Operation Manual
Kennismaken met uw auto
723
Het is verboden om een kin-
derzitje op de voorstoel te
plaatsen.
Gebruik nooit een kinderzitje waarbij
het kind met het gezicht naar achte-
ren gericht op de voorstoel zit. Als de
airbag wordt opgeblazen, oefent
deze op een dergelijk geplaatst kin-
derzitje een grote kracht uit, waar-
door het kind ernstig letsel kan oplo-
pen.
Gebruik op de voorstoel ook geen
kinderzitje waarbij het kind met het
gezicht naar voren is gericht. Als de
airbag van de voorpassagier wordt
geactiveerd, zou dit ernstig letsel
kunnen veroorzaken.
WAARSCHUWING
• Gebruik nooit een kinderzitje
op de voorstoel. Als de airbag
van de voorpassagier wordt
geactiveerd, zou dit ernstig
letsel kunnen veroorzaken.
• Als het kinderzitje op één van
de buitenste zitplaatsen ach-
ter wordt geplaatst bij uitvoe-
ringen met curtainbags, zorg
er dan voor dat het kinderzitje
zo ver mogelijk weg van het
portier wordt geplaatst, en zet
het zitje goed vast.
Het activeren van de zijairbag
of curtainbag (indien van toe-
passing) kan ernstig letsel
veroorzaken door de kracht
waarmee dit gebeurt.
WAARSCHUWING
Als de airbags geactiveerd zijn,
zijn de bij het airbagsysteem
behorende onderdelen in het
stuurwiel en/of instrumentenpa-
neel en/of de dakrails boven de
voor- en achterportieren zeer
heet. Raak de onderdelen van
het airbagsysteem niet aan
direct nadat een airbag opgebla-
zen is, om letsel te voorkomen.
1JBH3051