Operation Manual
Blz. 26-10
(„¡). Als u de Filer activeert, zal de volgende boomstructuur verschijnen
indien u een SD geplaatst heeft:
Langebestandnamen op een SD kaartworden niet ondersteund in de Filer, doch
worden weergegeven als 8.3 karakters, net als in DOS, d.w.z. weergegeven
namen hebben maximaal 8 karakters met 3 karakters in het achtervoegsel. Het
type van elk object zal weergegeven worden, tenzij het een PC-object is of een
object van een ongekend type (in die gevallen wordt het type als String
weergegeven).
Naast het gebruik van de File Manager kunt u de functies STO en RCL
gebruiken om objecten op te slaan en weer op te roepen op en vanaf de SD-
kaart, zoals hieronder getoond wordt. U kunt ook het commando PURGE
gebruiken om back-upobjecten te wissen van de SD-kaart. Met deze
commando’s (namelijk STO, RCL en PURGE) kunnen lange bestandsnamen
worden gebruikt.
Objecten opslaan op de SD-kaart
Om een object op te slaan, maakt u als volgt gebruiik van de functie STO:
• In de algebraïsche modus:
Voer object in, druk op K, voer de naam in van het opgeslagen object
dat poort 3 gebruikt (bijv., :3:V R1), druk op `.
• In de RPN-modus:
Voer het object in, voer de naam in van het opgeslagen object dat poort 3
gebruikt (b.v., :3:V R1), druk op K.
Opmerking:
indien de naam van het object dat u wenst op te slaan op een
SD kaart langer is dan acht karakters, zal deze verschijnen in 8.3 DOS-
formaat via poort 3 in de FIler van zodra het object op de kaart is
opgeslagen.