User manual
4 Transport en opslag 
4.1  Controle bij overname 
Gelieve de verpakking onmiddellijk bij ontvangst en ook het 
apparaat bij het uitpakken op eventueel zichtbare, uitwendige 
beschadigingen te controleren. 
4.2 Verpakking  
Bewaar alle onderdelen van de originele verpakking voor een 
eventueel noodzakelijk transport naar de fabrikant. 
Voor het transport naar de fabrikant mag enkel de originele 
verpakking gebruikt worden. 
5 Uitpakken, installatie en inbedrijfstelling 
5.1 Opstelplaats, inzetgebied 
De weegschalen zijn zodanig geconstrueerd, dat er in de 
gebruikelijke gebruiksomstandigheden betrouwbare 
weegresultaten behaald worden. Exact en snel werkt u indien 
u de juiste plaats van gebruik voor uw weegschaal kiest. 
Naam daarom op de plaats van gebruik het volgende in 
acht: 
•  Extreme warmte alsook temperatuurschommelingen, 
bijvoorbeeld door gebruik naast de verwarmingsinstallatie 
of vlakke zoninstraling, vermijden; 
•  Weegschaal tegen directe tocht door geopende vensters 
en deuren beschermen; 
•  Trillingen tijdens het wegen vermijden; 
•  Weegschaal tegen hoge luchtvochtigheid, dampen en 
stof beschermen; 
•  Stel het apparaat niet gedurende een langere periode aan 
aanzienlijke vochtigheid bloot. Een ongeoorloofde bedauwing 
(condensatie van luchtvochtigheid aan het apparaat) kan zich 
voordoen indien er een koud toestel in een beduidend warmere 
omgeving gebracht wordt. Acclimatiseer in dit geval het 
apparaat ca. 2 uur lang bij kamertemperatuur. 
•  Statische oplading van te wegen goed, weegreservoir en 
windscherm vermijden.
Bij het opduiken van elektromagnetische velden, bij statische 
opladingen en ook bij een onstabiele stroomvoorziening zijn 
er grote displayafwijkingen (foutieve weegresultaten) mogelijk. 
De plaats van opstelling moet dan gewisseld worden. 
5.2 Uitpakken 
De weegschaal voorzichtig uit de verpakking nemen, 
plastieken hoes verwijderen. 
5.3  Omvang van de levering 
• Hangweegschaal 
• Handlus 
• Batterij 
• Gebruiksaanwijzing 
5.4 Batterijvoeding 
Batterijdeksel aan achterzijde van de weegschaal eruit schuiven. 3 AA 
batterijen inleggen. Batterijdeksel terug inschuiven. Wanneer de 
batterijen opgebruikt zijn, verschijnt op het display van de weegschaal 
“LO”. Toets „ON/OFF“ indrukken en onmiddellijk batterijen wisselen. 
Om zuinig met de batterijen om te gaan, schakelt de weegschaal na 4 
minuten zonder weging uit. Deze functie „Auto Off“ („Automatisch uit“) 
kan in het menu als volgt gedeactiveerd worden: 
5.5 Het menu: 
Ö  Bij een uitgeschakelde weegschaal de toets „HOLD“ 
indrukken en ingedrukt houden 
Ö Toets „HOLD“ niet loslaten. Toets „ON/OFF/TARE“ 
eveneens indrukken en ingedrukt houden 
Ö Toets „ON/OFF/TARE“ ingedrukt houden, maar de toets 
„HOLD“ loslaten 
Ö Toets „HOLD“ opnieuw indrukken 
Ö  Beide toetsen ingedrukt houden totdat op het display “tr” 
verschijnt 
Ö  Beide toetsen loslaten. De weegschaal bevindt zich in het 
menu. 
Ö  Met de toets „ON/OFF/TARE“) kan er tussen de hierna 
volgende functies een keuze gemaakt worden: 
  tr (zero tracking) : ON/OFF 
  AF (Auto off): ON/OFF 
  rST (terugstellen op fabrieksinstelling): 
YES/NO 
Ö  Geselecteerde functie met de toets „HOLD“ bevestigen 
Ö  Op het display verschijnt de actuele instelling „ON“ of 
„OFF“ c.q. „YES“ of „NO“. Met de toets 
„ON/OFF/TARE“ kunt u tussen „ON“ of „OFF“ c.q. 
„YES“ of „NO“ kiezen. Bevestig uw keuze met de toets 
„HOLD“. Na een korte tijspanne keert de weegschaal 
automatisch terug naar de weegmodus. 
6 Justering 
Omdat de waarde van de g-versnelling niet op iedere plaats 
op aarde gelijk is, moet iedere weegschaal – in 
overeenstemming met het ten grondslag dienende fysieke 
weegprincipe – op de plaats van opstelling op de aldaar 
heersende g-versnelling afgestemd worden (enkel indien de 
weegschaal niet reeds in de fabriek op de plaats van 
opstelling gejusteerd werd). Dit justeerprocédé moet bij de 
eerste inbedrijfstelling, telkens na een wissel van de locatie 
en ook bij schommelingen van de omgevingstemperatuur 
doorgevoerd worden. Om tot nauwkeurige meetwaarden te 
komen, is het bovendien aanbevelenswaardig, ook in de 
weegmodus periodiek te justeren. 
6.1 Justeren 
Met een justeergewicht is de nauwkeurigheid van de 
weegschaal te allen tijde controleerbaar en opnieuw 
instelbaar. 
werkwijze bij de justering: 
Stabiele omgevingsomstandigheden in acht nemen. Een 
korte opwarmtijd van ca. 1 minute voor de stabilisatie is 
noodzakelijk. Weegschaal inschakelen. Toets „Unit“ 
indrukken en ingedrukt houden (ca. 3 seconden lang), op het 
display verschijnt allereerst even „CAL“, vervolgens verschijnt 
de exacte grootte van het justeergewicht. Justeergewicht 
aanhangen, even later verschijnt „ F“, de weegschaal keert 
automatisch terug naar de weegmodus. 
In geval van een justeerfout of een verkeerd justeergewicht 
verschijnt „E“ op het display, justeerprocédé herhalen. 
Aanbevolen justeergewicht: (niet toegevoegd) 
KERN 
20K10  20K50  50K20  50K100 
Justeergewicht
(niet toegevoegd) 
10 kg 
(M3)
10 kg 
(M3)
20 kg 
(M3) 
20 kg 
(M3) 
KERN 
99K50  100K200  200K100 200K500
Justeergewicht
(niet toegevoegd)
50 kg 
(M3) 
50 kg 
(M3) 
100 kg 
(M3) 
100 kg 
(M3) 
3 HCB-BA-nl-0732 




