Operation Manual
.
0
Tik op ”GEBRUIKEN” om het geselecteerde toegangspunt te
gebruiken.
0
Tik op ”WISSEN” om het geregistreerde toegangspunt te wissen.
7
Voer de LAN-instellingen uit. (als ”DHCP” is ingesteld op ”UIT”)
(Gebruik op deze camera)
.
0
Tik na de instelling op ”OK”.
0
LAN-instellingen bestaan uit de volgende onderdelen.
DHCP AAN: IP-adres wordt automatisch via de DHCP-
server verkregen.
UIT: Instellingen van ”IP-ADRES”
, ”SUBNETMASKER”, ”STANDAARD GATEWAY”
, ”PRIMAIRE DNS” en ”SECUNDAIR DNS” zijn
vereist.
IP-ADRES Voer het IP-adres in.
SUBNETMASKER Voer het subnetmasker in.
STANDAARD
GATEWAY
Voer de standaardgateway in.
PRIMAIRE DNS /
SECUNDAIR DNS
Voer de IP-adressen van de primaire en de
secundaire DNS-servers in.
Het MAC-adres van deze camera controleren
Toont het MAC-adres van de camera.
1
Tik op ”MENU”.
(Gebruik op deze camera)
.
0
Het bovenste menu verschijnt.
2
Tik op het pictogram ”Wi-Fi” (
Q
).
(Gebruik op deze camera)
.
3
Tik op ”NORMALE Wi-Fi-INST.”.
(Gebruik op deze camera)
.
4
Tik op ”MAC-ADRES”.
(Gebruik op deze camera)
.
0
Het MAC-adres van de camera wordt getoond.
(Het bovenstaande voorbeeld toont het adres tijdens de directe
aansluiting, het onderstaande het MAC-adres bij een verbinding met
een toegangspunt.)
0
Tik na de controle op ”OK”.
Wi-Fi gebruiken
122