Operation Manual

54 – Nederlands SC 1502
Apparaat uitpakken
Controleer bij het uitpakken of alle accessoires
aanwezig zijn. Mochten er delen ontbreken of
mocht transportschade worden geconstateerd,
stel hiervan dan direct uw leverancier in kennis.
Werp de verpakking niet gewoon bij het
huishoudelijk afval. De verpakking is geschikt
voor hergebruik. Lever het verpakkingsmateriaal
in bij een geschikt inzamelpunt.
Accessoires monteren
Steek de apparaatsteker (C6) vast in de
contactdoos van het apparaat (A1). Daarbij
moeten de beide aardcontacten van de
apparaatsteker in het deksel van de contact-
doos van het apparaat rusten (zie afb.1).
Afb.1: Insteken van de apparaatsteker
Maak het gewenste accessoire (D1,E1,F1) vast
aan het stoompistool (C1).
Steek daartoe het buisvormige uiteinde van het
accessoire op het stoompistool (C1). Schuif het
accessoire daarna zo ver op het stoompistool,
tot de ontgrendelingsknop (C2) van het
stoompistool een klik laat horen (zie afb. 2).
Afb. 2: Accessoires op het stoompistool steken
Gebruik indien nodig de verlengpijp (G1).
Monteer daartoe één of beide verlengpijpen (G1)
op het stoompistool (C1) (zie afb. 3). Schuif dan
het gewenste accessoire (D1,E1,F1,H1) op het
vrije uiteinde van de verlengpijp.
Afb. 3: Opsteken van de verlengpijpen
3. Gebruik
Elektrische apparaten waarbij de stoom
rechtstreeks met elektrische leidingen en
schakelaars in aanraking kan komen, zoals
lampen, föhns en elektrische verwarmingen,
mogen niet worden gereinigd. De stoom kan
in de apparaten binnendringen en kan bij het
afkoelen tot een elektrisch defect leiden.
De stoomstraal nooit van een korte afstand
met de hand aanraken of op mensen of
dieren richten. Verbrandingsgevaar!
Asbesthoudende en andere materialen die
stoffen bevatten die gevaarlijk voor de
gezondheid zijn, mogen niet worden
gestoomd.
Bediening
De bediener moet de machine volgens de
voorschriften gebruiken. Hij moet de
plaatselijke omstandigheden in acht nemen
en tijdens de werkzaamheden op andere
personen letten, vooral op kinderen.
De machine mag uitsluitend worden gebruikt
door personen die instructies voor het
gebruik hebben gekregen, die hun
vaardigheden bij het bedienen hebben
aangetoond en die uitdrukkelijk opdracht tot
het gebruik hebben gekregen. De machine
mag niet door kinderen of jongeren worden
gebruikt.
De werkende machine mag nooit onbeheerd
achtergelaten worden.
Onderhoud
Voor het reinigen en onderhouden van de
machine en voor het vervangen van
onderdelen moet de machine worden
uitgeschakeld en dient de stekker uit het
stopcontact te worden getrokken.
Reparaties mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door erkende
klantenservicewerkplaatsen of door
vakmensen op dit gebied, die met alle rele-
vante veiligheidsvoorschriften vertrouwd
zijn.
2. Veiligheidsvoorschriften