HP Color LaserJet CM1312 MFP-serie Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © 2008 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. Adobe®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Informatie over het product Productvergelijking ............................................................................................................................... 2 Functies van het product ...................................................................................................................... 3 Overzicht product .................................................................................................................................
Software voor andere besturingssystemen ........................................................................................ 36 4 Het product gebruiken met Macintosh Software voor Macintosh .................................................................................................................... 38 Ondersteunde besturingssystemen voor Macintosh .......................................................... 38 Ondersteunde printerdrivers voor Macintosh ..............................................
Lettertypen selecteren ....................................................................................................... 65 Lijsten met beschikbare lettertypen afdrukken .................................................................. 65 8 Afdruktaken Een afdruktaak annuleren .................................................................................................................. 68 Functies van de Windows-printerdriver gebruiken .............................................................
Kleuren op elkaar afstemmen met het basiskleurenpalet van Microsoft Office ................. 90 Kleuren aanpassen met het hulpprogramma HP Basic Color Match ................................ 90 Kleuren laten overeenstemmen met behulp van Aangepaste kleuren weergeven ............ 91 Geavanceerd kleurgebruik ................................................................................................................. 92 HP ColorSphere-toner ...................................................................
Bij stroomuitval blijft het faxgeheugen behouden ............................................................ 149 Faxlogboeken en rapporten ............................................................................................. 149 Foutcorrectie en faxsnelheid wijzigen .............................................................................. 152 Problemen bij het verzenden van faxen ..........................................................................
Storingen verhelpen ......................................................................................................................... 206 Oorzaken van papierstoringen ......................................................................................... 206 Waar moet u kijken bij papierstoringen? .......................................................................... 208 Storingen verhelpen in de ADF (alleen bij fotokaartmodellen) ........................................
Geluidsniveau ................................................................................................................................... 253 Bijlage D Informatie over wettelijke voorschriften FCC-voorschriften ............................................................................................................................ 256 Milieuvriendelijk productiebeleid ....................................................................................................... 256 Milieubescherming ....
x NLWW
1 NLWW Informatie over het product ● Productvergelijking ● Functies van het product ● Overzicht product 1
Productvergelijking Het product is verkrijgbaar in de volgende configuraties: HP LaserJet CM1312-MFP 2 ● Drukt maximaal 12 pagina's per minuut (ppm) af in zwartwit en 8 ppm in kleur. ● PCL6-printerdrivers en HP PostScript Level 2-emulatie. ● Lade 1 kan maximaal 150 vel afdrukmateriaal of maximaal 10 enveloppen bevatten. ● Hi-Speed USB 2.0-poort. ● 128 MB RAM-geheugen. ● Flatbedscanner.
Functies van het product Prestaties ● Drukt maximaal 12 pagina's per minuut (ppm) af in zwart-wit en 8 ppm in kleur. Afdrukkwaliteit ● 1200 dpi (dots per inch) voor tekst en afbeeldingen met Image REt 3600. ● Aanpasbare instellingen voor het optimaliseren van de afdrukkwaliteit. ● De HP UltraPrecise-printcartridge bevat toner van een fijnere samenstelling, zodat tekst en afbeeldingen scherper worden afgedrukt.
Overzicht product HP LaserJet CM1312 -MFP vooraanzicht 1 Lade 1 2 Hendel printcartridgeklep 3 Bovenste uitvoerbak (afdrukzijde omlaag) 4 Flatbedscanner 5 Bedieningspaneel 6 Voorste klep voor toegang bij storing HP LaserJet CM1312 -MFP achteraanzicht 7 4 Voedingsaansluiting Hoofdstuk 1 Informatie over het product NLWW
8 Achterklep voor toegang bij storing 9 Hi-Speed USB 2.
HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) achteraanzicht 8 Voedingsaansluiting 9 Achterklep voor toegang bij storing 10 Faxpoorten 11 Hi-Speed USB 2.0-poort en netwerkpoort. Interfacepoorten 6 1 Faxpoorten (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) 2 Netwerkpoort (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) 3 Hi-Speed USB 2.0-poort.
2 NLWW Bedieningspaneel ● Overzicht bedieningspaneel ● Menu's op het bedieningspaneel 7
Overzicht bedieningspaneel HP LaserJet CM1312 bedieningspaneel 8 1 LCD-display 2 Knop OK en pijlen 3 Knop Annuleren: de huidige selectie annuleren 4 Knop Kopieerfuncties: toegang tot het menu Kopiëren 5 Knop Zwart kopiëren: voor zwart-wit kopieën. 6 Knop Lichter/donkerder: wijzigt de helderheid of donkerheid van de gescande afbeelding. 7 Knop Kleurenkopieën: voor kleurenkopieën. 8 Knop Aantal kopieën: om het standaardaantal kopieën in te stellen.
HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) bedieningspaneel . . ? 1 Snelkiesnummers: 4 knoppen met snelkiesnummers en één shiftknop ter ondersteuning van maximum 8 snelkiesnummers. 2 Knop Menu Fax: toegang tot het menu Fax. Knop Fax starten: faxen vanaf het bedieningspaneel. 3 Alfanumerieke knoppen: met de alfanumerieke knoppen voert u gegevens in op het bedieningspaneel van het product en kiest u telefoonnummers voor het faxen.
Menu's op het bedieningspaneel De menu's van het bedieningspaneel gebruiken Voer de volgende procedure uit voor toegang tot de menu's op het bedieningspaneel. 1. Druk op Setup. OPMERKING: Voor toegang tot de menu's met specifieke functies (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) drukt u op Menu Fax Menu Kopiëren Menu Scan of Fotomenu. 2. Gebruik de pijlknoppen om door de lijst te bladeren. ● Druk op OK om de gewenste optie te selecteren.
Tabel 2-1 Menu Kopieerinstellingen (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Beschrijving Standaardsortering Aan De standaardinstelling voor sorteren instellen. Uit Standaardaantal kopieën (Bereik: 1-99) Het standaardaantal kopieën instellen. Stand. verkleinen/ vergroten Origineel=100% Het standaardpercentage instellen voor het verkleinen of vergroten van een gekopieerd document. Legal naar Letter=78% Legal naar A4=83% A4 naar Letter=94% Letter naar A4=97% Voll. pag.=91% Op pag.
Tabel 2-1 Menu Kopieerinstellingen (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Beschrijving Geavanceerd Kleurkopie De knop om kleurenkopieën in of uit te schakelen. Lichtheid De standaardwaarde voor licht/donker voor kopieën instellen. De waarden kunnen variëren van 1 tot 11, waarbij 6 de standaardwaarde is (zonder wijziging). Contrast De standaardwaarde voor contrast voor kopieën instellen. De waarden kunnen variëren van 1 tot 11, waarbij 6 de standaardwaarde is (zonder wijziging).
Tabel 2-2 Menu Rapporten (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Netwerkrapport Beschrijving Status weergeven voor: ● Netwerkhardwareconfiguratie ● Ingeschakelde functies ● TCP/IP- en SNMP-gegevens ● Netwerkstatistieken Gebruikspagina Het aantal pagina's weergeven die met het product zijn afgedrukt, gefaxt, gekopieerd en gescand. PCLlettertypenlijst Een lijst afdrukken met alle geïnstalleerde PCL5-lettertypen. PS-lettertypen Een lijst met alle geïnstalleerde PS-lettertypen afdrukken.
Tabel 2-4 Menu Faxinstellingen (alleen faxmodellen) (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Basisinstellingen Tijd/datum (Instellingen voor tijdnotatie, huidige tijd, datumnotatie en huidige datum) De tijd en datum voor het product instellen. Faxkop Uw faxnummer De gegevens instellen waaraan het ontvangende product u kan herkennen. Bedrijfsnaam Antwoordmodus Automatisch De antwoordmodus instellen.
Tabel 2-4 Menu Faxinstellingen (alleen faxmodellen) (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Geavanceerde instellingen Standaard faxresolutie Standaard De resolutie instellen voor het verzenden van documenten. Afbeeldingen met een hogere resolutie bevatten meer dpi (dots per inch), dus de afbeelding wordt gedetailleerder weergegeven. Afbeeldingen met een lagere resolutie bevatten minder dpi en worden minder gedetailleerd weergegeven, maar de bestanden zijn minder groot.
Tabel 2-4 Menu Faxinstellingen (alleen faxmodellen) (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Geavanceerde instellingen Kiestoon detecteren Aan Instellen of het product moet controleren of er een kiestoon is vóór het verzenden van een fax. Uit Factuurcodes Aan Uit Telefoon aangesloten Aan Uit Faxen stempelen Aan Uit Privé ontvangen Aan Uit Bevestiging faxnummer Aan Indien ingesteld op Aan, kunnen factuurcodes worden gebruikt.
Tabel 2-5 Menu Systeeminstellingen (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Papierinstell. Standaardpapierformaat Letter De grootte instellen voor het afdrukken van interne rapporten of voor afdruktaken waarvoor geen grootte is opgegeven. A4 Legal Standaardpapiersoort Beschikbare materiaalsoorten weergeven. De soort instellen voor het afdrukken van interne rapporten of voor afdruktaken waarvoor geen papiersoort is opgegeven.
Tabel 2-5 Menu Systeeminstellingen (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Afdrukkwaliteit Kleur kalibreren Nu kalibreren Voer de registratie van kleurvlakken (CPR) en de dichtheidskalibratie uit. Selecteer Nu kalibreren om onmiddellijk een kalibratie uit te voeren. Selecteer Na inschakelen om het aantal minuten/uren op te geven dat het product moet wachten na inschakelen om een automatische kalibratie uit te voeren (standaardinstelling is 15 minuten).
Tabel 2-5 Menu Systeeminstellingen (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Vol.-instellingen (alleen bij fotokaartmodellen) Alarmvolume Laag De geluidsniveaus voor het product instellen. Belvolume Gemiddeld Volume voor toetsen Hoog Telefoonlijnvolume Uit Tijd/datum (Instellingen voor tijdnotatie, huidige tijd, datumnotatie en huidige datum) De tijd en datum voor het product instellen. Productbeveilig. Aan De beveiligingsfunctie voor het product instellen.
Tabel 2-6 Menu Service Menuoptie Submenuoptie Faxservice Opgeslagen faxen wissen Wis alle faxen in het geheugen. Dit zijn onder andere alle ontvangen faxen (zoals nietafgedrukte, niet-verzonden PC upload, en niet-doorgestuurde faxen), niet-verzonden faxen (zoals vertraagde faxen), en alle afgedrukte faxen die nog in het geheugen zitten. Verwijderde faxen kunnen niet worden hersteld. Telkens wanneer een item wordt verwijderd, wordt de faxactiviteitenlog bijgewerkt.
Tabel 2-6 Menu Service (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving 15 minuten 30 minuten 1 uur 2 uren 4 uren USB-snelheid Hoog De USB-snelheid instellen. Volledig Minder omkrullen Aan Als afgedrukte pagina's voortdurend gekruld zijn, kunt u met deze optie het product instellen op een modus waardoor het krullen wordt beperkt. Uit De standaardinstelling is Uit. Archief afdr.
Tabel 2-7 Menu Netwerkconfiguratie (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Beschrijving Netwerkservices IPv4 Instellen of het product het IPv4, Pv6, of DHCPv6-protocol gebruikt. IPv6 DHCPv6 IP-adres tonen Ja Instellen of het product het IP-adres weergeeft op het bedieningspaneel. Nee Verbindingssnelheid Automatisch (Standaard) De koppelingssnelheid handmatig instellen, indien nodig. 10T Vol Als de koppelingssnelheid is ingesteld, wordt het product automatisch opnieuw opgestart.
Tabel 2-8 Menu Fax Menuoptie Submenuoptie Verzenden Een fax verzenden Een fax verzenden. De aanwijzingen op het scherm leiden het proces. Opnieuw kiezen Bel het laatste faxnummer opnieuw en verzendt de fax opnieuw. Fax later verst. Hiermee kunt u een fax op een later tijdstip en een latere datum verzenden. Status faxtaak Hiermee kunt u faxtaken in de wachtrij weergeven en deze eventueel annuleren.
Tabel 2-8 Menu Fax (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Telefoonboek Item selecteren Selecteer een afzonderlijke vermelding of een groepskiescode om te faxen. Ind. instellingen De snelkiesitems uit het faxtelefoonboek en de groepskiescodes bewerken. Het product ondersteunt maximaal 120 telefoonboekvermeldigen. Dit kunnen zowel afzonderlijke vermeldingen als groepskiescodes zijn. Gr instellingen Item verwijderen 24 Beschrijving Een specifieke telefoonboekvermelding verwijderen.
Tabel 2-8 Menu Fax (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Faxrapporten Faxbevestiging Nooit Instellen of het product al dan niet een bevestigingsrapport moet afdrukken na het verzenden of ontvangen van een taak. Elke fax Alleen fax verzenden Ontvangen van een fax Ook eerste pagina Aan Instellen of het product al dan niet een miniatuurafbeelding van de eerste pagina van de fax op het rapport moet afdrukken.
Tabel 2-9 Fotomenu Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie weergeven Foto's afd. Beschrijving Foto's vanaf de geheugenkaart bekijken. Gebruik de pijlknoppen om door de foto's te bladeren. Individuele foto Druk snel foto's af vanaf de geheugenkaart door het aantal foto's dat u wilt afdrukken te selecteren. Alle foto's (#-#) Een bereik aan foto's Aangepast Miniatuur Snel Miniaturen van foto's vanaf een geheugenkaart afdrukken (30 per pagina).
Tabel 2-10 Menu Kopiëren (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Beschrijving Voll. pag.=91% Op pag. passen 2 pagina's per vel 4 pagina's per vel Aangepast: 25 tot 400% Licht/donkr Opties Het contrast van de kopieën instellen. Optimaliseren Selecteer de instellingen voor het optimaliseren van de afdrukkwaliteit. Kopieerpapier Geef het papiertype voor de kopieën op. Meer pag. kopie Meerdere pagina's kopiëren. Sorteren Geef de sorteerinstelling op.
28 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
3 NLWW Software voor Windows ● Ondersteunde besturingssystemen voor Windows ● Ondersteunde printerdrivers voor Windows ● HP Universal Print Driver (UPD) ● Selecteer de juiste printerdriver voor Windows ● Prioriteit van afdrukinstellingen ● Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Windows ● Software-installatietypen voor Windows ● Software verwijderen voor Windows ● Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows ● Software voor andere besturingssystemen 29
Ondersteunde besturingssystemen voor Windows De volgende Windows-besturingssystemen worden door het product ondersteund: Volledige installatie van de software Driver voor afdrukken en scannen ● Windows XP (32-bits) ● Windows XP (64-bits) ● Windows Vista (32-bits en 64-bits) ● Windows 2000 ● Windows 2003 Server (32-bits en 64-bits) OPMERKING: De PCL 5 UPD-driver en de drivers voor HP PostScript level 3-emulatie zijn alleen beschikbaar op de website van HP support: www.hp.com/support/CM1312series.
Installatiemodi UPD Traditionele modus Dynamische modus NLWW ● Kies deze modus wanneer u de driver installeert vanaf een cd voor één computer. ● Wanneer u deze modus hebt gebruikt, werkt de UPD als een traditionele printerdriver. ● Als u voor deze modus kiest, dient u de UPD voor elke computer afzonderlijk te installeren. ● Gebruik deze modus als u de driver voor een mobiele computer wilt installeren, waardoor u op elke locatie HP-producten kunt zoeken en ernaar kunt afdrukken.
Selecteer de juiste printerdriver voor Windows Printerdrivers geven toegang tot de printerfuncties en zorgen dat de computer via een printerbesturingstaal met het apparaat kan communiceren. Raadpleeg de installatie-instructies en de Leesmij-bestanden op de cd-rom van het apparaat voor extra software en talen. 32 ● Gebruik de PCL 6-printerdriver voor de beste algehele prestaties. ● Gebruik de PCL 5-printerdriver voor algemene afdruktaken.
Prioriteit van afdrukinstellingen Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de wijzigingen zijn aangebracht: OPMERKING: Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het programma dat u gebruikt. ● Dialoogvenster Pagina-instelling. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op Paginainstelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het programma waarin u werkt.
Software-installatietypen voor Windows De volgende software-installatietypen zijn beschikbaar: ● Aanbevolen. De software wordt volledig geïnstalleerd. ● Snel. Alleen de printer- en scandrivers worden geïnstalleerd. Er is een snelle optie voor producten die zijn aangesloten via de USB-poort en voor producten die zijn aangesloten op het netwerk. Software verwijderen voor Windows 34 1. Klik op Start en vervolgens op Alle programma's. 2.
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows HP ToolboxFX HP ToolboxFX is een programma dat u voor de volgende taken kunt gebruiken: ● De status van het apparaat controleren ● De status van de benodigdheden controleren ● Waarschuwingen instellen ● De documentatie van het apparaat bekijken ● Toegang krijgen tot hulpmiddelen voor onderhoud en het oplossen van problemen HP ToolboxFX wordt geïnstalleerd als u de software installeert vanaf de cd-rom en het installatietype Aanbevolen selecteert.
● HP-programma voor productonderzoek ● HP-updateprogramma ● Photosmart Essential ● HP Solution Center ● HP LaserJet Scannen (programma en driver) Software voor andere besturingssystemen 36 Besturingssysteem Software UNIX Voor HP-UX- en Solaris-netwerken, gaat u naar www.hp.com/support/net_printing om de HP Jetdirect printer installer voor UNIX te downloaden. Linux Ga voor informatie naar www.hp.com/go/linuxprinting.
4 NLWW Het product gebruiken met Macintosh ● Software voor Macintosh ● Functies van de Macintosh-printerdriver gebruiken 37
Software voor Macintosh Ondersteunde besturingssystemen voor Macintosh De volgende Macintosh-besturingssystemen worden door het apparaat ondersteund: ● Mac OS X v10.3, v10.4 en hoger OPMERKING: Voor Mac OS v10.4 en hoger worden Mac's met PPC- en Intel Core-processoren ondersteund. Ondersteunde printerdrivers voor Macintosh Het HP-installatieprogramma bestaat uit PPD-bestanden (PostScript® Printer Description), PDE's (Printer Dialog Extensions) en de HP Printer Utility voor Macintosh.
Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Macintosh De instellingen van alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma wordt gesloten De instellingen van alle afdruktaken wijzigen De configuratie-instellingen van het apparaat wijzigen 1. Kies Druk af in het menu Archief. 1. Kies Druk af in het menu Archief. 1. Klik in het menu Ga van de Finder op Programma's. 2. Wijzig de gewenste instellingen in de verschillende pop-upmenu's. 2.
Software verwijderen uit het Macintosh-besturingssysteem 1. Om de software uit een Macintosh-computer te verwijderen, sleept u de PPD-bestanden naar de prullenbak. 2. Voer de uninstaller uit vanaf de HP productmap. Ondersteunde hulpprogramma's voor Macintosh Geïntegreerde webserver Het apparaat beschikt over een geïntegreerde webserver, die toegang geeft tot informatie over apparaat- en netwerkactiviteiten.
Functies van de Macintosh-printerdriver gebruiken Afdrukken Voorinstellingen voor afdrukken maken en gebruiken in Macintosh Gebruik voorinstellingen voor afdrukken om de huidige instellingen van de printerdriver op te slaan, zodat u deze later opnieuw kunt gebruiken. Een voorinstelling voor afdrukken maken 1. Klik in het menu Archief op Druk af. 2. Selecteer de driver. 3. Selecteer de afdrukinstellingen. 4. Klik in het venster Instellingen op Bewaar als... en typ een naam voor de voorinstelling. 5.
OPMERKING: Als u een leeg voorblad wilt afdrukken, selecteert u Standaard als het Type voorblad. Watermerken gebruiken Een watermerk is een mededeling, bijvoorbeeld 'Vertrouwelijk', die wordt afgedrukt op de achtergrond van elke pagina van het document. 1. Klik in het menu Archief op Druk af. 2. Open het menu Watermerken. 3. Selecteer naast Modus het type watermerk dat u wilt gebruiken. Selecteer Watermerk als u een semitransparant bericht wilt afdrukken.
Op beide zijden van de pagina afdrukken (dubbelzijdig afdrukken) Automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruiken 1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u speciaal papier zoals briefpapier plaatst, plaats het dan op een van de volgende manieren: ● Plaats voor lade 1 het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven. De onderkant moet als eerste in de printer worden ingevoerd.
Scannen Voor meer informatie over de in dit hoofdstuk beschreven taken en instellingen raadpleegt u de onlineHelp van HP Director. Scantaken Als u naar een programma wilt scannen, scant u het origineel vanuit het betreffende programma. Alle TWAIN-compatibele programma's kunnen afbeeldingen scannen. Als het programma niet compatibel is met TWAIN, kunt u de gescande afbeelding opslaan als bestand en het bestand vervolgens in het programma plaatsen, openen of importeren. Eén pagina tegelijk scannen 1.
Fax (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) 1. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand van het softwareprogramma. 2. Klik op PDF en selecteer vervolgens PDF faxen. 3. Geef een faxnummer op in het veld Aan. 4. Als u een faxvoorblad wilt toevoegen, selecteert u Voorblad gebruiken en voert u vervolgens het onderwerp en het bericht (optioneel) voor het voorblad in. 5. Klik op Faxen. Foto In HP Director klikt u op het pictogram Foto om de Photosmart Studio-software te openen.
46 Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met Macintosh NLWW
5 Verbindingen ● Ondersteunde netwerkbesturingssystemen ● USB-aansluiting ● Disclaimer voor printer delen ● Ondersteunde netwerkprotocollen (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) ● Het product installeren op een netwerk (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) ● Het netwerkproduct configureren (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) only) OPMERKING: Het configureren van de TCP/IP-instellingen is gecompliceerd en mag alleen door ervaren netwerkbeheerders worden uitgevo
Ondersteunde netwerkbesturingssystemen De volgende besturingssystemen ondersteunen afdrukken via het netwerk: Volledige installatie van de software Driver voor afdrukken en scannen ● Windows XP (32-bits) ● Windows XP (64-bits) ● Windows Vista (32-bits en 64-bits) ● Windows 2000 ● Mac OS X v10.3, v10.
Disclaimer voor printer delen HP ondersteunt geen peer-to-peer-netwerken, aangezien deze voorziening een functie is van Microsoftbesturingssystemen en niet van HP-printerdrivers. Ga naar de website van Microsoft op www.microsoft.com. Ondersteunde netwerkprotocollen (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel)) Het product biedt ondersteuning voor het netwerkprotocol TCP/IP. Dit is het meest gebruikte en meest geaccepteerde netwerkprotocol.
Tabel 5-4 IP-adressering Servicenaam Beschrijving DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol), IPv4, en IPv6 Voor automatische toewijzing van IP-adressen. De DHCPserver verschaft het product een IP-adres. Over het algemeen is geen tussenkomst van de gebruiker vereist wanneer het product een IP-adres verkrijgt van een DHCP-server. BOOTP (bootstrap-protocol) Voor automatische toewijzing van IP-adressen. De BOOTPserver verschaft het product een IP-adres.
Het netwerkproduct configureren (alleen HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) only) De instellingen bekijken Netwerkconfiguratiepagina Op de netwerkconfiguratiepagina worden de huidige instellingen en eigenschappen van de netwerkkaart van het product weergegeven. Voer de volgende stappen uit om de netwerkconfiguratiepagina af te drukken vanaf het product. 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3.
● Handmatig subnetmasker ● Handmatige standaard-gateway OPMERKING: Als u de netwerkconfiguratie hebt gewijzigd, moet u mogelijk de URL in de browser wijzigen voordat u weer kunt communiceren met het product. Het product is enkele seconden niet beschikbaar als een reset van het netwerk wordt uitgevoerd. Wachtwoord instellen Zie Wachtwoordbeveiliging inschakelen vanaf het bedieningspaneel op pagina 183 voor informatie over het instellen van het wachtwoord.
OPMERKING: U kunt het IP-adres ook bekijken in de EWS of HP ToolboxFX door het tabblad Geavanceerde netwerkinstellingen te selecteren. IPv4- en IPv6-instellingen Alleen het IPv4-protocol kan handmatig worden ingesteld. Het IPv4-protocol kan worden ingesteld via HP ToolboxFX of vanaf het bedieningspaneel van het product. Het IPv6-protocol kan alleen vanaf het bedieningspaneel van het product worden geselecteerd.
54 Hoofdstuk 5 Verbindingen NLWW
6 NLWW Papier en afdrukmateriaal ● Het gebruik van papier en afdrukmateriaal ● Ondersteunde papier- en afdrukmateriaalformaten ● Ondersteunde papiersoorten en ladecapaciteit ● Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal ● Papier en afdrukmateriaal plaatsen ● Lade configureren 55
Het gebruik van papier en afdrukmateriaal Dit product ondersteunt een grote verscheidenheid aan papier en ander afdrukmateriaal. Zie hiervoor de richtlijnen in deze gebruikershandleiding.
Ondersteunde papier- en afdrukmateriaalformaten Dit product ondersteunt verschillende papierformaten en kan worden gebruikt met diverse materialen. OPMERKING: Voor de beste afdrukresultaten selecteert u het juiste papierformaat en de juiste papiersoort in de printerdriver voordat u gaat afdrukken.
Tabel 6-2 Ondersteunde enveloppen en briefkaarten (vervolg) Formaat Afmetingen Envelop B5 176 x 250 mm Envelop Monarch 98 x 191 mm Briefkaart 100 x 148 mm Dubbele briefkaart 148 x 200 mm Lade 1 Ondersteunde papiersoorten en ladecapaciteit Materiaalsoort Gewicht Capaciteit1 Afdrukstand papier Elke dag: < 96 g/m2 Max. 150 vel Te bedrukken zijde omhoog, bovenrand naar de achterkant van de lade 96-130 g/m2 Max.
Materiaalsoort ● Voorbedrukt ● Geperforeerd ● Kleur ● Ruw ● Stevig 1 Gewicht Capaciteit1 Afdrukstand papier De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het gewicht en de dikte van het afdrukmateriaal en de omgevingsomstandigheden. Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal Dit product ondersteunt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal. Hanteer de volgende richtlijnen om bevredigende resultaten te verkrijgen.
Materiaalsoort Doen Niet doen goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Zwaar papier ● Gebruik alleen zwaar papier dat is goedgekeurd voor gebruik in laserprinters en voldoet aan de gewichtspecificaties voor dit product. ● Gebruik geen papier dat zwaarder is dan de aanbevolen specificaties voor afdrukmateriaal voor dit product, tenzij het HP-papier is dat is goedgekeurd voor gebruik in dit product.
Lade configureren Als u lade 1 voor een bepaald papierformaat gebruikt, kunt u het standaardformaat voor de lade instellen in HP ToolboxFX of vanaf het bedieningspaneel. Selecteer Papierverwerking in HP ToolboxFX en selecteer vervolgens het formaat voor de lade. Voer de volgende stappen uit om het standaardpapierformaat of de standaardpapiersoort in te stellen vanaf het bedieningspaneel. NLWW 1. Druk op het bedieningspaneel van het product op Setup. 2.
62 Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal NLWW
7 NLWW Functies van het product gebruiken ● Instellingen voor efficiënt gebruik ● Lettertypen 63
Instellingen voor efficiënt gebruik Archiefafdrukken Met archiefafdrukken wordt uitvoer geproduceerd die minder vatbaar is voor tonervegen en stofdeeltjes. Gebruik archiefafdrukken om documenten te maken die u wilt bewaren of archiveren 64 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Service met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Archief afdr., selecteer Aan of Uit, en druk vervolgens op OK.
Lettertypen Lettertypen selecteren Wijzig via HP ToolboxFX de lettertypen van het product door op het tabblad Afdrukinstellingen en vervolgens op de pagina PCL5 te klikken. Klik op Toepassen om de wijzigingen op te slaan. Lijsten met beschikbare lettertypen afdrukken Druk lijsten met de beschikbare lettertypen af vanaf het bedieningspaneel van het product. Zie Informatiepagina's op pagina 168.
66 Hoofdstuk 7 Functies van het product gebruiken NLWW
8 Afdruktaken In dit gedeelte vindt u informatie over algemene afdruktaken. ● Een afdruktaak annuleren ● Functies van de Windows-printerdriver gebruiken ● Afdrukkwaliteitsinstellingen wijzigen ● Rand-tot-rand-originelen afdrukken OPMERKING: Een groot aantal functies dat in dit hoofdstuk wordt beschreven, kan ook met HP ToolboxFX worden uitgevoerd. Zie de online-Help bij HP ToolboxFX voor instructies.
Een afdruktaak annuleren Als er een taak wordt afgedrukt, kunt u deze onderbreken door op Annuleren te drukken op het bedieningspaneel van het product. OPMERKING: Als u op Annuleren drukt, wordt de taak die op dat moment wordt afgedrukt, gewist. Als u op Annuleren drukt terwijl er meerdere processen worden uitgevoerd (er wordt bijvoorbeeld een document afgedrukt terwijl er een fax wordt ontvangen), dan wordt de taak gewist die wordt weergegeven op het bedieningspaneel.
Functies van de Windows-printerdriver gebruiken De printerdriver openen Taak Stappen De printerdriver openen Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. Selecteer de printer en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren. Hulp krijgen bij een afdrukoptie Klik op ? in the rechterbovenhoek van de printerdriver en klik vervolgens op een willekeurig item in de printerdriver. Er wordt een pop-upbericht weergegeven, met daarin informatie over het desbetreffende item.
Taak Stappen selecteren om de eerste of laatste pagina op ander papier af te drukken. c) Selecteer in de vervolgkeuzelijsten Papierbron en Papiersoort de door u gewenste optie(s) en klik vervolgens op Toevoegen. d) Klik op OK. Documenteffecten instellen Voor het uitvoeren van de volgende taken, opent u de printerdriver en klikt u op het tabblad Effecten.
Taak Stappen Ondersteuningsinformatie voor het product verkrijgen en benodigdheden online bestellen In de vervolgkeuzelijst Internet-services selecteert u een ondersteuningsoptie en klikt u op Openen! De status van het product controleren, inclusief het niveau van de benodigdheden Klik op het pictogram Status apparaat en benodigdheden. De pagina Apparaatstatus van de geïntegreerde HPwebserver wordt geopend.
Rand-tot-rand-originelen afdrukken Een afgedrukte of gekopieerde pagina heeft een witrand van ongeveer 4 mm (1/6 inch). De HP Color LaserJet CM1312 MFP-serie biedt geen ondersteuning voor rand-tot-rand afdrukken of kopiëren.
9 NLWW Kopiëren ● Originelen plaatsen ● Kopie gebruiken ● Kopieerinstellingen ● Een boek kopiëren (alleen bij fotokaartmodellen) ● Foto's kopiëren ● Originelen van verschillende formaten combineren ● Dubbelzijdige (tweezijdige) kopieertaken 73
Originelen plaatsen Automatische documentinvoer (alleen modellen met ADF) OPMERKING: De capaciteit van de ADF is maximaal 50 vellen afdrukmateriaal van 80 g/m2. VOORZICHTIG: Gebruik geen originelen met correctietape, correctievloeistof, paperclips of nietjes om schade aan het product te voorkomen. Plaats ook geen foto's, kleine of tamelijk dunne originelen in de automatische documentinvoer. Scan dit soort originelen met de glasplaat. 1.
3. Stel de papiergeleiders in totdat deze net tegen het papier aanliggen, maar zonder dat ze de beweging daarvan hinderen. Flatbedscanner OPMERKING: Het maximumformaat afdrukmateriaal voor flatbedscanners is Letter. Gebruik de ADF om afdrukmateriaal te scannen dat groter is dan Letter-formaat. NLWW 1. Controleer of de automatische documentinvoer leeg is. 2. Open de klep van de flatbedscanner. 3.
Kopie gebruiken Snel kopiëren 1. Plaats het document in de automatische documentinvoer (ADF) of op de flatbedscanner. 2. Druk op Kopiëren starten Zwart of Kopiëren starten Kleur op het bedieningspaneel van het product om de kopieertaak te starten. 3. Herhaal deze stappen voor elke kopie. Meerdere exemplaren U kunt een standaardwaarde tussen 1 en 99 opgeven voor het aantal kopieën. Aantal kopieën voor de huidige taak wijzigen 1.
Kopieën vergroten of verkleinen Kopieën voor de huidige taak verkleinen of vergroten 1. Druk op het bedieningspaneel op Kopieerfuncties. -ofDruk bij producten met een grafisch display op Menu Kopiëren. 2. Druk op het bedieningspaneel op Verkl./vergroten. -ofDruk bij producten met een grafisch display op Formaat. 3. Selecteer het formaat waarnaar u de kopieën van deze taak wilt verkleinen of vergroten.
Instellingen voor vergroten/verkleinen ● Origineel=100% ● Legal naar Letter=78% ● Legal naar A4=83% ● A4 naar Letter=94% ● Letter naar A4=97% ● Voll. pag.=91% ● Op pag. passen ● 2 pagina's per vel ● 4 pagina's per vel ● Aangepast: 25 tot 400% OPMERKING: Als u de instelling Op pag. passen gebruikt, kunt u alleen vanaf de flatbedscanner kopiëren. Als u de instelling 2 pagina's per vel of 4 pagina's per vel gebruikt, kunt u alleen vanaf de automatische documentinvoer kopiëren.
3. Selecteer Aan of Uit met de pijlknoppen. 4. Druk op Kopiëren starten om de selectie op te slaan en de kopieertaak direct te starten of druk op OK om de selectie op te slaan zonder de taak te starten. De standaardsorteerinstelling wijzigen 1. Druk op het bedieningspaneel van het product op Setup. 2. Selecteer Kopieerinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Standaardsortering en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer Aan of Uit met de pijlknoppen.
De kopieerkwaliteit voor de huidige taak aanpassen 1. Druk op het bedieningspaneel op Kopieerfuncties. -ofBij producten met een grafisch display drukt u op Menu Kopiëren, selecteert u met de pijlen Opties en drukt u vervolgens op OK. 2. Selecteer met de pijlknoppen Optimaliseren en druk vervolgens op OK om de kwaliteitsinstelling voor de kopie weer te geven. 3. Gebruik de pijlknoppen om de opties voor kwaliteitsinstellingen weer te geven. 4.
OPMERKING: De gewijzigde instelling blijft tot ongeveer 2 minuten na het voltooien van de kopieertaak actief. Gedurende deze tijd verschijnt Aangepaste instellingen op het display van het bedieningspaneel. De standaardinstelling voor lichter/donkerder aanpassen OPMERKING: De instelling voor lichter/donkerder (contrast) geldt voor alle kopieeropdrachten. 1. Druk op het bedieningspaneel van het product op Setup. 2. Selecteer met de pijlknoppen Kopieerinstellingen en druk vervolgens op OK. 3.
Het formaat en het soort afdrukmateriaal voor de huidige taak wijzigen OPMERKING: Wijzig de standaardinstellingen voor het formaat en soort afdrukmateriaal om het formaat en soort afdrukmateriaal te wijzigen. 1. Druk op het bedieningspaneel op Kopieerfuncties. -ofBij producten met een grafisch display drukt u op Menu Kopiëren, selecteert u met de pijlen Opties en drukt u vervolgens op OK. 2. Selecteer met de pijlknoppen Kopieerpapier en druk vervolgens op OK. 3.
Een boek kopiëren (alleen bij fotokaartmodellen) NLWW 1. Open de klep en plaats het boek op de flatbedscanner. Zorg dat de pagina die u wilt kopiëren, zich in de rechteronderhoek van de glasplaat bevindt. 2. Sluit de klep voorzichtig.
3. Druk de klep voorzichtig op het boek, zodat dit tegen de glasplaat wordt gedrukt. VOORZICHTIG: Als u te hard op de klep van de flatbedscanner drukt, kunnen de scharnieren van de klep afbreken. 4. Druk op Kopiëren startenZwart of Kopiëren startenKleur. Foto's kopiëren OPMERKING: Kopieer geen foto's vanaf de flatbedscanner of vanuit de automatische documentinvoer (ADF) van het product. 84 1.
Originelen van verschillende formaten combineren Gebruik de flatbedscanner voor het maken van kopieën van originelen van verschillende formaten. Gebruik hiervoor niet de ADF. Dubbelzijdige (tweezijdige) kopieertaken Dubbelzijdige documenten handmatig kopiëren De instelling voor flatbedkopieën van meerdere pagina's instellen De instelling voor flatbedkopieën van meerdere pagina's moet zijn ingesteld op Aan voordat het product dubbelzijdige kopieën vanaf de flatbedscanner kan maken. 1.
86 Hoofdstuk 9 Kopiëren NLWW
10 Kleur voor Windows NLWW ● Kleurbeheer ● Kleuren overeen laten stemmen ● Geavanceerd kleurgebruik 87
Kleurbeheer Kleur beheren door de instellingen in het tabblad Kleur in de printerdriver te wijzigen. Automatisch Wanneer u de kleuropties op Automatisch instelt, krijgt u over het algemeen de beste afdrukkwaliteit voor documenten in kleur. Met de kleuraanpassingsoptie Automatisch kunt u neutrale grijstinten, halftonen en randverbeteringen in de verschillende elementen van een document optimaliseren. Meer informatie vindt u in de Help van de printerdriver. OPMERKING: De standaardinstelling is Automatisch.
Tabel 10-1 Handmatige kleuropties (vervolg) Omschrijving Opties neutrale grijstinten ● De instelling Neutrale grijstinten bepaalt de methode die wordt gebruikt voor het creëren van grijze kleuren die in tekst, illustraties en foto’s worden gebruikt. ● Randinstelling ● Met de instelling Scherpteregeling wordt bepaald hoe randen worden weergegeven. De randinstelling ● bestaat uit twee componenten: aangepaste halftonen en 'trapping'. Aangepaste halftonen bieden scherpere randen.
Kleuren overeen laten stemmen De beste methode om de kleuren te laten overeenstemmen is uw documenten af te drukken in sRGBkleuren. Het laten overeenstemmen van de kleuren op de afdruk en de kleuren op het beeldscherm is ingewikkeld omdat printers en monitoren verschillende methoden gebruiken voor het produceren van kleuren.
Dit hulpprogramma is beschikbaar voor alle gebruikers van dit product. Voor u dit hulpprogramma kunt gebruiken, moet u het downloaden van het internet via HP ToolboxFX of via de software cd-rom die bij het product werd geleverd. Om het hulpprogramma HP Basic Color Match van de software cd-rom te downloaden, gaat u als volgt te werk. 1. Plaats de cd in het cd-rom-station. De cd wordt automatisch gestart. 2. Selecteer Meer software installeren. 3. Selecteer HP Basic Color Match.
Geavanceerd kleurgebruik Het product beschikt over automatische kleurfuncties met uitstekende kleurresultaten. Er zijn zorgvuldig ontworpen en geteste kleurtabellen voor een natuurgetrouwe weergave van alle afdrukbare kleuren. Het product beschikt tevens over geavanceerde hulpmiddelen voor de ervaren professional.
kantoorsoftware die tegenwoordig wordt verkocht. sRGB is het meestgebruikte kleursysteem voor beeldschermen van Windows-computers en voor hoge definitie televisie. OPMERKING: Factoren, zoals het type beeldscherm dat u gebruikt of de lichtval in de kamer, kunnen van invloed zijn op de weergave van de kleuren op het scherm. Zie Kleuren overeen laten stemmen op pagina 90 voor meer informatie.
94 Hoofdstuk 10 Kleur voor Windows NLWW
11 Scannen NLWW ● Originelen plaatsen voor scannen ● Scan gebruiken ● Scaninstellingen ● Een boek scannen (alleen bij fotokaartmodellen) ● Een foto scannen 95
Originelen plaatsen voor scannen Automatische documentinvoer (ADF) (fax/fotokaartmodel) OPMERKING: De capaciteit van de ADF is maximaal 50 vellen afdrukmateriaal van 80 g/m2. VOORZICHTIG: Gebruik geen originelen met correctietape, correctievloeistof, paperclips of nietjes om schade aan het product te voorkomen. Plaats ook geen foto's, kleine of tamelijk dunne originelen in de ADF. Scan dit soort originelen met de glasplaat. 1.
3. Stel de papiergeleiders in totdat deze net tegen het papier aanliggen, maar zonder dat ze de beweging daarvan hinderen. Flatbedscanner OPMERKING: Het maximumformaat afdrukmateriaal voor flatbedscanners is Letter/A4. Gebruik de ADF voor afdrukmateriaal groter dan Letter-formaat. NLWW 1. Controleer of de automatische documentinvoer leeg is. 2. Open de klep van de flatbedscanner. 3.
Scan gebruiken Scanmethoden Scantaken kunnen op de volgende manieren worden uitgevoerd. ● Scannen vanaf de computer met HP LaserJet Scannen (Windows) ● Scannen met HP Director (Macintosh). Zie Scannen op pagina 44.
De functie Scannen naar gebruiken (fax/fotokaartmodel) ● U kunt alleen scannen vanaf het bedieningspaneel van het product als u beschikt over een volledige installatie van de software. Bovendien moet HP ToolboxFX worden uitgevoerd als u wilt scannen met behulp van de knop Menu Scan of de knop Scan starten. ● Voor de beste scanresultaten plaatst u de originelen op de flatbedscanner in plaats van in de automatische documentinvoer (ADF).
5. Selecteer de kwaliteit en klik op Volgende. 6. Controleer de selecties en klik vervolgens op Opslaan. Bestemmingen verwijderen 1. Selecteer bij De lijst instellen voor de All-in-One een van de Beschikbare bestemmingen op deze computer en klik op Verwijderen. Het dialoogvenster Bestemming verwijderen wordt weergegeven. 2. Markeer in het dialoogvenster Bestemming verwijderen de bestemming die u wilt verwijderen en klik op Volgende. Het dialoogvenster Bevestigen wordt weergegeven. 3.
● Hoogte: 3500 ● Kwaliteit: ImagePipeNormalQuality ● Compressie: JPEG-compressie Details afbeeldingsbestand Het gescande bestand wordt opgeslagen als .jpg-afbeelding. Voor elke gescande pagina wordt een apart bestand gemaakt. Gescande afbeeldingen worden opgeslagen in een map met de naam "HP" op het hoofdniveau van de geheugenkaart. Het eerste gescande bestand wordt HP0001.jpg genoemd. Bij elk volgende bestand wordt het getal in de naam met één verhoogd.
Als er geen kaart is geplaatst wanneer er wordt geprobeerd om te scannen, wordt een passend foutbericht weergegeven. Plaats een geheugenkaart om door te gaan met scannen. Scannen vanuit de HP-scansoftware Gebruik de HP-scansoftware om het scannen van afbeeldingen, documenten en films te starten. Als u een voorbeeld van de gescande afbeeldingen of documentpagina's wilt bekijken in het venster van de HP-scansoftware, kunt u de afbeelding aanpassen om de gewenste afmetingen en effecten te verkrijgen.
Scaninstellingen Bestandsindeling voor scannen De bestandsindeling van een gescand document of een gescande foto is afhankelijk van het soort scan en het object dat wordt gescand. ● Als u een document of foto naar een computer scant, wordt het bestand opgeslagen als een .TIFbestand. ● Als u een document naar e-mail scant, wordt het bestand opgeslagen als een .PDF-bestand. ● Als u een foto naar e-mail scant, wordt het bestand opgeslagen als een .JPEG-bestand.
Richtlijnen voor de resolutie en de kleuren De volgende tabel geeft een overzicht van de aanbevolen resolutie- en kleurinstellingen voor verschillende scantaken.
Een boek scannen (alleen bij fotokaartmodellen) NLWW 1. Open de klep en plaats het boek op de flatbedscanner. Zorg dat de pagina die u wilt kopiëren zich in de rechteronderhoek van de glasplaat bevindt. 2. Sluit de klep voorzichtig.
3. Druk de klep voorzichtig op het boek, zodat dit tegen de glasplaat wordt gedrukt. VOORZICHTIG: Als u te hard op de klep van de flatbedscanner drukt, kunnen de scharnieren van de klep afbreken. 4. Scan het boek met een van de scanmethoden.
Een foto scannen NLWW 1. Leg de foto met de beeldzijde naar beneden op de flatbedscanner, met de hoek van de foto geplaatst zoals aangegeven door het pictogram op de scanner. 2. Sluit de klep voorzichtig. 3. Scan de foto met een van de scanmethoden.
108 Hoofdstuk 11 Scannen NLWW
12 Faxen (alleen faxmodellen) ● Faxfuncties ● Setup ● Faxinstellingen wijzigen ● Fax gebruiken ● Faxproblemen oplossen OPMERKING: een groot aantal functies die in dit hoofdstuk worden beschreven, kunnen ook met HP ToolboxFX of met de geïntegreerde webserver worden uitgevoerd. Zie de online-Help van HP ToolboxFX of Geïntegreerde webserver op pagina 182 voor meer informatie. Zie Bedieningspaneel op pagina 7 voor meer informatie over de faxknoppen op het bedieningspaneel.
Faxfuncties Het product heeft de volgende faxfuncties, die beschikbaar zijn via het bedieningspaneel of de productsoftware.
Setup De hardware installeren en aansluiten Aansluiten op een telefoonlijn Het product is een analoog apparaat. U wordt aanbevolen het product op een vaste analoge telefoonlijn aan te sluiten. Zie Fax gebruiken op een DSL-, PBX-, ISDN- of VoIP-systeem op pagina 131 voor informatie over het gebruik van het product in andere telefoonomgevingen. Extra apparatuur aansluiten Het product heeft twee faxpoorten: ● ● De aansluiting "line out" ( De telefoonaansluiting ( aangesloten.
5. Als u een nummermelder of een creditcardscanner wilt aansluiten, sluit u een telefoonsnoer aan op de telefoonpoort van het vorige apparaat. Sluit het andere uiteinde van het telefoonsnoer aan op de lijnaansluiting van de nummermelder. 6. Als u een antwoordapparaat wilt aansluiten, sluit u een telefoonsnoer aan op de telefoonpoort van het vorige apparaat. Sluit het andere uiteinde van het telefoonsnoer aan op de lijnaansluiting van het antwoordapparaat (ook wel TAM genoemd). 7.
De wizard Faxinstellingen gebruiken op de computer Als u de software-installatie hebt voltooid, kunt u faxen verzenden vanaf de computer. Als u de fax nog niet volledig hebt ingesteld wanneer u de software installeert, kunt u dit proces altijd met de wizard Faxinstellingen voltooien. 1. Klik op Start en vervolgens op Programma's. 2. Klik op HP, klik op de naam van het product en vervolgens op Wizard Faxinstellingen. 3.
De faxkopregel instellen via het bedieningspaneel 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. 2. Selecteer met de pijlknoppen Faxinstellingen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Basisinstellingen en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Faxkop en druk vervolgens op OK. 5. Voer met de alfanumerieke knoppen uw faxnummer en uw bedrijfsnaam of een faxkop in en druk op OK.
In het telefoonboek van dit product kunt u in totaal 120 snelkiescodes en groepskiescodes invoeren. Als u bijvoorbeeld 100 codes programmeert als snelkiescodes, blijven er nog 20 codes over voor groepkiescodes. OPMERKING: u kunt snelkiescodes en groepskiescodes gemakkelijker programmeren via HP ToolboxFX of via de geïntegreerde webserver. Zie de online-Help van HP ToolboxFX of Geïntegreerde webserver op pagina 182 voor meer informatie.
VOORZICHTIG: nadat de snelkiescodes en groepskiescodes zijn verwijderd, kunnen ze niet worden hersteld. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer met de pijlknoppen Telefoonboek en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Alle items verwijderen en druk vervolgens op OK. 4. Druk op OK om de verwijdering te bevestigen. Speciale kiessymbolen en opties U kunt pauzes invoegen in faxnummers die u kiest of instelt als sneltoets, snelkiescode of kiescode voor groepen.
6. Voer het faxnummer in met de alfanumerieke knoppen. Vergeet niet om eventuele pauzes en andere noodzakelijke nummers in te voeren, zoals het kengetal, een toegangscode voor nummers buiten een PBX-systeem (meestal een 9 of 0) of een kengetal voor internationaal bellen. OPMERKING: Als u een faxnummer invoert, drukt u op Pauze totdat er een komma (,) verschijnt als u een pauze in de kiesreeks wilt invoegen, of op * totdat W verschijnt als u wilt dat er wordt gewacht op een kiestoon. 7. Druk op OK. 8.
Een afzonderlijke vermelding uit een groepskiescode verwijderen 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer met de pijlknoppen Telefoonboek en druk vervolgens op OK. 3. Eén vermelding verwijderen: 4. a. Selecteer met de pijlknoppen Item verwijderen en druk vervolgens op OK. b. Selecteer met de pijlknoppen de afzonderlijke vermelding of de groep die u uit de lijst op het scherm wilt verwijderen. c. Druk op OK om de verwijdering te bevestigen. Alle vermeldingen verwijderen: a.
Faxinstellingen wijzigen Geluidsvolume instellen U stelt het volume van de faxgeluiden in op het bedieningspaneel. U kunt de instellingen voor de volgende geluiden wijzigen: ● De faxgeluiden voor inkomende en uitgaande faxen ● Het belsignaal voor inkomende faxen De fabrieksinstelling voor het volume van de faxgeluiden is Laag. Het volume van de telefoonlijn instellen Voer de volgende stappen uit om het volume van de faxgeluiden te wijzigen. 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. 2.
steeds faxnummers kiezen zonder voorvoegsel als u het nummer handmatig kiest. Zie Faxen met handmatig kiezen op pagina 135 voor instructies. 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Basisinstellingen en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Prefix en druk vervolgens op OK. 5. Selecteer met de pijlknoppen Aan of Uit en druk vervolgens op OK. 6.
De optie Opnieuw kiezen bij geen gehoor instellen Als deze optie is ingeschakeld, wordt het nummer automatisch opnieuw gekozen als de faxoproep niet wordt beantwoordt door het ontvangende apparaat. De fabrieksinstelling voor de optie Opnieuw kiezen bij geen gehoor is Uit. 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Geavanceerde instellingen en druk vervolgens op OK. 4.
De fabrieksinstelling voor resolutie is Fijn. Met deze procedure kunt u de standaardresolutie voor alle faxtaken wijzigen in een van de volgende instellingen: ● Standaard: bij deze instelling is de kwaliteit het laagst en de verzendtijd het kortst. ● Fijn: bij deze instelling is de resolutiekwaliteit hoger dan bij Standaard, wat meestal geschikt is voor tekstdocumenten. ● Zeer fijn: deze instelling kan het beste worden gebruikt voor documenten met zowel tekst als afbeeldingen.
Toonkiezen of pulskiezen instellen Met deze procedure kunt u het product instellen op toonkiezen of pulskiezen. De fabrieksinstelling is Toon. Wijzig deze instelling niet, tenzij u weet dat uw telefoonlijn geen gebruik maakt van toonkiezen. 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Geavanceerde instellingen en druk vervolgens op OK. 4.
Het factuurcoderapport afdrukken Het factuurcoderapport is een afgedrukt lijst van alle faxfactuurcodes en het totale aantal faxen dat is gefactureerd voor elke code. De factuurcode-instelling moeten worden ingeschakeld om toegang te krijgen tot dit rapport. OPMERKING: Als dit rapport is afgedrukt, worden alle factuurgegevens ingesteld op nul. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3.
Het aantal belsignalen instellen Voer de volgende stappen uit om het aantal belsignalen in te stellen. 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Basisinstellingen en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Aantal keren overgaan en druk vervolgens op OK. 5. Voer met de alfanumerieke knoppen of de pijl omhoog of omlaag het aantal belsignalen in en druk vervolgens op OK.
Als er te weinig geheugen beschikbaar is tijdens het ontvangen van een fax, wordt de faxontvangst gestopt en worden uitsluitend de pagina's of delen van pagina's doorgestuurd die al in het geheugen zijn opgeslagen. Als de functie Fax doorsturen wordt gebruikt, moet de antwoordmodus zijn ingesteld op Automatisch. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer met de pijlknoppen Ontvangen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Fax doorsturen en druk vervolgens op OK. 4.
5. Selecteer met de pijlknoppen het gewenste belpatroon en druk vervolgens op OK. 6. Nadat het product is geïnstalleerd, vraagt u een bekende om u een fax te sturen. Zo kunt u controleren of de belpatroonservice op de juiste wijze functioneert.
OPMERKING: deze optie is alleen van toepassing op ontvangen faxen die worden afgedrukt door het product. 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Geavanceerde instellingen en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Faxen stempelen en druk vervolgens op OK. 5. Selecteer met de pijlknoppen Aan of Uit en druk vervolgens op OK om de selectie op te slaan.
uw telefoonmaatschappij deze service ook biedt. De service van de telefoonmaatschappij functioneert niet als deze conflicten oplevert met het product. NLWW 1. Druk op Setup op het bedieningspaneel. 2. Selecteer Faxinstellingen met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Geavanceerde instellingen en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Telefoon aangesloten en druk vervolgens op OK. 5.
Fax gebruiken Faxsoftware Ondersteunde faxprogramma's Het pc-faxprogramma dat bij dit product wordt geleverd, is het enige pc-faxprogramma dat met het product werkt. Wanneer u een eerder geïnstalleerd pc-faxprogramma wilt blijven gebruiken, moet het worden gebruikt met de modem die al op de computer is aangesloten. Het werkt niet via de modem van het product.
Een faxtaak in de wachtrij annuleren U kunt faxopdrachten annuleren in de volgende situaties: ● Het product wacht op een nieuwe kiespoging na een bezette lijn, een niet-beantwoorde oproep of een communicatiefout. ● De fax wordt op een later tijdstip verzonden. Voer de volgende stappen uit om een faxtaak te annuleren via het menu Status faxtaak: 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer met de pijlknoppen Verzenden en druk vervolgens op OK. 3.
verzenden (voor spraak en fax) en de resterende bandbreedte wordt gebruikt voor het verzenden van digitale gegevens. OPMERKING: Niet alle faxproducten zijn compatibel met DSL-services. HP garandeert geen compatibiliteit van het product met alle DSL-servicelijnen of providers. Voor faxen via een DSL-modem hebt u een hoogdoorlaatfilter nodig. Van de serviceprovider ontvangt u doorgaans een laagdoorlaatfilter, voor normale telefoonkabels.
3. Plaats het originele document op de flatbedscanner met de afdrukzijde omlaag en met de linkerbovenhoek van het document in de hoek, zoals aangegeven door het pictogram op de scanner. 4. Sluit de klep voorzichtig. 5. Kies met de alfanumerieke knoppen op het bedieningspaneel het nummer. -ofIndien het faxnummer dat u kiest, is toegewezen aan een sneltoets, drukt u op de bijbehorende sneltoets.
VOORZICHTIG: Gebruik geen originelen met correctietape, correctievloeistof, paperclips of nietjes om schade aan het product te voorkomen. Plaats ook geen foto's, originelen die kleiner zijn dat 5X5, of dunne originelen in de ADF. Scan dit soort originelen met de glasplaat. 1. Plaats de papierstapel met de bovenste rand naar voren, de afdrukzijde omhoog en de eerste pagina bovenaan in de invoerlade van de automatische documentinvoer.
3. Stel de papiergeleiders in totdat deze net tegen het papier aanliggen, maar zonder dat ze de beweging daarvan hinderen. 4. Kies met de alfanumerieke knoppen op het bedieningspaneel het nummer. -ofIndien het faxnummer dat u kiest, is toegewezen aan een sneltoets, drukt u op de bijbehorende sneltoets. -ofWanneer het faxnummer dat u belt, is ingevoerd als snelkiescode of groepskiescode, drukt u op Menu Fax en selecteert u met de pijlen Telefoonboek.
Handmatig kiezen met de flatbedscanner 1. Druk op Fax starten op het bedieningspaneel. In het display van het bedieningspaneel wordt het volgende bericht weergegeven: Fax verzenden van flatbedscanner?. 2. Selecteer Ja. In het display van het bedieningspaneel wordt het volgende bericht weergegeven: Plaats pagina: X Druk op OK, waarbij X het paginanummer is. 3. Scan een pagina naar het geheugen door het papier met de bedrukte zijde omlaag op de flatbedscanner te plaatsen en vervolgens op OK te drukken.
7. Als u het document al op de flatbedscanner hebt geplaatst, drukt u op OK (of plaatst u het document op de flatbedscanner en drukt u vervolgens op OK). Na het scannen van de pagina wordt Nog een pagina? op het display van het bedieningspaneel weergegeven. 8. Als u nog meer pagina's wilt scannen, selecteert u Ja en herhaalt u stap 7 voor elke pagina die u wilt faxen -ofAls u klaar bent, selecteert u Nee. De fax wordt naar de verschillende faxnummers gestuurd.
Snelkiescodes en groepskiescodes gebruiken Een fax verzenden met een snelkiescode 1. Plaats het document in de invoerlade van de automatische documentinvoer (ADI) of op de flatbedscanner. 2. Druk op de sneltoets voor de snelkiescode. -ofDruk op Menu Fax en selecteer vervolgens Telefoonboek. Kies Item selecteren, geef met de alfanumerieke knoppen de snelkiescode op en druk vervolgens op OK. 3. Plaats het document in de invoerlade van de automatische documentinvoer (ADI) of op de flatbedscanner. 4.
Een fax verzenden met een groepskiescode 1. Plaats het document in de invoerlade van de automatische documentinvoer (ADI) of op de flatbedscanner. 2. Druk op de sneltoets voor de groep. -ofDruk op Menu Fax en selecteer vervolgens Telefoonboek. Kies Item selecteren, geef met de alfanumerieke knoppen de groepskiescode op en druk vervolgens op OK. 3. Druk op Fax starten. Als de pagina's die u wilt verzenden zich in de ADF bevinden, begint het faxen automatisch. 4.
Een fax verzenden vanuit de software Dit gedeelte bevat algemene instructies voor het verzenden van faxen met behulp van de software die bij het product wordt geleverd. Alle andere onderwerpen die van toepassing zijn op de software, worden beschreven in de Help bij het programma. Deze kunt u openen via het menu Help in het programma.
Voer de volgende stappen uit als u een fax wilt verzenden met HP Director: 1. Plaats het document in de invoerlade van de automatische documentinvoer (ADI) of op de flatbedscanner. 2. Open HP Director door op het pictogram in het dock te klikken en klik op Faxen. Het dialoogvenster Afdrukken van Apple wordt weergegeven. 3. Selecteer PDF faxen in het pop-upmenu PDF. 4. Typ het faxnummer van een of meer ontvangers onder Aan. 5. Selecteer het product onder Modem. 6. Klik op Faxen.
● c. Voeg eventuele pagina's toe die in het product zijn geplaatst. (Deze stap is optioneel.) d. Klik op Nu verzenden. Macintosh a. Mac OS X versie 10.3: Selecteer Fax in het dialoogvenster Afdrukken. of Mac OS X versie 10.4: Selecteer PDF faxen in het pop-upmenu PDF. b. Voer het faxnummer in van één of meer ontvangers. c. Mac OS X versie 10.3: Voeg een voorblad toe. (Deze stap is optioneel.) of Mac OS X versie 10.4: Selecteer het product onder Modem. d. Klik op Faxen.
Een fax versturen door te kiezen vanaf een downstream-telefoontoestel Het kan voorkomen dat u een faxnummer wilt kiezen vanaf een toestel dat op dezelfde lijn is aangesloten als het product. Dit is bijvoorbeeld het geval als u een fax verstuurt naar een persoon van wie het apparaat op handmatig ontvangen is ingesteld. U kunt dan eerst bellen om te laten weten dat de fax er aankomt. OPMERKING: Het toestel moet op de telefoonaansluiting ( 1. ) van het product zijn aangesloten.
Accepteer de standaarddatum door op OK te drukken. 8. Voer het faxnummer of de snelkiescode in of druk op de sneltoets. Open het telefoonboek door op het bedieningspaneel op Menu Fax te drukken en vervolgens Telefoonboek te selecteren. OPMERKING: Deze functie ondersteunt geen niet-gedefinieerde (ad hoc) groepen. 9. Druk op OK of Fax starten. Het document wordt naar het geheugen gescand en de fax wordt op het opgegeven tijdstip verzonden.
VOORZICHTIG: Wanneer de instelling Fax opnieuw afdrukken toestaan is ingesteld op Uit, kunnen onjuist afgedrukte of vervaagde faxen niet opnieuw worden afgedrukt. Faxen ontvangen wanneer er faxtonen te horen zijn op de telefoonlijn Als u een telefoonlijn hebt waarop zowel faxen als telefoongesprekken binnenkomen en u hoort faxsignalen wanneer u de telefoon opneemt, kunt u het ontvangstproces op één van de volgende twee manieren starten.
Faxproblemen oplossen Foutmeldingen op de fax Er worden tijdelijk signaal- en waarschuwingsberichten weergegeven. Mogelijk moet u deze bevestigen door op OK te drukken om verder te kunnen gaan, of moet u op Annuleren drukken om de taak te annuleren. Bij bepaalde waarschuwingen wordt de taak mogelijk niet volledig uitgevoerd of is de afdrukkwaliteit niet goed.
Tabel 12-1 Signaal- en waarschuwingsberichten (vervolg) Bedieningspaneelbericht Fax is bezet, Opn. kiezen Omschrijving Aanbevolen actie bevinden. Alleen de pagina's waarvoor plaats was in het geheugen, zijn verzonden. Annuleer alle faxtaken of verwijder de faxberichten uit het geheugen. Zie Faxen uit het geheugen verwijderen op pagina 131. Het faxnummer waarnaar u de fax probeert te verzenden, is in gesprek. Het product kiest het bezette nummer automatisch opnieuw.
Tabel 12-1 Signaal- en waarschuwingsberichten (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Voer een faxtest uit om te controleren of de telefoonlijn werkt en is aangesloten op de juiste poort (zie Een faxtest uitvoeren op pagina 152). Neem contact op met HP als de fout zich blijft voordoen. Raadpleeg www.hp.com/support/ CM1312series of de ondersteuningsbrochure in de verpakking van het apparaat.
Tabel 12-1 Signaal- en waarschuwingsberichten (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Schakel de foutcorrectiemodus uit. Zie Foutcorrectiemodus van de fax instellen op pagina 152. Vraag de afzender om de fax opnieuw te verzenden. Sluit het product aan op een andere telefoonlijn. Neem contact op met HP als de fout zich blijft voordoen. Raadpleeg www.hp.com/support/ CM1312series of de ondersteuningsbrochure in de verpakking van het apparaat.
● Lijst met ongewenste faxen ● Factuuroverzicht (mits de optie is ingeschakeld) 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Alle faxrapp. en druk vervolgens op OK. Het instellingenmenu wordt gesloten en de rapporten worden afgedrukt.
Het faxfoutenrapport instellen Een faxfoutenrapport is een kort rapport met de melding dat zich een fout heeft voorgedaan bij een faxtaak. U kunt dit rapport na de volgende gebeurtenissen laten afdrukken: ● bij elke fout (de fabrieksinstelling) ● bij verzendfout ● bij ontvangstfout ● Nooit OPMERKING: Wanneer u Nooit selecteert, weet u niet dat een fax niet goed is verzonden, tenzij u een faxactiviteitenlogboek afdrukt. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2.
miniatuurweergave (verkleining van 50%) van de eerste pagina van de laatste fax die is verzonden of ontvangen. De fabrieksinstelling voor deze optie is Aan. 1. Druk op het bedieningspaneel op Menu Fax. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Ook eerste pagina en druk vervolgens op OK. 4. Selecteer met de pijlknoppen Aan en druk vervolgens op OK om de selectie te bevestigen.
De faxsnelheid wijzigen De instelling voor de faxsnelheid is het modemprotocol dat het product voor de verzending van faxen gebruikt. Dit protocol is de wereldwijde standaard op het gebied van full-duplex-modems voor het verzenden en ontvangen van gegevens via telefoonlijnen met 33.600 bps (bits per seconde). De fabrieksinstelling voor faxsnelheid is Hoog (V.34). Wijzig de V.34-instelling alleen als er problemen optreden bij het verzenden of ontvangen van een fax via een bepaald apparaat.
Probleem Oorzaak Oplossing Het product ontvangt wel faxen, maar kan ze niet verzenden. Wanneer het product op een digitaal systeem is aangesloten, genereert het systeem mogelijk een kiestoon die niet door het product kan worden waargenomen. Schakel de optie Kiestoon detecteren uit. Er is wellicht een slechte telefoonverbinding. Probeer het later opnieuw. Het ontvangende faxapparaat functioneert mogelijk niet goed. Probeer de fax te verzenden naar een ander faxapparaat.
Probleem Oorzaak Oplossing Bij verzonden faxen ontbreken gegevens aan het einde van elke pagina. Het faxformaat voor de glasplaat is mogelijk onjuist ingesteld. Controleer of de instelling juist is. Op het bedieningspaneel wordt een foutmelding over te weinig geheugen weergegeven. De fax is mogelijk te groot, of de resolutie te hoog. Probeer een van de volgende oplossingen: ● Splits een fax op in kleinere gedeelten en fax deze afzonderlijk.
Probleem Oorzaak Oplossing Het product beantwoordt geen binnenkomende faxoproepen. De antwoordmodus is mogelijk ingesteld op Handmatig. Wanneer de antwoordmodus is ingesteld op Handmatig, beantwoordt het product geen oproepen. Start het faxontvangstproces handmatig. De instelling voor het aantal beltonen is wellicht niet goed ingesteld. Controleer of het aantal belsignalen juist is ingesteld.
Probleem Oorzaak Oplossing Het product beantwoordt geen binnenkomende faxoproepen. De beantwoording van oproepen door het product wordt mogelijk verstoord door een berichtenservice. Voer een van de volgende handelingen uit: Faxen worden niet afgedrukt. Faxen worden niet op één pagina maar op twee pagina's afgedrukt. NLWW ● Sluit de berichtenservice af. ● Gebruik een telefoonlijn speciaal voor faxoproepen. ● Stel de antwoordmodus van het product in op Handmatig.
Probleem Oorzaak Oplossing Ontvangen faxen zijn te licht, zijn blanco of hebben een slechte afdrukkwaliteit. De toner is op geraakt tijdens het afdrukken van een fax. Het product slaat de laatst afgedrukte faxen op. (De beschikbare hoeveelheid geheugen bepaalt het werkelijke aantal faxen dat wordt opgeslagen om opnieuw af te drukken.) Vervang de toner zo snel mogelijk en druk de fax opnieuw af. De ontvangen fax is te licht.
13 Foto OPMERKING: Dit gedeelte is alleen van toepassing op de HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel).
Een geheugenkaart plaatsen De HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) kan de volgende geheugenkaarten lezen: ● CompactFlash (CF) type 1 en type 2 ● Memory Stick, Memory Stick PRO en Memory Stick Duo ● MultiMedia Card (MMC) ● Secure Digital (SD) ● xD Picture Card Wanneer u afdrukt vanaf het bedieningspaneel, herkent de geheugenkaartlezer van de HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) alleen bestanden met de bestandsindeling JPEG.
Geheugenkaarten plaatsen en verwijderen OPMERKING: De HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) herkent geheugenkaarten van maximaal 2 GB. 1. Duw de geheugenkaart in de juiste sleuf tot deze niet verder wil. OPMERKING: U kunt in het product maar één geheugenkaart tegelijk gebruiken. Als u twee of meer kaarten hebt geplaatst, verschijnt een foutbericht. 2. Nadat het product de kaart heeft gelezen, verschijnt X foto's gev. op kaart op het display van het bedieningspaneel, waarbij X staat voor het aantal .
3. Als u de geheugenkaart wilt verwijderen, pakt u hem beet en trekt u hem voorzichtig recht uit de geheugenkaartsleuf. VOORZICHTIG: Verwijder een geheugenkaart niet terwijl het product de kaart leest, om te voorkomen dat de bestanden op de kaart beschadigd raken. Wacht tot de LED bij de geheugenkaartsleuven stopt met knipperen voordat u de geheugenkaart verwijdert. Als de LED continu blijft branden, kunt u de geheugenkaart verwijderen.
Standaardinstellingen voor geheugenkaarten wijzigen De HP LaserJet CM1312 (fax/fotokaartmodel) wordt geleverd met standaardinstellingen voor het afdrukken van foto's die u kunt wijzigen vanaf het bedieningspaneel van het product. OPMERKING: De gewijzigde standaardinstellingen blijven van kracht tot u ze weer wijzigt en opslaat. Zie Foto's rechtstreeks afdrukken van de geheugenkaart op pagina 164 als u de instellingen tijdelijk wilt wijzigen voor een specifieke fototaak. NLWW 1. Druk op Setup. 2.
Foto's rechtstreeks afdrukken van de geheugenkaart U kunt via het bedieningspaneel foto's rechtstreeks afdrukken en de instellingen voor een afdruktaak wijzigen. Afzonderlijke foto's afdrukken van de geheugenkaart 1. Plaats de geheugenkaart in het product. Fotomenu wordt weergegeven. 2. Selecteer met de pijlknoppen Foto's afd. en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Individuele foto en druk vervolgens op OK. 4.
Alle foto's op een geheugenkaart afdrukken 1. Plaats de geheugenkaart in het product. Fotomenu wordt weergegeven. 2. Selecteer met de pijlknoppen Foto's afd. en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Alle foto's (# - #) en druk vervolgens op OK. 4. Druk op de pijlknoppen om selecties te maken voor elk van de volgende menu-items en druk dan op OK. 5. ● Select. afb.formaat: Geef het formaat voor de afdruk op. ● Selecteer papierformaat: Selecteer het formaat afdrukmateriaal.
Foto's vanaf een proefdrukvel afdrukken en scannen Geef een voorbeeld van de afbeeldingen weer en druk de foto's vanaf een proefdrukvel af. Een proefdrukvel kan maximaal 20 afbeeldingen bevatten. Deze functie is geoptimaliseerd en getest voor gebruik met authentieke toner van HP. 1. Plaats de geheugenkaart in het product. Fotomenu wordt weergegeven. 2. Selecteer met de pijlknoppen Opties en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Testpagina en druk vervolgens op OK. 4.
14 Het product beheren en onderhouden NLWW ● Informatiepagina's ● HP ToolboxFX ● Geïntegreerde webserver ● HP Web Jetadmin-software gebruiken ● Beveiligingsfuncties ● Benodigdheden beheren 167
Informatiepagina's Informatiepagina's bevinden zich in het geheugen van het product. Met behulp van deze pagina's kunt u problemen met het product onderzoeken en oplossen. OPMERKING: Als de taal op het product tijdens de installatie niet goed is ingesteld, kunt u de taal handmatig instellen zodat de informatiepagina's in een van de ondersteunde talen worden afgedrukt. Wijzig de taal met behulp van het menu Systeeminstellingen op het bedieningspaneel of met behulp van de geïntegreerde webserver.
Beschrijving De pagina afdrukken Menustructuur 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. De menu's van het bedieningspaneel weergeven. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3. Selecteer met de pijlknoppen Menustructuur en druk vervolgens op OK. Netwerkrapport 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. Geeft de netwerkinstellingen van het product weer. 2. Selecteer Rapporten met de pijlknoppen en druk vervolgens op OK. 3.
HP ToolboxFX HP ToolboxFX is een programma dat u voor de volgende taken kunt gebruiken: ● De productstatus controleren. ● De instellingen van het product configureren. ● Pop-upwaarschuwingsberichten configureren. ● Informatie over probleemoplossingen bekijken. ● Online documentatie bekijken. U kunt HP ToolboxFX gebruiken als het product rechtstreeks is aangesloten op de computer of als de printer is aangesloten op het netwerk.
● Takenlog kleurgebruik. Hier vindt u informatie over kleurgebruik voor het product. ● Gebeurtenislogboek. Een foutgeschiedenis van het product weergeven. De meest recente fout staat boven aan de lijst. Logbestand Het logbestand is een tabel met vier kolommen waarin alle gebeurtenissen van het product worden weergegeven. Het bevat codes die overeenkomen met de foutberichten die op het bedieningspaneel van het product worden weergegeven.
Productgegevens De map Productgegevens bevat koppelingen naar de volgende pagina: ● Demonstratiepagina's. Druk pagina's af die de mogelijke kwaliteit van kleurafdrukken laten zien en de algemene afdrukkenmerken van het product.
Fax Gebruik het tabblad Fax van HP ToolboxFX om faxtaken uit te voeren vanaf uw computer. Het tabblad Fax bevat koppelingen naar de volgende pagina's: ● Faxontvangst. De faxontvangstmodus instellen. ● Faxtelefoonboek. Hier kunt u telefoonboekvermeldingen op het product toevoegen, bewerken of verwijderen. ● Faxverzendlog. Hier kunt u alle recente faxen bekijken die vanaf het product zijn verzonden. ● Faxontvangstlog. Hier kunt u alle recente faxen bekijken die door het product zijn ontvangen.
● Als u een item wilt verwijderen uit de snelkieslijst, selecteert u het item en klikt u vervolgens op Verwijderen. ● Als u snelkiescodes wilt verplaatsen, kunt u het item selecteren en op Verplaatsen klikken of kunt u Verplaatsen selecteren en vervolgens het item opgeven in het dialoogvenster. Selecteer Volgende lege rij of geef het nummer op van de rij waar u het item naartoe wilt verplaatsen. OPMERKING: Als u een rij opgeeft die al bezet is, wordt het bestaande item overschreven door het nieuwe item.
Faxverzendlog In het faxverzendlog van HP ToolboxFX worden alle onlangs verzonden faxen vermeld met informatie zoals de verzenddatum en -tijd, het taaknummer, het faxnummer, het aantal pagina's en de resultaten. Klik op een willekeurige kolomkop in het faxverzendlog om de gegevens in deze kolom opnieuw te sorteren in oplopende of aflopende volgorde. In de kolom Resultaten wordt de status van de fax weergegeven.
● Geanimeerde demonstraties. Geanimeerde demonstraties bekijken voor gebruikelijke probleemoplossingsprocedures. ● Gebruikershandleiding. Informatie over het gebruik, de garantie, de specificaties en de ondersteuning van het product bekijken. De gebruikershandleiding is beschikbaar in HTML- en PDF-indeling.
Systeeminstellingen Het tabblad HP ToolboxFX Systeeminstellingen bevat koppelingen naar de volgende hoofdpagina's: ● Apparaatgegevens. Hier vindt u informatie over het product, zoals de beschrijving van het product en een contactpersoon. ● Papierverwerking. Hier wijzigt u de papierverwerkingsinstellingen van het product, zoals het standaardpapierformaat en de standaardpapiersoort. ● Afdrukkwaliteit. Hier wijzigt u de afdrukkwaliteitsinstellingen van het product. ● Afdrukdichtheid.
Papierverwerking Met deze opties kunt u de standaardinstellingen configureren. Zie De menu's van het bedieningspaneel gebruiken op pagina 10 voor meer informatie. De volgende opties zijn beschikbaar voor het verwerken van afdruktaken als het afdrukmateriaal op is: ● Selecteer Wacht tot papier is geplaatst. ● Selecteer Annuleren in de vervolgkeuzelijst Actie na papier op om de afdruktaak te annuleren.
● Middentonen. Middentinten zijn kleuren die halverwege zijn tussen wit en volledige dichtheid. Verhoog de instelling Middentonen om de middentinten donkerder te maken. Deze aanpassing heeft geen effect op highlights of schaduwkleuren. ● Schaduwen. Schaduwen zijn kleuren die een bijna volledige dichtheid hebben. Verhoog de instelling Schaduwen om de schaduwen donkerder te maken. Deze instelling heeft geen invloed op de accenten en middentinten.
Systeeminstellingen Gebruik de HP ToolboxFX opties voor systeeminstellingen van voor het configureren van algemene instellingen voor kopiëren, faxen, scannen en afdrukken, zoals storingsherstel en automatisch doorgaan. OPMERKING: De wijzigingen worden van kracht wanneer u op Toepassen klikt. Service Tijdens het afdrukproces kunnen zich papier, tonerresten en stofdeeltjes in het product ophopen.
PCL5 Gebruik deze opties om de instellingen bij het gebruik van de PCL-afdrukpersonality te configureren. OPMERKING: De wijzigingen treden pas in werking nadat u op Toepassen hebt geklikt. PostScript Gebruik deze optie als u de PostScript-afdrukpersonality gebruikt. Als de optie PostScript-fout afdrukken is ingeschakeld, zal de PostScript-foutpagina automatisch worden afgedrukt als zich PostScript-fouten voordoen. OPMERKING: De wijzigingen treden pas in werking nadat u op Toepassen hebt geklikt.
Geïntegreerde webserver Dit product beschikt over een geïntegreerde webserver, die toegang geeft tot informatie over producten netwerkactiviteiten. Een webserver biedt een omgeving waarin webprogramma's kunnen worden uitgevoerd, vergelijkbaar met de omgeving die door een besturingssysteem (zoals Windows) wordt geboden en waarin programma's op uw computer kunnen worden uitgevoerd.
HP Web Jetadmin-software gebruiken HP Web Jetadmin 6.5 is een op het web gebaseerde softwareoplossing waarmee u op afstand installatie-, controle- en probleemoplossingstaken kunt uitvoeren op randapparatuur die via een netwerk is aangesloten. De intuïtieve browserinterface vereenvoudigt het cross-platformbeheer van een groot aantal apparaten, inclusief apparaten van HP en andere fabrikanten. Het beheer is proactief, waardoor netwerkbeheerders problemen kunnen oplossen voordat deze bij de gebruiker optreden.
5. Voer met de alfanumerieke knoppen het wachtwoord voor het product in en druk vervolgens op OK. 6. Voer het wachtwoord ter bevestiging opnieuw in met de alfanumerieke knoppen en druk vervolgens op OK. De functie Privé ontvangen inschakelen De wachtwoordbeveiliging moet zijn ingeschakeld voordat de functie Privé ontvangen kan worden geactiveerd. 1. Druk op het bedieningspaneel op Setup. 2. Selecteer met de pijlknoppen Faxinstellingen en druk vervolgens op OK. 3.
Benodigdheden beheren Benodigdheden controleren en bestellen U kunt de status van benodigdheden controleren via het bedieningspaneel van het product, door een statuspagina voor benodigdheden af te drukken of door HP ToolboxFX weer te geven. HP raadt u aan een nieuwe printcartridge te bestellen zodra het bericht dat de printcartridge bijna leeg is voor het eerst verschijnt.
Benodigdheden bewaren Volg deze richtlijnen voor het opslaan van printcartridges: ● Verwijder de printcartridge pas uit de verpakking wanneer u klaar bent om deze te gebruiken. VOORZICHTIG: Stel de printcartridge niet langer dan enkele minuten bloot aan licht. Zo voorkomt u beschadigingen. ● Zie Omgevingsspecificaties op pagina 253 voor het temperatuurbereik bij gebruik en opslag. ● Bewaar de artikelen in horizontale positie.
Benodigdheden vervangen Printcartridge 1 Cartridge E-label 2 Plastiek bescherming 3 Afbeeldingsdrum. Raak de afbeeldingsdrum onderaan de printcartridge niet aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen problemen geven met de afdrukkwaliteit. 1. NLWW Open de voorste klep.
2. Trek de lade met de printcartridges naar voren. 3. Pak de hendels van de oude printcartridge vast en trek de cartridge er recht uit. 4. Haal de nieuwe printcartridge uit de verpakking.
5. Verwijder de oranje plastiek bescherming van de onderkant van de nieuwe printcartridge. VOORZICHTIG: Raak de afbeeldingsdrum onderaan de printcartridge niet aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen problemen geven met de afdrukkwaliteit. NLWW 6. Plaats de nieuwe printcartridge in het product. 7. Trek aan de strook aan de linkerzijde van de printcartridge om de verpakkingstape volledig te verwijderen. Gooi de verpakkingstape weg.
8. Sluit de lade met de printcartridges. 9. Sluit de voorklep. 10. Plaats de oude printcartridge in de verpakking van de nieuwe printcartridge. Volg de recyclinginstructies uit de verpakking op. VOORZICHTIG: Als er toner op uw kleding komt, veegt u deze er met een droge doek af en wast u de kleding in koud water. Als u warm water gebruikt, maakt de toner een permanente vlek in de stof.
De papierbaan reinigen vanuit HP ToolboxFX Gebruik HP ToolboxFX om de papierbaan te reinigen. Dit is de aanbevolen reinigingsmethode. Wanneer u geen toegang hebt tot HP ToolboxFX gebruikt u de methode in De papierbaan reinigen vanaf het bedieningspaneel op pagina 191. 1. Controleer of het product ingeschakeld en gereed is en ook of er afdrukmateriaal is geplaatst in lade 1 of 2. 2. Open HP ToolboxFX, klik op het product en vervolgens op het tabblad Systeeminstellingen. 3.
De transportroleenheid van de automatische documentinvoer (ADF) reinigen Reinig de ADF-transportroleenheid als er problemen zijn met de papierinvoer. 1. Schakel het product uit en haal de stekker uit het stopcontact. 2. Open de ADI-klep.
3. Draai de invoereenheid naar boven toe. Veeg deze schoon en draai de rollen totdat de eenheid schoon is. 4. Duw de groene hendel naar beneden en sluit de klep van de automatische papierinvoer. OPMERKING: Neem contact op met HP als u problemen ondervindt met de automatische documentinvoer. Raadpleeg www.hp.com/support/CM1312series of de ondersteuningsbrochure in de verpakking van het apparaat.
5. Sluit het product weer aan en schakel het in. De onderzijde van de klep reinigen Er kunnen zich kleine deeltjes verzamelen op de witte plaat aan de onderzijde van de klep. 1. Schakel het product uit, haal de stekker uit het stopcontact en doe de klep omhoog. 2. Reinig de witte binnenkant met een zachte doek of spons die is bevochtigd met een milde zeep en warm water. Reinig de binnenkant voorzichtig om het vuil los te maken. Boen de binnenkant niet. 3.
VOORZICHTIG: Gebruik geen reinigingsdoekjes op basis van papier omdat deze krassen in de binnenkant kunnen veroorzaken. 5. Als de binnenkant hierdoor niet goed schoon wordt, herhaalt u de vorige stappen met behulp van isopropylalcohol en veegt u de binnenkant grondig af met een vochtige doek om resterende alcohol te verwijderen.
3. Reinig de scannerstrip (alleen ADF-modellen) met een zachte pluisvrije doek of spons die is bevochtigd met een niet-schurende glasreiniger.. 4. Reinig de glasplaat met een zeemlap of cellulosespons om vlekken te voorkomen. De buitenkant reinigen Gebruik een zachte, vochtige, pluisvrije doek om stof en vlekken van de buitenkant van het product te verwijderen. Firmware-updates Firmware-updates en installatie-instructies voor dit product zijn beschikbaar op www.hp.com/support/ CM1312series.
15 Probleemoplossing NLWW ● Controlelijst voor het oplossen van problemen ● De fabrieksinstellingen herstellen ● Berichten op het bedieningspaneel ● Storingen verhelpen ● Problemen met de beeldkwaliteit oplossen ● Connectiviteitsproblemen oplossen ● Softwareproblemen oplossen 197
Controlelijst voor het oplossen van problemen Voer de volgende stappen uit wanneer u een probleem met het product probeert op te lossen. Stapnummer Controlestap Mogelijke problemen Oplossingen 1 Is de aan/uit-schakelaar ingeschakeld? Geen stroom vanwege een stroomonderbreking, losse kabel, defecte schakelaar of gesprongen zekering. 1. Controleer of het product op een stopcontact is aangesloten. 2. Controleer het netsnoer en zorg ervoor dat de aan/uit-schakelaar is ingeschakeld. 3.
Stapnummer Controlestap Mogelijke problemen Oplossingen 4 Maakt het product een kopie? Slechte kwaliteit bij kopiëren vanaf ADI. Als de afdrukkwaliteit van de interne tests en de kopie via de glasplaat acceptabel zijn, reinigt u de scanstrook van de ADF. Zie De glasplaat reinigen op pagina 80. Plaats de configuratiepagina in de ADF en maak een kopie. Het rapport moet probleemloos door de ADF worden gevoerd en de kopieën moeten zonder kwaliteitsproblemen worden afgedrukt.
Stapnummer Controlestap 7 Maakt het product afdrukken Software is niet goed geïnstalleerd of er is vanaf de computer? een fout opgetreden tijdens de installatie van de software. Gebruik een tekstverwerker om een afdruktaak naar het De kabel is niet goed aangesloten. product te verzenden. 8 Kunt u vanaf het product naar de computer scannen? Mogelijke problemen Oplossingen Verwijder en installeer de productsoftware opnieuw.
Berichten op het bedieningspaneel De meeste berichten op het bedieningspaneel zijn bedoeld om de gebruiker te helpen bij het gebruik van de standaardfuncties. De berichten op het bedieningspaneel geven de status van de huidige taak aan en bevatten als dat van toepassing is, een paginatelling. Wanneer het product faxgegevens, afdrukgegevens of scanopdrachten ontvangt, wordt de status van het product aangegeven met berichten op het bedieningspaneel.
Tabel 15-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 50.x Fuserfout Er is een interne hardwarefout opgetreden in het product. 1. Schakel het product uit met de hoofdschakelaar, wacht minimaal 30 seconden. 2. Als u een spanningsbeveiliging gebruikt, koppelt u deze los. Sluit het product rechtstreeks aan op het stopcontact. 3. Schakel het product in en wacht totdat het is geïnitialiseerd.
Tabel 15-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie toepassing op kopieën die werden gemaakt vanaf de flatbedscanner. Afdruk mislukt, druk op OK. Als fout blijft, De huidige pagina kan niet worden afgedrukt zet uit en aan. omdat deze te complex is. Druk op OK om het foutbericht te wissen. Wacht tot de taak is voltooid of druk opAnnuleren om de taak te annuleren. Apparaatfout, druk op OK Algemene motorfout. Dit is slechts een waarschuwing.
Tabel 15-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Drukfout, Druk op OK Drukfout door vertraagde invoer. Controleer of er papier in de invoerlade is geplaatst. Plaats het papier opnieuw. Fout bij documentinvoer. Opnieuw laden Afdrukmateriaal in de ADF-lade werd niet opgepikt. Verwijder het afdrukmateriaal uit de ADFlade en plaats opnieuw papier in de lade. Reinig de ADF-transportrol.
Tabel 15-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie ondersteuningsbrochure in de verpakking van het apparaat. Klep open De printcartridgeklep is open. Sluit de klep van de printcartridge. Kopie geannul. Verwijder doc. U hebt op de knop Annuleren gedrukt om de huidige taak te annuleren terwijl pagina's vanuit de ADF-lade werden gescand, gefaxt, of gekopieerd. Tijdens het annuleringsproces wordt de ADF niet automatisch vrijgemaakt.
Tabel 15-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Scannerfout #, Schakel uit/in Omschrijving Aanbevolen actie annuleringsproces wordt de ADF niet automatisch vrijgemaakt. vervolgens het materiaal uit de ADF-lade en begin opnieuw. Er is een fout opgetreden in de subeenheid van de scanner van het product. Schakel het product uit met de hoofdschakelaar, wacht minimaal 30 seconden, schakel het product weer in en wacht tot het product is geïnitialiseerd.
NLWW ● De omgeving waarin het papier is bewaard, is te vochtig of te droog. Zie Papier en afdrukmateriaal op pagina 55. ● De verzendtape werd niet verwijderd uit een of meerdere papierbanen.
Waar moet u kijken bij papierstoringen? Papierstoringen kunnen zich op de volgende plaatsen voordoen: ● In de automatische documentinvoer (alleen modellen met ADF) ● In invoergedeelten ● In uitvoergedeelten ● In de papierbaan van het product Zoek het vastgelopen papier en verwijder het volgens de instructies op de volgende pagina's. Als niet duidelijk is waar de storing is opgetreden, controleert u eerst de binnenzijde van het product.
NLWW 2. Til de groene hendel omhoog en draai het invoermechanisme totdat dit geopend is. 3. Trek voorzichtig aan de pagina zonder deze te scheuren. Als u de pagina niet op deze wijze kunt verwijderen, gaat u verder met de volgende stap. 4. Open de ADF-klep en maak het afdrukmateriaal zachtjes met beide handen los.
5. Wanneer het afdrukmateriaal los is, trekt u het er zachtjes uit in de richting die wordt aangegeven. 6. Sluit de klep van de flatbedscanner. 7. Druk de groene hendel naar beneden.
8. Sluit de ADI-klep. Storingen in het gebied rondom de invoerladen verhelpen VOORZICHTIG: Gebruik geen scherpe objecten, zoals een pincet of een buigtang, om storingen te verhelpen. Schade die wordt veroorzaakt door scherpe objecten, valt niet onder de garantie. Als u vastgelopen afdrukmateriaal wilt verwijderen, trekt u het vastgelopen afdrukmateriaal recht uit het product. Wanneer u het vastgelopen afdrukmateriaal onder een hoek uit het product probeert te trekken, kan het product beschadigd raken.
3. Verwijder lade 1 en open de klep voor toegang bij storing. 4. Pak het zichtbare gedeelte van het afdrukmateriaal met beide handen vast en trek het materiaal voorzichtig uit het product. 5. Plaats lade 1 terug. 6. Sluit de achterste uitvoerklep. Vastgelopen papier uit uitvoergebieden verwijderen VOORZICHTIG: Gebruik geen scherpe objecten, zoals een pincet of een buigtang, om storingen te verhelpen. Schade die is veroorzaakt door scherpe voorwerpen wordt niet door de garantie gedekt.
Regelmatig terugkerende storingen vermijden NLWW ● Controleer of de invoerlade niet te vol is. De capaciteit van de invoerlade is afhankelijk van de papiersoort die u gebruikt. ● Controleer of de papiergeleiders goed zijn ingesteld. ● Controleer of de invoerlade in de juiste positie is bevestigd. ● Vul de invoerlade niet bij als het product bezig is met afdrukken. ● Gebruik uitsluitend afdrukmateriaal (soort en formaat) dat wordt aanbevolen door HP.
Problemen met de beeldkwaliteit oplossen Afdrukproblemen Problemen met afdrukkwaliteit Er kunnen soms problemen optreden met de afdrukkwaliteit. De informatie in de volgende gedeelten helpt u deze problemen te herkennen en op te lossen. OPMERKING: Zie Kopieerproblemen op pagina 222 wanneer u problemen hebt met kopiëren. Algemene problemen met de afdrukkwaliteit Onderstaande voorbeelden geven vellen Letter-papier weer die met de korte kant naar voren door het product zijn gevoerd.
Probleem Oorzaak Oplossing Er verschijnen verticale strepen of banen op de pagina. Mogelijk zijn een of meer printcartridges defect. Druk de pagina Status benodigdheden af om de resterende levensduur te controleren. Zie Informatiepagina's op pagina 168. Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc Aa BbCc De hoeveelheid achtergrondschaduw wordt onacceptabel. Tonervegen op het afdrukmateriaal. Als u toner aanraakt, ontstaan er vegen. NLWW Vervang printcartridges die bijna leeg zijn.
Probleem Oorzaak Oplossing Vlekken met gelijke tussenruimten komen telkens terug op de afdruk. Het apparaat is niet ingesteld op het soort afdrukmateriaal waarop u wilt afdrukken. In de printerdriver selecteert u het tabblad Papier en stelt u Type is zo in dat deze overeenkomt met het soort afdrukmateriaal waarop u wilt afdrukken. Bij zwaar papier kan de afdruksnelheid lager zijn. Het is mogelijk dat interne onderdelen met toner besmeurd zijn.
Probleem Oorzaak Oplossing De afgedrukte pagina is gekruld of gegolfd. Het apparaat is niet ingesteld op het soort afdrukmateriaal waarop u wilt afdrukken. In de printerdriver selecteert u het tabblad Papier en stelt u Type is zo in dat deze overeenkomt met het soort afdrukmateriaal waarop u wilt afdrukken. Bij zwaar papier kan de afdruksnelheid lager zijn. Het item Minder omkrullen van het menu Service is ingesteld op Uit. Gebruik de menu's op het bedieningspaneel om de instelling te wijzigen.
Probleem Oorzaak Oplossing Een afbeelding die boven aan de pagina staat (in helder zwart), wordt verderop op de pagina nog eens weergegeven (in grijs). Software-instellingen kunnen van invloed zijn op het afdrukken. Wijzig via uw programma de kleurtoon (donkerheid) van het veld waarin de herhaalde afbeelding verschijnt. Draai vanuit het programma de hele pagina 180° om de lichtste afbeelding eerst af te drukken. De volgorde waarin de afbeeldingen worden afgedrukt, kan het afdrukken beïnvloeden.
Probleem Oorzaak Oplossing Een kleur wordt onregelmatig afgedrukt na plaatsing van een nieuwe printcartridge. Er kan nog een printcartridge defect zijn. Verwijder de printcartridge voor de kleur die onregelmatig wordt afgedrukt en plaats deze opnieuw. Het product is ingesteld op negeren van het bericht Vervang [kleur] printc. en door te gaan met afdrukken. Vervang printcartridges die bijna leeg zijn. Zie Printcartridge op pagina 187.
● Gebruik geen briefhoofdpapier dat is bedrukt met inkt van lage temperatuur, zoals de inkt die wordt gebruikt voor sommige soorten thermografie. ● Gebruik geen briefhoofdpapier met reliëfdruk. VOORZICHTIG: Houd u aan de genoemde richtlijnen om papierstoringen of beschadiging van het product te voorkomen. Problemen met het afdrukmateriaal oplossen De volgende problemen met afdrukmateriaal veroorzaken afwijkingen van de afdrukkwaliteit, papierstoringen of zelfs beschadiging van het product.
Probleem Oorzaak Oplossing Er worden meerdere vellen tegelijk ingevoerd. Mogelijk is de lade voor afdrukmateriaal te vol. Haal al het afdrukmateriaal uit de lade en plaats vervolgens een deel weer terug. Zie Papier en afdrukmateriaal plaatsen op pagina 60. Mogelijk is het afdrukmateriaal gekreukt, gevouwen of beschadigd. Controleer of het afdrukmateriaal niet is gekreukt, gevouwen of beschadigd. Probeer opnieuw af te drukken op materiaal uit een nieuwe of andere verpakking.
Probleem Oorzaak Oplossing Pagina's zijn niet afgedrukt. Mogelijk voert het product het afdrukmateriaal niet goed in. Zie Problemen met de verwerking van afdrukmateriaal op pagina 219. Mogelijk loopt het afdrukmateriaal vast in het product. Verwijder het vastgelopen papier. Zie Storingen verhelpen op pagina 206. Mogelijk is de USB- of de netwerkkabel defect of verkeerd aangesloten. ● Maak beide uiteinden van de kabel los en sluit deze opnieuw aan.
● Plaats het afdrukmateriaal op de juiste wijze in het apparaat. Als het afdrukmateriaal verkeerd wordt geplaatst, kan het scheeftrekken waardoor de afbeeldingen onduidelijk worden en er problemen optreden met de OCR-toepassing. Raadpleeg Papier en afdrukmateriaal plaatsen op pagina 60 voor instructies. ● Pas de instellingen van het bedieningspaneel aan voor het originele document als de automatische instellingen niet de gewenste resultaten leveren.
Probleem Oorzaak Oplossing Er verschijnen enkel op de kopieertaken ongewenste lijnen. Mogelijk is de glasplaat van de flatbedscanner of de ADF vuil. Reinig de flatbedscanner of het glas van de ADF. Zie Het product reinigen op pagina 190. Er is een afbeelding aanwezig op de achterkant van het origineel of het deksel van de scanner vertoont gebreken. Leg in de flatbed scanner drie vellen schoon papier bovenop het origineel, sluit het deksel en scan het origineel opnieuw.
Probleem Oorzaak Oplossing Vastlopen, schade aan papier Het papier heeft uitsparingen of perforaties. Papier zonder uitsparingen of perforaties gebruiken. Problemen met invoeren Het papier heeft onregelmatige randen. Gebruik papier van hoge kwaliteit voor laserprinters. De zijden van het papier wijken ten opzichte van elkaar af. Het papier omkeren. Het papier is te vochtig, te ruw, te zwaar, te glad of reliëfpapier of uit een slechte partij papier.
Prestatieproblemen Probleem Oorzaak Oplossing Er is geen kopie gemaakt. Mogelijk is de invoerlade leeg. Plaats afdrukmateriaal in het product. Raadpleeg Papier en afdrukmateriaal plaatsen op pagina 60 voor meer informatie. Mogelijk is het origineel niet goed geplaatst. In de automatic document feeder (ADF) plaatst u het origineel met de smalle kant vooruit en de te scannen zijde naar boven.
Scanproblemen Problemen met gescande afbeeldingen oplossen Probleem Oorzaak Oplossing De gescande afbeelding is van slechte kwaliteit. Mogelijk is het origineel een foto of afbeelding van een afdruk. ● Om deze patronen te verwijderen, kunt u proberen de gescande afbeelding te verkleinen. ● Druk de gescande afbeelding af om te controleren of de kwaliteit van de afdruk beter is. ● Controleer of de instellingen voor de resolutie juist zijn voor het type scantaak dat u uitvoert.
Probleem Oorzaak Oplossing Deel van de afbeelding is niet gescand. Mogelijk is het origineel niet goed geplaatst. Plaats het origineel op de glasplaat van de flatbedscanner of gebruik de papiergeleiders wanneer u de originelen in de ADF plaatst. Zie Originelen plaatsen voor scannen op pagina 96. Door een gekleurde achtergrond kunnen afbeeldingen op de voorgrond overvloeien in de achtergrond.
Problemen met scankwaliteit Problemen met de scankwaliteit voorkomen U kunt de kopieer- en scankwaliteit in enkele stappen verbeteren: NLWW ● Wanneer u scant, kunt u beter de flatbedscanner dan de automatische documentinvoer gebruiken. ● Gebruik originelen van goede kwaliteit. ● Plaats het afdrukmateriaal op de juiste wijze in het apparaat. Als het afdrukmateriaal niet op de juiste wijze is geplaatst, kan het scheeftrekken waardoor de afbeeldingen onduidelijk worden.
Problemen met de scankwaliteit oplossen Probleem Oorzaak Oplossing Lege pagina's Mogelijk is het origineel met de verkeerde zijde naar boven geplaatst. Plaats in de automatic document feeder (ADF) de papierstapel met de bovenste rand naar voren, de afdrukzijde omhoog en de eerste pagina bovenaan in de invoerlade van de automatische documentinvoer.
Probleem Oorzaak Oplossing Klik op Update in de instelling Scannen naar voordat u bestemmingen aan het product toevoegt.
Faxproblemen Zie Faxproblemen oplossen op pagina 146 voor informatie over het oplossen van faxproblemen. Beeldkwaliteit optimaliseren en verbeteren Controlelijst voor afdrukkwaliteit Algemene problemen in verband met de afdrukkwaliteit kunt u aan de hand van de volgende controlelijst oplossen. 1. Controleer of het papier of ander afdrukmateriaal aan de specificaties voldoet. Zie Papier en afdrukmateriaal op pagina 55. Over het algemeen geldt: hoe gladder het papier, hoe beter de resultaten. 2.
Afdrukkwaliteitsinstellingen tijdelijk wijzigen Om de afdrukkwaliteitinstellingen enkel te wijzigen voor het huidige softwareprogramma, opent u Eigenschappen in het menu Printerinstelling in het programma dat u gebruikt om af te drukken. Instellingen voor de afdrukkwaliteit wijzigen voor alle toekomstige taken OPMERKING: Zie Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Macintosh op pagina 39 voor Macintosh-instructies. Voor Windows 2000: 1.
Netwerkproblemen Controleer of het product is ingeschakeld en online is Controleer aan de hand van de volgende items of het product gereed is om af te drukken. 1. Krijgt het product stroom en is het product ingeschakeld? Controleer of het product is aangesloten op de stroomvoorziening en of het is ingeschakeld. Als het probleem blijft optreden, is het netsnoer, de voedingsbron of het product mogelijk defect. 2.
Als u het product kunt bereiken met een ping-opdracht, controleert u of het IP-adres van het product op de juiste wijze is geconfigureerd op de computer. Als dit adres juist is, verwijdert u het product en voegt u het opnieuw toe. Als de ping-opdracht is mislukt, controleer dan of de netwerkhubs zijn ingeschakeld en controleer vervolgens of de netwerkinstellingen, het product en de computer allemaal voor hetzelfde netwerk zijn geconfigureerd. 5.
Softwareproblemen oplossen Algemene Windows-problemen oplossen Foutmelding: "Algemene beschermingsfout - Uitzondering OE" "Spool32" "Ongeldige bewerking" Oorzaak Oplossing Sluit alle andere softwareprogramma's, start Windows opnieuw op en probeer het nogmaals. Selecteer een andere printerdriver. Ga, als de PCL 6 printerdriver is gekozen, via een softwareprogramma naar de PCL 5- of de HP PostScript level 3-emulatie printerdriver. Verwijder alle .temp-bestanden uit de submap Temp.
Tabel 15-2 Problemen met Mac OS X v10.3 en Mac OS X v10.4 (vervolg) De naam van het product, het IP-adres of de "Rendezvous"- of "Bonjour"-hostnaam wordt niet weergegeven in de keuzelijst met printers of in het hulpprogramma voor het instellen van de printer. Oorzaak Oplossing Het product is mogelijk niet gereed. Zorg dat de kabels correct zijn aangesloten, dat het product is ingeschakeld en dat het Klaar-lampje brandt.
Tabel 15-2 Problemen met Mac OS X v10.3 en Mac OS X v10.4 (vervolg) Wanneer het product met een USB-kabel is aangesloten, verschijnt het product niet in het hulpprogramma voor het instellen van de printer (Macintosh) nadat de driver is geselecteerd. Oorzaak Oplossing Dit probleem wordt veroorzaakt door een software- of een hardwareonderdeel. Softwareproblemen oplossen ● Controleer of de Macintosh USB ondersteunt. ● Controleer of het Macintosh-besturingssysteem Mac OS X v10.3 of Mac OS X v10.4 is.
Tabel 15-3 PS-fouten (vervolg) NLWW Probleem Oorzaak Oplossing Er wordt een PS-foutpagina afgedrukt. Afdruktaak is mogelijk geen PS. Controleer of de afdruktaak een PS-taak is. Controleer of het softwareprogramma verwacht dat een instellings- of PSheaderbestand naar het product wordt verzonden. Limiet controlefout Afdruktaak is te complex. Mogelijk moet u de taak afdrukken met 600 dpi (dots per inch), de complexiteit van de pagina verminderen of meer geheugen installeren.
240 Hoofdstuk 15 Probleemoplossing NLWW
A NLWW Benodigdheden en accessoires 241
Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen Er zijn verschillende methoden om onderdelen, benodigdheden en accessoires te bestellen. Rechtstreeks bij HP bestellen U kunt de volgende artikelen rechtstreeks bij HP bestellen: ● Vervangingsonderdelen: Ga naar www.hp.com/go/hpparts wanneer u binnen de VS vervangingsonderdelen wilt bestellen. Buiten de VS bestelt u onderdelen bij een geautoriseerd HP Servicecenter bij u in de buurt. ● Benodigdheden en accessoires: Om in de V.S.
Kabels en interfaceaccessoires Productnaam Omschrijving Artikelnummer USB-kabel 2 meter standaardconnector voor USBcompatibele apparatuur C6518A Standaardconnector van 3 meter voor USB-compatibele apparatuur C6520A Tweeaderige telefoonsnoeradapter 8121-0811 Productnaam Omschrijving Artikelnummer Scheidingskussen en invoerrollen Vervangen wanneer het product meerdere vellen of geen vellen oppakt. U kunt het probleem niet oplossen door ander papier te gebruiken.
244 Bijlage A Benodigdheden en accessoires NLWW
B Service en ondersteuning Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard HP PRODUCT DUUR VAN DE BEPERKTE GARANTIE HP LaserJet CM1312 en CM1312nfi Een jaar beperkte garantie HP garandeert u, de eindgebruiker en klant, dat de HP-hardware en -accessoires vanaf de datum van aankoop voor de duur van bovengenoemde garantieperiode vrij zullen zijn van materiaal- en constructiefouten.
VOOR ZOVER TOEGESTAAN DOOR NATIONALE WETGEVING, ZIJN DE PROBLEEMOPLOSSINGEN IN DEZE GARANTIEVERKLARING DE ENIGE TOEGESTANE OPLOSSINGEN. MET UITZONDERING VAN HET HIERBOVEN BEPAALDE, KUNNEN HP EN ZIJN LEVERANCIERS IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR HET KWIJTRAKEN VAN GEGEVENS, DIRECTE, SPECIALE OF INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE (WAARONDER INKOMSTENDERVING EN GEGEVENSVERLIES) NOCH VOOR ANDERE SCHADE, ONGEACHT OF DEZE SCHADE VOORTVLOEIT UIT EEN CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD OF ANDERSZINS.
Printcartridge beperkte garantie HP garandeert dat dit HP-product geen materiaal- en productiefouten bevat. Deze garantie geldt niet voor producten die (a) op enige wijze opnieuw zijn gevuld, hersteld of waarmee is geknoeid, (b) problemen hebben die voortvloeien uit onjuist gebruik, onjuiste opslag of gebruik waarbij niet wordt voldaan aan de gepubliceerde milieuspecificaties voor het apparaat of (c) slijtage vertonen door normaal gebruik.
Klantondersteuning Tijdens de garantieperiode kunt u gebruik maken van de gratis telefonische ondersteuning voor uw land/regio Telefoonnummers voor land/regio vindt u op de folder in de doos van het product of op www.hp.com/support/. Zorg dat u de productnaam, het serienummer, de aankoopdatum en een probleemomschrijving bij de hand hebt. 24-uurs ondersteuning via internet www.hp.com/support/CM1312series ondersteuning voor de producten die u op een Macintoshcomputer gebruikt www.hp.
Het apparaat opnieuw verpakken Als HP-ondersteuning heeft bepaald dat het apparaat voor reparatie naar HP moet worden teruggestuurd, verpakt u dan aan de hand van de onderstaande stappen het apparaat voordat u het verzendt. VOORZICHTIG: Schade tijdens het vervoer als gevolg van onvoldoende verpakking is voor de verantwoordelijkheid van de klant. Het apparaat opnieuw verpakken 1. Verwijder de printcartridge en bewaar deze.
250 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
C Specificaties Dit gedeelte bevat de volgende informatie over het product: NLWW ● Afmetingen en gewicht ● Elektrische specificaties ● Energieverbruik ● Omgevingsspecificaties ● Geluidsniveau 251
Afmetingen en gewicht Tabel C-1 Fysieke specificaties Product Hoogte Diepte Breedte Gewicht HP LaserJet CM1312 405 mm 455 mm 437 mm 21,1 kg HP LaserJet CM1312nfi 467 mm 490 mm 497 mm 24,6 kg Elektrische specificaties VOORZICHTIG: De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar het product wordt verkocht. Verander niets aan de ingestelde spanning. Veranderingen kunnen leiden tot beschadiging van het product en tot het vervallen van de garantie.
Omgevingsspecificaties Tabel C-4 Omgevingsspecificaties1 Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid 1 Aanbevolen Tijdens bedrijf Opslag 15° tot 32,5°C 15° tot 32,5°C –20° tot 40°C (59° tot 90,5°F) (59° tot 90,5°F) (–4° tot 104°F) 20 tot 70% 10 tot 80% 95% of lager Waarden onder voorbehoud van wijzigingen.
254 Bijlage C Specificaties NLWW
D Informatie over wettelijke voorschriften Dit gedeelte bevat de volgende overheidsinformatie: NLWW ● FCC-voorschriften ● Milieuvriendelijk productiebeleid ● Aanvullende verklaringen voor telecomproducten (faxapparatuur) ● Conformiteitsverklaring ● Land-/regiospecifieke verklaringen 255
FCC-voorschriften Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een elektronisch apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. De limieten moeten in een woonomgeving een redelijke bescherming bieden tegen storing. Deze apparatuur produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen. Als dit apparaat niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan dit leiden tot ernstige storing van de radiocommunicatie.
Papierverbruik De handmatige/optionele functie voor automatisch dubbelzijdig afdrukken en de functie n-per-vel (meerdere pagina's afgedrukt op één pagina) van dit product verminderen het papierverbruik en de daarmee samenhangende belasting van natuurlijke hulpbronnen. Plastic onderdelen Plastic onderdelen van meer dan 25 gram zijn volgens internationale normen gemarkeerd, waardoor aan het einde van de levensduur van het product beter kan worden bepaald hoe de plastics moeten worden afgevoerd.
OF 1. Maak gebruik van een geschikte doos die u zelf hebt, of vraag gratis een verzameldoos aan op http://www.hp.com/recycle of bel 1-800-340-2445 (kan maximaal acht HP LaserJet-printcartridges bevatten). 2. Gebruik één vooruitbetaald verzendingsetiket. Enkele retourzendingen 1. Verpak de HP LaserJet-printcartridge in de originele doos en zak. 2. Plak het verzendingsetiket op de voorkant van de doos.
Voor recyclinginformatie kunt u naar www.hp.com/recycle gaan of kunt u contact opnemen met de lokale overheid of met de Electronics Industries Alliance: www.eiae.org. Voorschriften voor het afdanken van apparaten voor privé-huishoudens in de Europese Unie Dit symbool op het product of de verpakking geeft aan dat dit product niet met het gewone afval mag worden weggeworpen.
Aanvullende verklaringen voor telecomproducten (faxapparatuur) EU-verklaring voor telecomapparatuur Dit product is bedoeld om te worden aangesloten op het analoge openbare telecommunicatienetwerk van landen/regio's in de Europese Economische Ruimte (EER). Het voldoet aan de eisen van de EU R&TTE-richtlijn 1999/5/EC (Bijlage II) en is voorzien van de bijbehorende CE-confirmiteitsaanduiding. Zie de Conformiteitsverklaring van de fabrikant elders in deze handleiding voor meer informatie.
van het plaatselijke telecombedrijf. De apparatuur moet bovendien worden geïnstalleerd volgens een geaccepteerde aansluitingswijze. De klant moet zich ervan bewust zijn dat de werking in bepaalde situaties verminderd kan zijn, ook al is voldaan aan de bovenstaande voorwaarden. Reparaties aan gecertificeerde apparatuur moeten worden gecoördineerd door een vertegenwoordiger die is aangewezen door de leverancier.
Conformiteitsverklaring HP LaserJet CM1312 Verklaring van conformiteit volgens ISO/IEC 17050-1 en EN 17050-1 Naam fabrikant: Adres fabrikant: Hewlett-Packard Company DoC#: BOISB-0603-01-rel.
Verklaring van conformiteit volgens ISO/IEC 17050-1 en EN 17050-1 Wettelijk modelnummer2) Productopties: Printcartridges: BOISB-0603-02 ALLE CB540A, CB541A, CB542A, CB543A voldoet aan de volgende productspecificaties: VEILIGHEID: IEC 60950-1:2001 / EN60950-1: 2001 +A11 IEC 60825-1:1993 +A1 +A2 / EN 60825-1:1994 +A1 +A2 (Klasse 1 Laser-/LED-product) GB4943-2001 EMC: CISPR22:2005 / EN55022:2006 - Klasse B1) EN 61000-3-2:2000 +A2 EN 61000-3-3:1995 +A1 EN 55024:1998 +A1 +A2 FCC Titel 47 CFR, Deel 15 Klasse
Land-/regiospecifieke verklaringen Laserverklaring Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft een aantal voorschriften ingevoerd voor laserproducten die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976. Het opvolgen van deze voorschriften is verplicht voor producten die worden verkocht binnen de VS.
huoltotoimenpiteeksi ei katsota väriainekasetin vaihtamista, paperiradan puhdistusta tai muita käyttäjän käsikirjassa lueteltuja, käyttäjän tehtäväksi tarkoitettuja ylläpitotoimia, jotka voidaan suorittaa ilman erikoistyökaluja. VARO ! Mikäli kirjoittimen suojakotelo avataan, olet alttiina näkymättömällelasersäteilylle laitteen ollessa toiminnassa. Älä katso säteeseen. VARNING ! Om laserprinterns skyddshölje öppnas då apparaten är i funktion, utsättas användaren för osynlig laserstrålning.
266 Bijlage D Informatie over wettelijke voorschriften NLWW
Index A aangepaste papierformaatinstellingen Macintosh 41 Aanpassen aan pagina, instelling, fax 127 aantal exemplaren, wijzigen 76 accessoires artikelnummers 242 Accessoires bestellen 241, 242 achtergrond, grijs 215 activiteitenlog, fax probleemoplossing 158 ADF onderdeelnummer 243 papierstoringen 208 ad-hocgroepen, faxen verzenden naar 136 ADI ondersteunde paginaformaten 153 afbeeldingskwaliteit HP ImageREt 3600 92 afdrukdichtheid, instellingen 178 Afdrukinstellingen, tabblad, HP ToolboxFX 180 afdrukken a
automatische documentinvoer (ADI) ondersteunde paginaformaten 153 automatisch verkleinen, instellingen, fax 127 B bakken, uitvoer lokaliseren 4, 5 papierstoringen, verhelpen 212 banden, problemen oplossen 215 bedieningspaneel berichten, problemen oplossen 201 HP ToolboxFXsysteeminstellingen 180 instellingen 33, 38 menu's 10 reinigingspagina, afdrukken 190 status benodigdheden, controleren via 185 beeldkwaliteit afdrukken, probleemoplossing 214, 232 instellingen HP ToolboxFX 178 kopiëren, probleemoplossing 2
E één pagina tegelijk scannen (Macintosh) 44 eerste pagina ander papier gebruiken 41 elektrische specificaties 252 elektronische faxen verzenden 140 e-mail waarschuwingen instellen in HP ToolboxFX 171 e-mail, scannen naar Macintosh 44 resolutie-instellingen 104 Windows 100 e-mailwaarschuwingen, instellen 170 EMI-verklaring voor Korea 264 energieverbruik 252 EPS-bestanden, problemen oplossen 237 Europese Unie, afvalverwerking 259 EU-verklaring voor telecomapparatuur 260 exemplaren, aantal Windows 71 extra to
faxrapporten, afdrukken 25 faxtijd, instellen via bedieningspaneel 113 faxverzending vertragen 143 Finse verklaring ten aanzien van laserveiligheid 264 firmware-updates 196 flatbedscanner standaard formaatinstelling glasplaat 122 formaat 252 formaat, kopie probleemoplossing 226 verkleinen of vergroten 77 formaat van documenten wijzigen Macintosh 41 Windows 70 formaten, afdrukmateriaal instelling Aanpassen aan pagina, faxen 127 foto 159 foto's geheugenkaarten, plaatsen 160 kopiëren 84 rechtstreeks afdrukken
instellingen configuratiepagina 51 drivers 33, 39 fabrieksinstellingen herstellen 200 HP ToolboxFX 177 kleur 92 netwerk afdrukken 50 netwerkconfiguratiepagina 51 prioriteit 33, 38 voorinstellingen van driver (Macintosh) 41 instellingen voor specifieke belsignalen 126 interfacepoorten kabels bestellen 243 locatie 6 soorten inclusief 3 internationaal kiezen 135 invoerlade afdrukmateriaal plaatsen 60 invoerproblemen, problemen oplossen 221 IP-adres automatische configuratie 52 handmatige configuratie 52 Macint
lokaliseren 4, 5 storingen, verhelpen 211 lage snelheid, probleemoplossing faxen 158 lege kopieën, probleemoplossing 226 lege pagina's problemen oplossen 221 lege scans, probleemoplossing 230 lettertypen lettertypelijsten afdrukken 168 selecteren 65 licht faxcontrast 121 lichte afdruk, problemen oplossen 214 lichte kopieën 224 lichtheid kopieercontrast 80 liggende afdrukstand instelling, Windows 70 lijnen, probleemoplossing scans 230 lijnen, problemen oplossen afgedrukte pagina's 215 kopieën 224 Linux 36 Li
ontvangen van faxen probleemoplossing 155 opnieuw kiezen handmatig 137 overeenstemmen, kleuren 90 P pagina's gekanteld 217 invoerproblemen 220 leeg 221 niet afgedrukt 222 scheef 220 sterke krulling 220 pagina's per vel Windows 70 paginavolgorde, wijzigen 71 papier aangepast formaat, Macintoshinstellingen 41 aangepast formaat, selecteren 69 ADI, ondersteunde formaten 153 eerste en laatste pagina, ander papier gebruiken 69 eerste pagina 41 formaat, selecteren 69 formaat, wijzigen 82 gekreukeld 217 gekruld, pr
Productgegevens, tabblad, HP ToolboxFX 172 protocolinstellingen, fax 153 protocollen, netwerken 49 PS-emulatiedrivers 30 pulskiezen 123 punten, probleemoplossing 214 punten per inch (dpi) HP ImageREt 3600 92 reserveonderdelen en benodigdheden 242 resolutie fax 121, 122 HP ImageREt 3600 92 scannen 103 specificaties 3 RGB-instellingen 89, 92 rollen bestellen 243 R randinstelling 89 rand tot rand afdrukken 81 rapporten accessoirestatuspagina 12 configuratiepagina 12, 168 demopagina 12, 168 fax 25 gebruikspag
speciaal papier richtlijnen 59 specificaties elektrisch 252 functies van product 3 fysiek 252 geluidsniveau 253 omgeving 253 Spool32, fouten 236 sRGB-instellingen 89, 92 staande afdrukstand instelling, Windows 70 standaardinstellingen wijzigen, geheugenkaart 163 standaardinstellingen herstellen 200 status benodigdheden, controleren 185 Macintosh, tabblad Services 43 waarschuwingen, HP ToolboxFX 170 weergeven met HP ToolboxFX 170 Status (tabblad), HP ToolboxFX 170 status benodigdheden, tabblad Services Macin
verzenden, faxen logboek, HP ToolboxFX 175 verzenden van faxen probleemoplossing 153 vlekken, problemen oplossen 214 vochtigheidsspecificaties omgeving 253 voltagevereisten 252 volume instellingen 19 volume, aanpassen 119 voorinstellingen (Macintosh) 41 voorvoegsels, kiezen 119 vouwen, problemen oplossen 217 witte of vage strepen, problemen oplossen 223 Word, faxen vanuit 141 Z zwart-wit afdrukken problemen oplossen 218 zwart-wit scannen 104 W waarschuwingen, instellen 170 wachtwoordbeveiliging 183 waterm
*CC430-90985* *CC430-90985* CC430-90985