Operation Manual
17
Attentie: Zet de hoofdschakelaar op OFF
(“O”), als u deze handeling uitvoert.
Vervang de naald regelmatig, met name als
deze tekenen van slijtage vertoont of problemen
veroorzaakt.
Plaats de naald overeenkomstig de afgebeelde
instructies.
A. Draai de naaldklemschroef los en weer vast
nadat de nieuwe naald is geplaatst.
De platte zijde van de naald moet naar
achteren wijzen.
B. Duw de naald zo ver mogelijk omhoog in de
opening.
Naalden moeten in uitstekende staat verkeren.
Problemen ontstaan door:
- verbogen naalden
- botte naalden
- beschadigde punten
DE NAALD VERVANGEN
HET NAAIVOETJE VERVANGEN
Attentie: Zet de hoofdschakelaar
op OFF (“O”), als u deze handeling
uitvoert.
Breng de naaivoethouder aan (1)
Breng de naaivoetstang omhoog (a).
Bevestig de naaivoethouder (b), zoals
afgebeeld.
Breng het naaivoetje aan (2)
Breng de naaivoethouder (b) omlaag tot de
uitsparing (c) precies boven de pen op het
voetje (d) staat.
Breng de hendel (e) omhoog.
Breng de naaivoethouder (b) omlaag, zodat
het naaivoetje (f) automatisch op zijn plaats
valt.
Naaivoetje verwijderen (3)
Breng het naaivoetje omhoog.
Breng de hendel (e) omhoog zodat het
naaivoetje loslaat.
Bevestig de naadgeleider (4)
Bevestig de naadgeleider (g) in de gleuf
zoals afgebeeld. Afstellen overeenkomstig
het gebruik voor zomen, plooien, quilten enz.