Operation Manual
Milieubescherming/afval
SUPRAECO W – 6 720 647 801 (2012/04)
25
Het verbruik raadplegen
B Op het display verschijnt het totale elektrisch verbruik, inclusief elek-
trische weerstand, van de laatste 30 dagen (in kWh).
„Reset" van het verbruik
Op het display verschijnt het totale verbruik.
B Druk op „-“.
Op het display begint „del“ te knipperen.
Afb. 44 „del“-functie
B Druk op „ok“.
De teller begint opnieuw te tellen.
8.7 Storingsdiagnose
Dit toestel is uitgerust met een storingsdiagnosesysteem. De storingen
worden met een code (Æ tabel 9, pag. 28) op het display (Æ afb. 18,
[6]) en een knipperende functie-indicator weergegeven. Het toestel zal
in de meeste gevallen pas weer in werking treden nadat de storing is op-
gelost en nadat het toestel werd gereset. Om uit te maken om welke sto-
ring het gaat, raadpleeg hoofdstuk 11 .
Afb. 45 Storingscode
Het systeem resetten na storing
B Houd de „ok“-toets gedurende meer dan 3 seconden ingedrukt.
Afb. 46 Het systeem resetten
8.8 Fabrieksinstellingen
Als de temperatuureenheden en het tijdschema zijn ingesteld, zal het
toestel de fabrieksinstellingen aannemen.
Verwarmingswijze: „Combi“ (Æ hoofdstuk 8.6.1 )
Werking: „manueel“ (Æ hoofdstuk 8.4 )
Afb. 47 Startmenu
9 Milieubescherming/afval
Milieubescherming is een belangrijk beginsel van Bosch.
Kwaliteit van de producten, spaarzaamheid en milieubescherming zijn
voor ons doelen die even belangrijk zijn. Wetten en voorschriften ten
aanzien van de milieubescherming worden strikt in acht genomen.
Ter bescherming van het milieu passen wij met inachtneming van econo-
mische gezichtspunten de best mogelijke techniek en materialen toe.
Verpakking
Wat betreft de verpakking nemen wij deel aan de recyclagesystemen in
de verschillende landen, die een optimale recyclage waarborgen.
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn onschadelijk voor het milieu
en kunnen worden gerecycleerd.
Oud toestel
Oude toestellen bevatten waardevolle stoffen die moeten worden gere-
cycleerd.
De componenten kunnen gemakkelijk worden gescheiden en de kunst-
stoffen zijn gekenmerkt. Daardoor kunnen de verschillende componen-
ten worden gesorteerd en gerecycleerd resp. afgevoerd.
10 Onderhoud
10.1 Algemene inspectie
Om eventuele functionele storingen vast te stellen, moet het toestel re-
gelmatig worden geïnspecteerd.
B Houd de toestelmantel en de opstellingsplaats schoon.
B Controleer alle schroefkoppelingen regelmatig op dichtheid.
10.2 Vermogenscontrole
Het temperatuurverschil tussen de luchtaanzuiging en de luchtuitblazing
moet 5 - 7 °C zijn.
Bij groter temperatuurverschil:
B Controleer de luchtaanzuig- en luchtuitblaasleidingen (verkeerde
luchtdoorstroming).
Bij kleiner temperatuurverschil:
B Schakel een installateur of de klantenservice in (het toestel moet wor-
den gecontroleerd, om het rendement te verbeteren).
6720646160-42.1V
6720646160-43.1V
menu
-
ok
+
6720646160-21.1V
menu
-
ok
+
>3s
GEVAAR: Elektrocutiegevaar!
B Schakel het toestel spanningsloos via de zekering of
een andere beveiligingsinrichting voordat werkzaam-
heden aan het elektrische deel worden uitgevoerd.
6720646160-37.1V










