User manual

PBS/PBJ-BA-nl-1314
65
16.9 Receptmodus
Met deze modus kunnen afzonderlijke receptingrediënten worden bijgewogen. De
gewichten van elk ingrediënt worden afgelezen en opgeslagen elke keer nadat de
toets
PRINT
wordt gedrukt. De gewichten van deze ingrediënten worden door interface
RS-232C of DATA I/O uitgegeven en de aanduiding wordt automatisch op nul gezet
voor de weging van het volgende ingrediënt.
Na weging van alle ingrediënten worden de gewichten samengeteld en het totale
gewicht verschijnt. Deze waarde wordt uitgegeven door de toets
ESC
ON/OFF
.
In het menuoverzicht het menuelement 51 kiezen.
1. Indien de receptmodus is geactiveerd, staat de aanduiding in de stand-by
modus van het recept tot het moment van starten. Op display verschijnen het
symbool Add-On, geheugensymbool en het symbool van de stand-by modus.
Men dient de container (indien van toepassing) te plaatsen en de toets
TARE /
te drukken om te tarreren. Men dient op te letten dat het tarreren door
middel van de toets
TARE /
niet wordt geaccepteerd als de toets &'
PRINT
;
eerder is gedrukt (zoals in stap 2). Tarreren wordt opnieuw mogelijk pas nadat
de toets
ESC
ON/OFF
wordt gedrukt (zoals in stap 5).
2. De toets
PRINT
drukken. Indien de randapparatuur is aangesloten, wordt een
bevel gegeven “---------FORMULATION MODE ---------”.
3. Het eerste ingrediënt indoen en vervolgens de toets
PRINT
drukken. De
gewichtswaarde wordt uitgegeven als “CMP001”. Na afronden wordt de
aanduiding automatisch op nul gezet.
4. Stap 3 dient te worden herhaald voor alle bijgewogen ingrediënten.
5. Vervolgens de toets
ESC
ON/OFF
drukken. Het totale gewicht verschijnt en wordt
uitgegeven naar randapparatuur met de eenheid “TOTAL=”.
6. Alles van het weegschaalplateau afnemen, volgend recept begint vanaf
stap 1.