Operation Manual
25
© Kemppi Oy / 1736
NL
4. ELEMENTAIRE PROBLEEMOPLOSSING
OPMERKING! De opgesomde problemen en de mogelijke oorzaken zijn niet uitputtend, maar
suggereren een aantal geregeld voorkomende, typische situaties die kunnen optreden tijdens
de normale gebruiksomstandigheden van het MIG/MAG-proces met de FastMig X 350- en X
450-draadaanvoerunits.
Probleem Controleer het volgende
Het apparaat werkt
niet
• Controleer of de stekker goed in de wandcontactdoos zit
• Controleer of de netspanning is ingeschakeld
• Controleer de zekering en/of onderbreker
• Controleer of de 0/I-schakelaar van de stroombron op AAN staat
• Controleer of de verbindingskabels en stekkers tussen de stroombron en de draadaanvoerunit
goed zijn bevestigd. Zie het schema in de handleiding
• Controleer of de werkstukkabel is aangesloten
• Controleer of de functiepanelen ingeschakeld zijn.
Ongelijkmatige,
slechte laskwaliteit
• Controleer beschermgastoevoer
• Controleer en stel gasdebiet in
• Controleer het gastype voor de toepassing
• Controleer pistool-/elektrodepolariteit
• Controleer of het juiste lasprogramma is geselecteerd
• Controleer of het juiste kanaalnummer is geselecteerd op het functiepaneel van de
draadaanvoerunit
• Controleer stroombron – ontbrekende fase?
Variabele
lasprestaties
• Controleer of het draadaanvoermechanisme correct is afgesteld
• Controleer of de correcte aandrijfrollen zijn geplaatst
• Controleer of de doorschietspanning van de draadhaspel correct is afgesteld
• Controleer of de draadmantel niet geblokkeerd is; indien nodig vervangen
• Controleer of de juiste draadmantel geplaatst is voor type/diameter lasdraad.
• Controleer draadmondstuk op maat, type en slijtage
• Controleer of pistool niet oververhit raakt bij toepassing
• Controleer kabelverbindingen en werkstukklem
• Controleer lasparameterinstellingen.
Lasdraad beweegt
niet
• Controleer of de aandrukarmen gesloten zijn en in het draadaanvoermechanisme zijn afgesteld
• Controleer of de schakelaar van het laspistool werkt
• Controleer of de Europistoolkraag correct is bevestigd
• Controleer of draadmantel niet geblokkeerd is
• Controleer draadmondstuk op maat, type en slijtage
• Controleer en probeer een ander pistool
Hoog
spettervolume
• Controleer lasparameterwaarden
• Controleer de waarden voor inductie/dynamiek
• Controleer kabelcompensatiewaarde als lange kabels gebruikt worden
• Controleer gastype en debiet
• Controleer laspolariteit – kabelaansluitingen
• Controleer keuze toevoegmateriaal
• Controleer of het juiste lasprogramma is geselecteerd
• Controleer of het juiste kanaalnummer is gekozen
• Controleer aandrijfmechanisme lasdraad
• Controleer stroombron – 3 fasen beschikbaar?