User manual
Table Of Contents
- Aan de slag
- Vertrouwd raken met de computer
- Verbinding maken met een netwerk
- Verbinding maken met een draadloos netwerk
- Verbinding maken met een bekabeld netwerk (LAN) (alleen bepaalde producten)
- Geniet van entertainmentvoorzieningen
- Navigeren op het scherm
- Bewegingen voor het touchpad en het aanraakscherm gebruiken
- Tikken
- Zoomen door met twee vingers te knijpen
- Schuiven met twee vingers (touchpad en precisie-touchpad)
- Tikken met twee vingers (touchpad en precisie-touchpad)
- Tikken met drie vingers (touchpad en precisie-touchpad)
- Tikken met vier vingers (touchpad en precisie-touchpad)
- Vegen met drie vingers (touchpad en precisie-touchpad)
- Vegen met vier vingers (precisie-touchpad)
- Schuiven met één vinger (aanraakscherm)
- Een optioneel toetsenbord of een optionele muis gebruiken
- Een toetsenbord op het scherm gebruiken (alleen bepaalde producten)
- Bewegingen voor het touchpad en het aanraakscherm gebruiken
- Energiebeheer
- Slaapstand en hibernationstand gebruiken
- Computer afsluiten (uitschakelen)
- Het pictogram Energie en Energiebeheer gebruiken
- Werkt op accuvoeding
- Externe voeding gebruiken
- De computer onderhouden
- De computer en gegevens beveiligen
- Wachtwoorden gebruiken
- Windows Hello gebruiken (alleen bepaalde producten)
- Internetbeveiligingssoftware gebruiken
- Software-updates installeren
- HP Device as a Service gebruiken (alleen bepaalde producten)
- Draadloos netwerk beveiligen
- Back-up maken van applicaties en gegevens
- Een optionele beveiligingskabel gebruiken (alleen bepaalde producten)
- Setup Utility (BIOS) gebruiken
- HP PC Hardware Diagnostics gebruiken
- Back-ups maken, herstellen en bestanden terugzetten
- Specificaties
- Elektrostatische ontlading
- Toegankelijkheid
- Index

Speciale toetsen
Onderdeel Beschrijving
(1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om
systeeminformatie weer te geven.
(2) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met een andere toets om
bepaalde systeemfuncties uit te voeren.
(3) Windows-toets Opent het Startmenu.
OPMERKING: Als u nogmaals op de Windows-toets drukt,
wordt het Startmenu afgesloten.
(4) Actietoetsen Hiermee voert u veelgebruikte systeemfuncties uit.
OPMERKING: Bij bepaalde producten wordt met de actietoets
f5 de achtergrondverlichting van het toetsenbord uit- of
ingeschakeld.
(5) Num Lock-toets Hiermee schakelt u tussen de navigatiefuncties en numerieke
functies op het geïntegreerde numerieke toetsenblok.
(6) Geïntegreerd numeriek toetsenblok Een afzonderlijk toetsenblok rechts van het alfabettoetsenbord.
Wanneer Num Lock wordt ingedrukt, kan het toetsenblok
worden gebruikt als een extern numeriek toetsenblok.
OPMERKING: Als de toetsenblokfunctie actief is op het
moment dat de computer wordt uitgeschakeld, wordt die functie
opnieuw actief wanneer de computer weer wordt ingeschakeld.
Actietoetsen
Een actietoets voert de functie uit die wordt aangegeven door het pictogram op de toets. Om te bepalen
welke toetsen uw product heeft, raadpleegt u Speciale toetsen op pagina 11.
▲ Om een actietoets te gebruiken, houdt u de toets ingedrukt.
Toetsenbordzone 11










