Operation Manual
64 NE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
9.
• De Squeeze (breedbeeld)
functie is geselecteerd.
10.
• Het onderwerp is te licht met
de flitser op “AUTO” of “AUTO
”.
• Wanneer nog knippert, is de
flitser nog aan het opladen.
• De Multi-Analyzer 4 of Multi-
Analyzer 9 is geselecteerd.
• De camcorder staat in de
opnamefunctie.
11.
• Het onderwerp kijkt niet recht
in de flits.
• Het onderwerp kijkt niet naar
de eerste flits, een belangrijk
onderdeel van de Rode-ogen
reductie functie.
• De camcorder is te ver weg van
het onderwerp.
• In het functiemenu is “FLASH”
niet op “AUTO ” gezet.
12.
• “FLASH” staat op “OFF” in het
Functiemenu.
• Er zitten vingers e.d. voor het
venster van de flitser.
• De lichtopbrengst van de flitser
is ingesteld om een donkerder
beeld te geven. (Ingestelde
waarde: –3)
• De camcorder is te ver bij het
onderwerp vandaan.
13.
• “FLASH” staat “ON” in het
Functiemenu.
14.
• De lichtbron die het onderwerp
verlicht bestaat niet uit wit licht,
of er zijn verschillende
lichtbronnen achter het
onderwerp.
15.
• De 10X optische zoom is
ingesteld.
• De Video-echo functie is
geactiveerd.
• Beeld wipe of oplossen wordt
voor een scène gebruikt.
• De 5 Seconden opnamefunctie
is ingesteld met de Spannings-
schakelaar op “5S” en met
“5SD” ingesteld in het Systeem
menu.
9.
• Annuleer de Squeeze
(breedbeeld) functie
(Z blz. 29).
10.
• Zet “FLASH” op “ON” via het
Functiemenu (Z blz. 26).
• Het kan tot 10 seconden duren
voor de flitser opgeladen is.
• Schakel de Multi-Analyzer 4 of
Multi-Analyzer 9 uit
(Z blz. 24).
• Zet de camcorder in de
opnamestandbyfunctie
(Z blz. 26).
11.
• Het onderwerp moet recht in
de flits kijken, met name de
eerste flits. Als het onderwerp
de eerste flits niet ziet, wordt
het erg lastig voor de Rode-
ogen reductie om effectief te
werken (Z blz. 26).
• De flitser is effectief voor
onderwerpen op een afstand
van ong. 0,7 to 2 m van de
camcorder (Z blz. 26).
• Zet “FLASH” op “AUTO ”
via het functiemenu om de
rode ogen-reductie indicator te
laten verschijnen (Z blz. 26).
12.
• Zet “FLASH” op elke stand,
behalve op “OFF” via het
functiemenu (Z blz. 26).
• Zorg ervoor dat het venster van
de flitser niet afgedekt wordt.
• Stel de lichtopbrengst van de
flitser op een hogere waarde in
(Z blz. 27).
• De flitser werkt effectief tussen
ongeveer 0,7 en 2 m
(Z blz. 26).
13.
• Zet “FLASH” op een andere
stand dan “ON” in het
Functiemenu (Z blz. 26).
14.
• Zet “FLASH” op “ON” via het
Functiemenu, of zoek een wit
voorwerp op en maak de
uitsnede zo dat dit ook in de
opname komt (Z blz. 26).
15.
• Annuleer de Video-echo
functie (Z blz. 35).
• Wacht totdat de effecten van
de beeld wipe/oplossen zijn
uitgevoerd (Z blz. 31 – 33).
• Verander de instelling van de
Spanningsschakelaar of van
het Systeem menu (Z blz. 22).
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
(vervolg)
9.
De Momentopname functie
kan niet worden gebruikt.
10.
Hoewel er geprobeerd wordt
een momentopname te
maken, gaat de flitser niet af.
11.
Hoewel er een
momentopname gemaakt
wordt met de flits, werkt de
Rode-ogen reductie niet.
12.
Het met de
momentopnamefunctie
opgenomen beeld is te
donker.
13.
Het met de
momentopnamefunctie
opgenomen beeld is te licht.
14.
De kleur van de
momentopname is vreemd.
15.
De digitale zoom werkt niet.