de buurt van de
grote stalen constructie of de
stroomkabel.
2) Schakel het kompas in door op de
AAN/UIT-knop (1) te drukken.
3) Controleer het zonenummer door
de AAN/UIT-knop (1) gedurende 6
- 9 seconden ingedrukt te houden
totdat het actuele zonenummer op
het display verschijnt. Houd, om
opnieuw te kalibreren, de AAN/
UIT-knop (1) langer dan 9 secon-
den ingedrukt totdat C wordt
weergegeven.
Als het zonenummer anders is voor
uw land, stel dan het juiste zone-
nummer in zoals beschreven bij
“Instellen van de kompaszone” en
voer de “Kalibratieprocedure” nog-
maals uit.
KOMPAS (INDIEN VAN TOEPASSING)
1KMA3084A
1
2