Aan de slag HP Mini 210 netbookcomputer
© Copyright 2010 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende houder en wordt door Hewlett-Packard Company onder licentie gebruikt. Microsoft en Windows zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Het SD-logo is een handelsmerk van de desbetreffende houder. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Kennisgeving aangaande de veiligheid WAARSCHUWING! Werk niet met de computer op uw schoot en blokkeer de ventilatieopeningen van de computer niet, om de kans op letsel door hitte of oververhitting van de computer te beperken. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg dat de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een optionele printer naast de computer) of een voorwerp van zacht materiaal (zoals een kussen, een kleed of kleding).
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Inhoudsopgave 1 Welkom ............................................................................................................................................................ 1 Informatie zoeken ................................................................................................................................. 2 2 Vertrouwd raken met de computer ................................................................................................................ 4 Bovenkant ....................
5 Toetsenbord en aanwijsapparaten .............................................................................................................. 27 Toetsenbord gebruiken ...................................................................................................................... 28 Hotkey herkennen .............................................................................................................. 28 Actietoetsen herkennen ..................................................................
8 Klantenondersteuning .................................................................................................................................. 50 Contact opnemen met de klantenondersteuning ................................................................................ 51 Labels ................................................................................................................................................. 51 9 Specificaties .......................................................
viii
1 Welkom ● Informatie zoeken Nadat u de computer gebruiksklaar heeft gemaakt en heeft geregistreerd, zijn de volgende stappen belangrijk: ● Configureer HP QuickWeb: voor onmiddellijke toegang tot uw muziek, digitale foto's en internet zonder dat het hoofdbesturingssysteem wordt gestart. Raadpleeg HP QuickWeb op pagina 14 voor meer informatie. ● Maak verbinding met internet: installeer uw bekabelde of draadloze netwerk, zodat u verbinding kunt maken met internet.
Informatie zoeken De computer bevat verschillende hulpmiddelen voor de uitvoering van uiteenlopende taken. Hulpmiddelen Informatie over Poster Snel aan de slag ● De computer gebruiksklaar maken ● Onderdelen van de computer herkennen Naslaggids voor HP notebookcomputer ● Voorzieningen voor energiebeheer Om toegang te krijgen tot deze gids, selecteert u Start > Help en ondersteuning > Gebruikershandleidingen.
Hulpmiddelen Informatie over Beperkte garantie* Garantiegegevens U krijgt als volgt toegang tot de garantie: Selecteer Start > Help en ondersteuning > HP Garantie. – of – Ga naar http://www.hp.com/go/orderdocuments. *De uitdrukkelijk verstrekte HP beperkte garantie die van toepassing is op uw product, is te vinden in het menu Start van de computer en/of op de meegeleverde cd/dvd in de doos. Voor sommige landen of regio's wordt een gedrukte versie van de HP beperkte garantie meegeleverd in de doos.
2 4 Vertrouwd raken met de computer ● Bovenkant ● Voorkant ● Rechterkant ● Linkerkant ● Beeldscherm ● Onderkant Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Bovenkant Touchpad Onderdeel Beschrijving (1) Touchpadlampje Hiermee schakelt u het touchpad in en uit. Tik twee keer snel achtereen op het touchpadlampje om het touchpad in en uit te schakelen. (2) Linkerknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. (3) Rechterknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis.
Lampjes Onderdeel (1) (2) (3) (4) 6 Beschrijving Touchpadlampje Caps Lock-lampje Lampje Volume uit Lampje voor draadloze communicatie Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer ● Oranje: het touchpad is uitgeschakeld. ● Uit: het touchpad is ingeschakeld. ● Aan: Caps Lock is ingeschakeld. ● Uit: Caps Lock is uitgeschakeld. ● Oranje: het geluid van de computer is uitgeschakeld. ● Uit: het geluid van de computer is ingeschakeld.
Toetsen Onderdeel Beschrijving (1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven. (2) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met de esc-toets om systeeminformatie weer te geven. (3) Windows®-logotoets Hiermee geeft u het menu Start van Windows weer. (4) Windows-applicatietoets Hiermee opent u een snelmenu voor items waarbij de aanwijzer staat. (5) Actietoetsen Hiermee kunt u veelgebruikte systeemfuncties uitvoeren.
Voorkant Onderdeel Luidsprekers (2) 8 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer Beschrijving Hiermee wordt het geluid van de computer weergegeven.
Rechterkant Onderdeel (1) (2) (3) Beschrijving Digitalemediaslot Aan/uit-lampje Aan/uit-schakelaar Ondersteunt de volgende types digitale kaarten: ● Memory Stick ● Memory Stick Pro ● MultiMediaCard ● Secure Digital (SD) Card ● Secure Digital High Capacity-geheugenkaart (SDHC) ● Secure Digital Extended Capacity-geheugenkaart (SDxC) ● Wit: de computer is ingeschakeld. ● Knipperend wit: de computer staat in de slaapstand.
Onderdeel Beschrijving (4) USB-poorten (2) Hierop kunt u optionele USB-apparaten aansluiten. (5) Bevestigingspunt voor een beveiligingskabel Hiermee bevestigt u een optionele beveiligingskabel aan de computer. OPMERKING: van de beveiligingskabel moet op de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze voorziening kan echter niet voorkomen dat de computer verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen.
Linkerkant Onderdeel Beschrijving (1) Netvoedingsconnector Hierop sluit u een netvoedingsadapter aan. (2) Acculampje ● Uit: de computer werkt op accuvoeding. ● Wit knipperend: de accu is bijna leeg of heeft een kritiek laag ladingsniveau bereikt. ● Oranje: er wordt een accu opgeladen. ● Wit: de computer is aangesloten op een externe voedingsbron en de accu is volledig opgeladen. (3) Externemonitorpoort Hierop sluit u een optionele VGA-monitor of projector aan.
Beeldscherm Onderdeel Beschrijving (1) WLAN-antennes (2)* Met deze antennes voor draadloze communicatie worden draadloze signalen verzonden en ontvangen binnen een draadloos lokaal netwerk (WLAN). (2) WWAN-antennes (2)* (alleen bepaalde modellen) Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze WAN's (WWAN's, wireless wide area networks). (3) Interne microfoon Hiermee kunt u geluid opnemen.
Onderkant Onderdeel Beschrijving (1) Accuvergrendeling Hiermee vergrendelt u de accu in de accuruimte. (2) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu. (3) Accu-ontgrendeling Hiermee ontgrendelt u de accu uit de accuruimte.
3 HP QuickWeb ● HP QuickWeb activeren ● HP QuickWeb starten ● LaunchBar van QuickWeb herkennen ● Netwerk configureren ● Microsoft Windows starten ● HP QuickWeb in- en uitschakelen De eerste keer dat u de computer inschakelt nadat u de Windows-installatie heeft voltooid, verschijnt het installatiescherm van QuickWeb. HP QuickWeb is een optionele, onmiddellijk toegankelijke omgeving die losstaat van het hoofdbesturingssysteem.
HP QuickWeb activeren Volg de instructies op het scherm om QuickWeb te activeren. Nadat u QuickWeb heeft geactiveerd, verschijnt bij inschakeling van de computer altijd het scherm Startpagina van QuickWeb. OPMERKING: voor het in- of uitschakelen van HP QuickWeb raadpleegt u het gedeelte HP QuickWeb in- en uitschakelen op pagina 22.
HP QuickWeb starten 1. Zet de computer aan. Het scherm Startpagina van HP QuickWeb verschijnt. 2. Klik op een pictogram op het scherm Startpagina van QuickWeb om een applicatie te starten. OPMERKING: wanneer het scherm Startpagina van HP QuickWeb voor het eerst verschijnt, wordt boven het pictogram Windows starten een automatische timer weergegeven. Als u niet binnen 15 seconden de muis beweegt of op een toets drukt, wordt Microsoft Windows gestart.
LaunchBar van QuickWeb herkennen De LaunchBar van QuickWeb bevat pictogrammen voor de bediening van QuickWeb (1), LaunchBarpictogrammen (2) en meldingspictogrammen (3). Bedieningspictogrammen van QuickWeb herkennen Pictogram Functie Hiermee start u het besturingssysteem Windows. Hiermee schakelt u de computer uit. Hiermee gaat u terug naar het scherm Startpagina van QuickWeb. LaunchBar-pictogrammen van QuickWeb herkennen Pictogram Functie Hiermee opent u de webbrowser.
Pictogram Functie Hiermee start u Muziekspeler. Met Muziekspeler kunt u muziek selecteren en afspelen die is opgeslagen op de vaste schijf, externe schijfeenheden of externe media. De bestandstypes .mp3, .aac (MPEG-4) en audio-cd worden ondersteund. Hiermee start u Fotoviewer. Blader door foto's die zijn opgeslagen op uw vaste schijf of externe schijfeenheid. De bestandstypes .jpg, .png, .gif, .tiff en .raw (alleen bepaalde .raw-indelingen) worden ondersteund.
Pictogram Functie Hiermee opent u het dialoogvenster Power Control (Energiebeheer), om informatie over de accucapaciteit weer te geven: ● Als de computer is aangesloten op netvoeding, wordt het pictogram weergegeven met een netsnoer. ● Als de computer werkt op accuvoeding, wordt het pictogram alleen weergegeven als een accu.
Netwerk configureren Met HP QuickWeb Configuration Tool (HP QuickWeb configuratiehulpprogramma) kunt u een draadloze verbinding instellen in QuickWeb. OPMERKING: de Bluetooth-technologie wordt niet ondersteund in HP QuickWeb. U opent dit hulpprogramma als volgt: 1. Klik op het pictogram Instellingen in het systeemvak. 2. Selecteer Netwerk en schakel daarna het selectievakje WiFi inschakelen in.
Microsoft Windows starten OPMERKING: als QuickWeb is geactiveerd, wordt QuickWeb altijd gestart wanneer u de computer inschakelt. Om Microsoft® Windows te starten, moet u ofwel wachten tot de automatische timer heeft teruggeteld tot nul na 15 seconden, ofwel klikken op het pictogram Windows starten op het scherm Startpagina van QuickWeb. Raadpleeg de helpfunctie van de HP QuickWeb software voor meer informatie over de QuickWeb-timer en het wijzigen van de timer-instellingen. 1. Zet de computer aan.
HP QuickWeb in- en uitschakelen 1. Selecteer Start > Alle programma's > HP QuickWeb > HP QuickWeb Configuration Tool (HP QuickWeb configuratiehulpprogramma). Het QuickWeb-dialoogvenster verschijnt. 22 2. Selecteer het tabblad Status. 3. Schakel het selectievakje Inschakelen of Uitschakelen in om QuickWeb in of uit te schakelen. 4. Klik op OK.
4 Netwerk ● Gebruikmaken van een internetprovider ● Verbinding maken met een draadloos netwerk OPMERKING: de voorzieningen van internethardware en -software variëren, afhankelijk van het computermodel en uw locatie. De computer ondersteunt een van de volgende types internettoegang of beide: ● Draadloos: voor mobiele toegang tot internet gebruikt u een draadloze verbinding. Raadpleeg Verbinding maken met een bestaand WLAN op pagina 25 of Nieuw WLAN instellen op pagina 25.
Gebruikmaken van een internetprovider Om toegang te krijgen tot internet, moet u een account bij een internetprovider openen. Neem contact op met een lokale internetprovider voor een internetservice en een modem. De internetprovider helpt u bij het instellen van het modem, het installeren van een netwerkkabel waarmee u de computer met draadloze voorzieningen aansluit op het modem, en het testen van de internetservice.
Verbinding maken met een draadloos netwerk Met technologie voor draadloze communicatie worden gegevens niet via kabels maar via radiogolven doorgegeven.
Draadloze router configureren Als u hulp nodig heeft bij het installeren van een draadloos netwerk, raadpleegt u de informatie die de routerfabrikant of uw internetprovider heeft verstrekt. Het besturingssysteem Windows biedt ook hulpprogramma's om u te helpen bij het installeren van een draadloos netwerk.
5 Toetsenbord en aanwijsapparaten ● Toetsenbord gebruiken ● Aanwijsapparaten gebruiken 27
Toetsenbord gebruiken Hotkey herkennen Een hotkey is een vooraf ingestelde combinatie van de fn-toets (1) en de esc-toets (2). Hotkey Beschrijving fn+esc Hiermee geeft u informatie weer over de hardwareonderdelen van het systeem en het versienummer van het systeem-BIOS. Actietoetsen herkennen Actietoetsen bevinden zich boven aan het toetsenbord en dienen voor de uitvoering van specifiek toegewezen functies. Druk op een toets om de eraan toegewezen functie te activeren.
Actietoets Beschrijving f3 Hiermee verhoogt u de helderheid van het beeldscherm. f4 Hiermee schakelt u tussen de beeldschermen als er meerdere weergaveapparaten op het systeem zijn aangesloten. Als er bijvoorbeeld een monitor op de computer is aangesloten, schakelt u met f4 tussen weergave op het computerbeeldscherm, weergave op de monitor en gelijktijdige weergave op de computer en de monitor.
Aanwijsapparaten gebruiken OPMERKING: naast de bij de computer horende aanwijsapparaten kunt u een (afzonderlijk aan te schaffen) externe USB-muis gebruiken door deze aan te sluiten op een van de USB-poorten van de computer. Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen Via de eigenschappen voor de muis in Windows® kunt u de instellingen voor aanwijsapparaten aanpassen aan uw wensen. U kunt bijvoorbeeld de knopconfiguratie, kliksnelheid en opties voor de aanwijzer instellen.
Selecteren Gebruik de linker- en rechterknop van het touchpad zoals u de betreffende knoppen op een externe muis zou gebruiken. Touchpadbewegingen gebruiken Het touchpad ondersteunt een aantal bewegingen. Om touchpadbewegingen te gebruiken, plaatst u twee vingers gelijktijdig op het touchpad. U schakelt de bewegingen als volgt in en uit: 1. Dubbelklik op het pictogram Synaptics in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk en klik op het tabblad Apparaatinstellingen. 2.
OPMERKING: de computer ondersteunt ook andere touchpadvoorzieningen. Om deze voorzieningen weer te geven en in te schakelen, klikt u op het pictogram Synaptics in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. Klik op Pointer Device Properties (Eigenschappen van aanwijsapparaten) en klik daarna op het tabblad Apparaatinstellingen. Selecteer het apparaat en klik op Instellingen. Schuiven Schuiven kan worden gebruikt om op een pagina of in een afbeelding omhoog, omlaag of opzij te bewegen.
OPMERKING: de fabrieksinstelling voor de draaibeweging is Uit.
6 34 Onderhoud ● Accu vervangen ● Sierpaneel verwijderen of terugplaatsen ● Vaste schijf vervangen ● Geheugenmodule vervangen ● Update van programma's en stuurprogramma's uitvoeren ● Onderhoud Hoofdstuk 6 Onderhoud
Accu vervangen Accu plaatsen U plaatst de accu als volgt: 1. Sla uw werk op en sluit de computer af. 2. Ontkoppel alle randapparatuur die op de computer is aangesloten. 3. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. 4. Leg de computer met het beeldscherm dicht ondersteboven op een vlak oppervlak neer, met de accuruimte naar u toe. 5. Plaats de accu (1) in de accuruimte tot de accu-ontgrendeling (2) vastklikt. 6.
5. Schuif de accuvergrendeling (1) naar binnen om de accu te ontgrendelen. OPMERKING: u kunt zien dat de accuvergrendeling is ontgrendeld aan het rode pictogram dat in de vergrendeling zichtbaar is. 6. 36 Verschuif de accu-ontgrendeling (2) en houd deze vast terwijl u de accu (3) uit de accuruimte verwijdert.
Sierpaneel verwijderen of terugplaatsen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sla uw werk op en sluit de computer af voordat u een geheugenmodule, vaste schijf of SIM-kaart toevoegt of vervangt. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken. Sluit de computer vervolgens af via het besturingssysteem.
3. 38 Plaats de accu (3) (zie Accu plaatsen op pagina 35).
Vaste schijf vervangen Vaste schijf verwijderen 1. Sla uw werk op en sluit de computer af. 2. Ontkoppel alle randapparatuur die op de computer is aangesloten. 3. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. 4. Verwijder de accu (zie Accu verwijderen op pagina 35). 5. Verwijder het sierpaneel (zie Sierpaneel verwijderen op pagina 37). 6.
4. Pak het lipje op de kabelconnector van de vaste schijf (3) vast en druk de kabelconnector voorzichtig op de systeemkaart tot de connector vastklikt. 5. Plaats het sierpaneel terug (zie Sierpaneel terugplaatsen op pagina 37). 6. Plaats de accu terug (zie Accu plaatsen op pagina 35). 7. Sluit de externe voedingsbron en de randapparatuur weer aan. 8. Zet de computer aan. Geheugenmodule vervangen De computer heeft één geheugenmoduleslot.
b. Pak de geheugenmodule aan de rand vast (2) en trek de geheugenmodule voorzichtig uit het geheugenmoduleslot. VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen. Raak de onderdelen van de geheugenmodule niet aan. c. 4. Bewaar een verwijderde geheugenmodule in een antistatische verpakking om de module te beschermen.
c. Kantel de geheugenmodule (3) voorzichtig naar beneden, waarbij u op de linker- en rechterrand van de module drukt, totdat de borgklemmetjes vastklikken. VOORZICHTIG: zorg ervoor dat u de geheugenmodule niet buigt, om schade aan de module te voorkomen. 42 5. Plaats het sierpaneel terug (zie Sierpaneel terugplaatsen op pagina 37). 6. Plaats de accu terug (zie Accu plaatsen op pagina 35). 7. Sluit de externe voedingsbron en de randapparatuur weer aan. 8. Zet de computer aan.
Update van programma's en stuurprogramma's uitvoeren U wordt aangeraden regelmatig uw programma's en stuurprogramma's bij te werken naar de recentste versies. Ga naar http://www.hp.com/support om de recentste versies te downloaden. U kunt u ook aanmelden voor het ontvangen van automatische updateberichten wanneer nieuwe updates beschikbaar komen.
Onderhoud Beeldscherm schoonmaken VOORZICHTIG: voorkom blijvende schade aan de computer: spuit nooit water, vloeibare schoonmaakmiddelen of chemische producten op het beeldscherm. Maak het beeldscherm regelmatig schoon met een zachte, vochtige en pluisvrije doek om vlekken en stof te verwijderen. Als het beeldscherm nog niet geheel schoon is, gebruikt u antistatische vochtige doekjes of een antistatisch schoonmaakmiddel speciaal voor beeldschermen.
7 Back-up en herstel ● Herstelschijven ● Systeemherstelactie uitvoeren ● Back-up maken van uw gegevens In het geval van een systeemfout kunt u het systeem herstellen in de staat van de recentste back-up. U wordt aangeraden om na de installatie van de software onmiddellijk herstelschijven te maken. Als u nieuwe software en gegevensbestanden toevoegt, moet u periodiek back-ups van het systeem blijven maken om altijd een redelijk actuele back-up achter de hand te hebben.
OPMERKING: u kunt een (afzonderlijk aan te schaffen) optionele externe optischeschijfeenheid gebruiken om herstelschijven te maken. U kunt ook herstelschijven voor uw computer aanschaffen via de website van HP. Als u gebruikmaakt van een externe optischeschijfeenheid, moet die worden aangesloten op een USB-poort van de computer, niet op een USB-poort van een ander extern apparaat, zoals een USB-hub. Richtlijnen: ● Gebruik uitsluitend dvd-r-, dvd+r- of cd-r-schijven van hoge kwaliteit.
Herstellen middels speciale herstelpartitie Bij sommige modellen kunt u een herstelactie uitvoeren vanaf de herstelpartitie op de vaste schijf, die toegankelijk is door te klikken op Start of te drukken op de toets f11. Hierdoor worden de fabrieksinstellingen van de computer hersteld zonder het gebruik van herstelschijven. U herstelt de computer als volgt vanaf de partitie: 1. Open Recovery Manager op een van de volgende manieren: ● Selecteer Start > Alle programma's > Recovery Manager > Recovery Manager.
Richtlijnen: ● Maak systeemherstelpunten met de voorziening Systeemherstel van Windows® en kopieer ze op gezette tijden naar een optische schijf of een externe vasteschijfeenheid. Raadpleeg Systeemherstelpunten gebruiken op pagina 48 voor meer informatie over het gebruik van systeemherstelpunten. ● Sla persoonlijke bestanden op in de bibliotheek Documenten en maak periodiek een back-up van deze map.
OPMERKING: als u het systeem heeft hersteld naar een herstelpunt en van gedachten verandert, kunt u de herstelactie ongedaan maken. Systeemherstelpunt maken 1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Systeem en beveiliging > Systeem. 2. Klik in het linkerdeelvenster op Systeembeveiliging. 3. Klik op het tabblad Systeembeveiliging. 4. Volg de instructies op het scherm.
8 50 Klantenondersteuning ● Contact opnemen met de klantenondersteuning ● Labels Hoofdstuk 8 Klantenondersteuning
Contact opnemen met de klantenondersteuning Als de informatie in deze gebruikershandleiding, in de Naslaggids voor HP notebookcomputer of in Help en ondersteuning geen uitsluitsel geeft over uw vragen, kunt u contact opnemen met de klantenondersteuning van HP op: http://www.hp.com/go/contactHP OPMERKING: voor wereldwijde ondersteuning klikt u op Contact HP worldwide (Wereldwijd contact opnemen met HP) aan de linkerkant van de pagina, of gaat u naar http://welcome.hp.com/ country/us/en/wwcontact_us.html.
Houd deze gegevens bij de hand wanneer u contact opneemt met de technische ondersteuning. Het label met het serienummer bevindt zich aan de onderkant van de computer. 52 ● Certificaat van echtheid van Microsoft®: bevat de Windows-productcode. U kunt de productcode nodig hebben wanneer u een update van het besturingssysteem wilt uitvoeren of problemen met het systeem wilt oplossen. Het Certificaat van echtheid van Microsoft bevindt zich aan de onderkant van de computer.
9 Specificaties ● Ingangsvermogen ● Omgevingsvereisten 53
Ingangsvermogen De elektriciteitsgegevens in dit gedeelte kunnen van pas komen als u van plan bent internationaal te reizen met de computer. De computer werkt op gelijkstroom, die kan worden geleverd via netvoeding of via een voedingsbron voor gelijkstroom. De netvoedingsbron moet 100-240 V, 50-60 Hz als nominale specificaties hebben.
Omgevingsvereisten Factor Metrisch VS In bedrijf (naar optische schijf schrijvend) 5°C tot 35°C 41°F tot 95°F Buiten bedrijf -20°C tot 60°C -4°F tot 140°F Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid (zonder condensatie) In bedrijf 10% tot 90% 10% tot 90% Buiten bedrijf 5% tot 95% 5% tot 95% In bedrijf -15 m tot 3.048 m -50 ft tot 10.000 ft Buiten bedrijf -15 m tot 12.192 m -50 ft tot 40.
Index A Aan/uit-lampje, herkennen 9 Aan/uit-schakelaar, herkennen 9 Aanwijsapparaten voorkeuren instellen 30 Accu, vergrendeling 13 Accu, vervangen 35 Acculampje, herkennen 11 Accu-ontgrendeling 13 Accuruimte 13, 52 Actietoetsen bedieningselementen voor audio-cd of dvd 29 draadloze communicatie 29 gebruiken 28 geluidsvolume aanpassen 29 geluid uitschakelen 29 helderheid van beeldscherm verhogen 29 helderheid van beeldscherm verlagen 28 Help en ondersteuning 28 herkennen 7 schakelen tussen beeldschermen 29
K Kennisgevingen label met kennisgevingen 52 labels met keurmerk voor draadloze communicatie 52 Keurmerk voor draadloze communicatie, label 52 Klantenondersteuning 50 Knijpende touchpadbeweging 32 Knoppen linkerknop van touchpad 5 rechterknop van touchpad 5 L Labels Bluetooth 52 certificaat van echtheid van Microsoft 52 HP module voor mobiel breedband 52 kennisgevingen 52 keurmerk voor draadloze communicatie 52 serienummer 51 SIM-kaart 52 WLAN 52 Lampjes Caps Lock 6 draadloze communicatie 6 geluid uit 6 sch
W Webcam, herkennen 12 Webcamlampje, herkennen 12 Windows-applicatietoets, herkennen 7 Windows-logotoets, herkennen 7 WLAN beveiligen 26 verbinding maken 25 WLAN, label 52 WLAN-antennes, herkennen 12 WLAN-apparaat 52 WWAN-antennes, herkennen 12 Z Zoomende touchpadbeweging 58 Index 32