Operation Manual
Instellingen in het servicemenu
6 720 802 078 (2011/12)
36
2.2J Tapwatervoorrang • 0: ingeschakeld
• 1: uitgeschakeld
Bij tapwatervoorrang wordt eerst de
boiler tot de ingestelde temperatuur
verwarmd. Daarna gaat de ketel in
cv-bedrijf.
Zonder tapwatervoorrang schakelt
de ketel bij warmtevraag door de
boiler iedere tien minuten om tussen
cv-bedrijf en boilerbedrijf.
2.3b Tijdinterval voor het uit- en
weer inschakelen van de
brander
• 3 … 10 … 45 minuten Minimale wachttijd tussen uit- en
weer inschakelen van de brander.
Bij aansluiting van een verwarmings-
regeling met 2-draads BUS optimali-
seert de verwarmingsregeling deze
instelling.
2.3C Temperatuurinterval voor
uit- en weer inschakelen
van de brander.
• 0 … 6 … 30 Kelvin Verschil tussen actuele aanvoertem-
peratuur en gewenste aanvoertem-
peratuur tot inschakelen van de
brander.
Bij aansluiting van een verwarmings-
regeling met 2-draads BUS optimali-
seert de verwarmingsregeling deze
instelling.
2.3F Duur van het warmhouden • 0 … 1 … 30 minuten Het cv-bedrijf blijft na een tapwater-
voorziening gedurende deze tijd ge-
blokkeerd.
2.4F Sifonvulprogramma • 0: uitgeschakeld (alleen tijdens
onderhoudswerkzaamheden toe-
gestaan).
• 1: ingeschakeld
Het sifonvulprogramma wordt in de
volgende gevallen geactiveerd:
• De ketel wordt via de aan/uit-
schakelaar ingeschakeld.
• De brander was 28 dagen niet in
bedrijf.
• De bedrijfsmodus wordt van zo-
mer- naar wintertijd omgescha-
keld.
Gedurende het sifonvulprogramma
knippert het symbool .
2.5F Inspectie-interval • 0: uitgeschakeld
• 1 … 72 maanden
Na afloop van deze tijdsperiode
toont het display de benodigde in-
spectie via servicemelding H13
(Æ pagina 52).
2.7A Lamp voor branderwer-
king/storingen
• 0: storingen
• 1: branderbedrijf en storingen
Servicefunctie Instellingen/instelbereik Opmerking/beperking
Tabel 15 Menu 2










