Operation Manual

Nederlands - 57
MENUFUNCTIES
Rijd over draad
De voorzijde van de robotmaaier rijdt altijd een bepaalde
afstand voorbij de begrenzingsdraad voordat de maaier
keert. Deze afstand is standaard ingesteld op 32 cm,
maar kan zo nodig worden gewijzigd. U kunt een waarde
van 15 tot 50 selecteren.
Houd er rekening mee dat de gegeven afstand slechts
een geschatte waarde is en dat deze uitsluitend dient
ter referentie. In werkelijkheid kan de afstand tussen de
robotmaaierendebegrenzingsdraadvariëren.
Speciceerhetaantalcentimetersdatderobotmaaier
voorbij de begrenzingsdraad moet rijden en druk op OK.
Installatievorm
De robotmaaier kan worden ingesteld voor een van de
volgende vormen: Open, Normaal en Complex.
Deze instelling bepaalt hoe de robotmaaier een
werkgebied tijdens het maaien bestrijkt.
• Open
Geschikt voor een werkgebied dat bestaat uit een
groot, open gazongebied met weinig obstakels en
zonder doorgangen, of voor een werkgebied waar
het maairesultaat op steile hellingen ongelijkmatig
is.
• Normaal
Geschikt voor de meeste werkgebieden. Bedoeld
voor werkgebieden met een beperkt aantal
obstakels en/of doorgangen.
• Complex
Geschikt voor werkgebieden met veel obstakels
en/of doorgangen.
Automatische doorgangsdetectie
Automatischepassagedetectie betekent dat de maaier
zelf de afstand (doorrijbreedte) bepaalt vanaf waar hij de
geleidingsdraden volgt. Als Automatischepassagedetectie
is uitgeschakeld, moet de corridorbreedte handmatig
worden ingesteld, zodat de robotmaaier langs alle
passages in de tuin gaat.
De fabrieksinstelling is dat Automatischepassagedetectie
is ingeschakeld.
3012-1372
3012-1371
3012-1255
310,315,NL.indd 57 2015-04-14 16.28