Operation Manual
Blz. 12-27
• Gebruik de pijltoetsen, š™—˜, om door de tabel te bewegen.
• Druk op $ om terug te keren naar het normale beeldscherm van de
rekenmachine.
Deze procedure voor het aanmaken van een tabel die overeenkomt met het
huidige diagramtype, kan op andere diagramtypen worden toegepast.
De oplossing van eenvoudige differentiaalvergelijkingen
plotten
Het diagram van een eenvoudige differentiaalvergelijking krijgt u door Diff
Eq te selecteren in het veld TYPE van de PLOT SETUP-omgeving. Stel dat we x(t)
willen plotten van de differentiaalvergelijking dx/dt = exp(-t
2
), met de
beginvoorwaarden: x = 0 bij t = 0. Met de rekenmachine kan de oplossing van
verschillende differentiaalvergelijkingen in de vorm Y'(T) = F(T,Y) worden
geplot. In dit geval laten we Yx en Tt, en daarom krijgen we F(T,Y)f(t,x) =
exp(-t
2
).
Voordat we de oplossing x(t) gaan plotten voor t = 0 tot 5, verwijderen we eerst
de variabelen EQ en PPAR.
• Druk op „ô, tegelijkertijd indrukken in RPN-modus, om naar het
scherm PLOT SETUP te gaan.
• Wijzig
TYPE in Diff Eq.
• Druk op ˜ en voer ³„ ¸-~ „tQ2@@@OK@@@ in.
• De cursor staat nu in het veld
H-Var. Er moet staan: H-Var:0 en ook V-
Var:1
. Dit is de code die door de rekenmachine wordt gebruikt om te
bepalen welke variabelen er moeten worden geplot.
H-Var:0 betekent dat
de onafhankelijke variabele (die later wordt geselecteerd) op de
horizontale as wordt geplot. Daarnaast betekent
V-Var:1 dat de
afhankelijke variabele (standaardnaam ‘Y’) op de verticale as wordt
geplot.