Operation Manual

38 NE
EXP.
0
EXP.
6
EXP.
6
A M
P
L
A
Y
O
F
F
C
A
M
E
R
A
5
S
FOCUS
EXPOSURE MANUAL
OFF
AUTO
AUTO
W. BALANCE
FADER
/ WIPE
4
END
OFFP. AE
/ EFFECT
0FLASH ADJ.
TO MODE MENU
MENU/SET
keuzeschijf
Spanningsschakelaar
Spannings-
indicator
Vergrendeltoets
Display
Opnamemenu
Tegenlichtcompensatie-
toets [BACK LIGHT]
Bedienings-
schakelaar
Belichtingsindicator
Helderder beeld
Donkerder beeld
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Belichtingsregeling
Deze functie stelt automatisch het diafragma in voor een optimale
beeldkwaliteit. U kunt indien gewenst de belichting ook
handmatig instellen.
1
SELECTEER DE BEDIENINGSFUNCTIE
Zet de Bedieningsschakelaar op “ ”. Zet vervolgens de
Spanningsschakelaar op “
” of op “5S”, terwijl u de
vergrendeltoets ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit,
of klap de LCD-monitor helemaal open.
2
OPEN HET OPNAMEMENU
Druk op MENU/SET. Het opnamemenu verschijnt.
3
OPEN “EXPOSURE”
Verdraai de MENU/SET keuzeschijf om de opgelichte balk
naar “EXPOSURE” te verplaatsen en druk vervolgens de
keuzeschijf in.
4
OPEN DE BELICHTINGSREGELING
Verdraai de MENU/SET keuzeschijf om “MANUAL” op het
scherm te laten verschijnen en druk vervolgens de
keuzeschijf in. Het opnamemenu zal verdwijnen. “EXP.” en
de opgelichte balk op de belichtingsindicator worden op het
scherm getoond.
5
STEL DE BELICHTING IN
Voor een helderder beeld . . .
..... draai MENU/SET omhoog. De belichtingsindicator
verhoogt (maximaal +6).
Ga naar stap 6.
Voor een donkerder beeld . . .
..... draai MENU/SET omlaag. De belichtingsindicator
verlaagt (maximaal –6).
Ga naar stap 6.
6
STOP HET HANDMATIG INSTELLEN VAN DE
BELICHTING
Druk op MENU/SET. De belichting is nu ingesteld.
De “EXP.” aanduiding verandert nu naar “MANUAL” en de
opgelichte balk van de belichtingsindicator dooft.
Herhaal stap 2 voor het terugstellen van de belichting.
Weer instellen van de automatische belichting . . .
..... Verdraai in stap 4 MENU/SET zodat “AUTO” wordt getoond
en druk op de keuzeschijf. De belichtingsindicator dooft. U
kunt ook de Bedieningsschakelaar naar “
” drukken om
weer de volautomatische functie te activeren.
OPMERKINGEN:
De handmatige belichtingsregeling wordt naar “AUTO”
teruggesteld wanneer u de spanningsschakelaar naar “OFF” drukt.
Stel de belichting handmatig in onder de volgende
omstandigheden:
Wanneer het onderwerp tegenbelicht wordt of wanneer de
achtergrond te helder is.
Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende achtergrond
opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen op het strand of in de
sneeuw.
Wanneer de achtergrond te donker is of het onderwerp te licht.
Om het onderwerp snel lichter te maken . . .
..... kunt u op BACK LIGHT drukken. De aanduiding wordt
getoond en het onderwerp zal lichter worden gemaakt. Als u
nog een keer op dezelfde toets drukt, zal de aanduiding
verdwijnen en zal het onderwerp weer net zo belicht worden
als voorheen. De waarde die aangegeven wordt door de
belichtingsindicator plus 2 is het tegenlichtcompensatie-
niveau. Het maximale compensatie-niveau is +6.
Tegenlichtcompensatie kan ook worden toegepast wanneer
de Bedieningsschakelaar op “
” staat.