Operation Manual

IRISCompressor
TM
Pro – Gebruikshandleiding
19
 Geef het uitvoerbestand een naam en bewaar het in een locatie
naar keuze.
De standaardnaam is de naam van de eerste afbeelding.
Opmerking: IRISCompressor comprimeert standaard alle
afbeeldingen uit de interface in één enkel uitvoerbestand, tenzij u
de optie Genereer één bestand per bestand selecteerde. In dat
geval moet u elk uitvoerbestanden een naam geven.
Opmerkingen:
De OCR-instellingen en Geavanceerde opties die u selecteert in
de interface worden automatisch opgeslagen. De volgende keer
wanneer u IRISCompressor gebruikt zal het dezelfde instellingen
toepassen.
De opties die u selecteert in de interface van IRISCompressor
hebben geen invloed op degene die u selecteert in het menu Opties,
en omgekeerd.
Merk op dat u de werkbalk Snelle toegang kan aanpassen in de
interface van IRISCompressor. Om hem aan te passen, klik op de
pijl omlaag naast het IRISCompressor pictogram. Selecteer dan
Werkbalk Snelle toegang aanpassen. U kan ook rechts klikken op
om het even welke knop en hem toevoegen aan de werkbalk.