Operation Manual

NL
12. Selectie voor toevoegdraaddiameter (adaptive mode)
WIRE
Ø
Als het lasapparaat functioneert in de adaptive mode en AUTOMATIC wordt geselecteerd met
moduskeuzetoets 6, kunt u tussen de opties voor de toevoegdraaddiameter kiezen. Na uw
materiaalkeuze met toets 11, toets 12 kort indrukken om de draaddiameter te selecteren. Niet alle
materialen hebben alternatieve keuzemogelijkheden.
13. Selectie voor beschermgas- of gas nastroom functie (adaptive mode)
GAS
POST GAS
Als het lasapparaat functioneert in de adaptive mode en AUTOMATIC wordt geselecteerd met
moduskeuzetoets 6, kunt u uit de beschermgasoptie het ingestelde type toevoegdraaddiameter
selecteren. Beschermgasopties worden afgebeeld met een korte druk op toets 13. Als het apparaat
functioneert in de MANUAL of AUTOMATIC mode kunt u ook de POST GAS functie selecteren en
aanpassingen uitvoeren van de POST GAS tijdswaarde met regelknop 3. Het POST GAS afstelbereik
varieert van 0,1 tot 3,0 seconden.
14. Selectie van kratervulfunctie (adaptive mode)
CRATER
FILL
Als het lasapparaat functioneert in de adaptive mode en AUTOMATIC wordt geselecteerd met
moduskeuzetoets 6, kunt u CRATER FILL (krater vullen) kiezen. De CRATER FILL functie activeert
een vooraf ingestelde slope timer aan het einde van de lascyclus en functioneert in hetzij de 2T of
4T-pistoolschakelmodus als het uitsignaal wordt gegeven.
15. Selectie voor geheugenfunctie
MEMORY
SAVE
1
2
3
4
Als het lasapparaat functioneert in MANUAL of AUTOMATIC modus kunt u uw lasparameters
opslaan met de MEMORY functie. Er zijn vier MEMORY plaatsen om uit te kiezen en u kunt, hetzij
de MANUAL of AUTOMATIC lasinstelling, op een willekeurige kanaalplaats opslaan. Om uw
lasinstellingen op te slaan moet u de MEMORY toets indrukken en 5 seconden ingedrukt houden.
Om de lasinstellingen op te slaan voor toekomstig gebruik moet u de MEMORY toetsen kort
indrukken. Om de nieuwe lasinstellingen in een kanaal op te nemen moet u de toets lang
indrukken.
25
© Kemppi Oy / 1736