Operation Manual
30
Afbeelding
07
Het display laat een waarde zien die ook door de amperemeter
zou moeten worden
aangegeven. In dit
geval: 5000mA.
Wijkt de
waarde af dan kan die nu met de
“omhoog
-
omlaag”
-
knop
functie
worden
ingesteld. Daarna wordt de aanpassing met de knop
“
Enter
”
bevestigd.
Na de calibratie van de laadstroom wordt op dezelfde manier de calibratie van de
ont
laadstroom
uitgevoerd
(
Afbeeldingen
0
8 tot en met 11
).
1.4.3.2
Menu
“
Calibrate T
”
Voor deze afstelling is een thermometer als referentie
-
apparaat nodig. De kamertemperatuur wordt als
referentie gebruikt.
01.
02.
Afbeelding
01
In
dit menu wordt de
“
is
”
-
waarde (boven) en de
“
moet
”
-
waar
de (onder) aangegeven. Wijkt de
“
is
”
-
waarde
(de
waarde van de
thermovoeler van de lader) af van de
“
moet
”
-
waarde dan kan die met de
“omhoog
-
omlaag”
-
knopfunctie
worden bijgesteld
(
Afbeelding nr.
2
).
Daarna wordt de aanpassing met de knop
“
Enter
”
bevestigd.
2. De
Service
-
Programm
a’
s
De volgende programm
a’
s zijn beschikbaar
:
Charge
(
L
aden);
Discharge
(
O
ntladen);
Discharge
-
Charge
(
O
ntladen
-
Laden);
Charge
-
Discharge
-
Charge
(
Laden
-
On
tladen
-
Laden);
Cycle
(
Cyclisch ontladen
-
laden
);
Forming
(
Form
eren);
Ieder accu
kan
slechts een bepaal
de hoeveelheid energie opnemen
en opslaan
,
men noemt dit de
capaciteit of accucapaciteit
.
De waarde van deze capaciteit wordt
in mAh (Milliampere
-
uur
)
of
bij grotere
acc
u’
s in
Ah (Ampere
-
uur
)
aangegeven.
Het is g
ebruikelijk
dat de
fa
brikant
op iedere accu die op de vrije
markt
kan
worden
gekocht
de capaciteit
heeft aangebracht
.
D
eze
op de accu aangegeven
capaciteitswaarde
noemt men
de
nominale
capaciteit. De grootte van laad
-
en ontlaadstromen worden
als een vermenigvuldigingsfactor v
an
de
nominale
capaciteit aangegeven.
Het symbool daar voor is
“
C
”
of
“
CA
”
.
Wordt bijvoorbeeld een accu met een
nominale
capaciteit van
1000mAh
me
t 1/10C geladen,
dan
loopt er een laadstroom van
100 mA.
2
.
1
Charge
E
en aangesloten accu wordt opgeladen, na
beëindigen van het laden schakelt het apparaat over op
onderhoudsladen.
Na
het laden wordt in dit programma een melding getoond die aangeeft om welke redenen het laden
we
rd beëindigd. De volgende meldingen zijn mogelijk:
“
Ich.min. reached
”
:
De uitschakels
troomsterkte
werd
bereikt
(
zie de parameter
“
I cut
-
off). De
meldi
ng
wordt gebruikt bij het laden van
P
b
-
, Li
-
Ion
-
und Li
-
P
olymeer
-
acc
u’
s.
“
max.temp.reached
”
: D
e maxima
a
l
toegelaten (ingestelde) accutemperatuur
werd
bereikt
.
“
deltaU detected
”
:
De
D
elta
-
P
iek
werd
herkend.
De melding wordt bij het laden van NiCd
-
und NiMH
-
acc
u’
s gebruikt.
“
max.cap. reached
”
:
De grens van de laadcapaciteit
werd
bereikt.
2.1.1
Aanwijzing
1
:
De onderhoudslading wordt alleen uitgevoerd bij NiCd
-
, NiMH
-
und Pb
-
acc
u’
s
.
Onderhoudsl
aden (d
ruppelladen
, “Trickle”)
kan bij een
Li
-
Ion
-
und Li
-
P
olymeer
-
accu
leiden tot
achteruitgang van de accu
.