HP LaserJet Pro M11-M13 - User Guide
Table Of Contents
- Printeroverzicht
- Papierladen
- Benodigdheden, accessoires en onderdelen
- Afdrukken
- De printer beheren
- Problemen oplossen
- Klantondersteuning
- Betekenis van de patronen van de lampjes op het bedieningspaneel
- De fabrieksinstellingen herstellen
- Problemen met papierinvoer of -storingen oplossen
- Papierstoringen verhelpen
- De afdrukkwaliteit verbeteren
- Inleiding
- Afdrukken vanuit een ander softwareprogramma
- De papiersoort voor de afdruktaak controleren
- Status van de tonercartridge controleren
- De printer reinigen
- Inspecteer de tonercartridge visueel
- Papier en afdrukomgeving controleren
- Een andere printerdriver proberen
- EconoMode-instellingen controleren
- Afdrukdichtheid vervangen
- Problemen met directe verbinding oplossen
- Problemen met de draadloze verbinding oplossen
- Index

Tabel 6-2 Patronen van lampjes op het bedieningspaneel (vervolg)
Status van lampje De status van de printer Actie
Het gereed-lampje knippert en het
waarschuwingslampje is uit.
De printer ontvangt of verwerkt gegevens. Er is geen actie vereist. De printer ontvangt
of verwerkt momenteel een afdruktaak.
Het waarschuwingslampje knippert en het
gereed-lampje is uit.
Er is een fout opgetreden die op de printer
kan worden hersteld, zoals een storing, een
open klep, het ontbreken van een
printcartridge of het ontbreken van papier in
de juiste lade.
Inspecteer de printer, stel de fout vast en
herstel vervolgens de fout. Als de fout het
ontbreken van papier in de juiste lade is of
de printer zich in de modus voor handmatige
invoer bevindt, doet u het juiste papier in de
lade en volgt u de instructies op het scherm,
of opent en sluit u de klep van de
printcartridge om het afdrukken te
hervatten.
Het waarschuwingslampje knippert en het
gereed-lampje brandt.
Er is een niet-kritieke fout opgetreden. De
printer kan zichzelf herstellen.
Als de fout succesvol is hersteld, gaat de
printer door naar de status
gegevensverwerking en wordt de taak
voltooid.
Als de fout niet is hersteld, gaat de printer
door naar de status niet-kritieke fout.
Probeer afdrukmateriaal uit de papierbaan
te verwijderen en de printer uit en weer in te
schakelen.
Het waarschuwingslampje en het Klaar-
lampje zijn aan.
Er is een kritieke fout opgetreden. De printer
kan zichzelf niet herstellen.
1. Schakel de printer uit of koppel het
netsnoer los van het stopcontact.
2. Wacht 30 seconden en schakel de
printer in of sluit het netsnoer weer op
de printer aan.
3. Wacht tot de printer is geïnitialiseerd.
Als het probleem aanhoudt, neemt u contact
op met de klantenondersteuning van HP.
44 Hoofdstuk 6 Problemen oplossen NLWW










