PDA-telefoon Gebruikershandleiding www.htc.
Lees deze sectie voordat u doorgaat DE BATTERIJ IS NIET GELADEN ALS U HET UIT DE DOOS HAALT. VERWIJDER NIET DE ACCU WANNEER HET APPARAAT WORDT GELADEN. DE GARANTIE GAAT VERLOREN WANNEER U KNOEIT MET DE BUITENKANT VAN HET APPARAAT OF DEZE OPENT PRIVACY-BEPERKINGEN Sommige landen eisen volledige openbaarmaking van opgenomen telefoongesprekken, en stellen dat u de gesprekspartner moet informeren dat de conversatie wordt opgenomen.
Macromedia, Flash, Macromedia Flash, Macromedia Flash Lite en Reader zijn handelsmerken en/of gedeponeerde handelsmerken van Macromedia Nederland, B.V. of Adobe Systems Incorporated. Sprite Backup is een handelsmerk of servicemerk van Sprite Software. Copyright © 2007, Dilithium Networks, Inc. Alle rechten voorbehouden. Copyright © 2007, Esmertec AG. Alle rechten voorbehouden. ArcSoft MMS Composer™ Copyright © 2003-2007, ArcSoft, Inc. en haar licentiehouders. Alle rechten voorbehouden.
Belangrijke gezondheidsinformatie en veiligheidsvoorzorgmaatregelen Als u dit product gebruikt, moet u de hieronder genoemde veiligheidsvoor zorgmaatregelen nemen om mogelijke wettelijke verplichtingen en schade te voorkomen. Volg alle productveiligheid- en besturingsinstructies. Let op alle waarschuwingen in de handleiding van het product. Om het risico op lichamelijk letsel, elektrische schok, brand en schade aan de uitrusting te voorkomen, moet u deze voorzorgsmaatregelen volgen.
• Ga voorzichting om met accu’s Dit product bevat een Li-ion Polymer-batterij. Als onjuist wordt omgegaan met de batterij, bestaat een risico op vuur of verbranding. Probeer de batterij niet te openen of te repareren. Het ontmantelen, verpletteren, doorboren, kortsluiten, in vuur of water werpen, of het blootstellen van de accu aan temperaturen hoger dan 60˚C (140˚F) zijn zaken die u niet moet doen. WAARSCHUWING: Explosiegevaar als batterij onjuist wordt vervangen.
• • Laat geen lekkende vloeistof in contact komen met ogen. Als er al contact is geweest, NIET wrijven; onmiddellijk afwassen met schoonwater en medische hulp zoeken. • Neem extra voorzorgsmaatregelen om een lekkende batterij uit de buurt van vuur te houden gezien er een kans op ontsteking of explosie bestaat. In geval zich een gevaar voordoet, moet u onmiddellijk de juiste stappen nemen.
MILIEUBEPERKINGEN Gebruik dit product niet in bezinestations, opslagdepots voor brandstof, chemische fabrieken waar ontploffingsoperaties bezig zijn, of in potentieel explosieve atmosferen zoals brandstofvoorzieningszones, opslagplaatsen voor brandstof, onder het dek van boten, faciliteiten voor brandstof of chemische overslag of opslag en zones waar de lucht chemicaliën of deeltjes bevat zoals graan, stof of metaalpoeders.
• Gebruik van niet-originele en door de fabrikant goedgekeurde accessoires kunnen in overtreding zijn van uw lokale RF-blootstellings richtlijnen en moeten worden voorkomen. STORINGEN AAN FUNCTIES VAN MEDISCHE APPARATUUR Dit product kan de oorzaak zijn van het niet functioneren van medische apparaten. Het gebruik van dit apparaat is verboden in de meeste ziekenhuizen en klinieken.
Gebruik alleen de bijgeleverde integraalantanne. Het gebruik van ongeautoriseerde of aangepast antennes kan de gesprekskwaliteit verzwakken en de telefoon beschadigen, wat prestatieverlies kan veroorzaken en resulteren in het overschreiden van de aanbevolen SAR-niveaus. Daarnaast kan het een schending betekenen van de plaatselijke reguleringen of wetgeving van uw land.
Algemene voorzorgsmaatregelen • Let op reparatiemarkeringen Behalve zoals elders in de handleiding uitgelegd, repareert u het product niet zelf. Reparatie van componenten binnen deze compartimenten mag alleen gedaan worden door een geautoriseerde reparateur of aanbieder.
• Duw geen objecten in het product Duw nooit enige objecten in sleuven of andere openingen in het product. Sleuven en openingen zijn voor ventilatie. Deze openingen mogen niet geblokkeerd of bedekt worden. • Accessoires vastmaken Gebruik het product niet op een instabiele tabel, wagentje, standaard, driepoot of haak. Elke poging het apparaat vast te maken moet de instructies van de fabrikant volgen, en mag alleen worden uitgevoerd met accessoires die zijn aanbevolen door de fabrikant.
Inhoud Hoofdstuk 1 Aan de slag 19 1.1 De PDA-telefoon en de accessoires leren kennen ......... 20 1.2 De USIM/SIM-kaart en accu installeren .......................... 24 1.3 Een opslagkaart installeren............................................. 27 1.4 Opstarten .......................................................................... 27 1.5 Het scherm Vandaag ........................................................ 31 1.6 Het Startmenu ....................................................
Hoofdstuk 3 Telefoonfuncties gebruiken 57 3.1 De Telefoon gebruiken ..................................................... 58 3.2 Een gesprek voeren .......................................................... 60 3.3 Gesprekken ontvangen ................................................... 63 3.4 Een videogesprek uitvoeren ........................................... 65 3.5 Een videogesprek ontvangen ......................................... 69 3.6 Smart Dialing .................................
Hoofdstuk 6 Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 99 6.1 Uw telefoonboek beheren ............................................. 100 6.2 Contacten ........................................................................ 100 6.3 SIM-beheer...................................................................... 105 6.4 Agenda ............................................................................ 107 6.5 Taken .....................................................
8.4 Contactpersonen vinden in de Bedrijfsmap ................ 147 8.5 E-mailbeveiliging ........................................................... 149 Hoofdstuk 9 Omgaan met documenten en bestanden 153 9.1 Microsoft® Office Mobile................................................ 154 9.2 Adobe® Reader® LE ......................................................... 155 9.3 Bestanden kopiëren en beheren ................................... 156 9.4 ZIP .............................................
Hoofdstuk 11 Gps gebruiken 189 11.1 Richtlijnen en voorbereiding voor het gebruik van GPS.190 11.2 Satellietgegevens downloaden via QuickGPS ............. 192 11.3 TomTom NAVIGATOR gebruiken ................................... 194 11.4 GPS-besturingen ............................................................ 204 Hoofdstuk 12 Genieten van multimedia 205 12.1 Camera ............................................................................ 206 12.2 Afbeeldingen en video’s .......................
14.3 Spb GPRS Monitor .......................................................... 251 14.4 WorldCard Mobile .......................................................... 254 Appendix 257 A.1 Wettelijke voorschriften ................................................ 258 A.2 Specificaties ....................................................................
Hoofdstuk 1 Aan de slag 1.1 De PDA-telefoon en de accessoires leren kennen 1.2 De USIM/SIM-kaart en accu installeren 1.3 Een opslagkaart installeren 1.4 Opstarten 1.5 Het scherm Vandaag 1.6 Het Startmenu 1.7 Snelmenu 1.8 HTC HomeTM 1.9 Gegevens en vensters verschuiven met uw vinger 1.10 Statuspictogrammen 1.11 Programma’s 1.
Aan de slag 1.1 De PDA-telefoon en de accessoires leren kennen Linkerpaneel SPRAAKOPDRACHT • Druk hier om stemherkenning te activeren of te annuleren. Raadpleeg Hoofdstuk 14 voor details. • Druk hier om een spraaknotitie op te nemen. Jogwiel • Schuif omhoog of omlaag om door menu's, programma-instructies te navigeren; druk op het wiel om te selecteren. • Tijdens een gesprek of als u naar muziek luistert, draait u het wiel omhoog of omlaag om het geluidsniveau aan te passen.
Aan de slag 21 Voorkant Tweede camera Gebruik deze videocamera voor videogesprekken. Waarschuwingsled's * Zie onderstaande beschrijving. Hardwaretoetsenbord Raadpleeg Hoofdstuk 2 voor details. Luidspreker Luister hiermee naar een telefoongesprek. Touchscreen Linker en rechter SOFTKEYS KIES Indrukken op een inkomend gesprek te beantwoorden, of om een nummer te draaien. STARTMENU INTERNET EXPLORER Raadpleeg Hoofdstuk 10 voor details.
Aan de slag Achterkant GPSantenneconnector Verwijder het rubberen lid en sluit een externe GPSantenne aan voor een betere ontvangst van het GPS-signaal. Opmerking Gebruik alleen de externe GPSantenne met modelnummer GA S120. Luidspreker 3 megapixel camera Raadpleeg Hoofdstuk 12 voor details. Achterklep Schuif de achterklep naar boven om deze te verwijderen. microSD-sleuf Zie "Een opslagkaart installeren" voor details. RESET Druk met de stylus op de RESET-toets om een zgn. soft reset uit te voeren.
Aan de slag 23 Accessoires 1 3 2 4 Nr. Accessoire Functie 1 Adapter Laadt de accu op. 2 Usb-synckabel Verbinding tussen toestel en pc om gegevens te synchroniseren. 3 Stereo headset Uitgerust met een volumeregelaar en een knop voor spreken/ beëindigen. Druk de knop voor spreken/ beëindigen in om een oproep op te nemen of in de wachtstand te zetten. Houd de knop ingedrukt om de oproep te beëindigen. 4 Hoes Beschermend draagtasje voor het toestel.
Aan de slag 1.2 De USIM/SIM-kaart en accu installeren Schakel uw apparaat altijd uit voordat u de accu en USIM/SIM-kaart installeert of vervangt. De USIM/SIM-kaart bevat uw telefoonnummer, servicedetails, en telefoonboek/berichtgeheugen. Het apparaat ondersteunt SIM-kaarten van 1,8V en 3V. Sommige oude SIM-kaarten zullen niet functioneren in dit toestel. Raadpleeg uw netwerkprovider voor een vervangende USIM/SIM-kaart. Hiervoor kunnen kosten in rekening worden gebracht.
Aan de slag 25 De USIM/SIM-kaart installeren 1. Zorg dat het apparaat is uitgeschakeld. 2. Schuif het hardware-toetsenbord uit. 3. Schuif de vergrendeling van het SIM-kaartlid naar links en open daarna het lid van de SIM-kaart. 4. Plaats de SIM-kaart met de gouden contactpersonen naar beneden gericht en de schuine hoek in de sleuf. Plaats de USIM/SIM-kaart door het in de sleuf te schuiven. Tip U kunt ook een afbeelding bekijken om te zien hoe u de USIM/SIM-kaart op het SIM-kaartlid plaatst.
Aan de slag De accu plaatsen Installeer de accu door het met het blootgestelde koperen onderdeel op een lijn met de uitstekende koperen conductor aan de rechterkant van het accucompartiment te plaatsen. Plaats eerst de rechterzijde van de accu en duw dan voorzichtig de accu op zijn plaats. Koperconductor Nadat u de accu hebt geplaatst, plaatst u het achterlid terug. De accu verwijderen 1. Zorg dat het apparaat is uitgeschakeld. 2. Schuif het achterlid omhoog om het lid los te maken en te verwijderen.
Aan de slag 27 1.3 Een opslagkaart installeren Aan de onderkant van uw apparaat bevindt zich een slot voor een opslagkaart. Om extra opslag te hebben voor uw afbeeldingen, video’s, muziek en bestanden, kunt u een microSDTM-kaart kopen en deze in de sleuf plaatsen. Een microSD-kaart plaatsen 1. Trek het rubber dat de sleuf voor de opslagkaart bedekt, open. microSD-sleuf 2. Plaats de microSD-kaart in opslagkaartsleuf met de gouden contactpunten naar beneden gericht. 3. Plaats het achterlid terug.
Aan de slag De dataverbindingen automatisch configureren De eerste keer dat u het toestel inschakelt, ziet u een melding van de Verbindingsinstelling op het scherm Vandaag. De Verbindingsinstelling kan automatisch de gegevensverbindingen (GPRS, WAP en MMS) van het toestel configureren, zodat u deze instellingen niet handmatig op het toestel hoeft in te voeren. Instellingen van dataverbindingen automatisch configureren 1. Tik op Ja zodra u de melding van de Verbindingsinstelling ziet.
Aan de slag 29 Het opladen wordt op de linker LED-indicator met een vast oranje lampje weergegeven. Als de accu wordt opgeladen terwijl het apparaat aanstaat, verschijnt er een opladingspictogram ( ) op de titelbalk van het scherm Vandaag. Nadat de batterij volledig is opgeladen, wordt de linker LID groen en verschijnt er een pictogram van een volle accu ( ) op de titelbalk van het scherm Vandaag.
Aan de slag Het toestel in de slaapstand zetten Snel op de AAN/UIT-toets drukken schakelt het beeldscherm tijdelijk uit en schakelt het toestel in de Slaapstand. In de slaapstand gebruikt het toestel bijna geen energie en het beeldscherm wordt uitgeschakeld om accustroom te besparen. Het toestel wordt automatisch in de slaapstand geschakeld als het een bepaalde tijdlang niet gebruikt wordt. De time-outperiode instellen voordat het toestel in de slaapstand wordt gezet 1.
Aan de slag 31 1.5 Het scherm Vandaag Op het scherm Vandaag is belangrijke informatie te zien, zoals komende afspraken en statusindicatoren. Tik op een deel van het scherm om het betreffende programma te openen. Verbindingsstatus Melding Open Startmenu HTC HomeTM (Zie “HTC HomeTM” in dit hoofdstuk voor details) Signaalsterkte Volume aanpassen Accustatus Snelmenu openen (Zie “Snelmenu” in dit hoofdstuk voor details) De komende afspraken • Voor toegang tot het scherm Vandaag, tik op Start > Vandaag.
Aan de slag 1.6 Het Startmenu Het Startmenu, linksboven in het Vandaag scherm, toont een lijst met programma’s. U start een programma vanuit de programmalijst door op ENTER te drukken, of tik met de stylus op een programma. Schakel naar het scherm Vandaag. Open een programma. (De items die in het Startmenu worden weergegeven kunnen worden aangepast door te tikken op Start > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Menu’s). Open een recent gebruikt programma. Toegang tot meer programma’s.
Aan de slag 33 1.7 Snelmenu Het Snelmenu, rechtsboven in het Vandaag scherm, toont een lijst met momenteel actieve programma’s. U kunt snel tussen actieve programma’s schakelen en programma’s stoppen als u ze niet hoeft te gebruiken. Tik op deze knop om het Snelmenu te openen Stop alle geactiveerde programma’s Aanpassen hoe programma’s worden gesloten (Zie “Taakbeheer” in Hoofdstuk 13) • Tik op de programmanaam om naar een actief programma te schakelen • Tik op om een actief programma te stoppen 1.
Aan de slag Start HTC Home-werkbalk Geluid Favoriete personen Weer Starter Schakelen tussen de verschillende onderdelen van HTC HomeTM Gebruik een van onderstaande opties: • Tik op de tabbladen in de werkbalk. • Gebruik de NAVIGATIE-besturing. Als de werkbalk niet is ingeschakeld, drukt u eerst op NAVIGATIE omhoog/omlaag om de werkbalk te selecteren. Druk op NAVIGATIE links/rechts om een tabblad te selecteren en druk op ENTER. Thuis Thuis geeft de huidige dag, datum en lokale tijd weer.
Aan de slag 35 Favoriete personen Met Favoriete personen kunt 9 regelmatig gebelde contactpersonen toevoegen waardoor u eenvoudig toegang tot deze contactpersonen hebt als u ze moet opbellen. Opmerking Om contactpersonen van uw SIM-kaart toe te voegen, kopieert u eerst de contactpersoon naar uw Contactenlijst. Kies een leeg vak om een favoriete contactpersoon toe te voegen. Tik op een contactpersoon om deze te verwijderen. Tik hier om het contactpersoon automatisch te bellen.
Aan de slag Uw stad kiezen 3 2 1 4 1. Selecteer het tabblad Weer ( ). 2. Tik op het gebied dat Selecteer hier uw woonplaats weergeeft. 3. Op het scherm Stad selecteren, typt u de naam van de stad waarvoor u de weersinformatie wilt traceren en daarna tikt u op Zoeken. Tip U kunt ook de stedenlijst bladeren om uw stad te kiezen. 4. Selecteer de stad in de lijst en tik op Selecteren.
Aan de slag 37 Toont de verstreken tijd of dagen sinds de laatste download van weersinformatie. Raak dit item aan om de nieuwste weersinformatie te downloaden. Tik op dit gebied als u een ander stad wilt kiezen. Weer van vandaag Tik op dit gebied voor weersinformatie voor de volgende vier dagen. Tik op dit gebied om terug te keren naar het weer van vandaag. Weer voor de komende 4 dagen Tip U kunt ook de Wi-Fi-verbinding van uw apparaat gebruiken om weersgegevens te downloaden.
Aan de slag Wis dit keuzevak als u liever handmatig weersinformatie wilt downloaden. Tip • Downloaden tijdens roaming. Schakel dit keuzevak alleen in als u tijdens het roamen weersgegevens automatisch wilt downloaden. Dit kan extra onkosten met zich meebrengen. • Temperatuurschaal. Kies of temperatuur in Celsius of Fahrenheit wordt weergegeven.
Aan de slag 39 Opmerking U kunt een snelkoppeling vervangen door eerst de snelkoppeling te verwijderen, en vervolgens een snelkoppeling naar favoriet programma of instelling toevoegen. Geluid Met Geluidkunt u snel het volume van het apparaat instellen en de beltoon van uw apparaat veranderen. Tik om de telefooninstellingen te configureren. Tik op een knop om het apparaatvolume in te stellen. Tik op het apparaarvolume instellen op Automatisch.
Aan de slag Verschuiven met de vinger • Verschuif uw vinger naar beneden om de inhoud van het venster omhoog te verschuiven. • Verschuif uw vinger naar boven om de inhoud van het venster omlaag te verschuiven. Als u met de vinger omhoog en omlaag verschuift, schuif dan ergens in dit gebied. • • • Note Schuif met uw vinger naar rechts om de inhoud van het venster naar links te schuiven. Schuif met uw vinger naar links om de inhoud van het venster naar rechts te schuiven.
Aan de slag 41 Note Opmerking Schuifbalken op het scherm geven aan dat er meer inhoud is die niet op het scherm past. U kunt een venster alleen met uw vinger verschuiven als op het scherm schuifbalken worden weergegeven. Een venster continue verschuiven 1. Sleep uw vinger naar de rand van het venster en houd vast. De webpagina, het document of het bericht dat u bekijkt, wordt dan continu verschoven. Verticale rand Horizontale grens 2. Om te stoppen met het venster verschuiven, laat u uw vinger los.
Aan de slag 1.10 Statuspictogrammen Hieronder vindt u enkele statuspictogrammen die u op uw toestel kunt zien verschijnen. Pictogrammen die hier verschijnen Pictogrammen die hier verschijnen Verbindingsinstelling. GPRS beschikbaar. Er zijn meer meldingen. Tik op het pictogram om alle te zien. Nieuwe tekstberichten; SMS-melding van voicemail. EDGE beschikbaar. MMS verzenden. MMS ontvangen. MMS verzonden. Kan MMS-bericht niet verzenden. Nieuw binnenkomend MMSbericht. New Windows Live™-bericht.
Aan de slag 43 Pictogrammen die hier verschijnen GPRS-verbinding. Pictogrammen die hier verschijnen Vibratiemodus. GPRS in gebruik. Geluid aan. EDGE-verbinding wordt gemaakt. EDGE in gebruik. HSDPA-verbinding wordt gemaakt. Geluid uit. HSDPA in gebruik. UMTS-verbindin wordt gemaakt. UMTS in gebruik. Maximale signaalsterkte. Geen signaal. Telefoon is uitgeschakeld. Geen telefoondienst. Zoeken naar telefoondienst. Telefoongesprek is bezig. Gesprek in de wacht. Gesprekken worden doorgeschakeld.
Aan de slag 1.11 Programma’s Hieropvolgend vindt u programma’s die u op uw apparaat kunt vinden of van de Toepassingendisk kunt installeren. Programma’s in het Startmenu Pictogram Beschrijving Office Mobile Gebruik de volledige suite van Microsoft® Officetoepassingen voor uw mobiele apparaat. Excel Mobile Maak nieuwe werkbladen of bekijk en bewerk Excel-werkbladen. PowerPoint Mobile Geef PowerPoint-dia's en presentaties weer. Word Mobile Voor het maken, weergeven en bewerken van Word-documenten.
Aan de slag 45 Programmavenster Pictogram Beschrijving ActiveSync Synchroniseren van informatie tussen het toestel en een pc of de Exchange Server. Adobe Reader LE Weergeven van pdf-bestanden (Portable Document Format) op het toestel. Audiobeheer Blader naar muziekbestanden door de muziekbestanden in categorieën te organiseren. Bluetooth Explorer Zoek naar andere Bluetooth-apparaten waarbij bestandsdeling is ingeschakeld en neem toegang tot hun gedeelde Bluetooth-map.
Aan de slag Pictogram Beschrijving QuickGPS Downloadt satellietgegevens van internet via ActiveSync, Wi-Fi of GPRS zodat uw huidige gps-positie sneller kan worden vastgesteld. SAPSettings Schakelt de toegang tot externe SIM via Bluetooth mogelijk op uw telefoon. Zie hoofdstuk 3 voor meer details. Zoeken Hiermee zoekt u contactpersonen, gegevens en andere informatie op het apparaat. SIM-beheer Beheer de contacten die op uw USIM/SIM-kaart worden opgeslagen.
Aan de slag 47 Pictogram Beschrijving Windows Live Gebruik deze mobiele versie van Windows Live™ om informatie op het web te vinden. U kunt er ook mee aanmelden bij uw Windows Live-account zodat u toegang hebt tot uw Live e-mailberichten en rechtreekse berichten in Live Messenger kunt verzenden/ontvangen. Windows Media Player Mobile Afspelen van geluid en videobestanden.
Aan de slag Pictogram Beschrijving Telefoon Pas telefooninstellingen zoals beltoon aan, stel voor uw USIM/SIM-kaart een PIN-nummmer in en meer. Geluiden en meldingen Voor het inschakelen van geluiden voor gebeurtenissen, meldingen en meer; bovendien kunt u het meldingstype voor verschillende gebeurtenissen instellen. Vandaag Hiermee kunt u de weergave en informatie op het scherm Vandaag aanpassen.
Aan de slag 49 Pictogram Beschrijving Foutrapportage Schakel de functie voor foutrapportage op uw apparaat in of uit. Wanneer deze functie ingeschakeld is en er zich een programmafout voordoet, worden technische gegevens over de staat van het programma en uw pc in een tekstbestand ingelogd en naar de technische ondersteuning van Microsoft verzonden als u ervoor kiest om het te verzenden. ExternalGPS Stel,indiennodig,degeschikteGPS-communicatiepoorten in.
Aan de slag Tabblad Verbindingen Pictogram Beschrijving Uitstralen Hiermee kan uw toestel inkomende Bluetooth-stralen ontvangen. Bluetooth Schakelt Bluetooth in, stelt het toestel in op zichtbaar, en zoekt andere Bluetooth toestellen. Comm Manager Beheert de verbindingen van uw apparaat (inclusief Wi-Fi, GPRS, Bluetooth en ActiveSync), zet de telefoon aan/uit, schakelt over tussen beltoon/vibtratiemodus en schakelt de functie Direct Push aan of uit.
Hoofdstuk 2 Informatie invoeren en zoeken 2.1 Het Hardware-toetsenbordgebruiken 2.2 Informatie invoeren 2.3 Het Schermtoetsenbord gebruiken 2.4 Symbol Pad gebruiken 2.5 Notities om te tekenen, gesproken notitites schrijven en opnemen 2.
Informatie invoeren en zoeken 2.1 Het Hardware-toetsenbordgebruiken Uw apparaat komt met een QWERTY-toetsenbord die gelijk is aan een standaard-computertoetsenbord. Om het QWERTY-toetsenbord te gebruiken, schuift u het schermpaneel naar links om het toetsenbord bloot te stellen. Stel de hoek van het LCD-scherm bij Na het uitschuiven van het hardware-toetsenbord, kunt u de hoek van het scherm bijstellen om de glans en reflectie te minimaliseren.
Informatie invoeren en zoeken 53 • Om een enkele kleine letter te gebruiken, drukt u op drukt u op de overeenkomende toets. • Om een nummer of symbool in te voeren (linksboven van elke toets aangegeven), drukt u op en daarna op de overeenkomende toets. Druk tweemaal op om alleen nummers en symbolen in te voeren. • Om het Symbol Pad te openen, drukt u op • Druk op de linker/rechter SOFT KEY ( ) om de opdracht uit te voeren die boven op de toets wordt aangegeven.
Informatie invoeren en zoeken Invoerscherm (toetsenbord) Invoerscherm pictogram Invoerselectiepijl Pictogram Invoermethode Toetsenbord op het scherm Opmerking Pictogram Invoermethode Symbol Pad Bepaalde methodes om tekst in te voeren zijn op bepaalde taalversies van het toestel niet beschikbaar. 2.3 Het Schermtoetsenbord gebruiken Het Toetsenbord op het scherm is beschikbaar als u tekst kunt invoeren. U kunt tekst invoeren door op de toetsen van het toetsenbord op het scherm te tikken.
Informatie invoeren en zoeken 55 2.4 Symbol Pad gebruiken Symbol Pad biedt een uitgebreide lijst van veel voorkomende symbolen, zoals haakjes, accolades, tekens voor munteenheden, leestekens en andere speciale tekens. Tik op een symbool om het te selecteren. Gebruik de Navigatiebesturing of druk op de pijltoetsen op het hardware-toetsenbord om door de beschikbare symbolen te navigeren. Daarna drukt u op ENTER om een symbool te selecteren. Tik om de vorige pagina met symbolen op te roepen.
Informatie invoeren en zoeken 2.5 Notities om te tekenen, gesproken notitites schrijven en opnemen Gebruik Notities kunt u rechtstreeks op het scherm tekenen, of schrijven en notities in uw eigen handschrift opslaan. U kunt ook een alleenstaande opname (spraaknotitie) maken of aan een notitie een opname toevoegen. Voor meer informatie over wat u met Notities kunt doen, raadpleegt u “Notities” in Hoofdstuk 6. 2.
Hoofdstuk 3 Telefoonfuncties gebruiken 3.1 De Telefoon gebruiken 3.2 Een gesprek voeren 3.3 Gesprekken ontvangen 3.4 Een videogesprek uitvoeren 3.5 Een videogesprek ontvangen 3.6 Smart Dialing 3.7 Extra informatie over bellen 3.
Telefoonfuncties gebruiken 3.1 De Telefoon gebruiken Net als bij een standaard mobiele telefoon, kunt u uw apparaat gebruiken om gesprekken uit te voeren, te ontvangen en te traceren en om berichten te verzenden. U kunt ook rechtstreeks vanuit Contacten bellen en eenvoudig telefoonboekinvoeringen van uw USIM/SIM-kaart naar de Contacten op uw apparaat kopiëren. Het Telefoonscherm Vanuit het Telefoonscherm heeft u toegang tot Oproepen, Snelkeuzenummer en Telefooninstellingen.
Telefoonfuncties gebruiken 59 De telefoonfunctie aan- en uitzetten In veel landen wordt u wettelijk vereist aan boord van een vliegtuig de telefoon uit te zetten. De telefoonfunctie uitschakelen 1. Tik op Start > Programma’s > Comm Manager. 2. Op het scherm Comm Manager tikt u op de knop Telefoon om de telefoonfunctie uit te zetten. De pictogram geeft aan dat de telefoonfunctie is uitgezet.
Telefoonfuncties gebruiken Het volume van het toestel aanpassen 1. Tik op het Luidspreker-pictogram ( ). 2. Onder Volume doet u: • Pas het telefoonvolume ( ) aan of het apparaatvolume ( ) door de schuifknop naar het gewenste volumeniveau te verslepen. • Tik op Aan, Trillen, of Uit om zowel het systeem- als het belvolume te wijzigen. U kunt de volume-instellingen van het apparaat ook via het tabblad Geluidop HTC HomeTM wijzigen. Raadpleeg Hoofdstuk 1 voor details.
Telefoonfuncties gebruiken 61 Tip Als u een verkeerd nummer hebt ingevoerd, tikt u op Verwijderen ( ) om elk opeenvolgend cijfer van een nummer te wissen. Om het hele nummer te wissen, houdt u de knop Verwijderen ingedrukt. Bellen vanuit Contacten Tik op het scherm Vandaag op Contacten of tik op Start > Contacten en voer dan één van het volgende uit: • Druk op NAVIGATIE omhoog of omlaag om een contactpersoon te selecteren en druk op KIES.
Telefoonfuncties gebruiken Bellen vanuit Oproepen 1. Op het telefoonscherm tikt u op Oproepen ( ). 2. U kunt in Oproephistoriek door gesprekken bladeren, of tik op Menu > Filter en selecteer vanuit een categorie van gesprekstypes. 3. Rol naar de gewenste contactpersoon of telefoonnummer en tik op Bellen. Eén-toets Snelkeuze Gebruik Snelkeuze om regelmatig gebruikte nummers met één enkele tik te bellen.
Telefoonfuncties gebruiken 63 Bellen vanuit SIM-beheer SIM-beheer laat u de inhoud van uw USIM/SIM-kaart zien, USIM/SIMtelefoonboekinvoeringen overdragen naar Contacten op uw apparaat en vanaf uw USIM/SIM-kaart bellen. Een USIM/SIM-contactpersoon bellen 1. Tik op Start > Programma's > SIM-beheer. Wacht tot uw de inhoud van uw USIM/SIM-kaart wordt geladen. 2. Tik op de naam of telefoonnummer dat u wilt bellen, houd dit ingedrukt en tik op Bellen. Voor meer informatie over SIM-beheer, raadpleeg Hoofdstuk 6.
Telefoonfuncties gebruiken Een gesprek in de wacht zetten Het apparaat geeft een melding wanneer een ander inkomend gesprek komt, en geeft u de keuze het gesprek te weigeren of te accepteren. Als u al aan het bellen bent en het nieuwe gesprek accepteert, kunt u kiezen om te schakelen tussen de twee gesprekken, of om met z’n drieën een vergadering te houden. 1. Tik op Opnemen om het tweede gesprek te accepteren en het eerste gesprek in de wacht te zetten. 2.
Telefoonfuncties gebruiken 65 3.4 Een videogesprek uitvoeren Als u binnen het bereik van een 3G-netwerk bent, kunt u met uw apparaat videogesprekken voeren. U moet een SIM-kaart met 3G gebruiken om videogesprekken te kunnen voeren. Een videogesprek voeren • Op het telefonische toetsenbord tikt u het telefoonnummer in om te keizen en daarna tikt u op . • Op het telefonische toetsenbord tikt u het telefoonnummer in dat u wilt bellen en daarna tikt u op Menu > Videogesprek om een videogesprek te starten.
Telefoonfuncties gebruiken 1 Statusgebied Geeft de naam van uw serviceprovider, de informatie van de andere partij en de gesprekstijd weer. 2 Weergavegebied van afbeelding. Geeft uw afbeelding en de afbeelding van de andere partij weer, afhankelijk van de instelling Afbeelding wisselen. 3 Camera aan/uit. Tik hier om tussen het in/uitschakelen van de camera te schakelen. Als de camera is uitgeschakeld, is de weergegeven afbeelding afhankelijk van de opties die u voor videogesprek hebt ingesteld.
Telefoonfuncties gebruiken 67 De helderheid afstellen U kunt de helderheid van de cameralens van het apparaat afstellen. Om de helderheid af te stellen, drukt u op NAVIGATIE omhoog om het helderder te maken, of op NAVIGATIE omlaag om het minder helder te maken. Als u tijdens een videogesprek op NAVIGATIE omhoog of omlaag drukt, verschijnt onderin het scherm een helderheidsbalk. Helderheidsbalk Tips • U kunt ook op NAVIGATIE links of rechts drukken om de helderheid af te stellen.
Telefoonfuncties gebruiken Tabblad Algemeen • Stilstaand beeld weergeven. Selecteer de afbeelding die u wilt weergeven als u de camera uitschakelt. • Voorkeur (vrouw). Geeft een foto van een vrouw weer die door uw serviceprovider wordt geleverd. • Voorkeur (man). Geeft een foto van een man weer, die door uw serviceprovider wordt geleverd. • Aangepaste afbeelding. Hiermee kunt u een afbeelding uit een bestand gebruiken als weergavefoto.
Telefoonfuncties gebruiken 69 Tabblad Diensten Als u extra opbelopties voor Videogesprek wilt instellen, tikt u op het tabblad Diensten. Op het scherm Diensten selecteert u de gewenste dienst uit de lijst en daarna tikt u op Instellingen ophalen voor toegang tot instellingen. 3.5 Een videogesprek ontvangen Een binnenkomend videogesprek beantwoorden of weigeren • Om het videogesprek te beantwoorden, tikt u op Opnemen, of u drukt op uw apparaat op de knop KIES.
Telefoonfuncties gebruiken Tips voor het gebruik van Smart Dialing Smart Dialing zoekt naar nummers of contactpersonen die overeenkomen met de ingevoerde reeks. Hieronder staan enkele tips over het gebruik van Smart Dialing om snel een gewenst telefoonnummer of contactpersoon te vinden. Een telefoonnummer opzoeken • Voer de eerste twee cijfers in om een telefoonnummer te zoeken in Oproepen.
Telefoonfuncties gebruiken 71 4. U kunt één van het volgende uitvoeren: • Als de eerste gewenste contactpersoon is geselecteerd, drukt u op de knop KIES om een oproep te plaatsen. • Om naar het geselecteerde contactpersoon een tekstbericht te sturen, houdt u de contactpersoon ingedrukt en tikt u op Tekstbericht verzenden. Om een ander telefoonnummer van de geselecteerde contactpersoon te bellen, tikt u en houdt u de geselecteerde contactpersoon vast, en tikt u op het gewenste telefoonnummer.
Telefoonfuncties gebruiken 3.7 Extra informatie over bellen Een alarmnummer bellen Voer het plaatselijke alarmnummer in en tikt op Bellen. Tip Extra alarmnummers kunne op uw USIM/SIM-kaart staan. Neem contact op met uw serviceprovider voor details. Internationale nummers bellen 1. Houd de knop nummer 0 op het telefonische toetsenbord ingedrukt totdat het teken + verschijnt. De + vervangt het internationale voorvoegsel van het land dat u belt. 2. Voer het volledige telefoonnummer in en tik op Bellen.
Telefoonfuncties gebruiken 73 1. Zorg dat op het toestel Bluetooth is ingeschakeld en in de zichtbare modus staat. Voor informatie over het inschakelen van Bluetooth en de zichtbare modus, zie “Bluetooth-standen” in Hoofdstuk 10. 2. Tik op Start > Programma's > SAPSettings. 3. Selecteer in het venster voor externe Bluetooth SIM-toegang het keuzevak SIM toegang op afstand en daarna op Gereed. 4. Maak via Bluetooth en verbinding tussen de carkit telefoon en uw toestel.
Telefoonfuncties gebruiken
Hoofdstuk 4 De PDA-telefoon instellen 4.1 Basisinstellingen 4.2 Het scherm Vandaag aanpassen 4.3 Telefooninstellingen en Services aanpassen 4.4 Het toetsel beveiligen 4.
De PDA-telefoon instellen 4.1 Basisinstellingen Info over eigenaar Door informatie over de eigenaar op het scherm Vandaag weer te geven, kan iemand het toestel eenvoudiger naar u terugbrengen als u het bent verloren. Info over eigenaar invoeren 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Info over eigenaar. 2. Voer op het tabblad Identificatie uw persoonlijke informatie in.
De PDA-telefoon instellen 77 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Klok en alarmsignalen > tabblad Tijd. 2. Tik op Op bezoek. 3. Selecteer de juiste tijdzone en verander de datum of tijd. Landinstellingen De manier waarop getallen, valuta, datums en tijdens worden weergegeven, kunt u instellen bij landinstellingen. 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Landinstellingen. 2. Selecteer op het tabblad Regio uw regio uit de lijst.
De PDA-telefoon instellen Een aangepaste achtergrondafbeelding gebruiken U kunt een zelf gemaakte foto gebruiken als achtergrond voor het scherm Vandaag. Hou er rekening mee dat de afbeeldingen ook de leesbaarheid van de tekst op het scherm Vandaag kunnen beïnvloeden. 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Vandaag. 2. Selecteer het keuzevak Deze afbeelding als achtergrond gebruiken en tik op Bladeren om een lijst met afbeeldingen te zien. 3.
De PDA-telefoon instellen 79 4. Gebruik een van onderstaande opties: • Onder Toon aantal, selecteert u het type taak dat moet verschijnen op het scherm Vandaag. • Selecteer in de lijst Categorie of u alleen taken wilt weergeven die aan een bepaalde categorie zijn toegekend, of alle taken. Zie Hoofdstuk 6 voor meer informatie over het maken van taken op het toestel. Het Startmenu aanpassen U kunt kiezen welke items verschijnen in het Start-menu. 1.
De PDA-telefoon instellen Beltooninstellingen De beltoon en het type beltoon wijzigen 1. Tik in het Telefoonscherm op Menu > Opties > tabblad Telefoon. 2. Tik in de lijst Beltoon op het gewenste geluid. Tip U kunt bestanden van het type *.wav, *.mid, *.mp3, *.wma of andere bestanden gebruiken (zie Appendix voor een lijst van ondersteunde bestandsindelingen) die u van het internet kunt downloaden of van uw PC als beltonen kunt kopiëren.
De PDA-telefoon instellen 81 Instellingen van telefoondiensten openen en veranderen 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Persoonlijk > Telefoon > tabblad Diensten. 2. Selecteer de dienst die u wilt gebruiken en tik daarna op Instellingen ophalen. 3. Kies de gewenste opties en tik vervolgens op OK. Voor meer informatie over het aanpassen van instellingen van telefoondiensten, zie de Help op het apparaat.
De PDA-telefoon instellen 4.4 Het toetsel beveiligen Bescherm uw USIM/SIM-kaart met een PIN U kunt uw USIM/SIM-kaart tegen onbevoegd gebruik beschermen door het een PIN (Persoonlijk identificatienummer) toe te wijzen. Uw draadloze serviceprovider geeft u uw eerste PIN die u later kunt wijzigen. 1. Tik in het Telefoonscherm op Menu > Opties > tabblad Telefoon. 2. Kies het selectievak Pincode vereist waneer de telefoon wordt gebruikt. 3. Om de PIN te wijzigen, tik u op Pincode wijzigen.
De PDA-telefoon instellen 83 Opmerkingen • Laat het wachtwoord nooit beginnen met de cijfers van het plaatselijke alarmnummer, zodat u altijd alarmnummers kunt bellen. • De geheugensteun wordt weergegeven als vijf keer het verkeerde wachtwoord wordt ingevoerd. Uw apparaat ontgrendelen 1. Voer het wachtwoord van uw apparaat in als u erom wordt gevraagd. 2. Tik op Ontgrendelen. Opmerking Als u uw wachtwoord bent vergeten, kunt u een harde reset uitvoeren of het apparaatgeheugen wissen.
De PDA-telefoon instellen 4.5 Andere Instellingen Toestelnaam De naam van het apparaat wordt gebruikt om het apparaat in de volgende situaties te herkennen: • Synchroniseren met een PC • Verbinding maken met een netwerk • Informatie herstellen vanuit een back-up Opmerking Als u meerdere apparaten met dezelfde PC synchroniseert, moet elk apparaat een unieke naam hebben. De naam van het apparaat veranderen 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Info. 2. Tik op het tabblad Apparaat-ID.
De PDA-telefoon instellen 85 De grootte van tekst op het scherm aanpassen 1. Tap Start > Instellingen > tabblad Systeem > Scherm > tabblad Tekengrootte. 2. Verplaats de schuifknop om de tekengrootte aan te passen. Knopinstellingen Opnieuw programma’s of snelkoppelingen aan programmaknoppen toewijzen Uw apparaat kan met programma’s komen die al aan hardware-knoppen zijn toegewezen.
De PDA-telefoon instellen 3. De voorgestelde woordenlijst verschijnt standaard waar u een spatie plaatst. Om na het invoeren van letters een woordenlijst te laten verschijnen, selecteert u het aantal letters die u wilt invoeren voordat de woordenlijst wordt weergegeven. 4. De voorgestelde woordenlijst wordt standaard met vier woorden weergegeven. U kunt het aantal woorden die in de voorgestelde lijst wordt weergegeven, wijzigen. 5.
De PDA-telefoon instellen 87 3. Tik op de dag van de week voor het alarmsignaal. U kunt meerdere dagen kiezen door op elke gewenste dag te tikken. 4. Tik op de tijd om een klok te openen, en stel de tijd van het alarmsignaal in. 5. Tik op het pictogram alarmsignaal ( ) om het gewenste alarmtype op te geven. U kunt kiezen uit knipperlicht, een enkel geluid, een herhalend geluid, of trilling. 6.
De PDA-telefoon instellen
Hoofdstuk 5 Informatie synchroniseren met de computer 5.1 Info over Synchronizatie 5.2 Windows Mobile® Apparaatcentrum op Windows Vista instellen 5.3 ActiveSync® op Windows XP instellen 5.4 Synchroniseren met de computer 5.5 Synchroniseren via Bluetooth 5.
Informatie synchroniseren met de computer 5.1 Info over Synchronizatie U kunt informatie die op de computer staat overal mee naar toe nemen door de informatie naar het toestel te synchroniseren.
Informatie synchroniseren met de computer 91 Synchroniseer regelmatig om de informatie op zowel toestel als computer up-to-date te houden. Opmerking U kunt ook Outlook e-mail, contactpersonen, agenda en taken op het toestel met de Exchange Server op uw werk synchroniseren. Voor meer informatie over het instellen van uw toestel om met de Exchange Server te synchroniseren, zie Hoofdstuk 8. 5.
Informatie synchroniseren met de computer Opmerking Kies Verbinden zonder het toestel in te stellen als u slechts mediabestanden wilt overplaatsen, controleren op updates en het toestel wilt verkennen, maar geen informatie uit Outlook wilt synchroniseren. 4. Selecteer de informatietypes die u wilt synchroniseren en klik op Volgende. 5. Voer een apparaatnaam in en klik op Instellen. Als u klaar bent met de setupwizard, synchroniseert Windows Mobile Apparaatcentrum het toestel automatisch.
Informatie synchroniseren met de computer 93 Windows Mobile Apparaatcentrum gebruiken Open Windows Mobile Apparaatcentrum door te klikken op Start > Alle programma’s > Windows Mobile Apparaatcentrum op de Windows Vista computer. U kunt in Windows Mobile Apparaatcentrum als volgt te werk gaan: • Klik op Instellingen mobiel apparaat om synchronisatie-instellingen weer te geven en te wijzigen.
Informatie synchroniseren met de computer 5.3 ActiveSync® op Windows XP instellen De Aan de slag-cd die bij het toestel zit bevat Microsoft ActiveSync 4.5 of later. Volg de stappen in dit deel om ActiveSync in Windows XP of een ander compatibel systeem te installeren en in te stellen. Opmerking Voor een lijst met compatibele Windows-systemen gaat u naar http:// www.microsoft.com/windowsmobile/activesync/activesync45.mspx. ActiveSync installeren 1.
Informatie synchroniseren met de computer 95 Wanneer u klaar bent met de wizard, synchroniseert ActiveSync het apparaat automatisch. Let op dat na synchronisatie Outlook e-mails en andere informatie op het toestel verschijnen. 5.4 Synchroniseren met de computer Verbind en synchroniseer het toestel met de pc via de usb-kabel of Bluetoothverbinding. Synchronisatie starten en stoppen U kunt handmatig synchroniseren vanaf toestel of pc. Vanaf het toestel 1. Tik op Start > Programma’s > ActiveSync. 2.
Informatie synchroniseren met de computer Veranderen welke informatie gesynchroniseerd wordt U kunt de informatietypes en de hoeveelheid informatie die gesynchroniseerd wordt veranderen voor elk type op zowel toestel als pc. Volg onderstaande stappen om de synchronisatie-instellingen op het toestel te veranderen. Opmerking Voordat u synchronisatie-instellingen wijzigt op uw toestel, moet u het ontkoppelen van uw pc. 1. Tik in ActiveSync op het toestel op Menu > Opties. 2.
Informatie synchroniseren met de computer 97 5.5 Synchroniseren via Bluetooth U kunt het toestel verbinden en synchroniseren met de pc via Bluetooth. Synchroniseren met een computer via Bluetooth 1. Stel Windows Mobile Apparaatbeheer of ActiveSync op de pc in om te synchroniseren via Bluetooth. Zie de Help van het programma voor instructies. 2. Tik op het toestel op Start > Programma’s > ActiveSync. 3. Zorg dat Bluetooth op zowel toestel als computer is ingeschakeld en ingesteld op zichtbaar.
Informatie synchroniseren met de computer 5.6 Muziek en video synchroniseren Als u tijdens het reizen uw muziek of andere digitale media wilt meenemen, stelt u Windows Media® Player op uw computer in om met uw apparaat muziek en video te synchroniseren. Behalve het selecteren van het informatietype Media dat moet worden gesynchroniseerd, moeten alle instellingen voor het synchroniseren van media worden ingesteld in Windows Media® Player.
Hoofdstuk 6 Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 6.1 Uw telefoonboek beheren 6.2 Contacten 6.3 SIM-beheer 6.4 Agenda 6.5 Taken 6.6 Notities 6.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 6.1 Uw telefoonboek beheren Met uw PDA-telefoon hebt u verschillende manieren om telefoonnummers en andere informatie over uw contactpersonen op te slaan en te beheren. • Gebruik Contacten om contactpersonen te maken en op te slaan op het geheugen van uw apparaat of op uw USIM/SIM-kaart. • Gebruik SIM-beheer om USIM/SIM-contactpersonen op te slaan en te beheren. 6.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 101 Nieuwe contactpersonen toevoegen Een contactpersoon op het toestel toevoegen 1. Tik op Start > Contacten. 2. Tik op Nieuw, selecteer Outlook-contact en voer de contactgegevens in. 3. In het veld Opslaan als kiest u hoe u wilt dat de naam van de contactpersoon in de contactenlijst verschijnt. 4.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 5. U kunt een beltoon toekennen aan de contactpersoon door op het veld Beltoon te tikken, door de lijst met tonen te bladeren en een gewenste beltoon te kiezen. 6. Tik op OK als u klaar bent. Tips • Als u gebeld wordt door iemand die niet in uw contactlijst staat, kunt u een contactpersoon maken vanuit Oproepen door het telefoonnummer ingedrukt te houden en vervolgens op Opslaan in Contacten te tikken.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 103 Opmerking Als uw contactlijst door een categorie wordt gefiltreerd, wordt die categorie automatisch toegewezen als u een nieuw contactpersoon maakt. Werken met de contactpersonenlijst U kunt de contactenlijst op verschillende manieren gebruiken en aanpassen. Hier vindt u enkele tips: 1. Tik op Start > Contacten. 2. In de contactpersonenlijst kunt u o.a.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie Contactgegevens delen Details van een contactpersoon doorstralen U kunt snel contactgegevens naar een andere mobiele telefoon of toestel via Bluetooth-uitstraling. 1. Tik op Start > Contacten en kies een contactpersoon. 2. Tik op Menu > Contact verzenden > Uitstralen. 3. Selecteer een apparaat waar u de contactpersoon naar wilt uitstralen.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 105 6.3 SIM-beheer SIM-beheer biedt u de mogelijkheid om de inhoud van uw USIM/SIM-kaart weer te geven, contactpersonen van uw USIM/SIM-kaart naar uw apparaat of omgekeerd over te brengen en om een USIM/SIM-contactpersoon op te bellen. Een contact maken op uw USIM/SIM-kaart 1. Tik op Start > Programma’s > SIM-beheer. 2. Tik op Nieuw en voer een naam en telefoonnummer voor de contactpersoon in. 3.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 1. Tik op Start > Programma’s > SIM-beheer en tik op Menu > Extra > Opties. 2. Schakel de keuzevakken van de types telefoonnummers in die aan de USIM/SIM-kaart wilt toevoegen. 3. Onder de kolom Markeren kunt u de indicator wijzigen die voor elk type telefoonnummer van de USIM/SIMcontactpersonen wordt geplaatst.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 107 6.4 Agenda Gebruik Agenda om afspraken, inclusief vergaderinen en andere evenementen, te plannen. Op het scherm Vandaag worden de afspraken voor die dag weergegeven. Als u op uw PC Outlook gebruikt, kunt u afspraken tussen uw apparaat en de PC synchroniseren. U kunt Agenda ook instellen om u bijvoorbeeld met een geluid of knipperlicht aan uw afspraken te herinneren. Afspraken maken Een afspraak inroosteren 1. Tik op Start > Agenda.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie Een standaard herinnering instellen voor alle nieuwe afspraken. U kunt automatisch een herinnering voor alle nieuwe afspraken in uw agenda inschakelen. 1. Tik op Start > Agenda. 2. Tik op Menu > Extra > Opties > tabblad Afspraken. 3. Selecteer het keuzevak Herinneringen instellen voor nieuwe items. 4. Stel de tijd in waarop de herinnering u moet alarmeren. 5. Tik op OK om terug te keren naar de agenda.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 109 • In de Maandweergave ziet u de volgende indicatoren: Ochtendafspraak Middag- of avondafspraak Zowel ochtend- als middag/avondafspraken Duurt hele dag Afspraken verzenden Een vergaderverzoek verzenden Gebruik Agenda om via e-mail vergaderingen te plannen met contactpersonen die Outlook of Outlook Mobile gebruiken. 1. Tik op Start > Agenda. 2. Plan een nieuwe afspraak of open een bestaande afspraak en tik op Bewerken. 3.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie Afspraakgegevens verzenden als een vCalendar Een vCalendar is een standaard bestandsindeling voor het uitwisselen van informatie over afpraken en taken. vCalendar-bestanden kunnen naar Outlook op de pc worden geëxporteerd. Tik op Menu > Als vCalendar verzenden om een vCalendar met afspraakdetails als een bestandsbijlage in een bericht te verzenden. Zie “MMS” in Hoofdstuk 7 voor meer informatie. 6.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 111 3. Tik op Bewerken en tik in het vak Prioriteit op een prioriteitsniveau. 4. Tik op OK om terug te keren naar de taaklijst. Opmerking Alle nieuwe taken krijgen standaard de prioriteit Normaal. Een standaard herinnering instellen voor alle nieuwe taken U kunt automatisch een herinnering voor alle nieuwe taken inschakelen. 1. Tik op Start > Programma’s > Taken. 2. Tik op Menu > Opties. 3.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie Taakgegevens als vCalendar verzenden Tik op Menu > Als vCalendar verzenden om een vCalendar met taakdetails als een bestandsbijlage in een MMS-bericht te verzenden. Zie “MMS” in Hoofdstuk 7 voor meer informatie. 6.6 Notities Notities helpt u snel gedachten, vragen, aanmaningen, te-doen-lijsten en notulen vast te leggen.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 113 3. Als de Invoerselectiepijl niet wordt weergegeven, tik dan op het pictogram Invoermethode. 4. Wanneer voltooid, tikt u op OK om naar de notitielijst terug te keren. Opmerkingen • Om handgeschreven tekst te selecteren, tikt u naast het geschrevene en houdt u dit vast. Zodra er punten verschijnen en voordat zij een volledige cirkel vormen, sleept u snel over het geschrevene.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie Een spraaknotitie opnemen U kunt een aparte opname (spraaknotitie) maken, of een opname toevoegen aan een notitie. Een spraaknotitie maken 1. Tap Start > Programma’s > Notities. 2. Gebruik één van onderstaande opties: • Maak een opname vanuit de notitielijst om een aparte opname te maken. • Maak of open een notitie om een opname hieraan toe te voegen. 3. Als u de Opnamewerkbalk niet ziet, tik dan op Menu > Opnamewerkbalk weergeven.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 115 6.7 Spraakopname Spraakopname laat u uw stem opnemen en het dan snel in een MMS of e-mailbericht verzenden, het uitstralen of de opgenomen stem als uw beltoon instellen. Opmerking Spraakopname bewaart de opgenomen stem alleen in het formaat AMR-NB (Adaptive Multi-Rate Narrowband). Dit is een algemene indeling voor stemgeluid op mobiele toestellen. Uw stem opnemen 1. Tik op Start > Programma’s > Spraakopname. 2.
Het ordenen van contactpersonen, afspraken, taken en andere informatie 2. Tik op Menu > Via MMS verzenden. Vervolgens wordt een nieuw MMS-bericht gemaakt waarin de spraakopname automatisch als audioclip wordt ingevoegd. Zie “MMS” in Hoofdstuk 7 voor meer informatie over het maken en verzenden van MMS-berichten. Spraakopname versturen via e-mail 1. Op het scherm Spraakopname selecteert u de spraakopname die u wilt verzenden. 2. Tik op Menu > Verzenden > Outlook E-mail.
Hoofdstuk 7 Berichten uitwisselen 7.1 Berichten 7.2 SMS-berichten 7.3 MMS 7.4 Soorten e-mailaccounts 7.5 Wizard E-mailinstellingen 7.6 E-mail gebruiken 7.
Berichten uitwisselen 7.1 Berichten Berichten is de plek waar uw tekstberichten (SMS), multimediaberichten (MMS), en e-mails staan. Als u nieuwe berichten ontvangt, kunt u ze openen vanaf het scherm Vandaag. Tik gewoon op het type bericht dat u wilt openen. Nieuwe berichten Een berichtaccount selecteren Gebruik één van onderstaande opties: • Tik op Start > Berichten. Vervolgens verschijnt het venster Accountkiezer waarop u een account kunt selecteren.
Berichten uitwisselen 119 7.2 SMS-berichten Verstuur korte tekstberichten (SMS) van maximaal 160 tekens naar andere mobieltjes. Om sneller en gemakkelijker te typen, gebruikt u het schuivende toetsenbord om uw bericht in te voeren. SMS-berichten verzenden Een SMS-bericht samenstellen en versturen 1. Tik op Start > Berichten > SMS \ MMS. 2. Tik op Menu > Nieuw > SMS. 3. Voer het mobiele nummer in van één of meer ontvangers, gescheiden met een puntkomma.
Berichten uitwisselen SMS-berichten ontvangen SMS-berichten worden automatisch ontvangen als de telefoonfunctie wordt ingeschakeld. Als de telefoon is gesloten, worden de SMS-berichten vastgehouden door uw draadloze serviceprovider totdat de telefoon weer wordt aangezet. SMS-berichten van en naar de SIM-kaart kopiëren 1. Tap Start > Berichten > SMS \ MMS. 2. Selecteer in de berichtenlijst het tekstbericht dat u wilt kopiëren. 3.
Berichten uitwisselen 121 MMS-instellingen configureren 1. Tik op Start > Berichten > SMS \ MMS. 2. Tik op Menu > MMS-opties. Het scherm Instellingen verschijnt nu. 3. Op het tabblad Voorkeuren selecteert of wist u naar wens de aanwezige keuzevakken. U kunt MMS-berichten in zowel het eigen netwerk als roaming downloaden, uw MMS-berichten bijhouden, een ontvangst- of leesbevestiging verzoeken, de resolutie van verzonden afbeeldingen instellen en meer. 4.
Berichten uitwisselen • Maximale verzendgrootte. Selecteer de maximum toegelaten omvang voor het verzenden van MMS-berichten door uw mobiele service provider. • WAP-versie. Selecteer WAP 1.2 of WAP 2.0, afhankelijk van welke door uw draadloze serviceprovider wordt gebruikt. 5. Tik op OK. Opmerking • Als op het toestel al MMS-instellingen zijn ingesteld, wordt aanbevolen deze instellingen niet te veranderen.
Berichten uitwisselen 123 Als u een foto of videoclip selecteert, kunt u: • Tik op Menu > Beeld om het eerst weer te geven en tik daarna op Selecteren om de geselecteerde foto of videoclip aan het MMSbericht dat u aan het maken bent, in te voeren. • Tikken op om een foto te maken en deze in te voegen in het MMS-bericht. • Tikken op om een MMS-videoclip op te nemen en deze in te voegen in het MMS-bericht. • Tik op het pictogram Afsluiten ( het MMS-bericht terug te keren.
Berichten uitwisselen Opmerkingen U kunt ook rechtstreeks van het programma Afbeeldingen & Video's of Camera een MMS-bericht verzenden. Gebruik één van onderstaande opties: • In Afbeeldingen & Video's selecteert u van Mijn afbeeldingen een afbeelding en tikt u op Menu > Via MMS verzenden. • Leg met de camera een afbeelding of een MMS-videoclip vast en tik op het pictogram Verzenden ( ). In het dialoogvenster Bestand verzenden, tikt u op Via MMS verzenden.
Berichten uitwisselen 125 Een audioclip toevoegen aan een MMS-bericht U kunt per één geluidsfragment per dia in het MMS-bericht toevoegen. 1. Tik op Audio invoegen. Mijn documenten worden standaard weergegeven. Tik op Mijn muziek of op een andere map met geluidsbestanden. Als u door mappen bladert, tikt u op de pijl omlaag ( ) om terug te keren naar de bovenliggende map. 2. Selecteer een audiobestand. Indien geselecteerd, kunt u: • Tik op om de audioclip af te spelen.
Berichten uitwisselen Een MMS-bericht beantwoorden Tik op Menu > Beantw. om de zender van het bericht te beantwoorden, of tik op Menu > Allen beantwoorden om alle personen die in Naar, Cc en Bcc van het bericht staan, te beantwoorden. MMS-berichten van een bepaald telefoonnummer blokkeren Als u van een bepaalde zender geen MMS-berichten wilt ontvagnen, kunt u het telefoonnummer van deze zender aan de MMS-zwarte lijst toevoegen. 1. Als u een nieuw MMS-bericht ontvangt, open en lees het bericht. 2.
Berichten uitwisselen 127 7.5 Wizard E-mailinstellingen Met de Wizard E-mailinstellingen van Windows Mobile kunt u eenvoudig uw persoonlijke en zakelijke e-mailaccounts instellen. U kunt ook vanaf een Internet serviceprovider (ISP) of een andere e-mailprovider een e-mailaccount toevoegen, alsmede van op internet gebaseerde accounts zoals Gmail®, Yahoo!® Mail Plus, AOL®, enz. Opmerking Zie Hoofdstuk 8 voor meer informatie over het instellingen van een zakelijk Outlook e-mailaccount.
Berichten uitwisselen Opmerking Als Automatische setup gelukt is, kies dan op het volgende venster Internet e-mail uit de lijst Uw e-mailprovider. U wordt tijdens het instellen gevraagd de instellingen van de e-mailserver op te geven. Zie “E-mailserverinstellingen opgeven” voor details. 4. Voer uw naam in. U kunt ook het veld Weergavenaam voor account bewerken om de naam van uw ISP of e-mailaanbieder op te geven. Tik op Volgende. 5.
Berichten uitwisselen 129 Download- en indelinginstellingen aanpassen Voordat u op Voltooien tikt als u een POP3 of IMAP4 e-mailaccount instelt, kunt u op Alle downloadinstellingen controleren tikken om downloadopties, berichtindeling en andere instellingen kiest.
Berichten uitwisselen 7.6 E-mail gebruiken Zodra e-mailaccounts zijn ingesteld op het toestel, kunt u beginnen met het verzenden en ontvangen van e-mailberichten. Berichten maken en verzenden Een bericht samenstellen en versturen 1. Tik op Start > Berichten en selecteer een e-mailaccount. 2. Tik op Menu > Nieuw. 3. Voer het e-mailadres in van één of meer ontvangers, gescheiden met een puntkomma. U heeft toegang tot e-mailadressen in Contacten, door te tikken op Aan. 4.
Berichten uitwisselen 131 Het postvak In filteren • Voer met het toetsenbord op het scherm of het schuivende toetsenbord de naam van de verzender of e-mailonderwerp in die u wilt zoeken. Als u op toetsendrukt, wordt de berichtenlijst beperkt tot de ingestelde voorwaarden. Bijvoorbeeld, als u op “S” en daarna op “A” drukt, wordt de lijst ingekort tot alleen de e-mails die namen van verzenders en onderwerpen voor emails hebben die met “SA” starten.
Berichten uitwisselen Een bijlage downloaden Een bijlage verschijnt onder het onderwerp van een bericht. Tik op de bijlage en het wordt geopend als het al volledig is gedownload, of het wordt gemarkeerd om te worden gedownload als u de volgende keer e-mail verstuurt en ontvangt. Opmerkingen • Als het bericht meerdere bijlagen bevat, worden alle bijlagen gedownload.
Berichten uitwisselen 133 1. Stel de berichtindeling in op HTML. Zie “E-mailinstellingen aanpassen” voor informatie over het instellen van de berichtindeling. 2. Tik op Start > Berichten, selecteer uw e-mailaccount en open een HTML e-mail die u hebt ontvangen. 3. Tik op de Tik hier om naar rechts te schuiven-optie om opzij te kunnen schuiven en een volledig horizontale weergave van het bericht te krijgen. 4.
Berichten uitwisselen E-mail ontvangen en verzenden voor een POP3/IMAP4-account Als u een e-mailaccount bij een ISP heeft of een zakelijk account dat toegankelijk is via een VPN-serververbinding, kunt u berichten via een externe e-mailserver verzenden en ontvangen. Voordat u berichten verstuurt en downloadt, dient u een verbinding te maken met internet of uw zakelijk netwerk. 1. Tik op Start > Berichten en tik op uw POP3- of IMAP4-e-mailaccount. 2. Tik op Menu > Verzenden/Ontvangen.
Berichten uitwisselen 135 Om uw e-mailadres uit te sluiten terwijl u iedereen beantwoordt Als u naar alle ontvangers van een Outlook e-mail wilt beantwoorden, wordt uw eigen e-mailadres aan de ontvangstlijst toegevoegd. Pas ActiveSync zo aan dat uw e-mailadres van de ontvangstlijst wordt verwijdert. 1. In ActiveSync op uw apparaat tikt u op Menu > Opties. 2. Selecteer het type E-mail informatie en tik op Instellingen. 3. Tik op Geavanceerd. 4. In het tekstvak Mij e-mailadressen voert u uw e-mailadres in. 5.
Berichten uitwisselen 7.7 Snelkoppelingen op toetsenbord gebruiken U kunt de snelkoppelingen op het toetsenbord gebruiken voor snelle toegan tot berichtfuncties zoals Beantwoorden, Doorsturen, enz. De lijst snelkoppelingen van het toetsenbord weergeven 1. Schuif het hardware-toetsenbord open. 2. Tik op Start > Berichten en selecteer een berichtenaccount (SMS \ MMS of een e-mailaccount). 3. Terwijl in een berichtenlijst, drukt u en houdt u de toets “H” vast tot de snelkoppelinglijst wordt weergegeven..
Hoofdstuk 8 Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 8.1 Uw apparaat synchroniseren met de Exchange Server 8.2 Omgaan met zakelijke e-mails 8.3 Omgaan met vergaderafspraken 8.4 Contactpersonen vinden in de Bedrijfsmap 8.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 8.1 Uw apparaat synchroniseren met de Exchange Server Als u niet op kantoor bent, blijft u up-to-date met uw zakelijke e-mails en vergaderafspraken door draadloos verbinding met internet te maken en deze informatie met de Exchange Server van uw organisatie te synchroniseren. U kunt ook op elk willekeurig moment toegang nemen tot het adresboek van uw bedrijf.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 139 8. Als u de synchronisatie-instellingen van een informatietype, bijvoorbeeld van e-mail, wilt veranderen, kies dan het informatietype en tik op Instellingen. 9. Tik op Voltooien. Opmerking Tip Als u eerder e-mails met de pc heeft gesynchroniseerd, open dan ActiveSync op het toestel en tik op Menu > Serverbron toevoegen om een verbinding met een Exchange Server in te stellen.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 8.2 Omgaan met zakelijke e-mails Het toestel biedt directe toegang tot zakelijke e-mails en levert een eenvoudigere wijze voor het beheren van berichten. Direct Push, Fetch Mail, E-mail zoeken op afstand en e-mailmarkeringen zijn slechts enkele hulpmiddelen voor het beheren van e-mails. Opmerking Bepaalde functies zijn afhankelijk van de versie van de Microsoft Exchange Server van uw bedrijf.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 141 Opmerkingen Als de GPRS- en Wi-Fi-verbindingen tegelijkertijd zijn ingeschakeld, kiest Direct Push altijd eerst voor Wi-Fi. Geplande synchronisatie Als u Direct Push niet wilt gebruiken, kunt u een regelmatig schema instellen voor het synchroniseren van Outlook e-mail en informatie.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken Direct downloaden via Fetch Mail De functie Fetch Mail downloadt direct een complete e-mail zonder dat u een volledige Verzenden/ontvangen-handeling hoeft uit te voeren. Dit beperkt de download tot slechts het gewenste e-mailbericht en helpt de gegevenskosten te beperken. Vereiste Fetch Mail werkt alleen op uw toestel als uw organisatie gebruik maakt van Microsoft Exchange Server 2007 of hoger. 1. Tik op Start > Berichten > Outlook E-mail. 2.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 143 1. Tik op Start > Berichten > Outlook E-mail. 2. Tik op Menu > Extra > Server doorzoeken. 3. Voer in het vak Zoeken naar een trefwoord in. 4. Kies het datumbereik voor de gezochte berichten. 5. Kies in de lijst Zoek in of alleen in het postvak In, alleen postvak Uit of in alle mappen wordt gezocht. 6. Tik op Zoeken. Berichten markeren Markeringen dienen als herinnering voor belangrijke zaken of vragen die in de berichten worden weergegeven.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken • Markering instellen Markeer het bericht met een rode markering om aan te geven dat het moet worden gevolgd. • Markering voltooien Markeer het bericht met een vinkje om aan te geven dat de zaak of vraag in de e-mail is afgesloten. • Markering wissen Verwijder het vlaggetje om de markering op te heffen.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 145 Automatisch een antwoord bij afwezigheid verzenden 1. Tik op Start > Berichten > Outlook E-mail. 2. Tik op Menu > Extra > Afwezig. 3. Kies uit de lijst Ik ben momenteel de optie Afwezig. 4. Voer uw automatische antwoordbericht in en tik op Gereed.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 8.3 Omgaan met vergaderafspraken Als u vanaf het toestel vergaderafspraken inroostert en verstuurt, kunt u personen uitnodigen voor de vergadering en hun status controleren om meer te weten te komen over hun beschikbaarheid. Als u een verzoek voor een afspraak ontvangt, kunt u antwoorden door het verzoek te accepteren of het te weigeren. Het vergaderverzoek geeft ook duidelijk aan of er dubbele of naastgelegen afspraken zijn.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 147 De lijst met genodigde van de vergadering weergeven 1. Tik op Start > Agenda. 2. Tik op een vergaderverzoek die eerder is verzonden, en tik op Genodigden. De lijst met vereiste en optionele genodigden verschijnt dan. Opmerking • Voor informatie over het maken van een vergaderverzoek, zie “Een vergaderverzoek verzenden” in Hoofdstuk 6.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken • In een nieuw vergaderverzoek met Agenda, tikt u op Genodigden en vervolgens op Bedrijfsmap bovenin de lijst. 3. Voer de gedeeltelijke of volledige contactnaam in en tik op Zoeken. Tik in de lijst met zoekresultaten op een contactpersoon om deze te selecteren. Opmerkingen • U kunt een contactpersoon opslaan vanuit de Bedrijfsmap naar uw toestel door de contactpersoon te selecteren en vervolgens op Menu > Opslaan in contacten te tikken.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 149 8.5 E-mailbeveiliging Op uw apparaat worden uw Outlook e-mails door Windows Mobile® beschermt via Secure/Multipurpose Internet Mail Extension (S/MIME), waarmee u digitaal uw berichten kunt ondertekenen en coderen. Het digitaal ondertekenen van een bericht past uw certificaat met de verificatiesleutel aan het bericht toe. Dit bewijst dat de ontvanger van het bericht van u is en niet van een oplichter of een hacker en dat het bericht niet is veranderd.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken De digitale handtekening op een ondertekend bericht dat u ontvangt, verifiëren 1. Open het Outlook e-mailbericht dat digitaal is ondertekend. 2. Bovenin het bericht tikt u op Handtekeningstatus weergeven. 3. Tik op Menu > Certificaat controleren. Om de details van het certificaat in het bericht weer te geven, tikt u op Menu > Certificaat weergeven. Opmerking Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een digitale handtekening niet geldig is.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken 151 Alle berichten digitaal ondertekenen en coderen U kunt ActiveSync instellen om alle uitgaande berichten digitaal te ondertekenen en te coderen. U moet een geldig certificaat krijge om emailberichten succesvol te ondertekenen en coderen. 1. Tik op Start > Programma’s > ActiveSync. 2. Tik op Menu > Opties. 3. Selecteer het type E-mail informatie en tik op Instellinen. In het venster Syncopties voor e-mail tikt u op Geavanceerd. 4.
Omgaan met zakelijke e-mails en vergaderafspraken Toestemmingen op een e-mailbericht instellen Een andere manier om uw e-mailberichten te beschermen, is met Informatierechten-beheer (IRM) berichten met beperkte toestemmingen te verzenden. Vereiste Dit werkt alleen met een Microsoft Outlook e-mailaccount en als uw bedrijf RMS Server SP1 gebruikt. 1. Tik op Start > Berichten > Outlook E-mail. 2. Maak een bericht en tik dan op Menu > Berichtopties. 3.
Hoofdstuk 9 Omgaan met documenten en bestanden 9.1 Microsoft® Office Mobile 9.2 Adobe® Reader® LE 9.3 Bestanden kopiëren en beheren 9.4 ZIP 9.
Omgaan met documenten en bestanden 9.1 Microsoft® Office Mobile Office Mobile bestaat uit drie toepassingen waarmee u Microsoft-documenten kunt maken, bewerken en weergeven. These 3 applications are • Microsoft® Office Word Mobile is een gestroomlijnde versie van Microsoft Word. Word documenten die op de PC zijn gemaakt, kunnen op het apparaat worden geopend en bewerkt. U kunt in Word Mobile ook documenten en sjablonen maken en bewerken en ze opslaan als *.doc, *.rtf, *.txt, en *.dot bestanden..
Omgaan met documenten en bestanden 155 9.2 Adobe® Reader® LE Adobe® Reader® LE is een toepassing om PDF-documenten (Portable Document Format) op uw apparaat weer te geven. Het ondersteunt een deel van de functies die Adobe Reader-versies op de pc ondersteunen. Adobe Reader LE openen Tik op Start > Programma’s > Adobe Reader LE. Een PDF-bestand op het toestel openen Open Bestandsverkenner en zoek het gewenste pdf-bestand en tik op het bestand om het te openen.
Omgaan met documenten en bestanden 9.3 Bestanden kopiëren en beheren U kunt bestanden kopiëren tussen toestel en pc, of bestanden naar de opslagkaart in het toestel kopiëren. Met Verkenner kunt u op efficiënte wijze uw bestanden en mappen beheren. Bestanden met Windows Mobile® Apparaatcentrum of ActiveSync kopiëren Met Windows Mobile® Apparaatcentrum of ActiveSync kunt u bestanden van uw PC naar uw apparaat en omgekeerd kopiëren. Een bestand tussen uw apparaat en de PC kopiëren 1.
Omgaan met documenten en bestanden 157 Gebruik Verkenner Verkenner biedt u de mogelijkheid door de inhoud van mappen op uw apparaat te bladeren. De hoofdmap op het apparaat heet Mijn apparaat. Mijn apparaat is net als Mijn computer op de PC en bevat onder meer de mappen Mijn documenten, Programmabestanden, Tijdelijk, Opslagkaart en Windows. Verkenner gebruiken 1. Tik op Start > Programma’s > Verkenner. 2. Tik op een map of bestand om het te openen. 3.
Omgaan met documenten en bestanden 9.4 ZIP ZIP biedt u de mogelijkheid om geheugen te besparen en de opslagcapaciteit van uw apparaat te verhogen door bestanden in de conventionele ZIP-indeling te comprimeren. U kunt archiefbestanden van diverse bronnen weergeven en uitpakken. U kunt op uw apparaat ook nieuw *.zip-bestanden maken. ZIP starten en .zip bestanden openen U kunt ZIP gebruiken om bestanden te archiveren of om een bestand archiefbestand op uw apparaat te openen.
Omgaan met documenten en bestanden 159 Een ZIP-archief maken 1. Tik op Bestand > Nieuw archief. 2. Type op het scherm Opslaan als een naam voor het zipbestand en kies een map waarin het zipbestand wordt opgeslagen. U kunt ook kiezen of het zipbestand in het hoofdgeheugen van het toestel of op een opslagkaart wordt opgeslagen. 3. Tik op Opslaan. 4. Tik op Menu > Actie > Toevoegen. 5. Dubbeltik op de map met de bestanden die u wilt archiveren. 6.
Omgaan met documenten en bestanden Sprite Backup installeren 1. Controleer of het toestel via een usb-kabel op de computer is aangesloten. 2. Installeer Sprite Backup op uw apparaat door vanaf de PC de Toepassingendisk te gebruiken. Volg de instructies op het scherm van de computer om de installatie te voltooien. 3. Als de installatie klaar is, stelt de Setup Wizard op de computer Sprite Backup op het toestel in. Volg de instructies op het scherm om de instellingen te voltooien.
Omgaan met documenten en bestanden 161 Back-up van gegevens maken in de Basismodus 1. Tik op het scherm van Basismodus op Nu back-up maken. 2. Geef een wachtwoord op (tussen 6 en 15 tekens) voor het backupbestand. Voer dit wachtwoord tweemaal in en tik op OK. 3. Volg de instructies op het scherm op om de back-up te voltooien. Gegevens herstellen in Basismodus 1. Tik in het scherm Basismodus op Nu herstellen. 2. Voer het wachtwoord van het back-upbestand in en tik op OK. 3.
Omgaan met documenten en bestanden 3. In de structuurweergave schakelt u de keuzevakken van de items in die u wilt herstellen. 4. Tik op de knop Herstellen en volg de instructies op het scherm om te herstellen. Opmerking In zowel de Basismodus als de Geavanceerde modus, voert Sprite Backup een zachte reset uit voordat het start met de back-up of herstelpoging. Nadat de operatie is voltooid wordt nogmaals een zachte reset uitgevoerd. Reserve-opties De back-uplocatie en bestandsnaam veranderen 1.
Hoofdstuk 10 Verbinding maken 10.1 Comm Manager 10.2 Verbindingsinstelling 10.3 Manieren om op het internet aan te sluiten 10.4 Wi-Fi 10.5 GPRS 10.6 Inbelverbinding en andere verbindingen 10.7 Een gegevensverbinding starten 10.8 Internet Explorer® Mobile 10.9 Uw apparaat als een modem gebruiken (Gedeeld internet) 10.10 Bluetooth 10.
Verbinding maken 10.1 Comm Manager Comm Manager werkt als een centrale schakelaar waarmee u telefoonfuncties kunt in- of uitschakelen, alsmede gemakkelijk uw gegevensverbindingen kunt beheren. Comm Manager openen Tik op Start > Programma’s > Comm Manager. 1 6 2 7 3 4 8 9 5 1 Tik om de Vliegtuigmodus in of uit te schakelen. Het inschakelen van de Vliegtuigmodus zorgt voor het uitschakelen van de telefoon-, Bluetooth- en WLAN-functies.
Verbinding maken 165 8 Tik om de actieve gegevensverbindingen (zoals GPRS) af te sluiten. U kunt in Comm Manager geen gegevensverbindingen herstellen. 9 Tik hier om Gedeelde internet te openen om uw apparaat als modem te gebruiken. Raadpleeg "Uw apparaat als een modem gebruiken (Gedeelde internet)" in dit hoofdstuk voor meer details. 10.
Verbinding maken Handmatig de netwerkaanbieder kiezen U kunt ook handmatig de netwerkaanbieder kiezen in het instellingenvenster van Netwerkwizard. Verbindingsinstelling stelt vervolgens de instellingen van de gegevensverbindingen van het toestel opnieuw in, op basis van de gekozen aanbieder. 1. Tik op Start > Instellingen > Verbindingen > Verbindingsinstelling. 2. Selecteer het Land en Aanbieder voor het netwerk dat u wilt gebruiken.
Verbinding maken 167 10.4 Wi-Fi Wi-Fi levert draadloze toegang tot het internet over afstanden tot 100 meter (300 feet). Om Wi-Fi op uw toestel te gebruiken, hebt u toegang nodig tot een draadloos toegangspunt of “hotspot”. Opmerking De beschikbaarheid en de kwaliteit van het Wi-Fi-signaal van uw toestel hangt af van het nummer, de infrastructuur en andere objecten in het pad van het signaal. Wi-Fi in- en uitschakelen 1. Open de Comm Manager. 2.
Verbinding maken 3. Als het draadloze netwerk is beveiligd met een netwerksleutel, voert u deze sleutel in en tikt u op Verbinden. De volgende keer dat uw apparaat wordt gebruikt om draadloze netwerken te zoeken, ziet u het venster niet meer en wordt u niet gevraagd om de netwerksleutel in te voeren van de vorige keer dat u toegang nam tot het draadloze netwerkt (tenzij u een harde reset uitvoert waardoor de aangepaste instellingen van uw apparaat worden gewist).
Verbinding maken 169 • Wi-Fi-statusvenster. Tik op Start > Instellingen > tabblad Connections > Wireless LAN > tabblad Hoofd om de naam te zien van het draadloze netwerk waarmee het toestel momenteel is verbonden. De configuratie en de signaalkwaliteit van het draadloze netwerk worden ook getoond. • Scherm Draadloze netwerken configureren. Tik op Start > Instellingen > tabblad Verbindingen > Wi-Fi > tabblad Draadloos. Dit scherm toont de draadloze netwerken die nu beschikbaar zijn.
Verbinding maken 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Verbindingen >Wireless LAN. 2. Op het tabblad Energiemodus verplaatst u de schuif van de Energiebesparende modus naar een positie die de prestatie met het minste energieverbruik optimaliseert. Bijvoorbeeld, Breng de schuif naar links (beste prestatie) om een optimale draadloze netwerkprestatie te krijgen; breng het naar rechts (beste batterij) om een maximum batterijverbruik te krijgen. 10.
Verbinding maken 171 5. Ga naar Naam toegangspunt en tik op Volgende. 6. Voer, indien vereist, de gebruikersnaam en het wachtwoord in. 7. Tik op Voltooien. Opmerkingen • Om over een willekeurig scherm helpinformatie te zien, tikt u op het helppictogram ( ). • Om uw verbindingsinstellingen te modificeren, tikt u op het scherm Verbindingen op Bestaande verbindingen beheren en voltooid u de verbindingswizard.
Verbinding maken 10.6 Inbelverbinding en andere verbindingen Inbellen Als u uw apparaat gebruikt om op uw internet-serviceprovider (ISP) in te bellen en op het internet aan te sluiten, worden de aantal minuten die u gebruikt in rekening gebracht. Een Inbellen op uw ISP instellen Om een inbelverbinding op uw apparaat in te stellen, moet u dezelfde instellingen gebruiken als u normaal gebruikt als u vanaf uw computer inbelt. Hiertoe behoort het telefoonnummer van de ISP, uw gebruikersnaam en wachtwoord.
Verbinding maken 173 2. Tik op Start > Instellingen > tabblad Verbindingen > Verbindingen. 3. Volg in Mijn kantoornetwerk de instructies voor elk type verbinding. 4. Maak de verbindingswizard af en tik daarna op Voltooien. 10.7 Een gegevensverbinding starten Zodra een gegevensverbinding, zoals GPRS of ISP-inbellen, op het toestel is ingesteld, kunt u nu een verbinding met internet maken.
Verbinding maken Het web verkennen 1. Voer in de adresbalk het URL-adres in en tik op . 2. Gebruik de NAVIGATIEBESTURING om door de webpagina te bladeren. Druk op ENTER als een koppeling voor toegang wordt gemarkeerd. Tijdens het verkennen van het web, tikt u op Menu om een lijst met opties te openen die de mogelijkheid bieden om de weergave te veranderen, Favorieten op te slaan en voorkeuren voor Internet Explorer Mobile in te stellen en meer.
Verbinding maken 175 10.9 Uw apparaat als een modem gebruiken (Gedeeld internet) Gedeeld internet verbindt uw pc of notebook computer met internet via de gegevensverbinding van het toestel (zoals GPRS of EDGE). U kunt de verbinding maken via usb of Bluetooth. Volg de procedure in deze sectie om uw apparaat als een USB-modem in te stellen. Voor meer info over hoe u uw apparaat als een Bluetooth-modem kunt instellen, raadpleegt u “Het apparaat als een Bluetooth-modem gebruiken” in dit hoofdstuk.
Verbinding maken 10.10 Bluetooth Bluetooth is een draadloze communicatietechnologie voor het korte bereik. Apparaten met Bluetooth kunnen informatie uitwisselen over een afstand van ongeveer acht meter zonder dat een fysieke verbinding nodig is. Bluetooth-modi Op uw apparaat werkt Bluetooth in drie verschillende modi: • Aan. Bluetooth is ingeschakeld. Uw toestel kan andere Bluetoothapparaten detecteren, maar niet andersom. • Uit. Bluetooth is uitgeschakeld.
Verbinding maken 177 2. Tik op het tabblad Apparaten op Nieuw app. toevoegen. Uw toestel zoekt dan andere Bluetooth toestellen en geeft deze weer in het vak. 3. Tik in het vak op de gewenste naam van een apparaat. 4. Tik op Volgende. 5. Bepaal een wachtwoordcode om een veilige verbinding tot stand te brengen. De wachtwoordcode kan 1 tot 16 tekens bevatten. 6. Tik op Volgende. 7. Wacht totdat het andere toestel de verbinding accepteert. De ontvangende partij moet dezelfde wachtwoordcode invoeren. 8.
Verbinding maken Een handvrije Bluetooth of stereo hoofdtelefoon aansluiten Om handsfree te bellen, kunt u een Bluetooth handsfree-hoofdtelefoon gebruiken zoals een carkit. Uw apparaat ondersteunt ook A2DP (Advanced Audio Distribution Profile) wat inhoudt dat u een Bluetooth stereohoofdtelefoon kunt gebruiken om handvrij telefoongesprekken te voeren en om naar stereomuziek te luisteren. Een handvrije Bluetooth- of stereo-hoofdset aansluiten 1.
Verbinding maken 179 Informatie beamen met Bluetooth U kunt vanaf uw apparaat naar uw computer of een ander Bluetooth-apparaat informatie doorstralen, zoals contactpersonen, agenda-items, taken, alsmede bestanden. Opmerking Als uw computer geen ingebouwde Bluetooth-capaciteit heeft, moet u met een Bluetooth-adapter of dongle op uw computer aansluiten. Informatie van uw apparaat naar een computer doorstralen 1. Schakel Bluetooth in op uw toestel, en maak uw toestel zichtbaar.
Verbinding maken 4. Verzend een contactpersoon door te tikken op Menu > Contact verzenden > Uitstralen. Om andere types informatie uit te stralen, tikt u op Menu > Uitstralen [type item]. 5. Tik op de naam van het apparaat waarheen u de straal wilt verzenden. 6. Als u een agenda, taak of contactpersoon naar uw computer doorstraalt en deze wordt niet automatisch aan Outlook toegevoegd, selecteert u in Outlook Bestand > Importeren en Exporteren om het te importeren.
Verbinding maken 181 3. Kies het keuzevak Bestandsdeling inschakelen. U kunt ook de standaard gedeelde Bluetooth-map gebruiken of tik op Bladeren om andere mappen als uw gedeelde map te gebruiken. Bluetooth Explorer gebruiken 1. Bluetooth Explorer is geïntegreerd met Bestandsverkenner. U kunt het openen door te tikken op Start > Programma’s > Bluetooth Explorer of door te tikken op de pijl omlaag ( ) linksboven in Verkenner en vervolgens op Bluetooth. 2.
Verbinding maken De computer kan de internetverbinding van het toestel gebruiken als u op het toestel Gedeeld internet activeert, en vervolgens een Bluetooth PAN-netwerk (Personal Area Network) opzet tussen de computer en het toestel. 1. Op uw apparaat schakelt u Bluetooth aan en stelt u het op zichtbare modus in. 2. Initieer een Bluetoothverbinding vanaf het toestel via de stappen in “Een Bluetoothverbinding maken.“ 3. Tik op Start > Programma’s > Accessories > Gedeeld internet. 4.
Verbinding maken 183 Bestanden via Bluetooth afdrukken Sluit uw apparaat op een Bluetooth-printer aan om contactinformatie, afspraakdetails, berichten en andere bestandstypes af te drukken. Opmerking U kunt bestanden in de indelingen .txt, .jpg, .xhtml, .vcf, .vcs afdrukken. Voordat u begint met afdrukken, controleert u of de Bluetooth-printer is ingeschakeld en of op het toestel Bluetooth is ingeschakeld.
Verbinding maken 10.11 Windows Live™ Windows Live™ brengt de ervaring van internet naar uw toestel. Het helpt bij het zoeken van informatie, en volgen van uw interesses en om makkelijker via internet in contact te blijven met familie en vrienden. Dit zijn de belangrijkste functies van Windows Live™: • Live Search Bar, hiermee kunt u informatie op internet zoeken. • Live Messenger, de volgende generatie van MSN Messenger Mobile. • Live Mail, de volgende generatie van Hotmail.
Verbinding maken 185 6. Kies welke informatie u met het toestel online wilt synchroniseren. Als u Contactpers./ Messenger synchroniseert, worden uw contactpersonen van Windows Live toegevoegd aan de contactlijst en aan Live Messenger op het toestel. Als u E-mail synchroniseert, worden de berichten in het postvak in van Windows Live Mail of Hotmail naar het toestel gedownload. 7. Tik op Volgende. 8. Als de synchronisatie voltooid is, tikt u op Gereed.
Verbinding maken Windows Live Messenger Met deze mobiele versie van Windows Live Messenger kunt u genieten van veel van dezelfde leuke functies als de desktopversie, waaronder: • Berichten via tekst en spraak • Meerdere gesprekken • Emoticons toevoegen • Contactlijst met voorkeur • Bestanden met foto’s verzenden en ontvangen • Status/weergavenaam veranderen • Contactpersonen weergeven op onlinestatus, groepen en meer • Berichten versturen zelfs als een contactpersoon offline is Opmerking
Verbinding maken 187 Gesprekken starten en stoppen 1. Selecteer in de contactlijst een contactpersoon en tik op Gesprek om een berichtvenster te openen. 2. Tik het tekstbericht in het tekstgebied van het berichtvenster. 3. Wilt u een emoticon toevoegen, tik dan op Menu > Emoticon toevoegen en tik op een pictogram uit de lijst met emoticons. 4. Tik op Verzenden. 5. Stop het gesprek met de huidige contactpersoon door te tikken op Menu > Gesprek beëindigen.
Verbinding maken
Hoofdstuk 11 Gps gebruiken 11.1 Richtlijnen en voorbereiding voor het gebruik van GPS 11.2 Satellietgegevens downloaden via QuickGPS 11.3 TomTom NAVIGATOR gebruiken 11.
Gps gebruiken 11.1 Richtlijnen en voorbereiding voor het gebruik van GPS • Gebruik het gps-systeem niet terwijl u rijdt. • De berekende gps-route is slechts een hulpmiddel bij het rijden. Het mag niet van invloed zijn op het rijgedrag. • Gebruik het gps-systeem voorzichtig. Gebruikers kunnen aansprakelijk worden gehouden voor schade als gevolg van onzorgvuldig gebruik van het systeem. • Bij gebruik in een voertuig, gebruikt u de beugel om de Pocket PC stevig op zijn plaats te monteren.
Gps gebruiken 191 • Het gps-signaal kan niet door ondoorzichtige objecten heen. Signaalontvangst kan worden belemmerd door obstakels zoals hoge gebouwen, tunnels, bruggen, bossen, slecht weer (regenachtige of bewolkte dagen), enz. • Signaalontvangst kan belemmerd worden door opstakels zoals hoge gebouwen, tunnels, bruggen, bossen, weer (regenachtige of bewolkte dagen), enz. Als de voorruit van het voertuig metaal bevat, kan het gps-signaal moeite hebben hier doorheen te komen.
Gps gebruiken 11.2 Satellietgegevens downloaden via QuickGPS Voordat u start met gps-navigatie op het toestel, opent u eerst het programma QuickGPS om de Ephemeris-gegevens te downloaden (actuele satellietpositie en timinginformatie) naar het toestel. Deze gegevens zijn nodig om de gpspositie van de huidige locatie te bepalen. QuickGPS downloadt Ephemeris-gegevens van een webserver, en niet van de satellieten, via de internetverbinding van het toestel. Dit kan ActiveSync of GPRS zijn.
Gps gebruiken 193 Downloadopties U kunt de downloadtijden instellen door te tikken op Menu > Opties en vervolgens de volgende opties te kiezen: • Herinnering geven als gegevens verlopen. Op het apparaat wordt een herinnering weergegeven als de geldigheid van de Ephemerisgegevens zijn verlopen. Als u de herinnering ziet, titk u op Menu om de herinnering te verwijderen of om uitstel in te stellen zodat u later nog een keer wordt herinnerd.
Gps gebruiken 11.3 TomTom NAVIGATOR gebruiken TomTom NAVIGATOR is gps navigatiesoftware die duidelijke gesproken routeaanwijzingen geeft, gebaseerd op een opgegeven adres van bestemming, een geselecteerde contactpersoon, nuttige plaatsen, enz. U kunt kiezen uit verschillende routes als u de route plant. Plaatsen die u vaak bezoekt kunnen worden toegevoegd als favorieten. Voordat u vertrekt, gebruikt u eerst de Map Browser om u vertrouwd te maken met de route.
Gps gebruiken 195 Tip Opdat uw gps-ontvanger sneller uw huidige positie kan vaststellen, gebruikt u eerst QuickGPS om de nieuwste Ephemeris-gegevens naar uw apparaat te downloaden. Voor meer informatie over QuickGPS, zie “Satellietgegevens downloaden via QuickGPS“, eerder in dit hoofdstuk. Rijweergave Nadat u de Setup Wizard en Downloadwizard hebt voltooid, vertoont Navigator de Rijweergave. De Rijweergave is ingesteld op zwart/wit totdat de gps-ontvanger van het toestel uw huidige positie detecteert.
Gps gebruiken Hoofdmenu Tik ergens op de kaart in de Rijweergave om het Hoofdmenu te openen. Het Hoofdmenu bevat drie vensters met pictogrammen. Tik op het pictogram Volgende ( ) om tussen de menuvensters te schakelen. • Navigeer naar. Hiermee kunt u een bestemming kiezen. • Zoek alternatief. Berekent een alternatieve route als u bepaalde gebieden wilt vermijden. • TomTom Verkeersinfo. Schakelt tussen het in- en uitschakelen van de verkeersinfo. (Hierop moet u geabonneerd zijn).
Gps gebruiken 197 • Telefoonnummer. Hiermee kunt u telefoonnummers zoeken van de plaatsen die onder nuttige plaatsen zijn gecategoriseerd. • Rondleidingen. Hiermee kunt u een functie kiezen en een rondleiding krijgen over het gebruik van de betreffende functie. • Toepassing afsluiten. Sluit NAVIGATOR en beëindigt de gpsnavigatie. Een bestemming selecteren Als u tikt op Navigeer naar op het Hoofdmenu, heeft u de keuze uit diverse opties om de bestemming in te stellen.
Gps gebruiken Als u het reisdoel heeft opgegeven, vraagt NAVIGATOR of u op een bepaalde tijd wilt aankomen. Nadat u op JA hebt getikt en een tijd van aankomst hebt ingevoerd, toont NAVIGATOR of u wel of niet op tijd kunt aankomen. NAVIGATOR berekent vervolgens de route en geeft de Routesamenvatting weer: Tik op OK. NAVIGATOR toont vervolgens weer de Rijweergave en start met de gesproken en visuele routebeschrijving naar uw bestemming.
Gps gebruiken 199 3. U kunt vervolgens één van de volgende locaties kiezen als favoriet: Thuis, Adres, Recente bestemming, of Nuttige plaats. 4. Gebruik de standaardnaam of voer een naam in voor de favoriet. 5. Tik op OK. Naar een favoriet navigeren 1. Tik op het scherm Rijweergave om het Hoofdmenu te openen. 2. Tik op Navigeer naar, en tik daarna op Favoriet. 3. Selecteer en favoriet uit de lijst. NAVIGATOR berekent vervolgens de route. 4. Als de route is berekend tikt u op OK.
Gps gebruiken Algemeen bekende nuttige plaatsen zijn bijgevoegd op de kaart die NAVIGATOR momenteel gebruikt. Indien gewenst kunt u meer nuttige plaatsen toevoegen. NP-locaties NP-categorieën Een nuttige plaats toevoegen 1. Tik op het scherm Rijweergave om het Hoofdmenu te openen. 2. Tik op Wijzig voorkeuren > Beheer NP’s. 3. Voordat u een NP kunt toevoegen, moet u eerst een categorie maken. U kunt uw NP’s slechts toevoegen aan een NP-categorie die u zelf heeft gemaakt.
Gps gebruiken 201 Berekening vooraf Het wordt aanbevolen de route vooraf te plannen. U kunt de functie Berekening vooraf gebruiken om er achter te komen wat de snelste of kortste route tussen start- en eindpunt is. Een route vooraf plannen 1. Tik op het scherm Rijweergave om het Hoofdmenu te openen. 2. Tik op het pictogram Volgende ( ) en tik op Berekening vooraf. 3. Selecteer het startpunt van de reis op dezelfde wijze als u normaal uw doelstemming selecteert. 4. Stel de reisbestemming in. 5.
Gps gebruiken 1 3 4 2 1 Deze Schaalbalk toont het afstandbereik op de kaart gebaseerd op de huidige schaal. 2 Dit is uw huidige positie op de kaart. Tik op een andere plek om naar een ander deel van de kaart te gaan. 3 Tik om de kaart te centreren op uw huidige positie. 4 Dit is de Zoombalk. Verander de schaal van de kaart door de Zoombalk omhoog of omlaag te verschuiven. 5 6 7 5 Tik om te kiezen welke items op de kaart worden weergegeven, zoals nuttige plaatsen, favorieten, straatnamen en meer.
Gps gebruiken 203 Instelling Zet 3Dweergave uit Veiligheidsvoorkeuren Zet NP's aan/uit Zet geluid uit Beheer favorieten Wijzig thuislocatie Beheer kaarten Beheer NP's Planningvoorkeuren Tolheffingvoorkeuren Kompasvoorkeuren Wijzig kaartkleuren Voorkeuren naam Beschrijving Geeft de kaart weer in twee-dimensionale weergave. U kunt kiezen of de kaart in de richting van uw reisrichting wijst, of dat de kaart altijd richting noorden wijst.
Gps gebruiken Instelling Statusbalkvoorkeuren Kies eenheden Wijzig stem Wijzig taal Beschrijving Hier selecteert u de informatie die wordt weergegeven op de Statusbalk in Rijweergave. Stelt de eenheden in voor afstanden, tijd, lengte- en breedtegraden, enz. Hier kunt u een andere stem kiezen voor de gesproken instructies. (Alleen beschikbaar als meerdere stemmen in NAVIGATOR zijn geïnstalleerd). Hier selecteert u de taal die gebruikt wordt in de interface van TomTom NAVIGATOR. 11.
Hoofdstuk 12 Genieten van multimedia 12.1 Camera 12.2 Afbeeldingen en video’s 12.3 Windows Media® Player Mobile 12.4 Streaming Media Player 12.
Genieten van multimedia 12.1 Camera Dankzij de ingebouwde camera van het toestel, kunt u makkelijk foto’s maken en videoclips met geluid opnemen. Het camerascherm openen • Druk de knop CAMERA op uw apparaat helemaal in, of • CAMERA-toets Tik op Start > Programma's > Camera. De schermligging wordt automatisch omgeschakeld in de liggende stand als u Camera opent. De Camera afsluiten Tik op het scherm Camera op het pictogram Afsluiten ( ).
Genieten van multimedia 207 De beschikbare vastlegstanden van de camera zijn: • Foto: Standaard foto’s maken. • Video: Videoclips met of zonder geluid vastleggen. • MMS Video: Videoclips vastleggen die geschikt zijn om bij MMSberichten te verzenden. • Afbeelding contactpersoon: Een foto maken en deze direct toe te kennen aan een Foto ID voor een contactpersoon. • Beeldthema: Foto’s maken en deze in een lijst plaatsen.
Genieten van multimedia Camera bediening De camera bevat een auto-focusfunctie waarmee u scherpe en kraakheldere foto’s en video’s van uw onderwerpen kunt maken. Afhankelijk van de instelling van Opname-optie dient u de CAMERA-toets half of helemaal in te drukken om een foto te maken of video op te nemen. Als u op de CAMERA of ENTER-toets drukt stelt de camera scherp op het onderwerp, gemarkeerd door een knipperende haak ( ). Als is scherpgesteld wordt de haak effen groen( ).
Genieten van multimedia 209 Besturingselementen en indicatoren op het scherm 1 2 3 8 4 5 6 Fotomodus 7 Videomodus 1 Modus schakelknop. Tik op de pijltoetsen links/rechts ( / ) op het scherm om de vastlegmodus te veranderen. 2 Auto-focusindicator. Geeft een knipperende haak ( ) weer tijdens het scherpstellen. Als is scherpgesteld, wordt de knipperende haak effen groen ( ). 3 Resterende informatie-indicator.
Genieten van multimedia 9 10 Modus Beeldthema 9 Sjabloonselectie. Tik in de modus Beeldthema om te schakelen tussen verschillende sjablonen. Als de eerste foto is genomen verandert dit pictogram in Voortgangindicator. 10 Voortgangindicator. In de modi thema, panorama, sport en burst toont dit het totaal aantal opeenvolgende opnames. Paneel Snelinstellingen Met het paneel Snel instellen kunt u snel bepaalde camerainstellingen aanpasse.
Genieten van multimedia 211 2 Witbalans. Tik om tussen de verschillende witbalansinstellingen te schakelen: Automatisch ( ), Daglicht ( ), Nacht ( ), Gloeiend ( ) en Lichtgevend ( ). 3 EV. Tik op het minus/plus pictogram ( / ) om het helderheidsniveau te verhogen of verlagen. 4 Opslag. Tik om te schakelen tussen het opslaan van vastgelegde foto’s of videoclips in het toestelgeheugen ( ) of op de geheugenkaart ( ). 5 Camera. Het camerapictogram ( / / ) geeft de gebruikte camera aan.
Genieten van multimedia Het bereik van de camerazoom voor een afbeelding of videoclip, is afhankelijk van de vastlegmodus en vastleggrootte. De volgende tabel is een samenvatting voor als de hoofdcamera wordt gebruikt. Vastlegmodus Instelling vastleggrootte Zoombereik 3M (2048 x 1536) Geen zoom beschikbaar 2M (1600 x 1200) Geen zoom beschikbaar 1M (1280 x 960) 1.0x tot 2.0x Groot (640 x 480) 1.0x tot 2.0x Medium (320 x 240) 1.0x tot 4.0x Klein (160 x 120) 1.0x tot 8.
Genieten van multimedia 213 Het Controlescherm Nadat een foto is gemaakt of videoclip is opgenomen, kunt u de afbeelding of videoclip zijn op het Controlescherm. Controlescherm U kunt ook op de volgende pictogrammen onderin het Controleschermtikken: Pictogram Functie Terug Terug naar het actieve Camerascherm. Verwijderen De gemaakte foto of video verwijderen. Verzenden Verzenden via e-mail of MMS.
Genieten van multimedia Camera-instellingen Terwij een foto of videoclip wordt vastgelegd met één van de vastleggingsmodi, tikt u op de pictogram Menu ( ) voor toegang tot het scherm Camerainstellingen. In het scherm Camera-instellingen kunt u de vastleginstellingen configureren. Camera-instellingen scherm in Fotomodus Als u op de pictogrammen aan de onderkant van het scherm Camerainstellingen tikt, verschijnen verschillende menu’s.
Genieten van multimedia 215 Opslagmenu • Opslag. Selecteer waar u de bestanden wilt opslaan. U kunt bestanden in het hoofdgeheugen of op een opslagkaart opslaan. Menu Panorama-instellingen • Richting. Kies in welke richting afbeeldingen in een panorama worden geplakt. • Hechtingentelling. Selecteer het gewenste aantal foto’s dat moet worden genomen en geplakt in een panorama. • Automatisch hechten. Als Automatisch hechten Aan staat, plakt de camera de foto’s automatisch in één enkel bestand.
Genieten van multimedia Menu Vastlegmodus • Modus. Schakel tussen verschillende vastlegmodi zoals Foto, Video, Afbeelding contactpersoon, en meer. Voor meer informatie over deze modi vindt u bij “Vastlegmodi”, eerder in dit hoofdstuk. Menu Geavanceerd Selecteer het linker-/rechterpictogram op deze balk om te wisselen tussen de menupagina’s in het menu Geavanceerd. U kunt ook met de NAVIGATIE besturingstoetsen op NAVIGATIE omhoog/ omlaag drukken om naar deze balk te gaan.
Genieten van multimedia 217 Raster • • • • • Verlichting behouden. Schakelt de verlichting in of uit. Dit heeft prioriteit op de instelling van de verlichting van het toestel als u de camera gebruikt. Tijdsduur bekijken. Stel een tijdsduur in voor het weergeven van de gemaakte foto/video op het Controlescherm voordat deze automatisch wordt opgeslagen en terug wordt geschakeld naar het live Camerascherm. Selecteer Geen limiet als u geen tijdslimiet wilt opgeven.
Genieten van multimedia • Teller. Om de teller van de bestandsbenoeming op 1 terug in te stellen, tikt u op Reset. • Opnamelimiet. De maximumtijd of bestandsgrootte opgeven voor het opnemen. • Sjabloonmap (alleen in modus Beeldthema). De sjabloons worden standaard opgeslagen in de map \Mijn documenten\Sjabloonmap in het Hoofdgeheugen van het toestel. Als u enkele sjablonen naar een opslagkaart overplaatst (via Verkenner.
Genieten van multimedia 219 12.2 Afbeeldingen en video’s Afbeeldingen en video’s laat u de volgende types mediabestanden op uw apparaat weergeven en beheren: Bestandstype Bestandsindelingen Afbeelding *.bmp, *.jpg, *.gif, *.png GIF-animatie *.gif Video *.avi, *.wmv, *.mp4, *.3gp, *.3g2 Audio *.wma Afbeeldingen en video’s openen Tik op Start > Programma’s > Afbeeldingen en video’s.
Genieten van multimedia Tik om een andere apparaatlocatie te selecteren. Deze pictogram eeft aan dat het bestand een GIF-animatiebestand is. Tik op Beeld om het bestand af te spelen. Deze pictogram geeft aan dat het bestand een videobestand is. Tik op Afspelen om het bestand in Windows Media® Player Mobile af te spelen. Tik om het geselecteerde mediabestand weer te geven of af te spelen.
Genieten van multimedia 221 U kunt ervoor kiezen om via één van uw berichtenacconts het geselecteerde mediabestand te verzenden, het naar een ander apparaat te stralen, de afbeeldingen als een diashow afspelen, de afbeelding naar uw Windows Live MySpace-account verzenden, en meer. Tik op Opties om afbeeldingsinstellingen en afspeelvoorkeuren voor diashows aan te passen. Opmerking De beschikbare menu-opties zijn afhankelijk van het geselecteerde mediabestand.
Genieten van multimedia 12.3 Windows Media® Player Mobile U kunt Microsoft Windows Media® Player Mobile gebruiken om digitale geluiden videobestanden af te spelen die zijn opgeslagen op het apparaat of op een netwerk, bijvoorbeeld op een website. Windows Media Player Mobile openen Tik op Start > Programma’s > Windows Media. Info over de besturing Hier volgt een overzicht van de besturing van Windows Media® Player Mobile.
Genieten van multimedia 223 • Bibliotheekscherm. Met dit scherm kunt u snel audiobestanden, videobestanden en afspeellijsten vinden. Aan de onderkant van elk scherm staat een menu met de naam Menu. De opdrachten in dit menu veranderen per scherm dat actief is. Voor meer informatie over de opdrachten in deze menu’s vindt u in Help op uw toestel.
Genieten van multimedia Video- en audiobestanden synchroniseren Gebruik de nieuwste versie van Microsoft Windows Media® Player op uw PC om digitale mediabestanden van uw PC naar uw apparaat te synchroniseren. Dit verzekert dat beveiligde bestanden en albumhoezen (voor uiterlijk) correct naar het toestel worden gekopieerd. Bestanden automatisch synchroniseren met uw toestel 1. Start op uw PC de Windows Media® Player en sluit uw apparaat op uw PC aan. 2.
Genieten van multimedia 225 Afspeellijsten en Bibliotheeklijst Gegevenslijst Synchronisatielijst 4. Klik op Beginnen met synchroniseren om de geselecteerde bestanden naar het toestel te synchroniseren. Opmerkingen • Gebruik Windows Media® Player 11 of hoger op de pc om mediabestanden naar het toestel te synchroniseren.
Genieten van multimedia Video- en audiobestanden afspelen op het toestel 1. Selecteer een categorie (bijvoorbeeld Mijn muziek of Mijn afspeellijsten). 2. Houd het item dat u wilt afspelen ingedrukt (zoals een bestand of map), en tik vervolgens op Afspelen. Tips • Om een bestand af te spelen dat op het apparaat staat, maar niet in de bibliotheek, tik dan in het Bibliotheekscherm op Menu > Bestand openen.
Genieten van multimedia 227 Problemen oplossen Als u een probleem tegenkomt bij het gebruik van Windows Media® Player Mobile, zijn er een aantal plekken waar u hulp kunt krijgen om het probleem op te lossen. Voor meer informatie, zie de pagina op de website van Microsoft over het oplossen van problemen in Windows Media® Player Mobile (http://www.microsoft.com/ windows/windowsmedia/player/windowsmobile/troubleshooting.aspx). 12.
Genieten van multimedia 1. Tik op Start > Internet Explorer. 2. Type in de adresbalk het URL-adres van de Webpagina met de RTSP-koppeling van het gewenste *.3gp, *.mp4, of *.sdp bestand. 3. Tik op de webpagina op de RTSP-koppeling. 4. Steaming Media opent vervolgens automatisch het bestand en speelt dit af. Tijdens het afspelen gebruikt u de toetsbesturing voor het afspelen/ pauzeren, in- of uitzoomen, aanpassen van het volume, en meer.
Genieten van multimedia 229 12.5 Audiobeheer Audiobeheer is een muziekverkenner en -speler in één. Het biedt u toegang tot alle muziekbestanden op het toesten, en un kunt makkelijk bladeren naar de muziek die u wilt afspelen door de muziek in categorieën zoals titel, artiest, album, enz. te sorteren. U kunt ook afspeellijsten van uw favoriete nummers maken en de geïntegreerde Muziekspeler gebruiken. Audiobeheer starten Tik op Start > Programma's > Audiobeheer.
Genieten van multimedia Nr. Beschrijving 1 Opent een submenu waarin u op bestandsnaam of titel van liedjes kunt bladeren. 2 Opent een submenu waar u speellijsten kunt maken en afspelen. 3 Opent een submenu waar u op de geselecteerde categorie naar muziekbestanden kunt bladeren. 4 Schakelt over naar het scherm Muziekspeler. (Muziekspeler begint niet automatisch met afspelen. U moet op de pictogram Afspelen tikken). 5 Geeft de naam van het huidige submenu weer.
Genieten van multimedia 231 Muziekspeler Muziekspeler wordt geïntegreerd met Audiobeheer en laat u muziekbestanden afspelen. Als u in de bibliotheek een liedje selecteert, wordt Muziekspeler geopend en speelt het automatisch het liedje af. Gebruik de beschikbare knoppen om het afspelen te beheren. Opmerking Als aan de rechterkant van het scherm Muziekspeler op de pictogram Afsluiten klikt, wordt Audiobeheer afgesloten. De volgende keer dat u Audiobeheer start, opent het onmiddellijk Muziekspeler.
Genieten van multimedia Afspeellijsten Een afspeellijst is een lijst met muziekbestanden die in een willekeurige volgorde worden afgespeeld. Het scherm Afspeellijst geeft de actuele afspeellijsten weer die in het toestelgeheugen en geheugenkaart zijn gevonden. Op het scherm Afspeellijst worden twee soorten afspeellijsten weergegeven: • Windows Media® Player afspeellijsten.
Genieten van multimedia 233 Een afspeellijst afspelen 1. Tik in het scherm Afspeellijsten om een afspeellijst te selecteren. 2. Tik op het eerst nummer in de geselecteerde afspeellijst. Muziekspeler opent en speelt automatisch het eerst nummer af. Na elk nummer wordt het volgende nummer in de afspeellijst afgespeeld. Opmerking De inhoud van de afspeellijsten wordt niet automatisch geüpdate als muziekbestanden uit het toestelgeheugen of geheugenkaart worden verwijderd.
Genieten van multimedia Muziek instellen als beltoon Met Audobeheer kunt u uw favoriete muziek selecteren en het als een beltoon voor uw apparaat instellen. 1. Gebruik NAVIGATIE om in de bibliotheek een liedje te selecteren, of tik op een liedje om het in Muziekspeler af te spelen. 2. Tik op Menu > Instellen als beltoon. 3. Als het geselecteerde liedje in MP3-indeling is, kunt u het eerst bijknippen om het korter te maken. Tik op Schoon om de MP3-trimmer te openen en het liedje bij te knippen.
Genieten van multimedia 235 Deze besturing Functie 1 Titel Toont de bestandsnaam voor het liedje. 2 Tijdsduur Toont de lengte van het liedje na het bijsnijden. 3 Tijd Toont de afspeeltijd als het liedje wordt afgespeeld. 4 Afspelen/ stoppen Tik hier om tussen het afspelen en het stoppen van het afspelen te schakelen. 5 Trimmer Laat u het deel van het liedje markeren die voor de beltoon zal worden gebruikt.
Genieten van multimedia
Hoofdstuk 13 Uw PDA-telefoon beheren 13.1 Programma’s toevoegen en verwijderen 13.2 Geheugen beheren 13.3 Taakbeheer 13.4 Het toestel opnieuw instellen 13.5 Systeeminformatie controleren 13.6 Windows Update 13.
Uw PDA-telefoon beheren 13.1 Programma’s toevoegen en verwijderen Voordat u extra programma’s voor het toestel aanschaft, controleert u of ze compatibel zijn met het toestel. Programma’s toevoegen 1. Download het programma naar uw PC (of plaats de cd of disk met het programma in de PC). U ziet wellicht een *.exe bestand, een *.zip bestand, een Setup.exe bestand, of meerdere bestandsversies voor verschillende apparaattypes en processors.
Uw PDA-telefoon beheren 239 13.2 Geheugen beheren U moet een programma stoppen als het onstabiel wordt of als het programmageheugen laag is. Zien hoeveel geheugen beschikbaar is • Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Geheugen. • Op het tabblad Hoofdgeheugen wordt de hoeveelheid geheugen weergegeven die voor bestands- en gegevensopslag is gevonden, alsmede de hoeveelheid geheugen dat ten opzichte van het beschikbare geheugen wordt gebruikt.
Uw PDA-telefoon beheren 13.3 Taakbeheer Met Taakbeheer kunt u geactiveerde programma’s weergeven en stoppen, de -toets configureren en het Snelmenu op het scherm Vandaag inschakelen. Taakbeheer openen Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Taakbeheer. Actieve programma’s in Taakbeheer weergeven 1. Tik op het tabblad Actief om de Lijst actieve programma’s weer te geven. 2. Selecteer het keuzevak van de programma’s die u wilt sluiten, en tik vervolgens op Stop selectie om ze te sluiten.
Uw PDA-telefoon beheren 241 3. Kies de actie die u wilt gebruiken om programma's te beëindigen (door op de knop "X" te tikken, de knop ingedrukt te houden, of beiden). Het snelmenu inschakelen 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Taakbeheer > tabblad Knop. 2. Selecteer Snelmenu op scherm Vandaag inschakelen. 3. Tik op OK om Taakbeheer af te sluiten Opmerking Raadpleeg Hoofdstuk 1 voor meer informatie over Snelmenu. 13.
Uw PDA-telefoon beheren Harde reset U kunt ook een zgn. harde reset uitvoeren (ook wel volledige reset genoemd). Een harde reset mag alleen worden uitgevoerd als een normale, zachte reset een systeemprobleem niet oplost. Na een harde reset herstelt het apparaat de standaardinstellingen — net als toen u het apparaat kocht en voor het eerst inschakelde. Alle op het toestel geïnstalleerde programma’s, ingevoerde gegevens en aangepaste instellingen gaan verloren.
Uw PDA-telefoon beheren 243 Een harde reset uitvoeren met Opslag wissen 1. Tiik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Opslag wissen. 2. Typ in het vak “1234” en tik op Ja. 13.5 Systeeminformatie controleren Alsu meer over technische details van uw apparaat wilt weten, zoals het type of snelheid van de processor, geheugengrootte, enz. kunt u dit onder Instellingen voor apparaatinformatie vinden. Versienummer van besturingssysteem zoeken Tik op Start > Instellingen > tabblad Systeem > Info.
Uw PDA-telefoon beheren Opmerking Als u Automatisch kiest, wordt u gevraagd of u uw huidige gegevensplan wilt gebruiken om te controleren op updates. Schakel het keuzevak "Gebruik mijn gegevensplan om updates te zoeken en te downloaden" in of uit en tik op Volgende. 4. Tik op Voltooien. Opties van Windows Update veranderen 1. Tik op Start > Instellingen > tabblad Systemen > Windows Update. 2. Tik op Menu en selecteer de optie die u wilt wijzigen.
Uw PDA-telefoon beheren 245 • Gebruik de wisselstroomadapter om wanneer mogelijk, uw apparaat op een extern stopcontact aan te sluiten, vooral als u een opslagkaart gebruikt of als u een modem of andere randapparatuur gebruikt. • De instellingen van de verlichting aanpassen. Voor meer informatie, zie “De verlichting instellen op dimmen na een bepaalde tijd” in Hoofdstuk 4. • Als u weet dat u buiten bereik van uw Wi-Fi-netwerken bent, schakel Wi-Fi dan uit.
Uw PDA-telefoon beheren
Hoofdstuk 14 Andere toepassingen gebruiken 14.1 Spraak-Snelkeuze 14.2 Java 14.3 Spb GPRS Monitor 14.
Andere toepassingen gebruiken 14.1 Spraak-Snelkeuze U kunt spraaklabels opnemen zodat u een telefoonnummer kunt bellen of programma’s kunt starten door simpelweg een woord uit te spreken. Een spraakcode voor een telefoonnummer maken 1. Tik op Start > Contacten om de lijst met Contacten te openen. 2. Voer één van het volgende uit: • Tik en houd de gewenste contactpersoon ingedrukt, en tik vervolgens op Spraakcode toevoegen.
Andere toepassingen gebruiken 249 5. Wanneer u een spraakcode voor het item maakt, kunt u: • • • Tip Tikken op de Opnameknop ( ) om de spraakcode te herbouwen. Tik op de Afspeelknop ( ) om de spraakcode af te spelen. Tik op Verwijderen ( ) om de spraakcode te verwijderen. Voer het opnemen van de spraakcode uit op een rustige plek t.b.v. de accuraatheid. Een spraakcode voor een programma maken 1. Tik op Start > Instellignen > tabblad Persoonlijk > Spraak-Snelkeuze. 2.
Andere toepassingen gebruiken 14.2 Java MIDlets zijn Java-toepassingen zoals spelletjes en hulpmiddelen die op mobiele toestellen kunnen worden uitgevoerd. Een MIDlet-suite is een verzameling van één of meer MIDlets. Met het Java -programma op het toestel kunt u MIDlets of MIDlet-suites downloaden, installeren en beheren. Uw toestel ondersteunt Java 2 Micro Edition, J2ME. Het Java-programma openen Tik op Start > Programma’s > Java.
Andere toepassingen gebruiken 251 Een MIDlet/MIDlet suite uitvoeren Voer één van het volgende uit: • Als de installatie van de MIDlet/MIDlet suite klaar is, tik dan op Ja. • Open in het venster van Java de map met de MIDlet/MIDlet suite. Kies de MIDlet/MIDlet suite en tik op Starten. MIDlets verwijderen Voordat u de installatie van een MIDlet ongedaan maakt, moet u verzekeren dat het niet werkt. 1. Tik en houd de MIDlet ingedrukt en tik op Verwijderen. 2. Tik op OK ter bevestiging.
Andere toepassingen gebruiken 1 2 3 4 5 6 1 Tik om het venster van GPRS Monitor teopenen waar u controle kunt instellen, kosten en netwerkverkeer kunt weergeven en rapportages kunt genereren. 2 Tik op de controlebalk om het verlichtingsniveau aan te passen. 3 Dit is de accumonitor. Tik er op voor toegang tot Energiebeheer. 4 Tik om te schakelen tussen het maken en verbreken van de verbinding met de standaard gegevensverbinding. 5 Tik om Internet Explorer Mobile te openen.
Andere toepassingen gebruiken 253 Als u op het pictogram GPRS Monitor op de titelbalk tikt, verschijnt een vernster met daarin gedetailleerde statistieken over gegevensoverdrachten, zoals de gegevensgrootte die net is overgedragen en de kosten, de hoeveelheid gegevens die nog kunnen worden overgedragen en nog veel meer. Monitoren en meldingen opzetten De verbinding die moet worden gecontroleerd selecteren 1. Tik op het scherm van GPRS Monitor op Extra > Opties > tabblad Verbinding. 2.
Andere toepassingen gebruiken Grafieken en rapporten bekijken In GPRS Monitor kunt u grafieken zien met de kosten van de netwerkverbinding en het netwerkverkeer, en bovendien gedetailleerde verslagen zien van het netwerkgebruik in een bepaalde periode. Deze verslagen kunnen worden geëxporteerd naar CSV-bestanden die in Excel, Access of andere spreadsheeten databanksoftware kunnen worden geopend.
Andere toepassingen gebruiken 255 WorldCard Mobile-scherm Tik om copyrightinformatie over WorldCard Mobile weer te geven. Tik om help van WorldCard Mobile te openen. Tik om het programma Camera te openen zodat een foto kunt maken van een visitekaartje. Tik om taalinstellingen te wijzigen. Tik om WorldCard Mobile af te sluiten.
Andere toepassingen gebruiken Schakel dit vak uit als u de bepaalde informatie van het contactpersoon niet wilt opnemen als het naar de lijst Contacten wordt geëxporteerd. Tik op de pijl omlaag om het veld Naam te wijzigen. Tik op het toetsenbord op het scherm om de contactdetails te bewerken. 7. Tik op Exporteren. Ga naar uw contactenlijst en u ziet de geëxporteerde contactpersoon in uw lijst Contacten. Voor meer informatie over WorldCard Mobile, raadpleeg de Help in uw apparaat.
Appendix A.1 Wettelijke voorschriften A.
Appendix A.1 Wettelijke voorschriften Identificaties van regelgevende instanties Vanwege identificatiedoeleinden, gesteld door regulerende instanties, is aan uw product het modelnummer KAIS130 toegewezen. Gebruik bij uw KAIS130 alleen accessoires die in onderstaande lijst worden vermeld. Dit, om de onophoudelijke betrouwbaarheid en het veilig functioneren van het apparaat te verzekeren. Aan de accu is het modelnummer KAIS160 toegewezen.
Appendix 259 • • • • • • ETSI EN 301 489-7 Elektromagnetische compatibiliteit en Radio spectrum Matters (ERM); ElectroMagnetische Compatibiliteit (EMC) standaard voor radiouitrusting en services; Deel 7: Specifieke condities voor mobiele en draagbare radio en hulpuitrusting van digitale cellulaire radio telecommunicatiesystemen (GSM en DCS).
Appendix • EN 50371:2002 Algemene standaard om de overeenstemming te tonen van elektronische en elektrische apparaten die op lage spanning functioneren met de basisrestricties wat betreft menselijke blootstelling aan elektromagnetische velden (10 MHz -300 GHz) – Algemeen publiek.
Appendix 261 • • • • American National Standards Institute (ANSI) IEEE. C95.1-1992 National Council on Radiation Protection and Measurement (NCRP). Report 86. 1986 International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) 1996 Ministry of Health (Canada), Safety Code 6. De normen bevatten een substantiële veiligheidsmarge die ontworpen is om de veiligheid van iedereen te garanderen, onafhankelijk van leeftijd en gezondheid.
Appendix SAR-informatie 0,388 W/Kg@10g (Kop), 1,66 W/Kg@10g (Body) Veiligheidinformatie van de Telecommunications & Internet Association (TIA) Pacemakers De Health Industry Manufacturers Association doet de aanbeveling een minimumafstand van zes inches (15,24 cm) in acht te houden tussen een handheld draadloze telefoon en een pacemaker, om mogelijke storing met de pacemaker te voorkomen.
Appendix 263 WEEE-verklaring De regelgeving voor afval van elektrische en elektronische apparatuur (WEEE), die op 13 februari 2003 als Europese wet van kracht ging, resulteerde in een grote verandering betreffende de behandeling van elektrische apparatuur aan het einde van hun levensduur. Het doel van deze richtlijn is, als eerste prioriteit, de preventie van WEEE en daarnaast het promoten van hergebruik, recycling en andere vormen van herstel van dergelijke afval om het wegwerpen te verminderen.
Appendix A.2 Specificaties Systeeminformatie Processor Qualcomm MSM 7200 400MHz Geheugen - ROM : 256 MB - RAM : 128 MB SDRAM (Cijfers zijn het totale ROM en RAM geheugen beschikbaar voor gebruik en opslag. Aangezien het geheugen gedeeld wordt door het besturingssysteem, de applicaties en gegevens, is het werkelijk beschikbare geheugen lager dan wat er beschreven staat).
Appendix 265 HSDPA / UMTS / GSM / GPRS / EDGE-module Functionaliteit HSDPA/UMTS: Tri-band (850, 1900 en 2100 Mhz) HSDPA: Tot 384kbps voor upload en 3,6Mbps voor download; UMTS: Tot 384kbps voor upload en download GSM/GPRS/EDGE: Quad-band (850, 900, 1800 en 1900 Mhz) Interne antenne Ja Fysieke Afmetingen 112 mm (L) x 59 mm (B) x 19 mm (D) Gewicht 190 g (met batterij) Cameramodule Type Hoofdcamera: 3 megapixel CMOS kleurencamera met autofocus Tweede camera: CMOS VGA-camera Resolutie Foto: 2048x1536
Appendix Audio Microfoon en luidspreker Geïntegreerd Beltoon • MP3, AAC, AAC+, WMA, WAV en AMR-NB • 40 polyphonisch en standaard MIDI-formaat 0 en 1 (SMF)/SP MIDI Besturingselementen en lampjes Knoppen • 5-wegse NAVIGATIE-besturing • Gegevens en vensters verschuiven met uw vinger • Jogwiel • Twee telefoonfuncties : PRATEN en EINDE • Twee programmaknoppen: Spraakopdracht en Camera • START-knop • OK-knop • Twee softtoetsen • AAN/UIT-knop • RESET-knop Hardwaretoetsenbord QWERTY-toetsenbord met twee
Index
Index A A2DP 178 Aanpassen - Scherm Vandaag 77 - Startmenu 79 Accu - accu-informatie 24 - accustroom besparen 169 - accu opladen 28 ActiveSync 94 - Comm Manager 164 - instellen 94 - overzicht 90 - synchroniseren 95, 139 Adobe Reader LE 45, 155 - afsluiten 155 - navigeren door het document 155 - tekst zoeken in het document 155 Afbeeldingen en video’s - bestandsformaten 219 - overzicht 45 Afmetingen en gewicht 265 Afspeellijsten 226 - Audiobeheer 232 Afspeelscherm (Windows Media Player Mobile) 222 Agend
Index 269 - synchroniseren 97 - verbindingen (gekoppeld) 176 - zichtbaar 176 Bluetooth Explorer 45 C Camera - bestandsformaten 207 - besturingselementen 208 - overzicht 45 - pictogrammen 208 - specificaties 265 - vastlegmodi 206, 207 Camera-instellingen 214 Camerapaneel snelinstellingen 210 Carkit telefoons 72 Comm Manager 45, 50, 164 Contacten 44, 100 Contactpersoon zoeken - online 147 - op toestel 103 Controlescherm (Camera) 213 D Dempen 64 De telefoonfunctie aan- en uitzetten 59, 164 De web verkennen 17
Index H Harde reset 242 Help 44 HSDPA 50 HTC HomeTM 33 I IMAP4 127 Inbellen 172 Info over licenties en beschermde media 223 Instellingen 76, 84 Instellingen (tabblad Persoonlijk) - Geluiden en meldingen 48 - Info over eigenaar 47 - Invoer 47 - Knoppen 47 - Menu’s 47 - Schuifgeluid van toetsenbord 47 - Spraak-Snelkeuze 48 - Telefoon 48 - Vandaag 48 - Vergrendeling 47 Instellingen (tabblad Systeem) - Apparaatinformatie 48 - Certificaten 48 - Codering 48 - Energie 49, 244 - Foutenrapportage 49 - Geheugen
Index 271 K N Kalibratie 29 Klok en alarmsignalen 48, 76 Kopiëren - Contactpersonen naar SIM-kaart 105 - mediabestanden van PC naar toestel 224 - SIM-Contacten naar toestel 105 Naar ISP inbellen 172 Netwerkwizard 28, 42, 165 Notities 45, 56, 112 L Landinstellingen 77 Liggend 29 Live Messenger 186 Luidspreker 64 M Media afspelen 226 Messenger 45 MIDlet/MIDlet suite 250 MMS 120 - audioclip toevoegen 125 - bericht beantwoorden 125 - bericht weergeven 125 - foto/video toevoegen 122 - MMS-instellingen 120
Index Q QuickGPS 46, 192 R Regelgeving 258 Rekenmachine 45 Reset - harde reset 241 - zachte reset 241 S SAPSettings 46, 72 Scherm Afspelen (Windows Media Player Mobile) 222 Scherm Vandaag 31, 77 Secure/Multipurpose Internet Mail Extension (S/MIME) 149 SIM-beheer 105 - bellen 63 - Contacten naar SIM-kaart kopiëren 105 - overzicht 46 - SIM-Contacten naar toestel kopiëren 105 - SIM-contactpersoon maken 105 SIM-kaart 24 SIM-toegangsprofiel (SAP) 72 Smart Dialing 69 SMS 119, 130 SMS-berichten 119 Snelkeuz
Index 273 T Taakbeheer gebruiken 240 Taken 46, 110 Tekenen 113 Tekengrootte - scherm 85 Telefoon 44, 58, 60 Telefoonboek 100 Telefoondiensten 80 Telefooninstellingen 79 Toestelnaam 84 Toestel in- en uitschakelen 27 Toetsenbord - Hardware (QWERTY)-toetsenbord 52 - op het scherm 54 - snelkoppelingen 136 TomTom NAVIGATOR 46, 194 Toon van toetsenbord 80 Trillen 60, 80 U Uitstralen - via Bluetooth 179 USB-modem 175 USB aan pc 96 V Vastlegmodus Afbeelding contactpersoon 207 Vastlegmodus Beeldthema 207 Vastlegm
Index Z Zachte reset 241 ZIP - archief maken 159 - overzicht 47, 158 - zipbestand openen en bestanden uitpakken 158 Zoeken 46, 56 - apparaatinformatie 243 - versienummer besturingssysteem 243 Zoeken in Afspraken 56 Zoeken in Agenda 56 Zoeken in Contacten 56 Zoeken in Help 56 Zoeken in Mail 56 Zoeken in Notities 56 Zoeken in Taken 56 Zoom (Camera) 211