Operation Manual
25
Nederlands
Oplossen van problemen
Controleer de volgende lijst alvorens voor reparatie op te 
bellen indien u een probleem met uw systeem heeft.
Algemeen:
Instellingen of keuzes worden plotseling geannuleerd 
voordat u klaar bent.
]
Er is een tijdslimiet. Herhaal de procedure.
Bedieningen worden genegeerd.
]
De ingebouwde microprocessor functioneert mogelijk 
onjuist door externe elektrische interferentie.
Trek de 
stekker uit het stopcontact en steek weer in het stopcontact.
Systeem kan niet met de afstandsbediening worden 
bediend.
]
Er is mogelijk een obstakel tussen de afstandsbediening en 
de afstandsbedieningssensor op het systeem.
]
De batterijen zijn leeg.
Geen geluid.
]
De luidsprekerverbindingen zijn ontkoppeld of verkeerd 
gemaakt.
]
De hoofdtelefoon is aangesloten.
Bediening voor de radio:
Uitzendingen zijn door ruis slecht te horen.
]
De antenneverbindingen zijn ontkoppeld of verkeerd 
gemaakt.
]
De AM-ringantenne is te dicht bij het systeem geplaatst.
]
De FM-antenne is niet goed uitgestrekt en geplaatst.
Bediening voor disc:
Disc wordt niet afgespeeld.
]
De disc is verkeerd om geplaatst. Plaats de disc met het 
label boven.
ID3 Tag van een MP3-disc kan niet worden getoond.
]
Er zijn twee soorten ID3 Tags (labels)—Versie 1 en Versie 
2. Dit systeem kan uitsluitend labels van ID3 Tag Versie 1 
tonen.
MP3-groepen en fragmenten worden niet als verwacht 
afgespeeld.
]
De weergavevolgorde werd bepaald tijdens opname van de 
disc. De volgorde is mogelijk afhankelijk van de gebruikte 
opnamemethode.
Geluid van disc wordt onderbroken.
]
De disc heeft krassen of is vuil.
Disclade opent of sluit niet.
]
De stekker is niet in het stopcontact gestoken.
]
Kinderslot is in gebruik (zie bladzijde 18).
Bediening voor cassette:
Cassettehouder kan niet worden geopend.
]
De stroom of de stekker werd ontkoppeld terwijl de band 
nog werd getransporteerd. Schakel het systeem in.
Opname:
Opname is onmogelijk.
]
De kleine lipjes in de rug van de cassette zijn verwijderd. 
Bedek de openingen met plakband.
Gebruik van de timer:
Dagelijkse timer en opnametimer werken niet.
]
Het systeem was ingeschakeld terwijl de starttijd werd 
bereikt. De timer start uitsluitend indien het systeem is 
uitgeschakeld.
Onderhoud
Voor een optimale werking van het systeem moet u uw discs, 
de cassettes en het mechanisme schoon houden.
Omgaan met discs
• Druk licht op de middenspil en houd de disc aan de randen vast 
om de disc uit het doosje te halen.
• Raak het spiegelachtige oppervlak van de disc niet aan en buig 
een disc niet.
• Voorkom dat een disc kromtrekt en plaats derhalve na gebruik 
terug in het doosje.
• Wees voorzichtig zodat er geen krassen op de disc komen.
• Stel discs niet aan het directe zonlicht, extreme temperaturen 
en vocht onderhevig.
Reinigen van een disc:
Veeg een disc met een zachte doek, vanaf het midden naar de 
rand in een rechte lijn schoon.
Omgaan met cassettes
• Trek eventuele speling in de band van een cassette strak door 
een potlood in een van de spoeltjes te steken en rond te 
draaien.
– Losse band wordt mogelijk uitgestrekt, afgesneden of loopt 
in het mechanisme vast.
• Wees voorzichtig en raak het bandoppervlak niet aan.
• Bewaar cassettes niet op de volgende plaatsen—stoffige 
plaatsen, in het directe zonlicht of op warme plaatsen, in 
vochtige ruimtes, op een TV of luidspreker of in de buurt van 
een magneet.
Behouden van een optimale opname- en 
weergavegeluidskwaliteit
• Reinig de koppen, geleidingswieltjes en aandrukrollers met 
een met alcohol bevochtigd wattenstaafje.
• Demagnetiseer de koppen indien nodig (met het systeem 
uitgeschakeld) met een kopdemagnetiseerder (verkrijgbaar in 
elektronicawinkels).
Reinigen van het systeem
• Verwijder vlekken met een zachte doek. Bevochtig een doekje 
met een in water opgelost neutraal schoonmaakmiddel, wring 
goed uit en reinig het systeem indien het zeer vuil is.
• Voorkom dat de kwaliteit van het systeem slechter wordt, het 
systeem wordt beschadigd of de verf gaat bladderen en let 
derhalve op het volgende:
– Veeg NIET met een harde, schurende doek af.
– Veeg NIET te hard.
– Veeg NIET met thinner of benzine schoon.
– Gebruik GEEN vluchtige middelen, bijvoorbeeld 
insectenspray, op het systeem.
– Zorg dat rubber of plastic NIET te lang contact met het 
systeem maakt.
AdditonalInfo.fmPage 25 Wednesday, January21, 2004 6:11 PM










