HP LaserJet P3010 Series - User's Guide

Table Of Contents
Laden congureren
OPMERKING: Als u andere HP LaserJet-modellen hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om lade 1 te
congureren in de modus Eerste of de modus Papierlade. Bij dit apparaat is het instellen van FORMAAT IN LADE 1
op de instelling ELK FORM en het instellen van SOORT IN LADE 1 op ELK SOORT gelijk aan de modus Eerste. Het
instellen van FORMAAT IN LADE 1 en SOORT IN LADE 1 op een andere instelling is gelijk aan de modus Papierlade.
In de volgende situaties wordt u automatisch gevraagd de lade te congureren voor soort en formaat:
Wanneer u papier in de lade plaatst
U geeft een bepaalde lade of een bepaalde papiersoort op voor een afdruktaak, terwijl de instellingen van
de driver of een programma en de lade niet overeenkomen met de instellingen voor de afdruktaak.
Op het bedieningpaneel wordt het volgende bericht weergegeven: LADE <X> [SOORT] [FORMAAT] Druk op OK
om formaat of soort te wijzigen. Druk op om de instellingen te accepteren..
OPMERKING: Dit bericht wordt niet weergegeven als u afdrukt vanuit lade 1 en deze is gecongureerd voor de
instellingen ELK FORM en ELK SOORT.
Een lade congureren tijdens het plaatsen van papier
1. Plaats papier in de lade. Sluit de lade als u lade 2, 3 of 4 gebruikt.
2. Het ladeconguratiebericht wordt weergegeven.
3. Druk op de pijl terug om het gedetecteerde formaat te accepteren of druk op OK om een ander
papierformaat te kiezen.
4. Als u de formaatconguratie van de lade wilt wijzigen, drukt u op de pijl omlaag om het juiste formaat te
selecteren en drukt u vervolgens op OK.
5. Als u de soortconguratie van de lade wilt wijzigen, drukt u op de pijl omlaag om de juiste soort te
selecteren en drukt u vervolgens op OK.
Een lade congureren op basis van de instellingen van de afdruktaak
1. Geef in het softwareprogramma de bronlade, het papierformaat en de papiersoort op en klik op Afdrukken.
2. Als de lade moet worden gecongureerd, wordt het bericht PLAATS LADE <X> <SOORT> <FORMAAT>
weergegeven.
3. Vul de lade met het opgegeven type en formaat papier en sluit de lade.
4. Wanneer het bericht FORMAAT LADE <X> = <Formaat> wordt weergegeven, drukt u op OK om het formaat
te bevestigen.
Als u een aangepast formaat wilt opgeven, drukt u eerst op de pijl omlaag om de juiste maateenheid te
markeren. Druk op de pijl omhoog of omlaag om de X- en Y-afmetingen in te stellen en druk op OK.
5. Wanneer het bericht LADE <X> TYPE=< TYPE> wordt weergegeven, drukt u op de knop OK om het type te
bevestigen en door te gaan met de taak.
84 Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal NLWW