Operation Manual

Blz. 9-12
het berekenen van een vectorieel product, wordt een 2-D vector in de vorm [A
x
,
A
y
], geïnterpreteerd als de 3-D vector [A
x
, A
y
,0]. Voorbeelden van twee 2-D en
twee 3-D vectoren in de ALG-modus worden hieronder gegeven. U ziet dat het
vectoriële product van twee 2-D vectoren een vector oplevert die alleen in de z-
richting wijst, d.w.z. een vector in de vorm [0, 0, C
z
]:
Voorbeelden van vectoriële producten van een 3-D vector met een 2-D vector, of
viceversa, worden hieronder weergegeven:
Wanneer u een vectorieel product berekent van vectoren van een andere lengte
dan 2 of 3, wordt de foutmelding (Invalid Dimension) weergegeven, b.v.
CROSS(v3,A), enz.
Een vector ontleden
De functie V wordt gebruikt om een vector te ontleden in zijn elementen of
componenten. Indien de functie wordt gebruikt in de ALG-modus, zal V de
elementen van een vector in een lijst weergeven, b.v.
In de RPN-modus plaatst de functie V de componenten van een vector in het
stapelgeheugen, bijv. V(A) geeft de volgende uitvoer in het RPN-
stapelgeheugen (vector A is terug te vinden in het stapelgeheugen op niveau
6:).