Officejet 6220 ePrinter/Officejet Pro 6230 ePrinter Gebruikershandleiding
Copyright informatie Kennisgeving van Hewlett-Packard Company Dankbetuigingen © 2014 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. De informatie in dit document kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. Editie 1, 7/2014 Alle rechten voorbehouden. Reproductie, aanpassing of vertaling van dit materiaal is verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Hewlett-Packard, met uitzondering van wat is toegestaan onder de wet op de auteursrechten.
Veiligheidsinformatie Volg altijd de standaard veiligheidsvoorschriften bij het gebruik van dit product. Op deze manier beperkt u het risico van verwondingen door brand of elektrische schokken. 1. Lees en begrijp alle instructies in de documentatie bij uw printer. 2. Neem alle waarschuwingen en instructies in acht die op het product zijn aangegeven. 3. Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact voordat u dit apparaat gaat reinigen. 4.
Inhoudsopgave 1 Hoe kan ik? ................................................................................................................................................... 1 2 Aan de slag ................................................................................................................................................... 1 Toegankelijkheid ....................................................................................................................................................
4 HP ePrint .................................................................................................................................................... 38 Instellen van HP ePrint ........................................................................................................................................ 39 HP ePrint gebruiken .............................................................................................................................................
Printerrapporten begrijpen ................................................................................................................................. 58 Printerstatusrapport ......................................................................................................................... 58 Netwerkconfiguratiepagina .............................................................................................................. 59 Printerinformatiepagina ..........................................
Bericht aan gebruikers in Japan in verband met draadloze netwerken ......................... 88 Programma voor milieubeheer ........................................................................................................................... 88 Papiergebruik .................................................................................................................................... 89 Plastiek ......................................................................................................
1 2 Hoe kan ik? ● Aan de slag ● Afdrukken ● HP ePrint gebruiken ● Werken met inktcartridges ● Een probleem oplossen Aan de slag In deze handleiding vindt u informatie over het gebruik van de printer en het oplossen van problemen.
Ondersteuning Meer informatie over de toegankelijkheid van dit product en HP's streven naar optimale producttoegankelijkheid vindt u op de website van HP op www.hp.com/accessibility . Voor informatie over de toegankelijkheid op Mac OS X gaat u naar de website van Apple op www.apple.com/ accessibility.
VOORZICHTIG: Schakel de printer altijd correct uit met Auto Uit or (de Stroomvoorziening -knop). Als u de printer verkeerd uitschakelt, wordt de wagen met de inktcartridges mogelijk niet op de juiste positie teruggezet. Dit kan problemen met de inktcartridges en de afdrukkwaliteit veroorzaken. OPMERKING: De functies Slaapstand en Autom. Uitsch. zijn tijdelijk niet beschikbaar als er een of meerdere inktcartridges ontbreken. Nadat de cartridge opnieuw is geïnstalleerd, zijn de functies opnieuw beschikbaar.
5 Invoerlade 6 Uitvoerlade 7 Aan-/uit-knop Ruimte voor printerbenodigdheden 1 Printkop 2 Inktcartridges OPMERKING: De inktcartridges moeten in de printer blijven om mogelijke problemen met de afdrukkwaliteit of schade aan de printkop te voorkomen. Verwijder de benodigdheden niet voor langere tijd. Schakel de printer niet uit wanneer een cartridge ontbreekt.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: ● Overzicht knoppen en lampjes ● Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel Overzicht knoppen en lampjes In het volgende diagram en de bijbehorende tabel vindt u een kort overzicht van de functies op het bedieningspaneel van de printer. Label Naam en beschrijving Aan-/uit- knop hiermee zet u de printer uit of aan. Het is gedimd als de printer zich in slaapmodus bevindt.
Zie Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel voor meer informatie over de patronen en de status van de lampjes. Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel De lampjes van het bedieningspaneel geven de status aan en zijn nuttig om afdrukproblemen op te sporen. Dit gedeelte bevat informatie over de lampjes, wat ze aangeven, en welke maatregel u eventueel moet nemen. Ook de HP-printersoftware geeft informatie over de status van de printer en mogelijke afdrukproblemen.
Tabel 2-1 Aan-/uit-knop (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling De printer wordt in- of uitgeschakeld of is bezig met het verwerken van een afdruktaak. — Geen actie vereist. De printer pauzeert om de inkt te laten drogen. — Wacht tot de inkt droog is. De aan-/uit-knop en de knop Hervatten. ● De volgende tabel geeft informatie over de verschillende lichtpatronen van de knop.
Tabel 2-2 Aan-/uit-knop en knop Hervatten (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling 1. De printer heeft geen papier meer. ○ 2. Laad papier en druk op de knop ( Hervatten ) om verder te gaan met afdrukken. Er is een verkeerde papiercombinatie.
Tabel 2-3 Aan-/uit-knop en de lampjes van de inktcartridges (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling De printkop ontbreekt of is defect — Schakel de printer uit en vervolgens weer in. — Neem contact op met HP-ondersteuning voor onderhoud of vervanging als de fout zich blijft voordoen. Het aan-/uit-lampje brandt en een of meerdere inktcartridgelampjes knipperen.
Tabel 2-3 Aan-/uit-knop en de lampjes van de inktcartridges (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Eén of meerdere inktcartridges zijn bijna leeg. OPMERKING: Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden.
Tabel 2-3 Aan-/uit-knop en de lampjes van de inktcartridges (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Er heeft zich een onherstelbare fout voorgedaan. Haal het netsnoer uit het apparaat, sluit het netsnoer weer aan, en probeer af te drukken. De knop HP ePrint De volgende tabel geeft informatie over de verschillende lichtpatronen van de knop. ● Tabel 2-4 Knop HP ePrint Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Het lampje HP ePrint is uit.
Tabel 2-4 Knop HP ePrint (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Druk voor meer informatie gelijktijdig op de knop ( HP ePrint ) en de knop (Informatie) en volg de instructies op de pagina die wordt afgedrukt; of neem contact op met de IT-beheerder of de persoon die de printer instelt. Het lampje HP ePrint brandt.
Tabel 2-5 Knop Draadloos (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling De draadloze functies van de printer is uitgeschakeld. Het lampje Draadloos brandt, maar knippert. De draadloze functies van de printer zijn ingeschakeld en de printer is niet verbonden met een netwerk. Het lampje Draadloos brandt vast. De draadloze functies van de printer zijn ingeschakeld en de printer is verbonden met een netwerk.
Tabel 2-6 Knop HP wireless direct (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling De functie HP wireless direct van de printer wordt in- of uitgeschakeld. Het HP wireless direct lampje brandt en blijft branden. De functie HP wireless direct van de printer is ingeschakeld. Als u gelijktijdig op de knop ( HP wireless direct ) en de knop ( Informatie ) drukt, zal de printer de handleiding van HP Wireless Direct afdrukken.
Tabel 2-7 Knop en lampjes van de papierformaatselectie (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Dit is het geval als u de invoerlade naar buiten trekt. Het knipperende lampje van de papierformaatselectie geeft het momenteel ingestelde papierformaat voor de printer aan. — Als u een ander papierformaat hebt geplaatst, moet u het geschikte papierformaat kiezen door op de knop te drukken tot het lampje overeenstemt met het geplaatste papierformaat.
Tabel 2-7 Knop en lampjes van de papierformaatselectie (vervolg) Lichtbeschrijving/lichtpatroon Uitleg en aanbevolen handeling Als u nogmaals op de knop druk, zal het bovenste lampje gaan branden en zal het overeenkomstige papierformaat worden geselecteerd. Zie voorgaande beschrijvingen voor meer informatie. De lampjes van de papierformaatselectie cirkelen of knipperen beurtelings van boven naar beneden (gedurende ongeveer 10 seconden).
Foto's printen ● HP Premium Plus fotopapier HP Premium Plus fotopapier is het beste fotopapier van HP voor de best mogelijke fotokwaliteit. Met HP Premium Plus fotopapier drukt u de mooiste foto's af die meteen droog zijn. U kunt ze dus meteen na het afdrukken doorgeven. Dit papier is verkrijgbaar in diverse formaten, waaronder A4, 21,6 x 27,9 cm (8,5 x 11 inch), 10 x 15 cm (4 x 6 inch), 13 x 18 cm (5 x 7 inch) en A3 en in twee afwerkingen – glanzend of licht glanzend (halfglanzend).
Standaard afdrukken Alle papieren op de lijst voor de dagelijkse afdrukfunctie ColorLok Technology voor minder vlekken, scherper zwart en heldere kleuren. ● HP Helderwit Inkjetpapier HP Helderwit Inkjetpapier levert contrastrijke kleuren en scherp afgedrukte tekst op. Dit papier is dik genoeg voor dubbelzijdig afdrukken in kleur, zodat het ideaal is voor nieuwsbrieven, rapporten en folders. ● HP -afdrukpapier HP Printing Paper is multifunctioneel papier van hoge kwaliteit.
— Afdrukmateriaal dat te dun is of gemakkelijk kan worden uitgerekt — Afdrukmateriaal met nietjes of paperclips Zie Plaats papier voor meer informatie over het plaatsen van papier in een lade. Plaats papier Om papier met standaardformaat te laden 1. Trek de uitvoerlade naar boven. 2. Trek de invoerlade naar buiten om ze te verlengen. OPMERKING: Om papier van Legal-formaat te laden, moet u de grijze klink (links vooraan op de invoerlade) naar rechts schuiven en de voorkant van de lade laten zakken.
5. Plaats het papier met de afdrukzijde naar beneden in het midden van de lade. Zorg ervoor dat de stapel papier is uitgelijnd met de juiste papierformaatlijnen op de bodem van de invoerlade en dat hij de stapelhoogtemarkering op de zijkant van de lade niet overschrijdt. OPMERKING: 6. 20 Vul nooit papier bij terwijl de printer nog aan het afdrukken is. Schuif de papierbreedtegeleiders in de lade tot ze de rand van de stapel papier raken en sluit vervolgens de lade.
7. Klap het verlengstuk van de uitvoerlade uit. Om een enveloppe te plaatsen 1. Trek de uitvoerlade naar boven. 2. Trek de invoerlade naar buiten om ze te verlengen. 3. Als u de invoerlade naar buiten trekt, zullen een of meerdere lampjes van de papierformaatselectie knipperen (zie Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel voor de gedragingen van de printerlampjes).
4. Plaats de enveloppen met de afdrukzijde naar beneden en volgens de afbeelding in de lade. Zorg ervoor dat de stapel enveloppen niet hoger wordt dan de lijnmarkering in de lade aangeeft. OPMERKING: 5. 22 Vul nooit enveloppen bij terwijl de printer nog aan het afdrukken is. Schuif de papierbreedtegeleiders in de lade tot ze de rand van de stapel enveloppen raken en sluit vervolgens de lade.
6. Klap het verlengstuk van de uitvoerlade uit. Om kaarten en fotopapier te plaatsen 1. Trek de uitvoerlade naar boven. 2. Trek de invoerlade naar buiten om ze te verlengen. 3. Als u de invoerlade naar buiten trekt, zullen een of meerdere lampjes van de papierformaatselectie knipperen (zie Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel voor de gedragingen van de printerlampjes).
4. Plaats het papier met de afdrukzijde naar beneden in het midden van de lade. Zorg ervoor dat de stapel papier is uitgelijnd met de juiste papierformaatlijnen op de bodem van de invoerlade en dat hij de stapelhoogtemarkering op de zijkant van de lade niet overschrijdt. OPMERKING: 24 Vul nooit papier bij terwijl de printer nog aan het afdrukken is. 5. Schuif de papierbreedtegeleiders in de lade tot ze de rand van de stapel papier raken en sluit vervolgens de lade. 6.
De printer bijwerken HP werkt er altijd aan om de prestaties van zijn printers te verbeteren en u de laatste functies te bieden. Als de printer is verbonden met een netwerk en de HP Web Services zijn ingeschakeld, controleert de printer normaal automatisch op updates. De printer bijwerken met de geïntegreerde webserver (EWS) 1. Open de geïntegreerde webserver (EWS). Zie De geïntegreerde webserver openen voor meer informatie. 2. Klik op het tabblad Extra. 3.
3 Afdrukken De meeste afdrukinstellingen worden in de software automatisch afgehandeld. Wijzig de instellingen uitsluitend handmatig indien u de afdrukkwaliteit wilt veranderen, u wilt afdrukken op speciale papiersoorten of als u speciale functies wilt gebruiken. Zie Elementaire informatie over papier voor meer informatie over het selecteren van de beste afdrukmaterialen voor uw documenten.
● Selecteer in het tabblad Indeling de afdrukstand Staand of Liggend. ● Selecteer in het tabblad Papier/Kwaliteit het juiste papiertype en de juiste afdrukkwaliteit in de vervolgkeuzelijst Media bij Ladeselectie. Kies vervolgens de juiste afdrukkwaliteit bij Instellingen voor kwaliteit. Om in zwart en wit af te drukken, selecteert u Zwart & wit in het gebied Kleur. ● Klik op Geavanceerd in het gedeelte Papier/uitvoer en selecteer het papierformaat uit de vervolgkeuzelijst Papierformaat.
OPMERKING: Maak de wijzigingen in de HP-software die bij de printer is geleverd om de afdrukinstellingen voor alle afdruktaken in te stellen. Zie Hulpprogramma's printerbeheer voor meer informatie over de HP-software. 5. Selecteer de gewenste opties. ● Selecteer in het tabblad Indeling de afdrukstand Staand of Liggend. ● Selecteer in het tabblad Papier/Kwaliteit het juiste papiertype en de juiste afdrukkwaliteit in de vervolgkeuzelijst Media bij Ladeselectie.
● Dikke, onregelmatige of gekrulde randen ● Gekreukelde, gescheurde of anderszins beschadigde enveloppen Zorg ervoor dat de enveloppen die u in de printer plaatst scherp gevouwen zijn. OPMERKING: Zie voor meer informatie over afdrukken op enveloppen de documentatie van het softwareprogramma dat u gebruikt. Enveloppen afdrukken (Windows) 1. Plaats de enveloppen in de lade. Zie Plaats papier voor meer informatie. 2. In het menu Bestand van uw software klikt u op Afdrukken. 3.
OPMERKING: Als u het Papierformaat wijzigt, zorg er dan voor dat u het correcte papier hebt geplaatst en dat u het overeenkomstige papierformaat op het bedieningspaneel van de printer hebt ingesteld. b. 5. In het pop-upmenu kiest u Papiersoort/kwaliteit en controleert u of de instelling papiersoort is ingesteld op Gewoon papier. Klik op Afdrukken. Foto's afdrukken Laat ongebruikt fotopapier niet in de invoerlade zitten. Het fotopapier kan omkrullen, waardoor de afdrukkwaliteit kan verminderen.
3. Zorg ervoor dat uw printer is geselecteerd. 4. Stel de afdrukopties in. Als het gedeelte Opties in het dialoogvenster Afdrukken niet wordt weergegeven, klik dan op Details weergeven. OPMERKING: De volgende opties zijn beschikbaar voor uw printer. De positie van de opties kan verschillen van toepassing tot toepassing. a. Kies in het pop-upmenu Papierformaat Het juiste papierformaat.
4. Voer de afmetingen van het aangepaste papierformaat in het gedeelte Vormbeschrijving (afmetingen). 5. Klik op Vorm opslaan, en vervolgens op Sluiten. Om op speciaal en aangepast papier af te drukken (Windows) OPMERKING: Vooraleer u op aangepast papier kunt afdrukken, moet u het aangepaste formaat instellen in Eigenschappen afdrukserver. 1. Plaats het juiste papier in de lade. Zie Plaats papier voor meer informatie. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3.
Om op speciaal en aangepast papier af te drukken (OS X) Vooraleer u op aangepast papier kunt afdrukken, moet u het aangepaste formaat instellen in de HP-software. 1. Laad het juiste papier in de lade. Zie Plaats papier voor meer informatie. 2. Klik in het menu Bestand van het programma op uw computer op Afdrukken. 3. Controleer of de printer die u wilt gebruiken is geselecteerd in het pop-upmenu Indeling voor .
OPMERKING: Als u het Papierformaat wijzigt, zorg er dan voor dat u het correcte papier hebt geplaatst en dat u het overeenkomstige papierformaat op het bedieningspaneel van de printer hebt ingesteld. Voor meer afdrukopties, zie Tips voor geslaagd afdrukken. 5. Klik op OK om af te drukken. Afdrukken op beide zijden van de pagina (OS X) 1. In het menu Bestand in uw software kiest u Afdrukken. 2. In het dialoogvenster Afdrukken kiest u in de vervolgkeuzelijst voor Instellingen. 3.
3. Stel de afdrukopties in. Als het gedeelte Opties in het dialoogvenster Afdrukken niet wordt weergegeven, klik dan op Details weergeven. OPMERKING: De volgende opties zijn beschikbaar voor uw printer. De positie van de opties kan verschillen van toepassing tot toepassing. a. Kies in het pop-upmenu Papierformaat Het juiste papierformaat.
● Zorg dat het papier plat in de invoerlade ligt en dat de randen niet omgevouwen of gescheurd zijn. ● Verschuif de papierbreedtegeleider in de invoerlade totdat deze vlak tegen het papier aanligt. Zorg ervoor dat de geleiders het papier niet buigen in de lade. Tips voor printerinstellingen (Windows) ● Om de standaardinstellingen te wijzigen, klikt u op Afdrukken , en vervolgens op Voorkeuren instellen in de HP-printersoftware.
Om een afdruksnelkoppeling te verwijderen, selecteert u die en klikt u op Verwijderen. OPMERKING: De standaardsnelkoppelingen kunnen niet worden verwijderd. Tips voor printerinstellingen (OS X) ● Gebruik op het dialoogvenster Afdrukken het vervolgkeuzemenu Papierformaat om het formaat te selecteren van het papier dat in de printer is geplaatst. ● Kies op het dialoogvenster Afdrukken het pop-upmenu Papiersoort/kwaliteit om de juiste papiersoort en -kwaliteit te selecteren.
Stel het papierformaat voor de printer in Als u de invoerlade naar buiten trekt, zullen een of meerdere lampjes van de papierformaatselectie knipperen (zie Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel voor de gedragingen van de printerlampjes). Bij het laden van een papierformaat dat niet op het bedieningspaneel staat, moet u het papierformaat in de HP-printersoftware of in de geïntegreerde webserver (EWS) wijzigen.
Instellen van HP ePrint Gebruik een van onderstaande methodes om HP ePrint te gebruiken: OPMERKING: Zorg ervoor dat uw printer via Ethernet of draadloos met het netwerk is verbonden alvorens u HP ePrint instelt. Om HP ePrint in te stellen via de geïntegreerde webserver 1. Open de geïntegreerde webserver (EWS). Zie De geïntegreerde webserver openen voor meer informatie. 2. Klik op het tabblad Webservices. 3.
Om HP ePrint te gebruiken, moet u beschikken over het volgende: ● Een computer of mobiel toestel met internet en e-mail. ● Een printer met HP ePrint waarop Webservices is geactiveerd. TIP: Voor meer informatie over het beheren en configureren van HP ePrint-instellingen en de nieuwste functies kunt u terecht bij HP Connected op www.hpconnected.com . Om documenten af te drukken door middel van HP ePrint 1. Webservices inschakelen. 2. Open de e-mailtoepassing op uw computer of mobiel toestel.
5 Werken met inktcartridges Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: ● Informatie over inktcartridges en de printkop ● De geschatte inktniveaus bekijken ● Inktcartridges vervangen ● Inktcartridges bestellen ● Printerbenodigdheden bewaren ● Opslag anonieme gebruiksinformatie Informatie over inktcartridges en de printkop Lees de volgende tips voor het omgaan met en het onderhouden van HP-inktcartridges als u verzekerd wilt zijn van een consistente afdrukkwaliteit.
Geschatte inktniveaus controleren vanaf het bedieningspaneel ▲ Druk op de knop ( Annuleren ) en houd deze gedurende vijf seconden ingedrukt om het statusrapport van de printer af te drukken. OPMERKING: Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwing voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangende cartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden.
3. Druk op de voorkant van de inktcartridge om deze te ontgrendelen, en verwijder deze vervolgens uit de sleuf. 4. Haal de nieuwe inktcartridge uit de verpakking. 5. Gebruik de kleurcoderingen als leidraad en schuif de inktcartridge in de lege sleuf tot deze stevig vastklikt. Zorg ervoor dat u de inktcartridge in de sleuf plaatst met een letter van dezelfde kleur als de kleur die u installeert. NLWW 6. Herhaal stap 3 tot en met 5 voor elke inktcartridge die u wilt vervangen. 7.
Inktcartridges bestellen Ga naar www.hp.com om inktcartridges te bestellen. (Momenteel zijn sommige delen van de website van HP alleen beschikbaar in het Engels.) Online cartridges bestellen is niet in alle landen/regio's mogelijk. Veel landen hebben echter informatie over telefonisch bestellen, een lokale winkel vinden of een boodschappenlijstje afdrukken. Bovendien kunt u de pagina www.hp.com/buy/supplies bezoeken voor meer informatie over de aankoop van HP-producten in uw land.
De functie voor gebruiksinformatie uitschakelen ▲ Druk op het bedieningspaneel van de printer gelijktijdig op de knop ( Hervatten ) en de knop ( Informatie ) en houd deze ongeveer vijf seconden ingedrukt. Laat de knoppen vervolgens weer los. OPMERKING: De functie van de gebruiksinformatie kan via de EWS opnieuw worden ingeschakeld. Zie De geïntegreerde webserver openen voor meer informatie over het openen van de EWS van de printer.
● De draadloze netwerknaam is de naam van uw draadloos netwerk. ● Het draadloze wachtwoord voorkomt dat andere personen zonder toestemming verbinding maken met uw draadloos netwerk. Afhankelijk van het vereiste beveiligingsniveau, kan uw draadloos netwerk een WPA-code of een WEP-sleutel gebruiken. Als u de netwerknaam of de beveiligingscode niet hebt gewijzigd sinds het instellen van uw draadloos netwerk, kunt u deze soms terugvinden op de achterkant of zijkant van de draadloze router.
Om de draadloze verbinding in te stellen vanaf het bedieningspaneel van de printer Zorg ervoor dat uw draadloze router of draadloos toeganspunt een knop Wi-Fi Protected Setup (WPS) heeft of label “WPS”), en dat WPS is ingeschakeld met WPA-codering. (een knop met pictogram 1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de knop ( Draadloos ) en houd deze gedurende drie seconden ingedrukt. Het lampje Draadloos begint te knipperen. 2.
● Windows 8.1: Klik op de pijl naar beneden in de linkerbenedenhoek van het Start-scherm, selecteer de printernaam en klik op Hulpprogramma's. ● Windows 8: Klik met de rechtermuisknop op een leeg gebied van het Start-scherm, klik op Alle apps op de app-balk, selecteer de printernaam en klik op Hulpprogramma's. ● Windows 7, Windows Vista en Windows XP: Klik vanaf het bureaublad van de computer op Start, selecteer Alle programma's, klik op HP en selecteer dan de map van uw printer. 2.
De netwerkinstellingen wijzigen U kunt de draadloze verbinding van de printer instellen en beheren en allerlei taken met betrekking tot netwerkbeheer uitvoeren. Deze taken omvatten het afdrukken van informatie over netwerkinstellingen, het in- en uitschakelen van de draadloze functie, het instellen van de verbindingssnelheid en het wijzigen van IPinstellingen. VOORZICHTIG: De netwerkinstellingen worden voornamelijk beschreven voor referentiedoeleinden.
Richtlijnen voor gebruik van HP wireless direct ● Zorg ervoor dat uw computer of mobiel apparaat de nodige software heeft. Zorg ervoor dat u de printersoftware, die bij de printer wordt geleverd, hebt geïnstalleerd als u een computer gebruikt. ● Als u de HP-software niet op de computer hebt geïnstalleerd, moet u eerst verbinding maken met HP Wireless Direct en vervolgens de printersoftware installeren. Selecteer Draadloos wanneer de printersoftware u vraagt om een verbindingstype.
Afdrukken vanaf een computer met Wifi (Windows) 1. Controleer of u de HP wireless direct op de printer hebt ingeschakeld. 2. Schakel de Wi-Fi-verbinding van uw computer in. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie bij de computer. OPMERKING: 3. Als uw computer geen Wi-Fi ondersteunt, kunt u HP wireless direct niet gebruiken. Maak een nieuwe netwerkverbinding op uw computer. Gebruik uw normale werkwijze om een verbinding te maken met een nieuw draadloos netwerk of een hotspot.
c. Klik op + onder de printerlijst links. d. Selecteer de printer uit de lijst met gevonden printers (het woord "Bonjour" staat in de rechterkolom naast de printernaam) en klik op Toevoegen. Klik hier voor online probleemoplossing voor HP Wireless Direct of voor meer hulp bij de instelling van HP Wireless Direct. Deze website is momenteel nog niet beschikbaar in alle talen.
OPMERKING: printer. De functies die beschikbaar zijn in het HP-hulpprogramma hangen af van de geselecteerde Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervanginktcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de inktcartridges niet te vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt.
Om de geïntegreerde webserver te openen via een netwerk 1. Ontdek het IP-adres of de hostnaam van de printer vanaf de netwerkconfiguratiepagina. Zie Netwerkconfiguratiepagina voor meer informatie. 2. Typ in een ondersteunde webbrowser op uw computer het IP-adres of de hostnaam die aan de printer is toegewezen. Als het IP-adres bijvoorbeeld 123.123.123.123 is, typt u het volgende adres in de webbrowser: http://123.123.123.123 De geïntegreerde webserver openen via HP wireless direct 1.
Controleer het IP-adres van de printer ● Druk een netwerkconfiguratiepagina af om het IP-adres van de printer te controleren. Druk gelijktijdig op de knop ( Draadloos ) en de knop ( Informatie ) om de netwerkconfiguratiepagina af te drukken. ● Ping de printer met het IP-adres vanaf de opdrachtprompt (Windows) of vanuit het netwerkhulpprogramma (OS X).
● Reset de printer HP-ondersteuning ● Printer registreren ● Wat te doen bij problemen ● Elektronische ondersteuning krijgen ● Telefonische ondersteuning van HP Printer registreren In enkele minuten registreert u het apparaat en geniet u van een snellere service, een efficiëntere ondersteuning en productondersteuning. Indien u uw printer nog niet registreerde tijdens het installeren van de software, kunt u dit nu doen op http://www.register.hp.com.
U kunt ook ondersteuning krijgen vanuit de HP-software voor Windows of OS X, die eenvoudige, stapsgewijze oplossingen biedt voor veelvoorkomende afdrukproblemen. Zie Hulpprogramma's printerbeheer voor meer informatie. De opties en beschikbaarheid voor ondersteuning verschillen per printer, land/regio en taal. Telefonische ondersteuning van HP De telefonische ondersteuningsopties en beschikbaarheid variëren per printer, land/regio en taal.
ondersteuning: www.hp.com/support . Neem contact op met uw HP-leverancier of bel het telefoonnummer voor ondersteuning in uw land/regio voor meer informatie over de beschikbare ondersteuningsopties. Printerrapporten begrijpen U kunt de volgende rapporten afdrukken om problemen met de printer op te lossen.
3. Informatie over het inktsysteem: Toont de geschatte inktniveaus (grafisch voorgesteld als meters), de onderdeelnummers en vervaldatums van de inktcartridges. OPMERKING: Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervanginktcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden.
60 1. Algemene informatie: Toont informatie over de huidige status en het type actieve verbinding van het netwerk en andere informatie, zoals de URL van de geïntegreerde webserver. 2. 802.3 vast: Informatie over de actieve Ethernet-netwerkverbinding, zoals het IP-adres, het subnetmasker, de standaard-gateway en het hardwareadres van de printer.
3. 802.11 Draadloos: Toont informatie over uw draadloze netwerkverbinding, zoals de hostnaam, het IPadres, het subnetmasker, de standaardgateway en de server. Geeft eveneens de netwerknaam (SSID), de relatieve signaalsterkte en de gebruikte kanalen aan. 4. HP Wireless Direct: Toont informatie over uw verbinding HP wireless direct zoals de status en het hardwareadres. 5. Diversen: Informatie over geavanceerde netwerkinstellingen.
Printerinformatiepagina U kunt een printerinformatiepagina afdrukken voor een overzicht van de algemene status van de netwerkverbinding, de Web Services (HP ePrint) en HP wireless direct . Om de printerinformatiepagina af te drukken ▲ Druk op de knop ( Informatie ) om de printerinformatiepagina af te drukken. Diagnoserapport afdrukkwaliteit Problemen met de afdrukkwaliteit kunnen vele oorzaken hebben: software-instellingen, een afbeelding van slechte kwaliteit, of het printsysteem zelf.
Om een diagnoserapport van de afdrukkwaliteit af te drukken via het HP Hulpprogramma (OS X) 1. Klik in het gedeelte Informatie en ondersteuning op Diagnose afdrukkwaliteit. 2. Klik op Afdrukken. Als u fouten ziet op de pagina, volg dan onderstaande stappen: 1.
inktcartridges bijna leeg is, verwijdert u alle inktcartridges en plaatst ze allemaal terug om er zeker van te zijn dat ze correct zijn geplaatst. Vervang de lege inktcartridge pas als u beschikt over een nieuwe inktcartridge die u kunt installeren. Zie Inktcartridges vervangen voor informatie over het plaatsen van nieuwe inktcartridges. 2. Lijn de printer uit als de lijnen in Testpatroon 1 niet recht en aaneengesloten zijn. Zie Onherdoud de printkop en inktcartridges voor meer informatie. 3.
● ● — Zorg dat er papier in de papierlade zit. Zie Plaats papier voor meer informatie. Wapper met het papier voor u het in de lade plaatst. — Zorg ervoor dat de breedtegeleiders voor het papier zijn ingesteld op de correcte markeringen in de lade voor het papierformaat dat u plaatst. Controleer ook of de geleiders goed, maar niet te stevig tegen de stapel rusten. — Kijk na of het papier niet in de lade geklemd zit.
De individuele firewallsoftware is een beveiligingstoepassing die de computer beschermt tegen indringers. De firewall kan echter ook communicatie tussen de computer en de printer blokkeren. Als er problemen zijn bij de communicatie met de printer, kunt u proberen de firewall tijdelijk uit te schakelen. Als het probleem zich blijft voordoen, worden de communicatieproblemen niet door de firewall veroorzaakt. Schakel de firewall weer in.
OPMERKING: HP kan de kwaliteit of betrouwbaarheid van materiaal dat niet van HP is, niet garanderen. Onderhoud of herstellingen aan de printer die nodig zijn door het gebruik van dergelijk materiaal, worden niet gedekt door de garantie. Als u meent dat u originele HP-inktcartridge hebt aangeschaft, gaat u naar: www.hp.com/go/anticounterfeit 2. Controleer de inktniveaus. Mogelijk zit er onvoldoende inkt in de inktcartridges.
U kunt bijvoorbeeld controleren of het document is ingesteld om in grijswaarden te worden afgedrukt. Of controleer of geavanceerde kleurinstellingen zoals verzadiging, helderheid of kleurschakering zijn ingesteld om het uitzicht van kleuren te wijzigen. ● Controleer de instelling Afdrukkwaliteit zodat deze overeenkomt met de papiersoort in de printer. Mogelijk moet u een lagere instelling kiezen voor de afdrukkwaliteit, als de kleuren in elkaar overlopen.
— Controleer de instellingen van de webbrowser die u gebruikt (zoals Internet Explorer, Firefox, of Safari). — Neem contact op met de IT-beheerder of de persoon die uw firewall heeft ingesteld. Als de proxy-instellingen van uw firewall zijn gewijzigd, moet u deze instellingen updaten in het bedieningspaneel van de printer. Als deze instellingen niet zijn bijgewerkt, kunt u HP ePrint niet gebruiken. Zie Instellen van HP ePrint voor meer informatie.
Zorg voor het volgende: ● Als u een draadverbinding met een netwerk maakt, sluit de Ethernet-kabel dan aan als hierom tijdens de software-installatie wordt gevraagd en controleer of de Ethernet-lampje naast de connector gaat branden. ● Alle kabelverbindingen tussen de computer en de printer in orde zijn. ● Het netwerk operationeel zijn en de hub, switch of router van het netwerk zijn ingeschakeld.
a. Schakel de router en de printer uit. b. Schakel de router en de printer in deze volgorde opnieuw in: eerst de router en dan de printer. Soms wordt een netwerkcommunicatieprobleem opgelost door de apparaten uit- en weer in te schakelen. Als u nog steeds geen verbinding kunt maken, zet u de router, de printer en uw computer uit en zet u deze vervolgens weer aan in deze volgorde: eerst de router, dan de printer en dan de computer.
Als de afdrukkwaliteit nog steeds slecht lijkt na beide reinigingsfasen, probeert u de printer uit te lijnen. Neem contact op met HP-ondersteuning als er na het uitlijnen en reinigen nog steeds problemen met de afdrukkwaliteit zijn. Zie HP-ondersteuning voor meer informatie. ● De printer lijnt de printkop tijdens de eerste installatie automatisch uit.
2. Controleer de papierbaan in de printer. a. NLWW Til de hendel van de papierbaankap op en verwijder de kap.
b. Als u het vastgelopen papier in de printer hebt gevonden, pak het dan met beide handen vast en trek het naar u toe. VOORZICHTIG: Als het papier scheurt wanneer u het van de rollen verwijdert, moet u de rollen en wieltjes controleren op gescheurde stukjes papier die in de printer kunnen zijn achtergebleven. Als u niet alle stukjes papier uit de printer verwijdert, is de kans groot dat er nieuwe papierstoringen optreden. c. 3. Plaats de papierbaankap terug tot ze terug op haar plaats zit.
VOORZICHTIG: Als het papier scheurt wanneer u het van de rollen verwijdert, moet u de rollen en wieltjes controleren op gescheurde stukjes papier die in de printer kunnen zijn achtergebleven. Als u niet alle stukjes papier uit de printer verwijdert, is de kans groot dat er nieuwe papierstoringen optreden. b. 4. Sluit de toegangsklep van de inktcartridges. 5. Als het probleem nog steeds niet is opgelost, controleer dan de zone van de lade. a.
b. Trek de invoerlade naar buiten om ze te verlengen. OPMERKING: Bij het openen van de invoerlade zal u worden gevraagd om de instelling van het papierformaat te behouden of te wijzigen. Als u een ander papierformaat hebt geplaatst, moet u het papierformaat wijzigen. Zie Stel het papierformaat voor de printer in voor meer informatie. c. Druk de knoppen aan beide kanten van de invoerlade in en trek om de invoerlade te verwijderen. d. Controleer de opening in de printer waar de invoerlade zich bevond.
e. Plaats de invoerlade terug, plaats er papier in en laat de uitvoerlade zakken. Klik hier om de online probleemoplossing van HP te gebruiken om een papierstoring te verhelpen. Als de wagen met inktcartridges niet kan worden bewogen, klik dan hier om de online probleemoplossing van HP te gebruiken om een blokkering van de wagen met inktcartridges te verhelpen. Deze website is momenteel nog niet beschikbaar in alle talen.
De wagen met inktcartridges vrijmaken Verwijder alle voorwerpen, bijvoorbeeld papier, die de wagen met printcartridges blokkeren. Zie Papierstoringen verhelpen voor meer informatie. OPMERKING: Gebruik geen gereedschap of andere apparaten om vastgelopen papier te verwijderen. Wees altijd voorzichtig bij het verwijderen van vastgelopen papier in de printer.
A Technische informatie Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: ● Garantie-informatie inktcartridge ● Specificaties ● Wettelijk verplichte informatie ● Programma voor milieubeheer Garantie-informatie inktcartridge De garantie op HP-cartridges is van toepassing wanneer het product wordt gebruikt in combinatie met de daarvoor bedoelde printer van HP. Deze garantie geldt niet voor HP-inktproducten die zijn nagevuld, nagemaakt, gerepareerd, verkeerd gebruikt of waaraan is geknoeid.
Capaciteit invoerlade ● Normaal papier (60 tot 105 g/m2 maximaal 225 ● Enveloppen: maximaal 30 ● Systeemkaarten: maximaal 80 ● Vellen fotopapier: maximaal 100 Capaciteit uitvoerlade ● Normaal papier (60 tot 105 g/m2) maximaal 60 Papierformaat en gewicht Raadpleeg de HP-printersoftware voor een lijst van ondersteunde papierformaten.
Geluidsspecificaties ● Geluidsdruk (bij apparaat) — ● LpAm 55 (dBA) (mono kladafdruk) Geluidsvermogen — LwAd 6.9 (BA) Ga voor meer informatie naar www.hp.com/support . Selecteer uw land/regio. Klik op Productondersteuning en problemen oplossen. Voer de naam in die u terugvindt op de voorkant van de printer. Selecteer dan Zoeken. Klik op Productinformatie en vervolgens Productspecificaties.
FCC-verklaring Bericht aan gebruikers in Korea VCCI (Klasse B) conformiteitverklaring voor gebruikers in Japan 82 Bijlage A Technische informatie NLWW
Bericht aan gebruikers in Japan over het netsnoer Verklaring geluidsemissie voor Duitsland Verklaring beeldschermwerk voor Duitsland Bericht voor de Europese Unie Producten met CE-label voldoen aan een of meer van de volgende EU-richtlijnen die mogelijk van toepassing zijn: Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC, EMC-richtlijn 2004/108/EC, Ecodesign-richtlijn 2009/125/EC, R&TTE-richtlijn 1999/5/EC, RoHS-richtlijn 2011/65/EU.
Als het apparaat een radiozender en -ontvanger bevat, zorgt een minimale separatie-afstand van 20 cm er bij normaal gebruik voor dat de blootstellingsniveaus inzake radiofreqnuenties voldoen aan de EUvereisten. Draadloze functionaliteit in Europa ● Dit product is ontworpen voor gebruik zonder beperkingen in alle EU-landen plus IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland.
Conformiteitverklaring NLWW Wettelijk verplichte informatie 85
Wettelijke informatie inzake draadloze producten Dit hoofdstuk bevat de volgende overheidsinformatie met betrekking tot draadloze producten: ● Blootstelling aan straling op radiofrequentie ● Bericht voor gebruikers in Brazilië ● Bericht voor gebruikers in Canada ● Bericht aan gebruikers in Taiwan ● Bericht aan gebruikers in Mexico ● Bericht aan gebruikers in Japan in verband met draadloze netwerken Blootstelling aan straling op radiofrequentie Bericht voor gebruikers in Brazilië 86 Bijlage A
Bericht voor gebruikers in Canada Bericht aan gebruikers in Taiwan NLWW Wettelijk verplichte informatie 87
Bericht aan gebruikers in Mexico Bericht aan gebruikers in Japan in verband met draadloze netwerken Programma voor milieubeheer Hewlett-Packard streeft ernaar om producten van hoge kwaliteit te leveren die op milieuvriendelijke wijze zijn geproduceerd. ● Dit product is ontworpen met het oog op recycling. ● Het aantal materialen is tot een minimum beperkt, zonder dat dit ten koste gaat van de functionaliteit en de betrouwbaarheid.
● Tabel giftige en gevaarlijke stoffen (China) ● Beperking voor gevaarlijke producten (Oekraïne) ● Beperking voor gevaarlijke producten (India) ● EPEAT ● Gebruikersinformatie China SEPA Ecolabel Papiergebruik Dit product is geschikt voor het gebruik van kringlooppapier dat voldoet aan DIN-norm 19309 en EN 12281:2002. Plastiek Onderdelen van kunststof die zwaarder zijn dan 25 gram zijn volgens de internationaal geldende normen gemerkt.
Stroomverbruik Afdruk- en beeldbewerkingsapparatuur van Hewlett-Packard met het ENERGY STAR®-logo voldoet aan de ENERGY STAR-vereisten van de Environmental Protection Agency van de VS voor beeldbewerkingsapparatuur. Op beeldbewerkingsproducten met de kwalificatie ENERGY STAR wordt het volgende merk weergeven: Meer informatie over beeldbewerkingsproducten met de ENERGY STAR-kwalificatie is te vinden op: www.hp.
Tabel giftige en gevaarlijke stoffen (China) Beperking voor gevaarlijke producten (Oekraïne) Beperking voor gevaarlijke producten (India) EPEAT NLWW Programma voor milieubeheer 91
Gebruikersinformatie China SEPA Ecolabel B 92 Fouten (Windows) ● Inkt bijna op ● Inkt bijna op.
● Afdrukken niet mogelijk ● Uitvoerlade gesloten ● HP Protected cartridge geïnstalleerd Inkt bijna op De inktcartridge geïdentificeerd in het bericht is bijna leeg. Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervanginktcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden.
Oplossing 1: Schakel de printer uit en weer in Zet de printer uit en vervolgens weer aan. Als het probleem zich blijft voordoen, probeer dan de volgende oplossing. Oplossing 2: Installeer de inktcartridges juist Zorg ervoor dat alle inktcartridges juist in de printer zijn geplaatst: 1. Open de toegangsklep voor inktcartridges voorzichtig. 2. Verwijder de inktcartridge door deze naar binnen te duwen om hem los te zetten en hem vervolgens stevig naar u toe te trekken. 3. Plaats de cartridge in de sleuf.
Laad meer papier en druk vervolgens op de knop ( Selectie papierformaat ) om het papierformaat in te stellen. Zie Plaats papier voor meer informatie. Document afdrukken mislukt De printer kan het document niet afdrukken omdat er een probleem is opgetreden in het afdruksysteem. Zie Printerproblemen oplossen voor informatie over het oplossen van afdrukproblemen. Printerfout Er is een probleem opgetreden met de printer. Meestal kunt u dergelijke problemen oplossen door de volgende stappen uit te voeren: 1.
Gebruik SETUP-cartridges Bij de eerste installatie van de printer moet u de cartridges installeren die in de doos met de printer zitten. Deze cartridges hebben het label SETUP, en ze kalibreren uw printer voor de eerste afdruktaak. Het niet plaatsen van de SETUP-cartridges tijdens de eerste installatie veroorzaakt een fout. Als u een set normale cartridges hebt geplaatst, verwijder ze dan en plaats de SETUP-cartridges om de printerinstallatie te voltooien.
3. Plaats de cartridge in de sleuf. Druk de cartridge goed aan om te zorgen dat er goed contact wordt gemaakt. 4. Sluit de toegangsklep voor de inktcartridges en controleer of het foutbericht weg is. Probleem met de printkop Er is een probleem met de printkop. Zet de printer uit en vervolgens weer aan. Als het probleem zich blijft voordoen, neem dan contact op met HP-ondersteuning voor hulp. Zie HPondersteuning voor meer informatie.
Zie Inktcartridges vervangen voor meer informatie over de installatie van een nieuwe inktcartridge.
Index A aansluitingen, locatie 4 accessoires statusrapport voor de printer achterpaneel illustratie 4 afdrukken dubbelzijdig 33 problemen oplossen 64 afdrukken, aan beide zijden 33 afdrukkwaliteit vlekken verwijderen 71 afdrukmateriaal dubbelzijdig afdrukken 33 B bedieningspaneel Knoppen 5 lampjes 5 referentie lampjes 6 bedieningspaneel van printer netwerkinstelllingen 49 zoeken 3 benodigdheden statusrapport voor de printer Brochures afdrukken printen 28 C cartridges F firewalls, problemen oplossen 58 44
diagnosepagina 62 Inktcartridges vervangen 42 printkop 71 printkop reinigen 72 printkop uitlijnen 71 rapport afdrukkwaliteit 62 schoonmaken 71 onderhouden printkop 71 vlekken 71 ondersteunde besturingssystemen 79 ondersteuning 56 OS X HP-hulpprogramma 52 P papier HP, bestellen 18 lade plaatsen 19 problemen met het invoeren oplossen 64 scheef invoeren van pagina's 65 selecteren 18 specificaties 80 storingen 77 storingen verhelpen 72 patronen lampjes 6 periode telefonische ondersteuning periode voor ondersteu