Operation Manual

Zorg dat u de telescopische geleiders hele-
maal in het apparaat schuift voordat u de
ovendeur sluit.
Let op! De telescopische geleiders niet
in de afwasautomaat reinigen. De
telescopische geleiders niet invetten.
Extra functies
KINDERSLOT
Wanneer het Kinderslot ingeschakeld is,
kunt u de oven niet bedienen. Dit om te
voorkomen dat kinderen het apparaat niet
per ongeluk in kunnen schakelen.
Inschakelen/uitschakelen van het
kinderslot:
1. Stel geen ovenfunctie in.
2.
Houd
en + gelijktijdig ten minste 2
seconden ingedrukt.
3. Er klinkt een geluidsignaal. SAFE gaat
aan/uit (wanneer u het kinderslot in-
schakelt/uitschakelt) op het display.
Automatische uitschakeling
Het toestel schakelt zichzelf na enige tijd uit
om veiligheidsredenen:
• Als een ovenfunctie in werking is.
• als u de oventemperatuur niet verandert
Oventemperatuur Uitschakeltijd in-
stellen
30 - 115 °C 12.0 h
120 - 195 °C 8.5 h
200 - 245 °C 5.5 h
250 3.0 h
Schakel het apparaat na een automatische
uitschakeling volledig uit. Vervolgens scha-
kelt u de oven opnieuw in.
Belangrijk! De automatische uitschakeling
werkt bij alle ovenfuncties, met uitzondering
van Vleesthermometer, Duur en Einde.
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld om
de oppervlakken van het apparaat koel te
houden. Na het uitschakelen van het appa-
raat blijft de ventilatie door werken totdat
de temperatuur in het apparaat is afge-
koeld.
Veiligheidsthermostaat
Een onjuiste bediening van het apparaat of
defecte componenten kunnen gevaarlijke
oververhitting veroorzaken. Om dit te voor-
komen is de oven voorzien van een veilig-
heidsthermostaat die de stroomtoevoer on-
derbreekt. Zodra de temperatuur is ge-
daald, wordt de oven automatisch weer in-
geschakeld.
Nuttige aanwijzingen en tips
• Het apparaat heeft vijf inzetniveaus. Tel
de inzetniveaus vanaf de bodem van het
apparaat.
• Het apparaat heeft een speciaal systeem
dat de lucht circuleert en voor doorlopen-
de recycling van stoom zorgt. Dankzij dit
systeem is het mogelijk om voedsel te be-
reiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen
en knapperig van buiten. Bovendien wor-
den de bereidingstijd en het energiever-
bruik tot een minimum beperkt.
• Vocht kan in het apparaat of op de gla-
zen deurpanelen condenseren. Dit is nor-
maal. Ga altijd iets terug staan van het
apparaat als u de deur van het apparaat
tijdens de werking opent. Om de condens
te verminderen, dient u het apparaat 10
minuten te laten voorverwarmen.
• Veeg na elk gebruik het vocht van het
apparaat.
NEDERLANDS 40










