Operation Manual

Onderdeel Beschrijving
(1)
Audio-uitgang (hoofdtelefoon)/Audio-
ingang (microfoon)
Hierop kunt u optionele
stereoluidsprekers met eigen voeding,
een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een
headset of een kabel van een
televisietoestel aansluiten. Ook kunt u
hierop de microfoon van een optionele
headset aansluiten.
WAARSCHUWING! Zet het geluid
zacht voordat u de hoofdtelefoon,
oortelefoon of headset gebruikt. Zo
beperkt u het risico van
gehoorbeschadiging. Zie Informatie over
voorschriften, veiligheid en milieu voor
aanvullende informatie over veiligheid.
OPMERKING: Wanneer u een
apparaat aansluit op deze connector,
worden de computerluidsprekers
uitgeschakeld.
OPMERKING: zorg dat de
apparaatkabel een connector met vier
pinnen heeft die zowel audio-uit
(hoofdtelefoon) als audio-in (microfoon)
ondersteunt.
OPMERKING: Zelfstandige microfoons
en hoofdtelefoons met aparte
microfoonconnector worden niet
ondersteund.
(2) Knop Geluid Regelt het volume van de luidsprekers.
Als u het geluid van de luidspreker
harder wilt zetten, drukt u op de +-
zijde van de knop.
Als u het geluid van de luidspreker
zachter wilt zetten, drukt u op de --
zijde van de knop.
32 Hoofdstuk 4 Geniet van entertainmentvoorzieningen