Installation Instructions

Galaxy Flex - Installatiehandleiding Programmeer Uitgangen [53]
123
De volgende tabel bevat de geldige adressen van de bediendelen van de verschillende
centrales en de bijbehorende uitgangsadressen.
Lijn Adres Uitgangsadressen
1 0 – 7 10 – 17
Tabel 7 Adressen van geldige bediendeeluitgangen
Kenmerken
Gebruik A of B om door de kenmerken te bladeren of typ direct een kenmerknummer (1 tot 7).
Nadat het gewenste kenmerk wordt weergegeven, drukt u op ent om toegang te krijgen.
Nadat het kenmerk is toegewezen, drukt u op ent om de programmering op te slaan en terug te
keren naar de kenmerkselectie. U kunt bij het toewijzen van de kenmerken de programmering
op elk moment afbreken en terugkeren naar de kenmerkselectie door op esc te drukken.
1=Uitgang Functie
De uitgangsfunctie toont het adres en de huidige functie van de geselecteerde uitgang ,
samen met het referentienummer van de uitgangsfunctie. U kunt door de uitgangsfuncties
bladeren of u kunt het referentienummer van een uitgangsfunctie direct opgeven,
bijvoorbeeld 16 voor uitvoerfunctie 16=BRAND.
Zodra de vereiste uitgangsfunctie wordt weergegeven, drukt u op ent om de functie aan
de uitgang toe te wijzen.
2=Uitgang Status
Voor elke uitgangsfunctie is standaard een specifieke, logische uitgangsstatus ingesteld.
De uitgangsstatus kan per functie worden aangepast aan speciale eisen: nadat de functie
opnieuw is geprogrammeerd, is de nieuwe status van toepassing op alle uitgangen die aan
de functie zijn toegewezen. De uitgangsmodi zijn:
1=Vasthoudend De uitgang blijft actief tot een geldige code wordt ingevoerd.
2=Meegaand De uitgang volgt de activiteit van de triggergebeurtenis,
Inschakeluitgang volgt bijvoorbeeld het in- en uitschakelen van het blok.
3=Puls De uitgang blijft actief voor de geprogrammeerde pulstijd van
1-3000 seconden (50 minuten).
3=Uitgangspolariteit
Gebruik dit kenmerk om de normale operationele status van de uitgang in te schakelen. Alle
uitgangen hebben een positieve (0=POS) of negatieve (1=NEG) polariteit. Een uitgang die
is geprogrammeerd met een positieve polariteit is in normale toestand 12 V en gaat over
naar 0 V zodra de uitgang wordt geactiveerd. Een uitgang met een negatieve polariteit gaat
van 0 V in normale toestand over naar 12 V in actieve toestand. Alle uitgangen behalve
INGESCHAKELD (09) zijn standaard ingesteld op positieve uitgangspolariteit.
Opmerking: De uitgang Geschakeld DC heeft een positieve polariteit, maar is in normale
toestand 0 V en gaat bij activering naar 12 V. De uitgangsstatus is normaal
gesproken Puls.