Operation Manual
Elektrische aansluiting
SUPRAECO W – 6 720 647 801 (2012/04)
17
B Zet de keuzeschakelaar van de circulatiepomp op stand «I».
De boiler is nu ontlucht en gevuld.
Als na enkele minuten werking de display de foutmelding „E09“ ver-
toont:
B Het systeem resetten na storing (Æ pagina 25, par. „Het systeem re-
setten na storing“).
B Herhaal voorgaande ontluchtingsprocedure.
5.5.1 Waterkwaliteit
Het gebruik van water dat niet voldoet aan de kwaliteitseisen kan leiden
tot ernstige storingen aan het toestel.
6 Elektrische aansluiting
Alle regel-, bewakings- en veiligheidsinrichtingen van het toestel zijn be-
drijfsklaar bedraad en getest.
Het toestel is al uitgerust met een kabel voor de netspanningsaanslui-
ting. De voeding wordt aangesloten via de aansluitkabel (2 m) en een
bus met aardcontact (230 V AC/50 Hz).
6.1 Elektrische aansluiting van het toestel
De voorschriften van de plaatselijke elektriciteitsmaatschappij en van
het algemeen reglement op de elektrische installaties (A.R.E.I.), moeten
strikt opgevolgd worden.
B Steek de stekker van het toestel in een geaard stopcontact.
7 Inbedrijfstelling
7.1 Voor het in bedrijf nemen
B Controleer of de boiler met water is gevuld.
B Controleer alle schroefverbindingen op dichtheid.
B Controleer de elektrische aansluiting.
7.2 Toestel in/uitschakelen
Inschakelen
B Zet de hoofdschakelaar (op de achterkant van het toestel boven de
netkabel (Æ afb. 3, [18])) op „I“ .
Uitschakelen
B Zet de hoofdschakelaar op „0“ .
Water hardheid (°dH) Waterbehandeling
< 3,0 of > 11,2 Niet noodzakelijk
3,0 - 11,2 Noodzakelijk
Tabel 7 Water hardheid
pH Waterbehandeling
6,5 - 9,5 Niet noodzakelijk
< 6,5 of > 9,5 Noodzakelijk
Tabel 8 pH waarde
Volledig ontzout, gedistilleerd en gedeïoniseerd water
mag niet gebruikt worden met deze geëmailleerde boi-
ler.
De opstelling van het toestel, de aansluiting op het elek-
triciteitsnet, de inbouw van luchtuitlaat-/-aanzuiging en
de inbedrijfstelling mogen alleen door een erkend instal-
lateur worden uitgevoerd.
GEVAAR: Elektrocutiegevaar!
B Schakel het toestel spanningsloos via de zekering of
een andere beveiligingsinrichting voordat werkzaam-
heden aan het elektrische deel worden uitgevoerd.
GEVAAR: Elektrocutiegevaar!De elektrische condensa-
tor moet zich na het uitschakelen van het toestel ontla-
den.
B Wacht minimaal 5 minuten.
GEVAAR: Elektrocutiegevaar!Een defecte aansluitkabel
mag alleen door een erkend installateur worden vervan-
gen, om te waarborgen, dat alle veiligheidsvoorschriften
worden aangehouden.
In de fabriek is het toestel op een netvoedingsspanning
ingesteld van 230 V (eenfasig).
OPMERKING:
Elektrische beveiliging!
B Het schakelschema moet voor het toestel voorzien in
een separate aansluiting.Een 30 mA aardlekschake-
laar en randaarde moeten aanwezig zijn.
Waarborg voor veiligheids- en onderhoudsdoeleinden
dat de bus na de opstelling toegankelijk is.
OPMERKING: in gebruikname van de warmtepomp met
niet gevulde boiler, kan ernstige schade veroorzaken
aan de circulatiepomp in het toestel en aan de elektri-
sche weerstand!
B De warmtepomp alleen gebruiken met volledig gevul-
de en ontluchte boiler.










