Operation Manual

13
© Kemppi Oy / 1515
NL
Wanneer u een geheugenkanaal hebt aangemaakt, is het systeem klaar om te lassen. U
selecteert het nummer van het gewenste geheugenkanaal op het functiepaneel van de
draadaanvoereenheid, stelt het lasvermogen en de booglengte in en begint met lassen.
4.3 Lasparameters en functies
4.3.1 Lasparameters
MIG
Dr.snelh
0,7 – 25 m/min Stappen van 0,05 m/min. als Dr.snelh < 5 m/min. en
stappen van 0,1 m/min. als Dr.snelh > 5 m/min.
Snelh max
Limiet voor maximale Dr.snelh
Snelh min
Limiet voor minimale Dr.snelh
Voltage
8,0 – 50,0 V Stappen van 0,1 V Regelt de booglengte
Voltage max.
De limiet voor maximale voltagewaarde instellen
Voltage min.
De limiet voor minimale voltagewaarde instellen
Dynamiek
-9 ... +9 Fabrieksinstelling
is 0
Regelt het kortsluitgedrag van de boog. Hoe lager de
waarde, hoe zachter de boog. Hoe hoger de waarde,
hoe ruwer de boog.
1-MIG
Dr.snelh
0,7 – 25 m/min. * Stappen van 0,05 m/min. als Dr.snelh < 5 m/min. en
stappen van 0,1 m/min. als Dr.snelh > 5 m/min.
Snelh max
Limiet voor maximale Dr.snelh
Snelh min
Limiet voor minimale Dr.snelh
Fijnstellen
-9,0 ... +9,0 Fabrieksinstelling
is 0,0
(= curvepunt)
stappen van 0,5
Afstelling boogvoltage van de curve binnen bepaalde
grenzen. Met andere woorden, dit regelt de booglengte
binnen bepaalde grenzen.
Fijnstell.max
-9,0 ... +9,0 Stappen van 0,5 Afstelling grens voor maximale booglengte
Fijnstell.min
-9,0 ... +9,0 Stappen van 0,5 Afstelling grens voor minimale booglengte
Dynamiek
-9 ... +9 Fabrieksinstelling
is 0
Regelt het kortsluitgedrag van de boog. Hoe lager de
waarde, hoe zachter de boog. Hoe hoger de waarde,
hoe ruwer de boog.
PULSMIG
Dr.snelh
0,7 – 25 m/min. * Stappen van 0,05 m/min. als Dr.snelh < 5 m/min. en
stappen van 0,1 m/min. als Dr.snelh > 5 m/min.
Snelh max
Limiet voor maximale Dr.snelh
Snelh min
Limiet voor minimale Dr.snelh
Fijnstellen
-9,0 ... +9,0 Fabrieksinstelling
is 0,0
(= curvepunt)
stappen van 0,5
Afstelling van de basisstroom van de curve binnen
bepaalde grenzen. Met andere woorden, dit regelt de
booglengte binnen bepaalde grenzen.
Fijnstell.max
-9,0 ... +9,0 Stappen van 0,5 Afstelling grens voor maximale booglengte
Fijnstell.min
-9,0 ... +9,0 Stappen van 0,5 Afstelling grens voor minimale booglengte
Dynamiek
-9 ... +9 Fabrieksinstelling
is 0
Regelt het kortsluitgedrag van de boog. Hoe lager de
waarde, hoe zachter de boog. Hoe hoger de waarde,
hoe ruwer de boog.