HP Color LaserJet CM1312 MFP Series - User's Guide

Gebruik geen briefhoofdpapier dat is bedrukt met inkt van lage temperatuur, zoals de inkt die wordt
gebruikt voor sommige soorten thermografie.
Gebruik geen briefhoofdpapier met reliëfdruk.
VOORZICHTIG: Houd u aan de genoemde richtlijnen om papierstoringen of beschadiging van het
product te voorkomen.
Problemen met het afdrukmateriaal oplossen
De volgende problemen met afdrukmateriaal veroorzaken afwijkingen van de afdrukkwaliteit,
papierstoringen of zelfs beschadiging van het product.
Probleem Oorzaak Oplossing
Slechte afdrukkwaliteit of
toner hecht niet goed
Het papier is te vochtig, te ruw, te zwaar, te
glad of reliëfpapier of uit een slechte partij
papier.
Probeer een andere papiersoort, tussen 100
en 250 Sheffield, met een vochtgehalte van 4
tot 6%.
Weggevallen gedeelten,
vastlopen of krullen
Het papier is niet op de juiste wijze geplaatst. Het papier plat bewaren in het vochtwerende
verpakkingsmateriaal.
De zijden van het papier wijken ten opzichte
van elkaar af.
Het papier omkeren.
Sterk krullend papier Het papier is te vochtig, heeft de verkeerde
vezelrichting of een korte vezelconstructie.
Open de achterste uitvoerbak of gebruik papier
met lange vezels.
De zijden van het papier wijken ten opzichte
van elkaar af.
Het papier omkeren.
Door de hoge fusertemperatuur krult het
papier.
Schakel Minder omkrullen in.
Druk op het bedieningspaneel op Setup,
selecteer met de pijlknoppen Service en druk
vervolgens op OK. Selecteer met de
pijlknoppen Minder omkrullen, druk op OK,
selecteer met de pijlknoppen Aan, en druk
vervolgens opOK.
Papierstoring, schade aan
product
Het papier heeft uitsparingen of perforaties. Papier zonder uitsparingen of perforaties
gebruiken.
Problemen met de
papierinvoer
Het papier heeft onregelmatige randen. Gebruik papier van hoge kwaliteit voor
laserprinters.
De zijden van het papier wijken ten opzichte
van elkaar af.
Het papier omkeren.
Het papier is te vochtig, te ruw, te zwaar, te
glad of reliëfpapier of uit een slechte partij
papier.
Probeer een ander type papier, tussen 100 en
250 Sheffield, met een vochtgehalte van 4 tot
6%.
Open de achterste uitvoerbak of gebruik papier
met lange vezels.
Afdruk is scheef. Mogelijk zijn de papiergeleiders onjuist
aangepast.
Verwijder al het papier uit de invoerlade, leg de
stapel recht en plaats het papier terug in de
lade. Pas de papiergeleiders aan aan de lengte
en breedte van het papier dat u gebruikt en
probeer opnieuw af te drukken.
220 Hoofdstuk 15 Probleemoplossing NLWW