Instructions

9
GEBRUIKSAANWIJZING Voedingsacculader 12 V, 80 A
VOORWOORD
Geachte klant,
We danken u voor het gestelde vertrouwen. U hebt een krachtig en betrouwbaar product aangekocht, dat u bij deskundige
behandeling lang goede diensten zal bewijzen. We vragen u de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en volledig door te lezen
vooraleer het toestel in gebruik te nemen. Ze bevatten belangrijke aanwijzingen voor een betrouwbare werking en het
onderhoud van het toestel.
LEVERINGSOMVANG
• Voedingsacculader 12 V, 80 A
• Gebruiksaanwijzing in DE, EN, FR, NL
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
De volgende aanwijzingen in verband met de veiligheid en de mogelijke gevaren dienen niet alleen ter beveiliging van het
toestel, maar ook ter beveiliging van uw gezondheid. Lees a.u.b. de volgende punten zorgvuldig door. Bij schade aan zaken
of personen die door een verkeerde behandeling of het niet-naleven van de veiligheidsaanwijzingen of van deze
bedieningshandleiding werd veroorzaakt, vervalt de garantie. Wij zijn niet aansprakelijk voor gevolgschade.
• Om redenen van veiligheid en conformiteit met de EG-richtlijnen is het eigenmachtig ombouwen en wijzigen van het
product niet toegestaan. Het huis van het toestel mag niet geopend worden.
• Het toestel mag alleen voor het beoogde doel worden gebruikt.
• Gebruik onder ongunstige omgevingsvoorwaarden moet worden vermeden. Hiertoe behoren temperaturen van meer
dan 50 °C, vochtigheid en een omgeving die brandbare gassen, oplosmiddeldampen, stof of een hoge luchtvochtigheid
van meer dan 80 % bevat.
• Wanneer kan aangenomen worden dat het niet meer mogelijk is zonder gevaar met het toestel te werken, dan moet
het meteen buiten dienst worden gezet en tegen toevallige werking worden beveiligd. Een veilige werking is niet meer
te verwachten wanneer het toestel niet meer werkt zoals het hoort, zichtbare beschadigingen vertoont of na opslag
onder ongunstige omstandigheden.
• Zorg voor de deskundige inbedrijfstelling van het toestel. Wend u meteen tot een vakman wanneer u twijfelt over
de goede werking, de veiligheid of de juiste aansluiting van het toestel.
• Laat het verpakkingsmateriaal nooit achteloos achter. Het kan voor kinderen gevaarlijk speeltuig zijn.
• Voor materiële schade of letsels aan personen die door een verkeerde behandeling of het niet-naleven van de
handleiding en/of de veiligheidsaanwijzingen werden veroorzaakt, zijn wij niet aansprakelijk. In zulke gevallen
vervalt elke garantieaanspraak.
BESCHRIJVING VAN DE WERKING
Tijdens het rijden heeft het opladen van de startaccu voorrang. Zodra deze volledig is opgeladen, wordt de voedings-
acculader automatisch ook met de voedingsaccu verbonden. Beide accu's worden nu tegelijk door de wisselstroomdynamo
opgeladen. Tot een totale spanning van 12,8 V blijven beide accu's parallel geschakeld. Als de spanning onder 12,8 V daalt,
dan wordt de voedingsacculader van de voedingsaccu ontkoppeld.
Extra verbruikers mogen alleen aan de voedingsaccu aangesloten zijn. Een veilig starten, ook na langere standtijd (zonder
lading), blijft dan gegarandeerd. Ideaal ter aanvulling van zonne-energiesystemen. Het zonnepaneel en de zonne-
energieregelaar worden gewoon parallel geschakeld met de voedingsaccu.
De elektronica is geschikt voor alle 12 V-loodaccu's. De laadstroom van een wisselstroomdynamo in A bedraagt ca. 25 % van
de max. accucapaciteit (in Ah). Bv. bij een accu van 100 Ah is dit 25 A. Deze stroom wordt bij gebruik van de
voedingsacculader over beide accu's verdeeld. Het schakelvermogen van de elektronica kan max. accu’s van 500 Ah aan.
Aanbevolen toepassingen: Voor accu's voor motoren en leefruimte in caravans, boten of woonwagens.
INBOUWEN VAN HET TOESTEL:
Met deze voedingsacculader is het mogelijk om uw voertuig zonder probleem achteraf met een voedingsaccu uit te rusten.
Door het inbouwen van de voedingsacculader wordt de voedingsaccu opgeladen zonder uw startaccu te belasten. Zodoende
vermijdt u startproblemen bij uw auto.
Een tweede accu (voedingsaccu) mag niet zonder meer samen met een startaccu aangesloten worden. Als de spanning van
de accu's onder een bepaalde waarde daalt, dan volstaat de stroom niet meer om het voertuig te starten.
• Het inbouwen van het toestel moet zo uitgevoerd worden dat de verkeersveiligheid of de constructieve stabiliteit van
het voertuig niet in het gedrang kunnen komen.