User guide
7 Met cartridges werken
●
Informatie over cartridges en de printkop
●
Geschatte inktniveaus controleren
●
Vervang de cartridges
●
Cartridges bestellen
●
Modus enkele cartridge gebruiken
●
Printerbenodigdheden bewaren
●
Informatie over de cartridgegarantie
Informatie over cartridges en de printkop
Lees de volgende tips voor het onderhouden van HP-cartridges als u verzekerd wilt zijn van een consistente
afdrukkwaliteit.
● De instructies in deze handleiding zijn voor het vervangen van cartridges en zijn niet bedoeld voor de
eerste installatie.
● Haal alle cartridges pas uit de originele luchtdichte verpakking als u ze nodig heeft.
● Zorg ervoor dat u de printer correct uitzet. Zie De printer uitschakelen op pagina 20 voor meer
informatie.
● Bewaar cartridges bij kamertemperatuur (15 - 35 °C of 59 - 95 °F).
● Maak de printkop alleen schoon als dat nodig is. U verspilt zo geen inkt en de inktcartridges hebben een
langere levensduur.
● Hanteer de cartridges met de nodige voorzichtigheid. Door de cartridges tijdens de installatie te laten
vallen, te schudden of ruw te behandelen, kunnen tijdelijke afdrukproblemen ontstaan.
● Als u de printer vervoert, doet u het volgende om te voorkomen dat er inkt uit de printer lekt of dat de
printer beschadigd raakt:
● Zorg ervoor dat u de printer uitschakelt met (de Aan/uit-knop). Schakel de printer niet uit
zolang u nog interne printergeluiden hoort.
● Zorg ervoor dat u de cartridges in de printer laat.
● De printer moet vlak worden getransporteerd en mag niet op de zijkant, achterkant, voorkant of
bovenkant worden geplaatst.
Verwante onderwerpen
● Geschatte inktniveaus controleren op pagina 86
NLWW Informatie over cartridges en de printkop 85