Operation Manual
Uw telefoon beheren
25
4.
Voer een deel van of de volledige bestandsnaam in. Zoekresultaten worden
weergegeven terwijl u typt.
Een bestand kopiëren, knippen en plakken
1.
Open
Bestanden
.
2.
Tik op het tabblad
Lokaal
.
3.
Onder
Interne
of
SD-kaart
(indien beschikbaar) schakelt u over op de
lijstweergave en tikt u op
of .
4.
Kies een bestand, tik op
KOPIËREN
of
KNIPPEN
en kies waar u het bestand
wenst te plakken.
Een bestand comprimeren of decomprimeren
1.
Open
Bestanden
.
2.
Tik op het tabblad
Lokaal
.
3.
Onder
Interne
of
SD-kaart
(indien beschikbaar) schakelt u over op de
lijstweergave, houdt u het te comprimeren bestand ingedrukt en tikt u op
Comprimeren
.
4.
Kies het opslagpad van het gecomprimeerde bestand en geeft het bestand
een naam.
Om een bestand te decomprimeren, houdt u dit ingedrukt en tikt u op
Uitpakken
.
Een snelkoppeling voor een bestand of map aanmaken
1.
Open
Bestanden
.
2.
Tik op het tabblad
Lokaal
.
3.
Onder
Interne
of
SD-kaart
(indien beschikbaar) schakelt u over op de
lijstweergave, houdt u het bestand of de map, waarvoor u een
snelkoppeling wilt aanmaken, ingedrukt en tikt u op
Bureaubladsnelkoppelingen
.