Operation Manual

NE65
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
16.
Programma AE met speciale
effecten en fade/wipe-
effecten werken niet.
17.
De zwart/wit fader werkt
niet.
18.
De oplosfunctie werkt niet.
19.
De functies voor beeld wipe
en oplossen werken niet.
20.
De beeld wipe-functie werkt
niet.
21.
De overgang van scènes is
niet als verwacht.
16.
De Bedieningsschakelaar staat
op “ ” en/of de Spannings-
schakelaar staat op “5S”.
17.
De sepia of zwart/wit functie is
geactiveerd.
18.
De sepia, zwart/wit of
langzame sluiter functie van
programma AE met speciale
effecten is geactiveerd.
De “SQUEEZE” functie is
gekozen.
De hiervoor gekozen functie
van programma AE met
speciale effecten werd
veranderd na het vastleggen
van de laatste scène voor het
monteren.
19.
Het eind van de laatst gekozen
te monteren scène is bereikt.
Bij het eind van de laatst
gekozen te monteren scène
werd de spanningsschakelaar
naar “OFF” gedrukt.
De spanning is uitgeschakeld.
20.
De langzame sluiter is
geactiveerd.
De “SQUEEZE” functie of
bioscoopfunctie is bij het
Functiemenu gekozen.
21.
Bij gebruik van “Beeld Wipe/
Oplossen” (Z blz. 32) of
“Beeld oplossen in de 5
seconden opnamefunctie”
(Z blz. 22), is er een vertraging
van een fractie van een seconde
tussen het voorgaande
opnamestoppunt en het
startpunt voor het oplossen. Dit
is normaal, maar deze
vertraging zal vooral
opmerkbaar zijn wanneer u
snel bewegende onderwerpen
opneemt of de camcorder snel
heen en weer beweegt
(“panning”).
16.
Zet de Bedieningsschakelaar op
” en/of zet de Spannings-
schakelaar op “ ”.
17.
Schakel sepia en zwart/wit uit
(Z blz. 34).
18.
Schakel sepia of zwart/wit uit
alvorens het oploseffect voor
een scène te gebruiken
(Z blz. 34).
Controleer dat de “SQUEEZE”
functie in het Functiemenu op
“OFF” is gesteld (Z blz. 29).
Controleer dat de gewenste
functie van programma AE met
speciale effecten is gekozen
alvorens het monteren te
starten (Z blz. 34).
19.
Kies de beeld wipe of oplossen
voordat u de opname start. De
effecten worden dan
automatisch geactiveerd
(Z blz. 32).
Schakel de spanning van de
camcorder niet uit nadat de in-
en uitmonteerpunten zijn
gekozen, daar deze punten
anders worden gewist
(Z blz. 32).
De camcorder schakelt
automatisch uit indien de
opnamestandbyfunctie langer
dan 5 minuten is geactiveerd.
Voer derhalve nadat u de
opnamestandbyfunctie heeft
geactiveerd de volgende
handelingen binnen 5 minuten
uit (Z blz. 32).
20.
Controleer dat de “SQUEEZE”
functie, bioscoopfunctie of de
langzame sluiter niet is
geactiveerd alvorens de beeld
wipe-functie te gebruiken
(Z blz. 29, 35).
21.
————