HP ThinPro 4.4 Admin Guide

3. Stel de juiste geavanceerde opties in (raadpleeg Tabel 3-10 Geavanceerde instellingen voor
nieuwe verbindingen op pagina 9).
4. Klik op Finish (Voltooien) om de instellingen op te slaan en sluit het dialoogvenster.
Telnet
Telnet is een oudere manier om op afstand toegang te krijgen tot de opdrachtregel. Dit is niet
versleuteld.
1. Om een Telnet-verbinding toe te voegen, klikt u op Connections (Verbindingen) > Add
(Toevoegen).
2. Selecteer Telnet en stel de juiste configuratieopties in:
Tabel 3-34 Configuratie-instellingen voor een nieuwe Telnet-verbinding
Optie Beschrijving
Name (Naam) De naam van de verbinding.
Address (Adres) Het IP-adres van het externe systeem.
Port (Poort) De poort voor gebruik bij het externe systeem.
Style (Stijl)
Foreground color
(Voorgrondkleur)
De voorgrondkleur.
Background color
(Achtergrondkleur)
De achtergrondkleur.
Font (Lettertype)
Geldige opties zijn: 7X14, 5X7, 5X8, 6X9, 6X12, 6X13, 7X13, 8X13, 8X16,
9X15, 10X20, en12X24.
Klik op Next (Volgende) om verder te gaan.
3. Stel de juiste geavanceerde opties in (raadpleeg
Tabel 3-10 Geavanceerde instellingen voor
nieuwe verbindingen op pagina 9).
4. Klik op Finish (Voltooien) om de instellingen op te slaan en het dialoogvenster te sluiten.
Aangepast
Als u een aangepaste Linux-toepassing wilt installeren, kunt u de aangepaste verbinding gebruiken
om deze toepassing te kunnen openen via de Connection Manager.
1. Om een aangepaste verbinding toe te voegen, klikt u op Connections (Verbindingen) > Add
(Toevoegen).
2. Selecteer Custom (Aangepast) en stel de juiste configuratieopties in:
Tabel 3-35 Configuratie-instellingen voor een nieuwe Custom-verbinding
Optie Beschrijving
Name (Naam) De verbindingsnaam.
Enter command to run (Geef een uit te voeren opdracht
op)
De uit te voeren opdracht voor de externe verbinding.
28 Hoofdstuk 3 Verbindingen