Operation Manual
NL
1. Lasdynamiekregelaar
De lasdynamiekfunctie regelt de stroomtoename of -afname als het toevoegdraad wordt
kortgesloten met het werkstuk. Deze regelbare afstelling is nodig vanwege de verschillende
toegepaste lasparameters, materialen, draaddiameters, gastypen en stroomwaarden.
De schaal voor de lasdynamiek loopt van –9 tot +9. Negatieve waarden vertragen de
stroomtoename, resulterend in een warmere en beter vloeibare laskarakteristiek. Positieve
waarden versnellen de stroomtoename, resulterend in koudere lasomstandigheden. Dit kan
resulteren in meer gespetter tijdens het lassen, afhankelijk van de toegepaste draaddiameter en
het draadtype.
Hoe vind je de optimale dynamiekinstelling?
Begin door het apparaat in te stellen op ‘0’ en voer een testlas uit na het selecteren van de
juiste waarden voor draadaanvoersnelheid en voltage. De jnafstelling van de boog gebeurt
door verschillende waarden uit te proberen aan de negatieve (-) en positieve (+) zijden van de
dynamiekschaal.
2. Regelknop voor de draadaanvoersnelheid (adaptive mode)
Deze regelknop verhoogt en verlaagt de snelheid van de toevoegdraad of het vermogen naar de
lasboog. De schaal wordt geregeld in meters per minuut of ampères. Er wordt ook een grasche
balk op het scherm afgebeeld die het percentage van de geselecteerde motorsnelheid of van het
vermogen toont.
3. Regelknop voor voltage of booglengte (adaptive mode)
Deze regelknop verhoogt en verlaagt het beschikbare uitgangsvoltage van de machine naar de
lasboog. De schaal wordt geregeld in Volt en op het scherm afgebeeld met een grasche balk die
het percentage van het geselecteerde uitgangsvoltage toont.
In de adaptive mode biedt deze regelknop kleine boogvoltage aanpassing voor de jnafstelling
van de lasboog.
4. Timertoets voor hechtlassen en cyclisch booglassen
SPOT /
CYCLE
De timer voor hechtlassen en cyclisch booglassen bevat twee functiemodellen. Door het selecteren
en indrukken van de SPOT-timer regelt u de tijdsduur voor één enkele hechtlascyclus van hetzij
0,1 tot 9,9 seconden boogtijd. Door het selecteren van de ‘CYCLE’ boogtimer regelt u de machine
tot een herhaalde cyclus van boogtijd en pauzetijd. De geboden pauzetijd loopt van 0.1 tot 3
seconden. Selecteer de functie door het indrukken van toets 4. Regeling en afstelling van de SPOT
en CYCLE-boogwaarden worden afgesteld met de voltageregeling (punt 3). De functieselectie
wordt bevestigd, hetzij met één punt (SPOT TIME) of een stippellijn (CYCLE TIME) onder het woord
‘Timer’ op het scherm.
5. Selectie van 2T/4T
2T / 4T
Deze toets biedt u twee modi van laspistoolfuncties. De geselecteerde modus wordt aangegeven
als hetzij 2T of 4T op het scherm.
• In 2T modus wordt de lasboog ontstoken door de pistoolschakelaar een enkele maal in
te drukken en ingedrukt te houden. Het lassen gaat door zolang de schakelaar ingedrukt
gehouden wordt en stopt als de schakelaar wordt losgelaten.
• In de 4T modus wordt de pistoolschakelaar ingedrukt en begint het gas te stromen. Als u
de toets loslaat, wordt de boog ontstoken. Het lassen gaat door tot de schakelaar de tweede
maal wordt ingedrukt en los gelaten. Deze modus is nuttig voor langdurig lassen.
23
© Kemppi Oy / 1736