Users Manual Part 4

CR Legend User Manual
22
sensor dicht bij de TPMS-antenne van het toestel en druk op Handmatig.
2.
Gebruik het virtuele toetsenbord op het scherm om een willekeurige of originele
(indien beschikbaar) sensor ID in te voeren en druk op OK.
Opmerking: Voer voor elke sensor een verschillende ID in.
3.
Volg de instructies op het scherm om de sensor ID op de sensor in te schrijven.
Opmerkingen:
•
Als een willekeurige ID is ingevoerd, moet u de functie TPMS opnieuw
programmeren nadat het programmeren is voltooid. Als de originele ID is
ingevoerd, hoeft de functie opnieuw programmeren niet te worden uitgevoerd.
•
Als een voertuig de Leer functie niet ondersteunt, selecteer dan de Handmatig
optie om de originele sensor ID handmatig in te voeren, of trigger de originele
sensor op het activeringsscherm om de informatie te verkrijgen, voordat u de
sensor programmeert.
Methode 3 - Kopiëren door Activering
Met deze functie kunnen gebruikers de opgehaalde oorspronkelijke sensorgegevens
naar de specifieke sensor zenden. Deze wordt gebruikt nadat de originele sensor is
getriggerd.
1.
Selecteer op het activeringsscherm de specifieke wielpositie en activeer de
originele sensor. Nadat de informatie is opgehaald, wordt deze op het scherm
weergegeven.
2.
Plaats een sensor in de buurt van de TPMS-antenne van het toestel en druk op
Herhalen.
3.
Druk op Programma om de gekopieerde sensorgegevens naar de sensor te
zenden.
Opmerking: Zodra de specifieke sensor met Herhalen is geprogrammeerd, kan
hij in het wiel worden gemonteerd dat direct op het voertuig wordt gemonteerd en
gaat het TPMS-waarschuwingslampje uit.
Methode 4 - Kopiëren via OBD
Deze functie stelt gebruikers in staat de opgehaalde sensorinformatie te zenden naar
de specifieke sensor na het uitvoeren van Lezen ECU ID.
Als de gebruiker zowel de Lees ECU ID-functie als de trigger-functie heeft uitgevoerd,
zal het toestel de sen
sorinformatie gebruiken die door de trigger-functie is
verkregen om de sensor als standaard prioriteit te programmeren.
5.3
TPMS Leren
Deze functie wordt gebruikt om de nieuw geprogrammeerde sensor ID's in de ECU
van het voertuig te zenden voor sensorherkenning.
De functie opnieuw inleren is alleen van toepassing wanneer de nieuw