Operation Manual

Kemp Starley
13
De eerste rit
Fiets altijd weg met de trapondersteuning
uitgeschakeld of in de laagste stand.
Dit vergroot de actieradius van de accu.
Als de trapondersteuning is ingesteld op LOW
wordt bij nogmaals drukken op de MIN (-)
knop de ondersteuning uitgeschakeld. Druk op
de PLUS (+) knop om de ondersteuning weer in
te schakelen.
WALK-functie
Met de WALK knop kunt u de ets aan de hand
meevoeren waarbij de motor draait met een
snelheid van ca. 6 km per uur. Dit kan van pas
komen als u de ets een steile helling op moet
duwen.
Houd de WALK knop ingedrukt en het
achterwiel begint te draaien.
Leid nu de ets zonder inspanning de helling
op.
Schakel de trapondersteuning met de
hoofdschakelaar onder het zadel uit als
de WALK knop niet wilt gebruiken.
Zo voorkomt u per ongeluk inschakelen
van de WALK functie.
Fietsen met trapondersteuning
Zodra u begint met trappen, wordt de
trapondersteuning automatisch ingeschakeld.
Bij het remmen en als u met trappen stopt wordt
de ondersteuning automatisch uitgeschakeld.
Ook als u harder ets dan 25 km/u wordt
de trapondersteuning uitgeschakeld en weer
ingeschakeld zodra u snelheid vermindert.
Bij een bijna lege accu loopt de motor
niet meer stationair. Schakel dan de
trapondersteuning uit
Accustatus
Als de trapondersteuning is ingeschakeld wordt op
het controlepaneel in de linker
handgreep de status van de accu weergegeven
met 5 LED’s:
5 LED’s = de accu is 100% geladen.
4 LED’s = de accy heeft een capaciteit tussen
80 en 60 %
3 LED’s = de accu heeft een capaciteit
tussen 60 en 30%.
2 LED’s = de accu heeft een capaciteit
tussen 30 en 20%.
1 LED = de accu heeft nog een capaciteit
tussen 20 en 10%.
Als geen enkele LED brandt is de accu
leeg en moet worden opgeladen.
De versnelling
Aan de rechter handgreep kunt u de versnelling
naar wens verhogen of verlagen.
Fiets altijd weg in de laagste versnelling.
Dit vergroot de actieradius van de accu.
Het trappen wordt zwaarder naarmate een hogere
versnelling wordt gekozen.
Let er bij de bediening op dat u één
versnelling per keer overschakelt.
Verminder het trappen tijdens het
overschakelen. Trap NOOIT achteruit
tijdens het over te schakelen.
Als u de pedalen met kracht ronddraait
en daarbij de bediening van de
versnellingshendel probeert te forceren,
kunnen uw voeten van de pedalen glijden
waardoor u ten val kunt komen.