HP notebook Referentiehandleiding - Windows Vista - Windows 7

OPMERKING: HP raadt aan om gebruik te maken van WPA2; van de drie ondersteunde
coderingsprotocollen is dit het meest geavanceerde. Het gebruik van WEP-codering wordt niet
aanbevolen, omdat deze relatief gemakkelijk is te ontsleutelen.
Wi-Fi Protected Access (WPA) en Wi-Fi Protected Access II (WPA2) maken gebruik van
beveiligingsstandaarden om gegevens die via het netwerk worden verzonden, te versleutelen of
te ontsleutelen. WPA en WPA2 genereren voor elk pakket dynamisch een nieuwe sleutel. Ze
genereren bovendien een afzonderlijke set sleutels voor elk computernetwork. Ga als volgt te
werk om dit te doen:
WPA maakt gebruik van de Advanced Encryption Standard (AES) en het Temporal Key
Integrity Protocol (TKIP).
WPA2 maakt gebruik van het Cipher Block Chaining Message Authentication Code
Protocol (CCMP); dit is een nieuw AES-protocol.
Wired Equivalent Privacy (WEP) maakt gebruik van een WEP-sleutel om gegevens te coderen
voordat ze worden verzonden. Zonder de juiste sleutel kunnen anderen geen gebruik maken
van het draadloze netwerk.
Roamen naar een ander netwerk
Wanneer u uw computer binnen het bereik van een ander WLAN plaatst, probeert Windows
verbinding te maken met dat netwerk. Als dit lukt, wordt automatisch een verbinding gemaakt tussen
uw computer en het nieuwe netwerk. Als Windows het nieuwe netwerk niet herkent, volgt u dezelfde
procedure als bij het tot stand brengen van een eerste verbinding met het WLAN.
HP mobiel breedband gebruiken (alleen bepaalde
modellen)
Met HP mobiel breedband kan de computer via een WWAN (Wireless Wide Area Network) verbinding
maken met internet vanaf meer locaties en over grotere gebieden dan bij gebruik van een WLAN.
Voor het gebruik van HP mobiel breedband hebt u een netwerkserviceprovider nodig. In de meeste
gevallen is dit een aanbieder van mobiele telefonie.
Wanneer u HP mobiel breedband gebruikt met de diensten van een mobiele-netwerkexploitant, hebt
u de mogelijkheid verbonden te blijven met internet, e-mail te verzenden of verbinding te maken het
bedrijfsnetwerk wanneer u onderweg bent of zich buiten het bereik van Wi-Fi-hotspots bevindt.
OPMERKING: mogelijk heeft u het serienummer van de HP module voor mobiel breedband nodig
om de dienst voor mobiel breedband te activeren. Raadpleeg de handleiding Aan de slag voor de
locatie van het label met het serienummer.
Sommige netwerkserviceproviders vereisen het gebruik van een SIM-kaart (SIM: Subscriber Identity
Module). Een SIM-kaart bevat basisgegevens over u, zoals een pincode, en over het netwerk.
Bepaalde computers beschikken over een vooraf geïnstalleerde SIM-kaart. Als de SIM-kaart niet
vooraf is geïnstalleerd, wordt deze mogelijk meegeleverd met de informatie over HP mobiel
breedband bij de computer of wordt deze mogelijk apart geleverd door de mobiele
netwerkserviceprovider.
Raadpleeg
SIM-kaart plaatsen op pagina 7 en SIM-kaart verwijderen op pagina 7 voor
informatie over het plaatsen en verwijderen van de SIM-kaart.
Voor informatie over HP mobiel breedband en het activeren van diensten van de mobiele
netwerkserviceprovider die uw voorkeur heeft, raadpleegt u de informatie over HP mobiel breedband
6 Hoofdstuk 2 Netwerk (alleen bepaalde modellen)